Hermann Wilhelm Göring werd op 12 januari 1893 geboren in het Marienbadsanatorium in Rosenheim, een klein stadje vijfenzestig kilometer ten zuiden van München. Zijn ouders waren Franziska Tiefbrunn en de oudere Heinrich Ernst Göring, de consul-generaal op Haïti. Omdat zijn moeder na enkele maanden Duitsland verliet om zich weer bij haar man te voegen, werd de kleine Hermann gedurende drie jaar ondergebracht bij een gezin in Fürth. Toen zijn vader met pensioen ging in 1896, keerde Hermann terug naar zijn ouders. Hij kon het zijn ouders echter maar moeilijk vergeven dat ze hem hadden achtergelaten. Vooral voor zijn vader, die na zijn pensioen een verbitterde alcoholverslaafde werd, kon hij weinig respect opbrengen.
Zijn grote voorbeeld was zijn peetvader Ritter Herman von Epenstein, een arts die zijn ouders in Duits Zuid-West-Afrika (het latere Namibië) hadden leren kennen. Hij was een vermogende bon-vivant, die zich rijkelijk kleedde en vaak in de aristocratische kringen vertoefde. Epenstein liet de Görings van zijn rijkdom meegenieten, want hij liet het intussen aan lager wal geraakte gezin gebruik maken van zijn kasteel Veldenstein bij Neurenberg. Franziska was bovendien de minnares geworden van de flamboyante Epenstein. Dit kasteel werd later door de weduwe van Epenstein aan Göring geschonken.
Op twaalfjarige leeftijd ging Göring naar de militaire academie in Karlsruhe, waar hij uitstekende resultaten behaalde voor ondermeer geschiedenis, Engels en paardrijden. Daarna werd hij toegelaten tot de Hauptkadettenschule in Lichterfelde, een cadettenopleiding voor toekomstige Duitse officieren. Göring genoot ten volle van het militaire leven en vooral van de schitterende uniformen en op middeleeuwse rituelen gebaseerde gewoonten bij de cadetten. Op zijn negentiende werd hij als luitenant opgenomen in het Prinz Wilhelmregiment. Thuis verliep het echter minder goed: de romance tussen zijn moeder en zijn peetvader raakte uitgedoofd en de Görings werden uit het kasteel Veldenstein gezet. Na hun gedwongen verhuizing naar München, stierf de zieke Heinrich Göring. Pas na diens dood zag Hermann welke grote carrière zijn vader had gehad. Hij betreurde dan ook de slechte relatie met zijn vader.
Hermann Göring was eenentwintig toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Aanvankelijk diende hij bij de infanterie, maar hij geraakte door de loopgravenoorlog al snel gedesillusioneerd. Hij werd na een ernstige reuma-aanval zelfs opgenomen in het ziekenhuis, waar hij kennismaakte met de jonge piloot Bruno Loerzer. Göring was zo onder de indruk van de heldenverhalen die over de luchtmacht de ronde deden dat hij zijn overplaatsing aanvroeg. Aanvankelijk werd zijn overplaatsing geweigerd, maar Göring was vastbesloten niet terug te keren naar de weinig roemrijke loopgraven. Gelukkig schoot zijn invloedrijke peetvader Epenstein hem ter hulp en hij bezorgde Göring en Loerzer een plaats bij de luchtmacht, die op dat moment nog erg weinig voorstelde.
Loerzer en Göring opereerden vanuit Stenay, van waaruit ze vooral verkenningswerk uitvoerden. De luchtmacht werd niet echt gebruikt als aanvalswapen. Dat betekende echter niet dat het werk minder gevaarlijk was. Om nauwkeurige foto’s te nemen moest er laag boven het doelwit gevlogen worden, wat de kans om neergeschoten te worden aanzienlijk vergrootte. Göring en Loerzer schuwden echter de risico’s niet en na enkele zeer geslaagde missies boven Verdun kregen beide piloten het IJzeren Kruis 1ste klasse van kroonprins Wilhelm. Vanaf 1915 veranderde de rol van de luchtmacht aanzienlijk: vliegtuigen werden steeds meer als aanvalswapen gebruikt. Aan Franse zijde vocht toen ene Roland Garros, die erin slaagde om meerdere Duitse toestellen neer te schieten, zonder dat de Duitsers een antwoord op dit nieuwe wapen vonden. Daar kwam verandering in, toen Anthony Herman Gerard Fokker een verbeterde versie van Garros’ toestel maakte. Al gauw was de Duitse luchtmacht, met bekende namen als Immelman, Boelcke en Von Richthofen (de Rode Baron), heer en meester van het luchtruim.
De eerzuchtige Göring wilde dezelfde roem en heldendaden behalen en begon in Freiburg aan zijn pilotenopleiding, waarna hij bij de eenheid 5. Luftstaffel werd ondergebracht. Bij één van zijn eerste missies werd hij neergehaald en moest hij maandenlang revalideren. In die periode verloofde hij zich met Marianne Mauser. Op 3 november 1916 meldde Göring zich opnieuw voor de dienst, ditmaal bij de 26. Luftstaffel dat onder leiding stond van zijn goede vriend Loerzer. Al gauw had Göring heel wat vijandelijke vliegtuigen neergehaald en werd hij zelf de leider van het jachteskader Jagdstaffel 27. Omwille van zijn opmerkelijke prestaties kreeg hij in mei 1918 de hoogste Pruisische onderscheiding, Pour le Mérite, persoonlijk uit de handen van de keizer. Bovendien werd hij op 7 juli 1918 benoemd tot bevelhebber van het legendarische Jagdgeschwader Freiherr von Richthofen nr. 1, als uiteindelijke opvolger van de beroemde aas, de Rode Baron.
Met de capitulatie van Duitsland in november 1918 kwam een einde aan een lange, bloedige oorlog, waarin Hermann Göring voor de eerste keer van zich liet horen. Göring zelf was enorm ontzet, toen hij het nieuws van de capitulatie hoorde. Het was niet alleen afgelopen met zijn geliefde Duitse keizerrijk, dat een vernederende vrede kreeg opgelegd; het was ook gedaan met zijn roemrijke daden. Göring keerde anoniem terug naar München. Intussen was de verloving met Marianne Mauser afgesprongen. Om het gezin Göring te kunnen onderhouden nam hij allerlei baantjes aan. Zo verhuurde hij zichzelf als piloot en luchtacrobaat in Zweden. De militaire luchtvaart was volgens het verdrag van Versailles immers verboden in Duitsland. In deze periode ontmoette hij Carin von Kantzow, de dochter van een Zweedse officier. Ondanks dat ze gehuwd was viel zij voor Görings charmes en trouwde op 3 februari 1923 met de Duitse vliegenier.
Bij een betoging tegen het Verdrag van Versailles, dat Göring nooit heeft kunnen aanvaarden, leerde hij Adolf Hitler en het nationaalsocialisme kennen. Göring, die droomde van een grote sterke man die Duitsland weer machtig als weleer zou maken, was danig onder de indruk van de ontmoeting. Voor Hitler was de held uit de Eerste Wereldoorlog een mooie propagandastunt, maar hij zag ook wel in dat Göring met zijn ervaring en intellectuele bagage veel meer kon betekenen dan enkel te dienen als uithangbord. Hij benoemde de voormalige piloot tot commandant van de SA, waarvan hij binnen korte tijd een stevig privé-leger maakte. Nochtans interesseerde het werk als SA-commandant Göring maar weinig; ook de ideologie en het partijprogramma waren niet echt aan hem besteed. Hitler was degene die hem aan het nazisme bond; Hitler was de man naar wie hij opkeek en voor wie hij door het vuur zou gaan, net als voor zijn peetvader destijds.
En door het vuur gaan deed hij. Op 9 november 1923 liep Göring in de voorste gelederen tijdens de Bierkellerputsch. De staatsgreep mislukte, Hitler werd gearresteerd en er vielen meerdere doden en gewonden. Göring kreeg een kogel in de liesstreek. Ondanks de zware verwondingen slaagde hij erin Duitsland te verlaten. In Oostenrijk werd hij opgenomen in het ziekenhuis van Innsbruck, waar hij morfine kreeg toegediend om de pijn te verzachten. Het was het begin van een lange geschiedenis van verslaving en (mislukt) afkicken. Göring werd bovendien zwaarlijvig en leed aan geheugenstoornissen.
In 1927 kregen politieke delinquenten amnestie. Göring keerde terug naar Duitsland, waar hij van Hitler opnieuw een belangrijke rol kreeg toebedeeld. Hij moest de NSDAP toegang verschaffen tot de high society en trachten de partijkas te vullen. Göring slaagde met glans: hij bezorgde Hitler een audiëntie bij president von Hindenburg en hij verkreeg fondsen van belangrijke industriële groepen, zoals Krupp, BMW en Heinkel. Langzaam begon de NSDAP aan zijn opmars en daarmee rees de ster van Göring aan het Duitse politieke firmament. In 1928 werd hij, samen met Joseph Goebbels, verkozen tot lid van de Rijksdag en op 30 augustus 1932 werd hij zelfs voorzitter van de Rijksdag.
Toch ging het hem niet allemaal voor de wind. Hij bleef verslaafd aan morfine: hij spoot zichzelf dagelijks tot vijftig milligram in. Daarnaast stierf zijn vrouw op 17 oktober 1931 na een lang ziekbed. Deze tegenslagen weerhielden hem echter niet van zijn werk. Zijn functie als Rijksdagvoorzitter maakte hem de ideale man om de machtsovername van de nazi’s voor te bereiden. Hij kreeg het leger aan Hitlers kant en slaagde erin de oude president von Hindenburg te bewegen Adolf Hitler tot rijkskanselier te benoemen. Göring werd voor zijn inspanningen rijkelijk beloond en overstelpt met functies: rijksminister (aanvankelijk wel zonder portefeuille), rijkscommissaris voor de luchtvaart en plaatsvervangend minister van Binnenlandse Zaken van Pruisen. Hermann Göring was de machtigste man na Hitler geworden.
Hitler bleef zijn trouwe helper belangrijke taken toeschuiven. Zo moest hij Duitsland opnieuw een luchtmacht bezorgen. Uiteraard moest dit in het grootste geheim verlopen, want dit was nog steeds verboden volgens het Verdrag van Versailles. Hij richtte ook het Forschungsamt des Reichsluftfahrtministeriums op, waarmee hij zowel rivalen als medestanders afluisterde. Uit de informatie die hij daaruit haalde wist hij dat SA-chef Ernst Röhm steeds kritischer stond tegenover Hitler en de te volgen koers van de partij. Mede omwille van de door hem verzamelde informatie slaagde hij erin om, samen met Heinrich Himmler, Hitler ervan te overtuigen af te rekenen met Röhm. Tijdens de Nacht van de Lange Messen werd de SA gezuiverd: tientallen SA-officieren werd gearresteerd en vermoord.
Daarnaast stond hij, als minister van Binnenlandse Zaken in Pruisen, aan het hoofd van de politie. Göring bouwde die tot een sterke eenheid uit door een beroep te doen op SA- en SS-militanten. Deze vernieuwde politie trad hard op tegen politieke tegenstanders (met de Kommunistische Partei Deutschlands (KPD) als voornaamste doelwit). In ditzelfde kader werd de Gestapo opgericht. Een eerste concentratiekamp, Dachau, werd geopend om de politieke gevangenen op te sluiten. Göring liet ook de kampen Oranienburg en Papenburg oprichten, waar vele duizenden het leven lieten. In het voorjaar van 1934 droeg Göring de bevoegdheid over de gehele politie, de concentratiekampen en de Gestapo over aan Reichsführer-SS Heinrich Himmler.
Met de dood van Röhm was Görings belangrijkste rivaal voor de plaats als Hitlers tweede man uit de weg geruimd. In december 1934 erkende Hitler in een geheim decreet Hermann Göring als zijn opvolger.
Vanaf augustus 1934 regeerden de nazi's alleen en absoluut over Duitsland. Göring genoot met volle teugen van zijn roem en macht. Geld was geen probleem meer, het stroomde letterlijk van alle kanten toe. Iedereen mocht – moest - zien hoe hij het gemaakt had.
In Berlijn betrok hij een luxewoning en op de Schorfheide, iets noordelijker dan Berlijn, liet hij zich een enorme residentie bouwen met alle mogelijk denkbare luxe zoals een stoombad en een bioscoop. Het landgoed werd Carinhall genoemd, naar zijn overleden vrouw, die hij hier liet herbegraven. Intussen was hij wel hertrouwd met de actrice Emmy Sonneman. De huwelijksplechtigheid werd in allerbeste Göring-stijl uitgevoerd: er waren niet minder dan tien Luftwaffe-generaals en dertigduizend soldaten aanwezig, terwijl de nieuwste vliegtuigen, als een eerbetoon, over Berlijn vlogen.
Göring was intussen één van de meest populaire nazi-leiders. Door het hele Rijk circuleerden foto's, postkaarten, beeldjes en koektrommels met zijn afbeelding. Typerend voor zijn populariteit was het enorme aantal kaartjes en telegrammen dat hij ontving naar aanleiding van de geboorte van zijn dochter Edda. De Görings kregen maar liefst 628.000 telegrammen toegestuurd. Daarnaast waren in elke kantoorboekhandel prentbriefkaarten van haar verkrijgbaar. Haar geboortedag - 2 juni 1938 - werd bijna gevierd als een nationale feestdag.
Hermann Göring was steeds al belust op roem en prestige. Hij werd een heuse baantjesverzamelaar. Zoals gezegd was hij rijksminister, Pruisisch minister van Binnenlandse Zaken, rijksminister voor de luchtvaart (sinds mei 1933) en voorzitter van de Rijksdag. Daarnaast benoemde Hitler hem, na de Röhmputsch, tot rijksbos- en rijksjachtmeester, een taak die hij zeer ter harte nam. Hij zette bedreigde diersoorten uit, liet allerlei wild, zoals elanden en zwanen invoeren. Hij verscherpte de jachtwetgeving, liet hele bossen aanplanten en legde groenzones rond de grote steden aan.
Tenslotte was Göring ook een heuse kunstverzamelaar. Vanaf 1940 liet hij heel Europa door zijn kunstexperts afstruinen op zoek naar kunstschatten die hij in zijn vier huizen (waaronder de kastelen van Mauterndorf en Veldenstein) kon opslaan. Hele ladingen Rembrandts, Rubensen, Da Vinci's en de grootste werken van de negentiende-eeuwse impressionisten met een gezamenlijke waarde van honderden miljoenen euro's werden door Göring opgeslagen. De muren van zijn grote huizen waren bedekt met oude meesters, drie tot vier rijen boven elkaar. Er werden zelfs plannen getekend voor een Hermann Göringmuseum. Zijn heb- en eerzucht kende geen grenzen, op geen enkel vlak. Aan zijn vingers droeg hij zes tot acht ringen, vaak bezet met loepzuivere diamanten. Hij liet een hele reeks nieuwe uniformen en medailles voor zichzelf ontwerpen,bestemd voor openbare optredens en zijn maarschalkstaf was ingelegd met goud, zilver en edelstenen. Hij leefde als een echte koning in Duitsland.
De belangrijkste van Görings functies was waarschijnlijk die van minister van Luchtvaart. Hij was reeds voor de machtsovername een sterk voorstander van een snelle herbewapening van het Duitse leger. Het was zijn taak Duitsland opnieuw een sterke luchtmacht te geven. Hiervoor deed hij een beroep op zijn oude strijdmakkers uit de Eerste Wereldoorlog. Bodenschatz, Loerzer, Udet, … allemaal werden ze op sleutelposities geplaatst.
Om de uitbouw van de Luftwaffe mogelijk te maken, werd hij tot minister van Grondstoffen en Deviezen benoemd. Dit ministerie moest ervoor zorgen dat de luchtmacht de nodige grondstoffen kreeg om snel tot een geducht wapen uitgebouwd te worden. In oktober 1936 werd hij zelfs gevolmachtigde voor het vierjarenplan. Hitler gaf hem hiermee de opdracht het Duitse leger en economie binnen de vier jaar paraat voor de oorlog te maken. Göring zei hierover in een rede aan zijn partijgenoten: “We hebben geen boter, partijgenoten, maar ik vraag u: wat hebt u liever: boter of geweren? Zullen we spek of ijzererts importeren? Ik zeg u, paraat zijn, geeft ons kracht. Boter maakt ons vet!” In deze periode zette hij de jonge Luftwaffe voor het eerst effectief in. Het zogenaamde Condorlegioen steunde Franco in zijn strijd tijdens de Spaanse burgeroorlog en werd berucht door het bombardement waardoor het Baskische stadje Guernica grotendeels werd verwoest.
Op 8 februari 1938 kreeg Göring er nog een functie bij. Hij werd benoemd tot Generalfeldmarschall der Wehrmacht. Dat was wel een ontgoocheling voor de eerzuchtige Göring: hij had gehoopt de opperbevelhebber te worden, maar die functie eigende Hitler zich toe. In ieder geval speelde hij een niet onbelangrijke rol bij de uitbreiding van het Duitse rijk. Het Rijnland was intussen bezet, maar Göring was vooral belangrijk bij de Oostenrijkse Anschluss. Via een hele reeks telefoongesprekken eiste hij van kanselier Kurt von Schuschnigg dat hij aftrad en dat zijn opvolger Arthur Seyss-Inquart zou worden. Bondspresident Wilhelm Miklas weigerde echter Seyss-Inquart te benoemen. Toen vaststond dat Italië en Engeland niet zouden reageren, beval Göring de Duitse inval. Het werd een snelle overwinning en de Anschluss was geslaagd, nagenoeg zonder slag of stoot. Hitler apprecieerde het echter niet dat Göring zo de touwtjes in handen had genomen. Voor het eerst rezen er spanningen tussen beide nazi-leiders.
Het volgende doel na de Anschluss was het Sudetenland, de regio van Tsjechoslowakije die vanouds in meerderheid door Duitstaligen werd bewoond. Göring wist dat Engeland en Frankrijk er alles aan deden om de oorlog met Duitsland te vermijden en hij wilde de Sudetenkwestie op dezelfde diplomatieke manier oplossen als die van Oostenrijk. Dat was echter buiten Hitler gerekend. Terwijl Göring op een zoveelste gezondheidskuur was in San Remo, viel op 11 maart 1939 het startschot voor het offensief. Generaal Wilhelm Keitel kreeg het bevel om Tsjechoslowakije een ultimatum te stellen: Praag moest de bezetting van het Sudetenland gewoon slikken. Göring werd overal buitengehouden. Het machtsspel tussen de Tsjechische President Emil Hacha en Hitler liep nog een tijdje verder tot Hacha op 14 maart tot een ultimatum werd gedwongen. Hier speelde de inmiddels weer op krachten gekomen Göring een hoofdrol. Waarschijnlijk om Hitler te plezieren wedijverden Göring en Joachim von Ribbentrop voor de vorm met elkaar in beschrijvingen van wat er zeker zou gebeuren als Hacha niet zou zwichten voor het ultimatum en weigerde zijn handtekening te plaatsen: "Praag zal binnen twee uur in puin liggen" en "Honderden bommenwerpers wachtend op het startbevel dat 's ochtends om 6 uur gegeven wordt als de handtekeningen niet gezet zijn." Toegevend aan die psychologische terreur plaatste Hacha zijn handtekening en enkele uren later, op 15 maart 1939, marcheerden de nazi's zonder slag of stoot Tsjechoslowakije binnen en annexeerden het Sudetenland.
Ondanks het succes was Göring helemaal niet tevreden. Hij voelde dat hij opnieuw had moeten buigen voor de wil van Hitler. Göring durfde gewoon niet in te gaan tegen zijn grote held. Zo hard en driftig hij kon zijn, zo mak en volgzaam was hij in de aanwezigheid van de Führer. Göring was veel meer de eerste handlanger van Hitler dan zijn eerste opvolger. Hij moest steeds meer aanvaarden dat Hitler en Von Ribbentrop beslissingen buiten hem om namen. Zo werd het “stalen pact” tussen Italië en Duitsland geregeld zonder Göring in te lichten.
De vrede in Europa leek steeds verder weg, zeker toen Duitsland en de Sovjet-Unie het niet-aanvalspact sloten. Dankzij zijn uitstekende contacten in Engeland en Zweden wist Göring dat Engeland niet langer zijn appeasementpolitiek zou handhaven. Göring trachtte Hitler te overtuigen van zijn plannen af te zien. Hij wist namelijk heel goed dat de oorlog een einde zou maken aan het luxeleventje dat hij tot dan ongestoord kon leiden. Zijn inspanningen waren echter tevergeefs.
Op 1 september 1939 begon de Tweede Wereldoorlog met de aanval op Polen. Groot-Brittannië en Frankrijk verklaarden Duitsland de oorlog. Alhoewel Göring het totaal niet eens was met Hitler om de oorlog te beginnen, werd hij snel gesust. Hitler verkondigde namelijk in een speech in de Rijksdag dat, mocht hem iets overkomen, Hermann Göring zijn opvolger moest zijn. Hiermee werd de definitieve en volledige afhankelijkheid van Göring aan Hitler bevestigd. Als hij niet onterfd wilde worden, moest hij doen wat Hitler hem opdroeg.
Göring wilde de oorlog niet, maar nu hij er was, deed hij er alles aan om hem te winnen. Als hij Hitler niet kon intomen, zou hij hem dienen als een trouwe soldaat. Zijn Luftwaffe was echter niet voorbereid op een langdurige oorlog. Zo had de luchtmacht geen zware bommenwerpers die lange afstanden konden overbruggen. Dit zou een zwaar tekort blijken in het verdere verloop van de oorlog. Göring had ook een totaal verkeerd beeld van de echte sterkte van zijn Luftwaffe. Bovendien was de vliegtuigproductie slecht georganiseerd. Udet, de Generalluftzeugmeister, was dan wel een uitstekende gevechtspiloot in de Eerste Wereldoorlog geweest; een bewapeningsindustrie leiden was iets anders. Onder zijn bewind verlieten ongeveer 375 vliegtuigen per maand de fabrieken; onder Albert Speer liep dat in de topmaanden op tot 2500. Het gebrek aan nieuwe en betere vliegtuigen leidde ertoe dat de Luftwaffe steeds meer aan prestige en belang inboette.
De Blitzkrieg tegen Polen en in West-Europa verliep echter nog voorspoedig, hoewel er toen al enkele duidelijke tekenen waren dat de Luftwaffe niet zo sterk was als gedacht. Zo pochte Göring dat zijn luchtmacht alleen de ingesloten geallieerden bij Duinkerken wel de baas kon. Daar verloren ze echter de eerste maal de heerschappij boven een actiegebied. Die eerste verontrustende berichten gingen echter verloren in de euforie van de overwinningen. Göring kreeg er zelfs nog een titel en medaille bij: Hitler verleende hem het Grootkruis van het IJzeren Kruis en benoemde hem tot rijksmaarschalk.
Hitler rekende erop dat Groot-Brittannië een vredesverdrag zou ondertekenen. Maar de nieuwe Britse premier, Winston Churchill, wilde absoluut geen vrede met Hitler. Op 13 augustus 1940 begon één van de beslissende luchtslagen van de oorlog: de slag om Engeland. De Royal Air Force en de goed georganiseerde Britse luchtverdediging brachten de Luftwaffe, die tot dan enkel tegen zwakke tegenstanders had gevochten, enorme verliezen toe. Meer dan 1700 Duitse toestellen gingen verloren tijdens Operatie Seelöwe tegenover 915 Britse. Görings Luftwaffe had gefaald en Hitler verloor alle vertrouwen in hem.
Ondanks de problemen van de Luftwaffe boven Groot-Brittannië was Hitler vastberaden zijn oude plan ten uitvoer te brengen: afrekenen met het bolsjewisme. Göring waarschuwde Hitler voor de gevaren van een tweefrontenoorlog, maar die hield geen rekening meer met hem. Op 21 juni 1941 ging Operatie Barbarossa van start. Aanvankelijk verliep alles voorspoedig, maar na enkele maanden stagneerde de opmars. Ondanks de vele successen, ook voor de Luftwaffe, slaagde het Rode Leger erin zich achter de Oeral snel te herbewapenen. Iets waarin, zoals gezegd, de Luftwaffe niet slaagde. Het falende beleid werd steeds duidelijker. Hitler greep in door Albert Speer tot minister van Bewapening te benoemen. Hij werd daarmee verantwoordelijk voor grote delen van de oorlogseconomie en dus ook voor het vierjarenplan. Speer wist de vliegtuigproductie sterk op te drijven, maar de Luftwaffe slaagde er niet meer in nog grote overwinningen te boeken.
De geallieerden bombardeerden in toenemende mate de Duitse steden. De Luftwaffe kon dit niet verhinderen. Keulen, Hamburg, Darmstadt, Neurenberg, alle kregen af te rekenen met zware, vernietigende bombardementen. Göring kon daar niets tegenover stellen. Hij trok zich meer en meer terug in zijn eigen droomwereld, geregeerd door morfine, kunstschatten en mooie uniformen. Van de actieve, energieke en ambitieuze Göring uit de vroege jaren dertig bleef weinig over. Hitler negeerde zijn opperbevelhebber, maar liet hem toch niet vallen. Göring was nog altijd één van de populairste nazi’s.
Tijdens de slag om Stalingrad leek Göring een kans te krijgen zijn blazoen op te poetsen. Een enorme luchtbrug moest het Zesde Leger van generaal Paulus in staat stellen stand te houden en de strijd aan het oostfront te doen keren. De Luftwaffe zou het ingesloten leger dagelijks 500 ton voedsel, munitie en brandstof bezorgen. Door een gebrek aan beschikbare vliegtuigen en vliegvelden, door het vaak slechte weer en door de grote afstanden kreeg Paulus nog geen 200 ton voorraden. Stalingrad bewees eens te meer dat de Luftwaffe niet was opgewassen tegen de vele taken die het van Hitler en Göring opgelegd kreeg. Görings aanzien smolt als sneeuw voor de zon.
Op 20 april 1945 begaf Göring zich voor de laatste keer naar de Rijkskanselarij ter gelegenheid van Hitlers verjaardag. Daarna ging hij naar Carinhall, blies eigenhandig het landgoed op en verdween naar zijn verblijf op de Obersalzberg. Ondanks – of misschien dankzij - de hopeloze situatie waarin het Derde Rijk verzeild was geraakt, had Göring goede hoop dat hij eindelijk uit Hitlers schaduw zou kunnen treden en hem opvolgen. Op 23 april 1945 stuurde hij een telegram naar Hitlers bunker: “Mijn Führer, gaat u ermee akkoord dat ik […] overeenkomstig uw decreet van 29-06-1941 als uw plaatsvervanger onmiddellijk de algehele leiding over het Rijk op mij neem, met volledige handelingsvrijheid naar binnen en naar buiten toe?” Hitler was razend om dit “verraad” van Göring. Hij vaardigde onmiddellijk een arrestatiebevel uit en stootte hem uit de partij.
Toch dacht Göring nog steeds dat hij de belangrijkste persoon in het Derde Rijk was. Zo wendde hij zich tot Eisenhower om in een gesprek van man tot man tot een overeenkomst te komen en verder bloedvergieten te vermijden. Een dag later, op 7 mei 1945, werd hij door de Amerikanen bij het Oostenrijkse Radstadt in de buurt van Salzburg gevangengenomen.
Hermann Göring werd door de openbare aanklagers op het proces van Neurenberg na de zelfmoorden van Hitler, Goebbels en Himmler, beschouwd als de belangrijkste gevangene. Geen enkele aangehouden verdachte was betrokken bij zoveel terreinen in de besluitvorming en bij de oorlogsmisdaden en dat maakte hem tot sleutelfiguur tijdens het proces. De zeventien maanden gevangenschap hadden hem goed gedaan: hij was afgekickt van de drugs en veertig kilogram vermagerd.
Aanvankelijk trok hij alle verantwoordelijkheid naar zich toe. Hij hoopte terecht te staan als de grote militair. Naarmate het proces vorderde, werd steeds duidelijker dat Göring ook betrokken was bij de Endlösung. Hij verklaarde dat hij het allemaal niet zo bedoeld had, dat hij gedacht had dat de Joden allemaal geëmigreerd waren. Van de vernietigingskampen had hij helemaal niks gemerkt. De bewijzen waren echter te overweldigend, zodat er tegen het einde van het proces niets meer overbleef van zijn geloofwaardigheid.
In september 1935 had Göring als Rijksdagvoorzitter de rassenwetten afgekondigd en daarbij het hakenkruis uitgeroepen tot het "heilige symbool" van de strijd tegen "de Joden als rassenvernietigers". Verbaal liet hij zich kennen als een fanatieke Jodenhater, maar zijn antisemitisme was minder radicaal op vernietiging gericht, in tegenstelling tot bijvoorbeeld bij Joseph Goebbels. Hij zei ooit: ”Wie Joods is, bepaal ik.” Joden die hem van nut waren, zoals kunsthandelaars, konden vrijgeleides krijgen. Toch ging achter die ogenschijnlijke tolerantie een rabiate Jodenhater schuil, die één van de drijvende krachten was achter de Jodenvervolging.
Hij kreeg van Hitler de opdracht door het “Jodenvraagstuk te coördineren”. Joden moesten met alle mogelijke middelen uit het bedrijfsleven verwijderd worden en er werd een Judenauswanderungszentrale, een centraal emigratiebureau voor Joden, opgericht. Met de inval in de Sovjet-Unie verstrakte zijn houding ten opzichte van de Joden en bolsjewisten nog. Hij beval dat alle Russische gevangenen zonder enig proces gefusilleerd moesten worden. Als chef van de Wirtschaftsstab Ost liet hij de gebieden in het oosten ongenadig plunderen en leegroven. Ondertussen werden de belangrijkste vernietigingscentra in Polen opgericht. Reinhard Heydrich was hiermee belast. Op bevel van Hitler machtigde Göring hem op 31 juli 1941 tot het treffen van “alle noodzakelijke voorbereidingen op organisatorisch, financieel en materieel gebied voor een algehele oplossing van de Joodse kwestie binnen het gebied van de Duitse invloed in Europa. Voorts gelast ik U mij zo spoedig mogelijk een algemeen plan te doen toekomen, dat de omvang vermeldt van de organisatie en actie die noodzakelijk zijn om de verlangde definitieve oplossing te bewerkstelligen.” Heydrich (en Eichmann) hadden het bevel van Göring goed ontvangen en organiseerden een belangrijke meeting. De beruchte Wannseeconferentie vond plaats op 20 januari 1942 met op de agenda het plan voor een volkerenmoord op Europese schaal.
Al deze (en nog vele andere) elementen en documenten bewezen dat Hermann Göring maar al te goed op de hoogte was van de Jodenvervolging en –uitroeiing. Ondanks het ontkennen van aanklachten werd hij op alle punten schuldig bevonden en tot dood door ophanging veroordeeld. Zijn gratieverzoek werd niet ingewilligd. Enkele uren voordat hij moest opgehangen worden pleegde hij zelfmoord door op 15 oktober 1946 een gifcapsule met cyaankali, gekregen van één zijn bewakers, in te slikken. Zijn as werd “boven een rivier ergens in Duitsland” uitgestrooid.