Tijdens de Winteroorlog was het Rode Leger gestuit op de formidabel ingegraven Finse infanterie. Er werden tijdens de Winteroorlog versies van de T-26 lichte tank (OT-26, OT-130 en OT-133) gebruikt om de Finse stellingen te vernietigen. Maar deze uitvoeringen waren te zwak gebleken vanwege de te dunne bepantsering. Daarom waren er beter bepantserde tanks nodig, dus pasten de Sovjet-ingenieurs de al bestaande KV-1 en T-34/76 tanks aan. In november 1941 werd begonnen met het ontwerpen van de KV-8, ook wel bekend als object 228. De vlammenwerpertanks waren dus bedoeld om zware versterkte linies te overrompelen. De immense steekvlammen hadden bovendien een vernietigende uitwerking op het moreel van de vijand.