Mr. JUSTICE JACKSON: Ik ga vragen of beklaagde een document kan worden getoond, 3786-PS waarvan er geen extra afschriften beschikbaar zijn omdat we het zo laat hebben gekregen. Ik zal u vragen het te bestuderen en mij te vertellen of u zich de bijeenkomst herinnert waarnaar deze notulen verwijzen.
GÖRING: Het gaat hier blijkbaar om een verslag betreffende een vergadering met de Führer die dagelijks plaatsvond. Omdat die vergaderingen een of twee keer per dag plaatsvonden kan ik me natuurlijk niet met zekerheid, zonder het eerst te hebben gelezen, het verslag van 27 januari 1945 herinneren want ik was tijdens de oorlog bij een groot aantal van deze vergaderingen aanwezig.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik zal uw aandacht vestigen op bepaalde incidenten erin. De notulen geven aan dat de Führer, uzelf, Keitel en Jodl aanwezig waren, niet waar?
GÖRING: Dat staat in de notulen.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik ga uw aandacht vestigen op pagina 31 en u vragen met mij deze notities te volgen en te kijken of ze uw geheugen opfrissen. Dit betreft 10.000 gevangen genomen luchtmachtofficieren. Ik citeer wat aan u wordt toegeschreven:
"Göring: Bij Sagan bevinden zich 10.000 gevangen luchtmachtofficieren. Verantwoordelijk voor hun bewaking is de Befehlshaber des Ersatzheeres (B.d.E.) Men zegt dat het personeel om hen te bewaken en te vervoeren ontbreekt. Er werd voorgesteld of die gevangenen niet aan hun Sovjet Russische bondgenoten moeten worden overgelaten. Dat zou hen 10.000 vliegers opleveren.
"De Führer: Waarom hebt u ze niet eerder weggehaald? Dit is geklungel.
"Göring: Dat is een zaak van de B.d.E. Daar hebben wij niets mee te maken. Ik kan het alleen maar melden.
"De Führer: Ze moeten worden weggehaald, zelfs als ze moeten lopen. De Volkssturm moet daarvoor worden opgeroepen. Iedereen die ontsnapt moet worden neergeschoten. Elk middel moet worden toegepast.
"Göring: Dat is uit Sagan, er bevindt zich daar 10.000 man.
"Guderian: Bij de verplaatsingen is de 4.Panzerdivision al helemaal teruggetrokken, ook de 227.Division; het restant van de 32.Division trekt zich nu terug. De volgende aan de beurt is het hoofdkwartier van 3.Panzerkorps dat zich vanavond zal terugtrekken en morgenavond de Division Niederland die zich al heeft teruggetrokken. Delen van de Nordland Division zijn ook al van het front teruggenomen.
"De Führer: Zullen zij vervanging krijgen? Zijn ze al op weg?
"Guderian: Fegelein heeft daarvoor gezorgd. Hij heeft al bevel gegeven dat zij onmiddellijk zullen worden bevoorraad.
"De Führer: Het is volkomen duidelijk dat Heeresgruppe Vistula voorlopig niets heeft, behalve het Korps Nehring, die ene groep en wat die nog heeft aan de Vistula. Dit moet geregeld worden. Het moet hier vandaan komen en gedeeltelijk uit Duitsland. Het moet niettemin worden gedaan.
"Göring: Hoeveel veewagons hebben we nodig voor 10.000 man?
"De Führer: Als we ze volgens Duitse normen vervoeren hebben we minstens 20 treinen nodig voor 10.000 man. Als we ze volgens Russische normen vervoeren dan hebben we er 3 tot 5 nodig.
"Göring: We nemen hen hun broeken en laarzen af zodat ze niet door de sneeuw kunnen lopen.
Herinnert u zich dat incident?
GÖRING: Ik herinner me dit incident slechts vaag.
Nu ik een antwoord heb gegeven wil ik een korte uitleg geven over de betekenis van dit document.
Ik heb begrepen dat dit document net ontvangen is maar ik ben al lang voor het begin van dit proces over dit document ondervraagd. Destijds heb ik er al op gewezen dat voor het stenografisch verslag van een vergadering twee stenografen gelijktijdig aantekeningen maakten omdat die bijeenkomsten vaak 4 tot 5 uur duurden. Daarom moesten deze stenografische notities naderhand altijd worden nagekeken want er ontstonden heel vaak, omdat er zoveel mensen aanwezig waren onnauwkeurigheden in het verslag omdat uitspraken door de ene persoon gedaan in de notulen toegeschreven werden aan iemand anders. Om die reden zei ik destijds al dat ik me niet alleen die uitspraken niet herinnerde maar dat ik naar mijn mening die uitspraken nooit gedaan heb. We hielden ons uitsluitend bezig met het voor transport gereedmaken van vrachtwagens.
Mr. JUSTICE JACKSON: Nou moet ik zeggen dat u werd ondervraagd over dit incident maar niet met verwijzing naar deze aantekeningen die niet werden overgeschreven.
GÖRING: Met betrekking tot dit transcript en dit incident werd er met nadruk op gewezen dat we ons bezig hielden met het stenografisch verslag van die bijeenkomst en ik heb destijds al een zelfde oordeel gegeven. Het is me destijds niet overhandigd.
Mr. JUSTICE JACKSON: Geen stenotype maar stenografisch.
U wordt ook geciteerd op pagina 35. Ik vestig uw aandacht erop en vraag u, is dit per abuis aan u toegeschreven:
"Göring: de 10.000 gevangenen in Sagan moeten worden weggevoerd door Obergruppenführer Juttner." Misschien spreek ik de naam niet uit zoals u dat zou doen.
"De Führer: Deze gevangen moeten met alle beschikbare middelen worden afgevoerd. De meest energieke mannen van de Volkssturm moeten worden ingezet. Iedereen die probeert te vluchten wordt neergeschoten.
"Fegelein: Daar hebben we een man voor die de
concentratiekampen bewaakt. Dat is Gruppenführer Glücks. Hij moet die opdracht krijgen.
Gebeurde dat zo?
GÖRING: Dat weet ik niet. Ik heb al eerder verklaard dat de B.d.E. de leiding over het transport op zich moest nemen omdat wij er niets mee te maken hadden. Welke ideeën en meningen de andere heren tijdens die gesprekken naar voren brachten, daarover kan ik hier niets zeggen of getuigen. Het ging erom of deze 10.000 officieren aan de Russen moesten worden gelaten of afgevoerd.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik ga u een paar vragen stellen over het bombardement op Warschau. Was het u bekend dat op 3 september het huis van de ambassadeur van de Verenigde Staten, zo’n 17 kilometer buiten Warschau door de Luftwaffe was gebombardeerd?
GÖRING: Nee, dat is mij niet bekend.
Mr. JUSTICE JACKSON: Uw Luftwaffe nam een groot aantal foto’s van Poolse dorpen en Warschau en gebruikte die om aan de Duitse bevolking uit te delen, niet waar?
GÖRING: Dat is mogelijk, ik hield me daar niet mee bezig. In elk geval verspreidde de Luftwaffe geen foto’s onder de Duitse bevolking. Het is mogelijk dat foto’s genomen door de Luftwaffe via het Ministerie van Propaganda in de Duitse pers terecht kwamen. Maar verspreiding in die zin dat de Luftwaffe foto’s uitdeelde net als strooibiljetten, dat gebeurde nooit.
Mr. JUSTICE JACKSON: De Luftwaffe nam die foto’s met het doel de resultaten van de bombardementen te bepalen, niet waar?
GÖRING: De Luftwaffe nam foto’s voordat het doel werd gebombardeerd en nog een keer nadat het was gebombardeerd om te bepalen of het doel ook werkelijk was geraakt.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik verzoek dat u vijf foto’s worden getoond en ik vraag u of dat geen foto’s zijn die door de Luftwaffe zijn genomen volgend op de aanval op Polen
(aan beklaagde worden foto’s getoond.)
GÖRING: Om uw eerste vraag te beantwoorden, of die foto’s werkelijk door de Duitse Luftwaffe zijn genomen, het spijt me maar daar kan ik geen positief antwoord op geven omdat er geen aanwijzingen zijn dat deze door de Luftwaffe zijn gemaakt. Vier van de vijf foto’s zijn, als u ze nauwkeurig bekijkt, vanuit een hoek genomen alsof ze eerder vanaf een kerktoren zijn genomen dan vanuit een vliegtuig van waaruit gewoonlijk verticale foto’s worden genomen vanwege de ingebouwde camera.
De foto die de verwoestingen in een deel van Warschau toont kan technisch gezien worden als zo’n luchtfoto. De datum ontbreekt hier. Maar geen enkele van die foto’s vormt enig bewijs dat ze door de Luftwaffe zijn genomen.
Laten we echter aannemen dat ze door de Luftwaffe zijn gemaakt zodat verdere vragen eenvoudiger worden.
Mr. JUSTICE JACKSON: U zegt dat u wilt aannemen dat ze door de Luftwaffe zijn gemaakt?
GÖRING: Ja, hoewel ik het betwijfel.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik wil niet dat u hier iets weggeeft. Als u denkt dat ze niet door de Luftwaffe zijn genomen, wil ik niet dat u dat toegeeft.
GÖRING: Ik zei dat er geen bewijs is. Ik heb die foto’s niet genomen, ik herken ze niet, ze zijn niet aan mij overhandigd als zijnde foto’s van de Luftwaffe en vanuit zuiver technisch oogpunt gezien kunnen ze alleen maar onder een hele flauwe hoek vanuit een privé vliegtuig zijn genomen. Het zijn geen echte luchtfoto’s, anders gezegd verticale foto’s zoals de Luftwaffe die neemt.
Mr. JUSTICE JACKSON: Goed, we laten ze achterwege en gaan over op iets anders.
Laten we document 638-PS, bewijsstuk USA-788 nemen, waarover u al bent ondervraagd en dat u, voor zover ik me herinner, voor echt hebt verklaard.
(document 638-PS wordt aan beklaagde overhandigd)
Dit is het document dat is ondertekend door Dr. Joel en ik vraag u mij te volgen:
"Uit de plannen van de Reichsmarschall van 24 september 1942. Allereerst: de Reichsmarschall zoekt dappere kerels die in het Oosten als Sonderkommando zullen worden ingezet en die in staat zullen zijn verwarring achter de linies te zaaien. Ze moeten worden ingedeeld in groepen met leiders en met tolken eraan toegevoegd. Voor dit doel denkt de Reichsmarschall aan veroordeelden die voor het eerst zijn veroordeeld, die geen al te zware misdaden hebben begaan waarvoor enig menselijk begrip kan bestaan.
"De Reichsmarschall noemde allereerst mensen die veroordeeld zijn wegens stroperij. Hij wist natuurlijk dat de Reichsführer SS de zogenaamde stropers al had uitgezocht en dat hij ze al tot zijn beschikking had. Hij vraagt echter om de kwestie nogmaals te overdenken. De enige geschikte mannen zijn diegenen met een voorliefde voor de jacht, die stropen voor de trofee; geen mannen die strikken en vallen hebben gezet. De Reichsmarschall noemde ook fanatieke leden van smokkelbendes die deelnemen aan vuurgevechten aan de grenzen en die er een sport van maken met gevaar voor eigen leven de douane te slim af te zijn; maar geen mannen die proberen goederen over de grens te smokkelen in een sneltrein of gelijksoortige middelen.
"De Reichsmarschall laat het aan ons over om te bepalen of nog andere groepen veroordeelden aan deze bendes of jachtcommando’s kunnen worden toegevoegd.
In de hen aangewezen operatiegebieden kunnen deze bendes, wiens eerste taak het zou zijn de verbindingen van de partizanengroepen te vernielen, moorden, plunderen en brandstichten; in Duitsland zouden ze dan weer onder streng toezicht komen.
"Getekend: Dr. Joel, 24 september 1942."
Wilt u een verklaring over dat document voor het Tribunaal afleggen?
GÖRING: Ja, met het zelfde voorbehoud dat ik al eerder maakte. De eerste twee alinea’s tonen aan dat ik alleen maar die mensen wilde hebben die geen halsmisdaden hadden begaan; zoals stropers waarbij ik onderscheid maakte tussen diegenen met een voorliefde voor de jacht en diegenen die alleen maar wilden stelen. Ik maakte ook een onderscheid met betrekking tot smokkelaars, diegenen die persoonlijke risico’s nemen en een zekere voorliefde voor hun activiteiten tonen en diegenen die het op een oneerlijke manier doen.
Beide alinea’s tonen duidelijk aan dat ik niet ieder soort crimineel wenste te gebruiken en dat is waarom ik uitdrukkelijk heb ontkend te hebben gezegd wat er in de laatste alinea’s staat. Het gaat niet om de notulen maar om de aantekeningen, gemaakt door een ambtenaar met wie ik deze zaken heb besproken. Hij zou in staat moeten zijn te getuigen of en wanneer hij mij deze woorden heeft horen zeggen. Maar ze staan zo lijnrecht tegenover mijn opvattingen, en ik wil dit bijzonder benadrukken, waar het, zoals ik al eerder heb gezegd, verkrachting betreft die ik altijd met de dood bestrafte, zelfs van burgers van vijandelijke staten, dat ik die laatste uitspraak verwierp; ik heb er weer op gewezen dat de alinea’s in scherpe tegenstelling staan tot de laatste opmerking, want als het me niets had kunnen schelen had ik iedere crimineel kunnen uitkiezen.
Ten derde was, dat heb ik hierboven duidelijk verklaard, hun belangrijkste taak achter de linies het zaaien van verwarring, verbindingen te verstoren, spoorwegen op te blazen en zo. Ten vierde: het hele gebeuren heeft nooit plaats gevonden.
Mr. JUSTICE JACKSON: U maakte bezwaar tegen het woord plunderen dat de eerste keer met verkrachting werd vertaald en dat is het enige bezwaar dat u tegen dit document maakte toen het u werd overhandigd. Is dat niet juist?
GÖRING: Nee, op die manier is dat niet juist. Ik zeg dit omdat het een zeer belangrijk concept is dat altijd in het bijzonder indruiste tegen mijn rechtsgevoel want kort na de machtsovername heb ik een verscherping van deze fase in het Duitse strafrecht doorgevoerd. En ik wilde met dit woord en dit concept aantonen dat dit gehele laatste gedeelte niet door mij had kunnen worden gezegd en ik ontken het gezegd te hebben. Ik zal absoluut en graag de verantwoordelijkheid op mij nemen voor de meest afschuwelijke dingen die ik heb gedaan maar ik ontken deze verklaring omdat die lijnrecht staat tegenover mijn opvattingen.
Mr. JUSTICE JACKSON: Wie is de ondertekenaar van dit document?
GÖRING: Dr. Joel.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ja, kende u hem?
GÖRING: Ik kende hem vluchtig. Ik ontmoette hem bij die bijeenkomst.
Mr. JUSTICE JACKSON: Hij was bij die bijeenkomst aanwezig?
GÖRING: Ik liet hem komen om hem te zeggen dat ik dat soort mensen wilde hebben.
Mr. JUSTICE JACKSON: Nu, u behandelde economische kwesties met de diverse bezette landen via de Rijkscommisarissen?
GÖRING: Ik heb onlangs getuigd dat allerlei soorten ambtenaren, waaronder de Rijkscommissarissen mijn economische richtlijnen en bevelen moesten opvolgen.
Mr. JUSTICE JACKSON: En verslag aan u moesten uitbrengen over economische kwesties?
GÖRING: Niet over allemaal, alleen voor zover het mijn richtlijnen betrof.
Mr. JUSTICE JACKSON: En wie was uw Reichskommissar in Polen?
GÖRING: Er was geen Reichskommissar in Polen. Er was een Gouverneur-generaal in Polen en dat was Dr. Frank.
Mr. JUSTICE JACKSON: En wie was Reichskommissar in Nederland?
GÖRING: Dr. Seyss-Inquart was Reichskommissar in Nederland.
Mr. JUSTICE JACKSON: Wie was Reichskommissar in Noorwegen?
GÖRING: In Noorwegen was Gauleiter Terboven Reichskommissar.
Mr. JUSTICE JACKSON: Terboven – was hij ook Gauleiter, zei u?
GÖRING: Hij was Gauleiter in Essen.
Mr. JUSTICE JACKSON: U benoemde hem im Noorwegen of regelde u zijn benoeming?
GÖRING: Ik benoemde hem niet in Noorwegen – dat viel buiten mijn bevoegdheid – en ik heb hem ook niet laten benoemen. Ik was op geen enkele wijze tegen zijn benoeming omdat ik vond dat hij een zeer kundig Reichskommissar zou worden.
Mr. JUSTICE JACKSON: En hij was daar van 1940 tot 1945?
GÖRING: Ik denk dat dat juist is.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik zal vragen u document R-134 te laten zien, een brief van Terboven aan u.
(document R-134 wordt aan beklaagde overhandigd)
Dat is een brief van 1 mei 1942, niet waar?
GÖRING: Ik zie de datum, ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: En dat hij u als volgt verslag uitbrengt, niet waar – het is aan u geadresseerd als Reichsmarschall "Mijn waarde Reichsmarschall", is dat juist?
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik sla de eerste alinea over of u moet er iets over op te merken hebben.
"Enkele dagen geleden arresteerden we op een eiland ten westen van Bergen een Noorse sabotage eenheid die was opgeleid door de Secret Service en vonden grote hoeveelheden sabotagemateriaal, sommige van een nieuw soort waaronder waarschijnlijk gif en bacteriën. Dat wat onbekend leek werd voor nader onderzoek doorgestuurd naar het RSHA.
"Naast andere taken moest deze eenheid met zijn sabotagewerk beginnen op Sola en Herdla, gebruik makend van de explosieven waarvan een monster is bijgesloten. Dit blijkt uit gevonden schriftelijke richtlijnen. Omdat moet worden aangenomen dat soortgelijke acties gaande zijn op vliegvelden aan de rest van de Europese kust en aangenomen dat het om een tot nu toe onbekend sabotagemiddel gaat, bericht ik u op de snelst mogelijke manier om u de gelegenheid te geven een passende waarschuwing uit te laten gaan.
"Helaas zijn tijdens het gevecht tegen de sabotage eenheid twee bijzonder betrouwbare officieren van de SIPO gedood; we hebben ze vanmorgen om 10:00 uur begraven op het Ehrenfriedhof in Bergen.
"Op dezelfde dag en het zelfde tijdstip werden op mijn bevel 18 Noren gefusilleerd. Zij waren enige tijd tevoren opgepakt bij een poging illegaal naar Engeland te ontkomem.
"Op dezelfde dag werd het hele dorp dat de sabotage eenheid onderdak had verschaft platgebrand en de bevolking afgevoerd. Alle mannen werden naar een Duits concentratiekamp afgevoerd zonder dat hun families daarvan op de hoogte werden gesteld. De vrouwen werden naar een dwangarbeiderskamp voor vrouwen in Noorwegen gestuurd en die kinderen die niet tot werken in staat waren, werden naar een kinderkamp gestuurd. Heil Hitler! Uw gehoorzame Terboven.
Is dat juist?
GÖRING: Het staat zo in die brief waarvan ik een afschrift voor me heb.
Mr. JUSTICE JACKSON: Terboven bleef na dat verslag aan tot 1945, niet waar?
GÖRING: Dat is juist.
Mr. JUSTICE JACKSON: Later in hetzelfde jaar 1942 nam u maatregelen gelijk aan die welke Terboven aan u meldde, niet waar?
GÖRING: Ik heb de vraag niet begrepen.
Mr. JUSTICE JACKSON: Nou, u paste later in het jaar dezelfde maatregelen toe als Terboven niet waar?
GÖRING: Waar?
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik zal vragen dat u document 1742-PS wordt getoond.
(document 1742-PS wordt aan beklaagde overhandigd)
Nu, dit is een decreet van 26 oktober 1942 van Göring. Ik vraag u mij te volgen:
"Tegelijk met de versterkte bestrijding van guerilla activiteiten die door de Führer is bevolen en het zuiveren van het gebied achter de linies, in het bijzonder dat achter Heeresgruppe Mitte, vraag ik dat de volgende punten in overweging worden genomen en de daaruit getrokken conclusies in praktijk worden gebracht:
"1 Tegelijk met de bestrijding van ondergrondse troepen en het uitkammen van door hen bezette gebieden moet al het beschikbare vee naar veilige gebieden worden gedreven. Ook moeten alle voedselvoorraden worden afgevoerd en overgebracht naar veilige gebieden zodat die voor de guerillas niet langer beschikbaar zijn.
"2 Alle mannelijke en vrouwelijke arbeiders die ook maar enigzins voor werk geschikt zijn moeten onder dwang worden geronseld en toegewezen aan de Generell Bevollmächtigte für den Arbeitseinsatz (Sauckel, Vert.) die ze dan in veilige gebieden achter de linies of in het Reich tewerk zal stellen. Er moeten achter de linies aparte kampen worden opgezet voor kinderen.
Is dat juist?
GÖRING: Absoluut. Het betreft door guerillas bezette gebieden en niemand kon van mij verwachten vee en voedingsmidddelen voor hen achter te laten. Bovendien moesten mensen die regelmatig werden aangespoord tot guerilla activiteiten en opstand tegen ons afgevoerd worden naar veilige gebieden en daar aan het werk gezet. Ik zou willen benadrukken dat dat van vitaal belang was voor de veiligheid van de troepen. Maar ik zou nogmaals willen benadrukken dat u zei dat ik dezelfde bevelen gaf die u uit Terboven’s brief hebt voorgelezen. Ik gaf geen bevel tot het platbranden van dorpen en ik heb geen bevel gegeven gijzelaars te fusilleren. Dat was principieel iets anders.
Mr. JUSTICE JACKSON: U haalde alleen maar alle mannen, vrouwen en kinderen bijeen en voerde ze af. Dat bedoelde ik.
Tegen mei 1944 werden uw problemen bij het verlies van jagers en jachtvliegers ernstig?
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: Op 19 mei 1944 had u een vergadering in uw kantoor met als onderwerp jachtvliegtuigen en het verlies aan jachtvliegers, niet waar?
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: En aan u zijn de notulen van die vergadering getoond en u hebt die bij uw ondervraging als echt erkend?
GÖRING: Het zijn niet de notulen van die vergadering. Het is een korte samenvatting door een officier op een vergadering die naar ik meen twee dagen duurde.
Mr. JUSTICE JACKSON: Ik verzoek dat u document L-166 wordt getoond. Het is getiteld "Zeer geheim document", niet waar?
GÖRING: Dat is juist.
Mr. JUSTICE JACKSON: En het is ook getiteld "Notulen van de vergadering over jachtvliegtuigen met de Reichsmarschall op 15 en 16 mei 1944." Dat is tock ook juist?
GÖRING: Nee, er staat: "Notities bij een vergadering over jachtvliegtuigen op het kantoor van de Reichsmarschall op 15 en 16 mei 1944."
Mr. JUSTICE JACKSON: Notities, u vertaalt dat met notities?
GÖRING: Hier staat memorandum en dat is het origineel.
Mr. JUSTICE JACKSON: "Notities bij een vergadering over jachtvliegtuigen."
GÖRING: Die twee dagen duurde.
Mr. JUSTICE JACKSON: En allereerst beschreef Generaal Galland in detail de situatie betreffende het vliegend personeel. Dat gebeurde niet waar en hij beschreef de verliezen?
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: En beschreef de verliezen?
GÖRING: Dat klopt.
Mr. JUSTICE JACKSON: En daarna beschreef hij enigszins uitvoerig onder punt 2: "maatregelen ter verbetering", klopt dat?
GÖRING: Volgens het memorandum ja maar of dat ook gebeurde kan ik niet zeggen.
Mr. JUSTICE JACKSON: Deze bijeenkomst werd gehouden, niet waar?
GÖRING: Zeker, en duurde twee dagen.
Mr. JUSTICE JACKSON: En toen deed onder punt 3 Generaal Galland enkele voorstellen, niet waar?
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: En daarna, na uitvoerige discussie deed Generaal Schmidt onder punten 12 en 13 enkele voorstellen, niet waar?
GÖRING: Dat moet zo zijn geweest, In ieder geval staat het in het memorandum.
Mr. JUSTICE JACKSON: U stelde een vergadering voor tussen de Chef van de Generale Staf en de chef van de artillerie, zo snel mogelijk, niet waar. Punt 13.
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: En de aanbevelingen en verzoeken van Generaal Schmidt staan in de punten 14 en 15 en in 16, 17 en 18?
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: Toen besloot u:
"De Reichsmarschall heeft besloten dat alleen de III Gruppen van de jachtvliegtuigen in het Reich blijven en dat alle operationele jagers versneld in dienst gesteld moeten worden.
Dat gebeurde ook, niet waar?
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: Dan:
"De Reichsmarschall wenst dat wanneer er aanvallen van geringe hoogte op vliegvelden worden uitgevoerd die aanzienlijke verliezen aan personeel en materieel veroorzaken, de ter verdediging en verspreiding genomen maatregelen door de Luftwaffenführungsstab moeten worden herzien". Nummer 19. Dat gebeurde ook, niet waar?
GÖRING: Ja.
Mr. JUSTICE JACKSON: Punt 20 luidt:
"De Reichsmarschall wenst aan de Führer voor te stellen dat Amerikaanse en Engelse bemanningen die willekeurig steden, rijdende passagierstreinen en soldaten beschieten die aan parachutes hangen onmiddellijk ter plaatse moeten worden gefusilleerd."Heb ik dat goed voorgelezen?
GÖRING: Dat staat hier. En ik heb er destijds direct bezwaar tegen gemaakt dat dat niet juist was. Deze passage heeft helemaal niets te maken met de strekking van de notities 19 tot 21. Bovendien is de uitdrukking "soldaten die aan parachutes hangen" zeer misleidend en niet algemeen gebruikt. Ik heb er lang over nagedacht hoe dit in die notities terecht is gekomen, die ik nooit heb gezien en die gedurende een periode van twee dagen zijn gemaakt, en kan alleen maar als verklaring bedenken dat ik erop heb gewezen – zoals uit het andere bewijsmateriaal blijkt – dat in de periode waarin de Führer in dit verband een richtlijn uitgaf dat er in ieder geval een fout gemaakt moet zijn; anders gezegd het moet niet zo zijn dat de Reichsmarschall aan de Führer wil voorstellen, enzovoorts maar dat ik kon hebben gesuggereerd dat de Führer een of andere bedoeling had. Maar de schrijver van deze notities zou hierover geraadpleegd moeten worden. Geen enkel ander punt in deze notities verwijst hiernaar. Zelfs het volgende punt is totaal verschillend. Waar al het andere verband met elkaar houdt, staat dit geheel op zich.
Mr. JUSTICE JACKSON: Van al die notities over die twee dagen is dit het enige waarvan u zegt dat het onjuist is.
Nu ga ik vragen dat u document 731-PS wordt getoond.
(document 731-PS wordt aan beklaagde overhandigd)
Nu, die vergadering waarvan ik u de notities net heb voorgelezen, werd binnen een week opgevolgd door het bevel, 731-PS, was het niet, het memorandum 731-PS dat luidt:
"De Führer is tot de volgende beslissing gekomen betreffende in bijzondere omstandigheden te nemen maatregelen tegen Anglo-Amerikaans luchtmachtpersoneel:
"Vijandelijke vliegers die zijn neergehaald moeten zonder veroordeling door een krijgsraad worden gefusilleerd in de volgende gevallen .....
De PRESIDENT: Mr. Justice Jackson, zou u niet moeten verwijzen naar een passage vier regels daarboven; na "Verslag van de Reichsmarschall"?
Mr. JUSTICE JACKSON: Dat heb ik niet gedaan maar misschien moet ik voor het verslag volledig zijn:
"Chef van de Commandostaf van de Strijdkrachten, Chef W.F.St. (Wehrmachtführungsstab).
Graag opdracht geven tot opstellen van order. W (Warlimont), K(Keitel), plaatsvervangend Chef Commandostaf van de Strijdkrachten. Moet worden doorgegeven aan Reichsführer SS. Volgens het verslag van de Reichsmarschall heeft Generaal Korten de volgende uitspraak gedaan: "Memorandum .." – ik denk dat de volgende zin niet origineel is – "De Führer is tot de volgende beslissing gekomen betreffende de in bijzondere omstandigheden te nemen maatregelen tegen Anglo-Amerikaans luchtmachtpersoneel:
"Vijandelijke vliegers van wie de machines zijn neergehaald moeten in de volgende gevallen zonder veroordeling door een krijgsraad worden gefusilleerd:
"(1) In geval van het beschieten van ons eigen luchtmachtpersoneel dat per parachute neerkomt,
"(2) in geval van luchtaanvallen op Duitse toestellen die een noodlanding hebben gemaakt en waarvan de bemanning nog in de onmiddellijke nabijheid is,
"(3) in geval van aanvallen op treinen in het openbaar vervoer."
"(4) in geval van aanvallen van geringe hoogte op individuele burgers, boeren, arbeiders burgervoertuigen enzovoorts."
Nu staat daar een aantekening: "in geval van aanvallen van geringe hoogte op individuele burgers, afzonderlijke burgervoertuigen enzovoorts," niet waar?
GÖRING: Op mijn afschrift : "in geval van aanvallen van geringe hoogte op individuele burgers", is het woord individueel doorgestreept en er staan twee woorden boven die ik niet kan lezen. Voor de uitdrukking "afzonderlijke burgervoertuigen," staat het woord burger en verwijzend naar punt 2 staat er:
"Ik betwijfel of de vernietiging van een vliegtuig dat een noodlanding heeft gemaakt niet kan worden beschouwd als een gangstermethode maar eerder als een maatregel die in overeenstemming is met de vereisten voor een beschaafde oorlogvoering.
We hebben hier te maken met de hele serie problemen die in die dagen en weken werden besproken en waarover ook Von Brauchitsch onlangs getuigenis heeft afgelegd.
Mr. JUSTICE JACKSON: Die notitie over die noodlanding is getekend met "J", niet waar, dat betekent Jodl?
GÖRING: Zeker.
Mr. JUSTICE JACKSON: Meer wens ik niet te vragen.
Er is een aantal documenten dat in verband hiermee moet worden ingediend en ik denk dat het het beste is als we die verzamelen en gedurende de avond klaar maken en ze morgenochtend indienen.
De PRESIDENT: Zeker, meneer Justice Jackson, u kunt ze dan allemaal indienen.
SIR DAVID MAXWELL-FYFE (Hoofdaanklager namens het Verenigd Koninkrijk): Ik wil u eerst enkele vragen stellen over de zaak van de RAF-officieren die uit Stalag Luft III ontsnapt zijn. Herinnert u zich dat u in uw getuigenis gezegd hebt dat u volledig en zeer nauwkeurig van dit incident op de hoogte was? Herinnert u zich dat u dat gezegd hebt?
GÖRING: Nee - dat ik nauwkeurige informatie had gekregen, niet dat ik nauwkeurig op de hoogte was - maar dat ik die informatie heb gekregen.
SIR DAVID: Laat me uw eigen woorden aanhalen zoals die zijn genoteerd: "Ik ken deze zaak volledig en zeer nauwkeurig, maar deze werd helaas pas op een later tijdstip onder mijn aandacht gebracht."
Dat is wat u onlangs hebt gezegd, niet waar?
GÖRING: Ja, dat bedoelde ik; ik was nauwkeurig van het incident op de hoogte, maar hoorde er pas twee dagen later over.
SIR DAVID: U vertelde het Tribunaal dat u toen met verlof was, in de laatste weken van maart 1944, is dat juist?
GÖRING: Ja, voor zover ik me herinner, was ik in maart met verlof tot een paar dagen voor Pasen.
SIR DAVID: En u zei: "Zoals ik kan bewijzen." Ik wil dat u het Tribunaal de data van uw verlof noemt.
GÖRING: Ik zeg nogmaals dat dit betrekking heeft op de hele maand maart - ik herinner het me goed - en als bewijs wilde ik graag de mensen noemen die met mij op verlof waren.
SIR DAVID: Wat ik wil weten, is waar u op verlof was?
GÖRING: Hier, in de omgeving van Neurenberg.
SIR DAVID: U was dus goed bereikbaar voor een telefoontje van het Luftfahrtministerium, of zelfs vanuit Breslau als u dat had gewild?
GÖRING: Ik zou makkelijk per telefoon bereikbaar zijn geweest als iemand me had willen spreken.
SIR DAVID: Ik wil dat u me helpt met betrekking tot een paar data waarover u hebt gesproken. U zegt: "Ik hoorde één of twee dagen later over deze ontsnapping." Begrijpt u, getuige, dat ik u vraag over de ontsnapping, voor het moment niet over de executie, dat wil ik duidelijk maken?
GÖRING: Dat is me duidelijk.
SIR DAVID: Bedoelde u daarmee dat u over de feitelijke ontsnapping hoorde, één of twee dagen nadat het gebeurd was?
GÖRING: Ja.
SIR DAVID: Hoorde u het van het kantoor van uw adjudant of van het Hoofd Operaties?
GÖRING: Deze dingen hoorde ik altijd via mijn adjudant. Er waren aan deze ontsnapping meerdere vooraf gegaan.
SIR DAVID: Ja, dat klopt. Er hebben een aantal ontsnappingen vanuit dit kamp plaats gevonden.
GÖRING: Ik kan u niet precies vertellen of ze vanuit dit kamp waren. Kort daarvoor hadden er verscheidene grote ontsnappingen plaats gevonden waarover ik altijd via het bureau van mijn adjudant hoorde.
SIR DAVID: Ik wil dat u het Tribunaal nog een datum noemt: U zei dat bij uw terugkomst van verlof uw Chef Staf u een notitie stuurde. Wie was uw Chef Staf?
GÖRING: Generaal Korten was in die tijd Chef Staf.
SIR DAVID: Kunt u ons de datum noemen waarop hij u deze notitie stuurde?
GÖRING: Nee, dat kan ik u niet precies zeggen. Ik meen dat ik dit incident later met mijn Chef Staf heb besproken en hem verteld wat ik al uit andere bronnen had vernomen.
SIR DAVID: Wie was de eerste die u erover vertelde? Was het uw Chef Staf die u vertelde over de executies? Bedoelt u dat iemand anders u iets had verteld over de executies?
GÖRING: Ik kan nu niet precies zeggen of ik van mijn Chef Staf over de executies heb gehoord, of uit andere bronnen. Maar hoe dan ook, ik heb het met mijn Chef Staf besproken.
SIR DAVID: Wanneer hebt u er met uw Chef Staf over gesproken?
GÖRING: Zo uit mijn hoofd kan ik u de juiste datum niet noemen, maar het moet rond Pasen geweest zijn.
SIR DAVID: Dat zou dan eind maart geweest zijn, niet waar?
GÖRING: Nee, het kan begin april geweest zijn, de eerste helft van april.
SIR DAVID: En toen had u een onderhoud met Himmler, hebt u ons verteld?
GÖRING: Ja, ik heb er met Himmler over gesproken.
SIR DAVID: Kunt u een exacte datum geven?
GÖRING: Ik kan die datum natuurlijk niet met zekerheid noemen. Ik ontmoette Himmler en bij de eerste gelegenheid nadat ik over dit incident had gehoord, heb ik er met hem over gesproken.
SIR DAVID: U kunt dus geen exacte data noemen in verband met uw terugkomst van verlof, het onderhoud met uw Chef Staf of Pasen?
GÖRING: Zonder documenten is het, zoals ik gezegd heb, onmogelijk voor mij om nu de juiste data te noemen. Ik kan ze slechts ruwweg noemen en dat heb ik gedaan.
SIR DAVID: U hebt onlangs gezegd dat u kon bewijzen wanneer u met verlof was. Moet ik aannemen dat u niet de moeite hebt genomen de data van uw verlof op te zoeken?
GÖRING: Ik heb al gezegd dat ik in maart op verlof was. Of ik op de 26ste, de 28ste of de 29ste terugkeerde kan ik u niet zeggen. Als bewijs daarvoor zou u de mensen moeten vragen die bij mij waren, die misschien deze datum nauwkeuriger kunnen noemen. Ik weet alleen dat ik daar in maart was.
SIR DAVID: Getuige, is het goed dat ik de laatste van uw data neem om mee te werken, de 29ste maart?
GÖRING: Het zou gemakkelijker zijn als u me vertelde wanneer Pasen dat jaar viel want ik herinner het me niet meer. Dan wordt het voor mij gemakkelijker de data vast te leggen, want ik weet dat ik een paar dagen voor Pasen naar Berchtesgaden terugkeerde om die vakantie met mijn gezin te vieren.
SIR DAVID: Een paar dagen voor Pasen ging u terug naar Berchtesgaden?
GÖRING: Ja.
SIR DAVID: Dus was u enkele dagen daarvoor teruggekomen van uw verlof in maart? Voordat u naar Berchtesgaden ging kwam u terug van verlof?
GÖRING: Het hoofdkwartier van de Führer was destijds In Berchtesgaden. Ik kwam van verlof terug naar Berchtesgaden en mijn verlof eindigde bij mijn terugkeer, want ik ging weer aan het werk. De terugkeer naar Berchtesgaden viel samen met het einde van mijn verlof.
SIR DAVID: Ik kan u zo uit het hoofd niet zeggen wanneer Pasen viel, maar ik herinner me toevallig dat Pinksteren op 28 mei viel. Pasen viel dus vroeg, ergens rond 5 april. Uw verlof eindigde dus ergens op het einde van maart, misschien de 26ste of de 29ste; dat klopt toch?
Nu, de executie van deze officieren vond plaats tussen 25 maart en 13 april, weet u dat?
GÖRING: Dat weet ik niet precies.
SIR DAVID: Dat kunt u van me aannemen, want er bestaat een officieel verslag van die executie en ik wil eerlijk tegenover u zijn. Slechts 49 van deze officieren werden op 6 april geëxecuteerd, voor zover dat vast staat en één werd ofwel op 13 april, dan wel later geëxecuteerd. Maar de kritieke periode is eind maart en we mogen aannemen dat u rond 29 maart terug was van verlof. Ik wil dat u het Tribunaal vertelt dat dit een zaak van groot belang was, nietwaar? Beschouwd werd als een zaak van groot belang?
GÖRING: Het was een zeer belangrijke zaak.
SIR DAVID: Generaal Milch - neem me niet kwalijk - Veldmaarschalk Milch heeft gezegd dat het een zaak voor de hoogste autoriteiten was en ik denk dat u hebt gezegd dat u wist dat het Hitler’s beslissing was deze officieren te executeren. Is dat zo?
GÖRING: De vraag kwam niet duidelijk over.
SIR DAVID: Het was Hitler’s beslissing dat deze officieren moesten worden geëxecuteerd?
GÖRING: Dat is juist en mij werd later medegedeeld dat het Hitler’s beslissing was.
SIR DAVID: Ik wil dat u zich even één ding herinnert. Zodra dit werd gepubliceerd, heeft de Britse minister van Buitenlandse Zaken, Mr. Eden direct gezegd dat Groot-Brittannië de plegers van deze moorden terecht zou laten staan, herinnert u zich dat?
GÖRING: Ik kan me de toespraak voor het Britse Parlement door Eden niet herinneren. Ik ken zelfs vandaag de dag de strekking van zijn toespraak niet. Ik heb alleen gehoord dat hij er in het Parlement over gesproken heeft.
SIR DAVID: Ik wil dat u het Tribunaal vertelt wie precies de betrokken personen van uw ministerie waren. Ik zal ze u noemen, dan zal het uiteindelijk sneller gaan. Als u het niet met me eens bent, verbetert u me maar. De commandant van Stalag Luft III was Oberst Lindeiner van uw dienstvak, nietwaar?
GÖRING: Dat is heel goed mogelijk. Ik kende de namen van al die commandanten niet. Hij is voor de krijgsraad geweest omdat de ontsnapping mogelijk was geweest. Hij was niet betrokken bij de executies.
SIR DAVID: Nee, maar hij was commandant van het kamp en ik neem aan dat u de vonnissen van het Zentralluftwaffengericht, dat hem tot een jaar gevangenisstraf veroordeelde wegens plichtsverzuim, doornam en bekrachtigde. Dat zou u toch bereiken, niet waar? Zou dat u niet bereiken ter inzage?
GÖRING: Nee, alleen als er zwaardere straffen werden opgelegd. Van een jaar gevangenisstraf zou ik niet op de hoogte zijn gebracht. Maar ik weet, en dat wil ik benadrukken, dat er een proces tegen hem gevoerd is wegens plichtsverzuim ten tijde van de ontsnapping.
SIR DAVID: In mei 1943 werd Inspektion 17 tussen de Luftwaffe en het Kriegsgefangenenwesen van het
OKW geschoven, herinnert u zich dat?
GÖRING: Ik ken de details van die inspecties niet of hoe nauw het Kriegsgefangenenwesen erbij betrokken was of hoe het anders was.
SIR DAVID: Ik wil u eraan herinneren wie uw eigen officieren waren. U begrijpt, getuige, dat uw eigen officieren bij deze zaak betrokken zijn. Ik wil dat u zich herinnert wie dat waren. Het hoofd van Inspektion 17, was dat Generaal-majoor Grosch van de Luftwaffe?
GÖRING: Generaal-majoor Grosch is van de Luftwaffe.
SIR DAVID: U hebt het Tribunaal laatst verteld - ik citeer uw eigen woorden - dat u uit inlichtingen volledig en minutieus op de hoogte was van dit incident. U vertelt het Tribunaal nu dat u niet weet of Generaal-majoor Grosch hoofd was van Inspektion 17 van de Luftwaffe.
GÖRING: Dat doet niet ter zake. Ik heb het Tribunaal verteld dat ik een nauwkeurig verslag heb gekregen van de executie van deze luchtmachtmensen, maar dat heeft niets te maken met Generaal Grosch en zijn inspectoraat, want hij nam geen deel aan de executie.
SIR DAVID: Ik zal u dat verband dadelijk aantonen, als u mijn vragen maar beantwoordt. Grosch’s eerste ondergeschikte was Oberst Welder, herinnert u zich dat?
GÖRING: Ik ken noch de organisatie van de inspectie van krijgsgevangenkampen tot in detail, noch de hoofden, noch welke rang zij hadden. Tenminste, niet uit mijn hoofd. Ik wil nogmaals benadrukken, zodat er geen verwarring ontstaat, dat toen ik zei dat ik deze zaak kende, ik bedoelde dat ik wist hoe het bevel was gegeven en dat de mensen waren geëxecuteerd, dat ik dit alles te weten kwam maar niet in verband met inspecties, ontsnappingsmogelijkheden en dergelijke.
SIR DAVID: En Generaal Grosch, als hoofd van Inspektion 17, moest die niet verslag uitbrengen aan Generaal Forster, uw Hoofd Operaties op het RLM?
GÖRING: Dat kan ik u niet zeggen zonder een personeelslijst. Generaal Forster was in die tijd, meen ik hoofd van de Luftwehr, of een vergelijkbare functie. Ik hield me minder met dit soort zaken bezig, want die gingen niet direct over tactiek, strategie of bewapening. Maar het is heel wel mogelijk en het is zeker dat hij tot het ministerie behoorde.
SIR DAVID: Ik zeg het u in het kort en als u het niet weet, laat ik het maar voor het moment. Wist u dat Generaal-majoor von Grävenitz hoofd was van de afdeling van beklaagde Keitel, het Kriegsgefangenenwesen dat verantwoordelijk was voor krijgsgevangenen?
GÖRING: Ik hoorde hier pas voor het eerst van Von Grävenitz, want ik had niet rechtstreeks met zijn afdeling te maken. Ik ken al die commandanten en hun ondergeschikten in hun honderden of duizenden afdelingen niet.
SIR DAVID: Ik neem dus aan dat u Kolonel, nu Generaal Westhoff van de afdeling onder Von Grävenitz niet kende?
GÖRING: Westhoff heb ik nooit ontmoet en hij hoorde niet bij de Luftwaffe.
SIR DAVID: Ik suggereer niet dat Von Grävenitz en Westhoff bij de Luftwaffe hoorden. Ik wilde duidelijk maken dat ik suggereerde dat ze bij Generaal Keitels organisatie hoorden.
GÖRING: Dat wist ik niet en ik wist ook niet welke functies zij uitoefenden.
SIR DAVID: Tot die tijd had u nog aanzienlijke invloed in het Reich, niet waar?
GÖRING: In die tijd niet meer. Dit gaat niet meer over 1944.
SIR DAVID: Maar u was nog steeds Oberbefehlshaber der Luftwaffe en Reichsluftfahrtminister, niet waar?
GÖRING: Ja, dat was ik.
SIR DAVID: En u was als hoofd van de Luftwaffe en hoofd van het RLM gedurende de hele oorlog tot aan die tijd verantwoordelijk voor zes krijgsgevangenkampen, nietwaar?
GÖRING: Hoeveel van die kampen er waren, weet ik niet. Maar natuurlijk ben ik verantwoordelijk voor die welke onder mijn ministerie vielen.
SIR DAVID: Onder de Luftwaffe?
GÖRING: Ja, die onder de Luftwaffe vielen.
SIR DAVID: U wist van het globale plan met betrekking tot behandeling van krijgsgevangenen, waarvan we hier de bewijzen hebben gehad, de Aktion Kugel, nietwaar?
GÖRING: Nee, ik wist niets van deze actie. Ik ben er niet over ingelicht.
SIR DAVID: U bent nooit ingelicht over Aktion Kugel?
GÖRING: Ik heb hier voor het eerst van Aktion Kugel gehoord; heb het document gezien en de uitdrukking voor het eerst gehoord. Bovendien heeft geen enkele officier van de Luftwaffe mij ooit over zoiets geïnformeerd; en ik geloof niet dat er ooit ook maar één officier uit een luchtmachtkamp is gehaald. Een rapport hierover heeft me in ieder geval nooit bereikt.
SIR DAVID: U weet wat Aktion Kugel inhield: ontsnapte officieren en onderofficieren, anders dan Britse en Amerikaanse, moesten worden overgedragen aan de politie en afgevoerd naar Mauthausen, waar ze werden geëxecuteerd door middel van een apparaat dat verborgen zat in een meetapparaat en dat terwijl ze dachten dat ze hun gevangeniskleren kregen aangemeten [zie foto]. U weet wat Aktion Kugel is, niet waar?
GÖRING: Ik heb er hier van gehoord.
SIR DAVID: Wilt u het Tribunaal wijsmaken dat u niet wist dat ontsnapte krijgsgevangenen door de politie werden opgepakt en naar Mauthausen afgevoerd?
GÖRING: Nee, dat wist ik niet. Integendeel, verscheidene gevangenen die uit mijn kampen ontsnapten, werden weer door de politie gepakt en die werden allemaal naar de kampen teruggebracht; dit was het eerste geval waarin dat min of meer niet gebeurde.
SIR DAVID: Maar wist u niet dat Kolonel Welder, de tweede man van Inspektion 17 op uw ministerie een maand hiervoor, in februari 1944 een schriftelijk bevel deed uitgaan volgens welk krijgsgevangenen die door de Luftwaffe waren opgepakt naar hun kampen moesten worden teruggebracht en degenen die door de politie waren opgepakt moesten worden vastgehouden en dan niet langer onder bescherming van de Luftwaffe stonden; wist u dat niet?
GÖRING: Nee, roept u alstublieft deze kolonel op om te getuigen of hij me ooit een dergelijk rapport heeft gestuurd of een dergelijke brief aan mij gericht.
SIR DAVID: Ik kan u natuurlijk niet vertellen of op uw ministerie goed gewerkt werd of niet. Maar hij heeft dat bevel zeker gegeven, want hij zegt het zelf.
GÖRING: Dan moet hij zeggen van wie hij dat bevel kreeg.
SIR DAVID: Ik begrijp het. Hij zegt dat hij het bevel gegeven heeft en u weet net zo goed als ik dat je voorzichtig moet zijn met krijgsgevangenen want er is een beschermende instantie die iedere klacht onderzoekt; u hebt de Conventie (van Genève, Vert.) niet afgezworen en u had in deze zaken beschermingsplicht gedurende de hele oorlog niet waar? Dat klopt toch?
GÖRING: Dat is juist, maar ik neem de vrijheid te vragen wie hem deze opdracht gaf, of hij die opdracht van mij kreeg.
SIR DAVID: Nu, hij zou hem niet direct van u gekregen hebben. Ik denk niet dat u hem ooit ontmoet hebt? Hij zou het hebben gekregen van Luitenant-generaal Grosch, nietwaar?
GÖRING: Dan moet Grosch zeggen of hij een dergelijke order van mij heeft gekregen. Ik heb nooit zo'n bevel gegeven.
SIR DAVID: Ik snap het. U zegt dus dat u er nooit van hebt gehoord - dit was drie en een half jaar na het begin van de oorlog - en u hebt nooit gehoord dat ontsnapte krijgsgevangenen aan de politie moesten worden overgedragen. Dat wilt u het Tribunaal doen geloven?
GÖRING: Ontsnapte krijgsgevangenen die misdaden hadden begaan, werden natuurlijk aan de politie overgedragen. Maar ik wil voor het Hof getuigen dat ik nooit bevolen heb dat ze aan de politie moesten worden overgedragen of naar
concentratiekampen gestuurd alleen maar omdat ze hadden geprobeerd te ontsnappen. Ik heb ook nooit geweten dat zulke maatregelen werden genomen.
SIR DAVID: Dit is mijn laatste vraag: Ik wil heel duidelijk stellen, getuige, dat ik het heb over diegenen die uit het kamp ontsnapt zijn en weer door de politie opgepakt. Wist u niet dat zij aan de politie werden overgedragen?
GÖRING: Nee. Alleen als ze op hun vlucht misdaden hadden begaan zoals moord of zo. Dat soort dingen gebeurden.
(de zitting wordt verdaagd tot 21 maart 1946 om 10:00 uur.)
Zie ook:
Verhoor Göring 8, Verhoor Göring 9
Slotverklaring Göring,
Vonnis Göring.