In dit artikel in de vorm van een interview worden de ervaringen van Anton Schwan als lid van de Kriegsmarine beschreven, beginnend met zijn opleiding tot rekruut in Breda, gevolgd door zijn opleiding tot torpedotechnicus in Duitsland. Na omzwervingen via Rotterdam en Kiel kwam hij onder meer terecht in het Noorse Kirkenes en in het Noord-Hollandse Velsen.
Ooggetuigenverslag van Ernst Pawlas met het Jägerregiment 49 aan het Oostfront tussen 1940 en 1945.
Deze tekst is ook in het Duits en Engels beschikbaar.
Ik heb gediend tijdens de Mareth- en Wadi Akarit-veldslagen als luitenant van de artillerie bij een Italiaanse batterij van antieke (model 1906) 75/27 kanonnen. In de Mareth-linie waren mijn kanonnen geplaatst op een hoge bergrug en ik was gelegerd in een observatiepost, ingegraven in de flank van een hoge berg (ik herinner me de naam niet meer) die uitzag over Djebel Tebaga.
Door mijn onderzoek naar een Kriegsmarine opleidingseenheid in Breda (14 SstA) kwam ik in contact met vele Duitse veteranen. Hun ervaringen zijn divers, zowel voor als tijdens de oorlog. De meeste melden zich bij de marine met het idee ook te gaan varen, maar het kon ook voorkomen dat een matroos nooit kennismaakte met de woeste baren. Helmut Lemke is zo’n persoon. Hij meldde zich aan bij de marine, maar is altijd op het land gebleven. Dit artikel beschrijft hoofdzakelijk zijn ervaringen voorafgaand aan de diensttijd.
Kurt Kröger diende in Rusland als onderofficier in I. Kompanie, Grenadier-Division 422 van de Rheinl.-Westf. Infanterie-Division van Heeresgruppe Nord. Zijn dagboek bestrijkt de periode tussen 31 october 1942 en 25 december 1944.
Deze herinneringen van Paul Krauss vormde een onderdeel van de biografie van Henk Kistemaker 5. SS-Pantserdivisie Wiking. Beide heren hebben elkaar tijdens de oorlog nooit ontmoet, maar wel tijdens bijeenkomsten van veteranen. De hieronder beschreven herinnering vond Henk Kistemaker bijzonder genoeg om in zijn eigen biografie op te nemen. Wij publiceren deze echter als een apart artikel en niet als onderdeel van de biografie van Henk Kistemaker.
Over de Slag in de Javazee zijn vele Nederlands- en Engelstalige boeken en artikelen verschenen. De enige bekende Japanse beschrijving van deze zeeslag is terug te vinden in het boek “Japanese Destroyer Captain” van de Japanse marineofficier Tameichi Hara, die de slag meemaakte als commandant van de torpedobootjager Amatsukaze. Het boek “Japanese Destroyer Captain”, dat in 1961 gepubliceerd werd, is een Engelstalige versie van zijn memoires en wordt gezien als één van de belangrijkste Japanse werken over de oorlog in de Pacific. In het volgende artikel wordt, van hoofdstuk 2 tot en met hoofdstuk 5, de Slag in de Javazee gezien vanuit Japans perspectief zoals die door Hara beschreven is. Het Nederlandse perspectief van deze slag wordt op Go2War2 uitgebreid beschreven in de artikelen “Hr. Ms. De Ruyter”, "Lichte kruisers van de Java-klasse”, “Lichte kruisers van de Tromp-klasse” en “Torpedobootjagers van de Admiralen-klasse”. De slagen in Straat Soenda en bij Bawean Eiland, die zich kort na de Slag in Javazee afspeelden en een definitief einde maakten aan het bestaan van de geallieerde vloot in Nederlands Oost-Indië, komen eveneens in deze artikelen aan bod.