Titel: | Russian Weapons of World War II |
Schrijver: | Porter, D. |
Uitgever: | Amber Books |
Uitgebracht: | 2018 |
Pagina's: | 224 |
Taal: | Engels |
ISBN: | 9781782746300 |
Omschrijving: | De publicatie 'Russian Weapons of World War II' (2018) geeft een beknopt overzicht van de belangrijkste wapens die tussen 1930 en 1945 door Sovjetsoldaten werden ingezet. Het boek is ingedeeld in zes hoofdstukken die ingaan op tanks en andere pantservoertuigen, artillerie, raketten en mortieren, infanteriewapens en overige uitrusting, vliegtuigen, Leen- en Pachtwet voertuigen en schepen. Het boek is voorzien van aanhangsels en een lijst met overige literatuur. Om oorlogen te winnen worden wapens ingezet. Dat was gedurende de middeleeuwen zo, maar ook tijdens conflicten die zich in de 20ste eeuw afspeelden. De Tweede Wereldoorlog was een technische oorlog in die zin dat er sprake was van wapenwedlopen op het gebied van infanteriewapens, tanks en andere pantservoertuigen, vliegtuigen, schepen, bommen en rakettechnologie. Het eerste hoofdstuk vertelt in ongeveer veertig pagina's het verhaal van de Sovjettankontwikkeling waarbij de eerste besproken tanks de lichte T-26, T-37, T-38, T-40, T-60 en T-70 zijn. Andere voertuigen zoals de middelzware T-28 komen ook aan bod. Mooie kleurenafbeeldingen vergezellen de beknopte, informatieve teksten. Bij elk voertuig worden specificaties genoemd zoals het aantal bemanningsleden, de productie, het gewicht, de afmetingen, de motor, de snelheid, de rijafstand, de bewapening en de bepantsering. Enkele historische gebeurtenissen zoals de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) en de Winteroorlog (1939-1940) worden behandeld om aan te geven welke invloed die hadden op tankontwikkeling. De snelle, lichte BT-tanks worden ook besproken, evenals de middelzware T-34 tanks (T-34-76 en T-34-85) en de zwaardere tankmodellen zoals de KV-series (KV-1, KV-2, KV-1S) en de Jozef Stalin, JS-tanks (JS-1, JS-2, zware tank IS-serie). De overige hoofdstukken behandelen in detail de ontwikkeling van de eerdergenoemde wapens zoals die voor de artillerie. Het getuigt van professionaliteit dat er relatief weinig fouten in het boek staan. Af en toe worden foutieve technische gegevens genoemd zoals op pagina 25 waarbij het T-34 Model 1941 met een 76,2mm L-11 geschut wordt aangegeven (de tank had een 76,2mm F-34 geschut). Dat is overigens ook het geval op pagina 26 waarbij de T-34-85 met een 85mm ZiS-53 of 85mm ZiS-S-53 kanon wordt genoemd (de tank had een 85mm D-5T, soms D-5T (85 mm) genoemd of een 85mm ZiS-S-53 geschut). De afmetingen van alle tanks en andere pantservoertuigen zijn over het algemeen correct weergegeven. De afmetingen van tankmodellen komt aan bod, evenals de bepantsering (maxima en minima). De specifieke dikte van de pantserplaten aan alle kanten van de romp en de koepel komt niet aan bod. Interessant is dat tankjagers en gemechaniseerd geschut zoals de SU-122, SU-85, SU-100, SU-152 en ISU-152 ook aan bod komen. Net als gepantserde auto's zoals de BA-10 en geïmproviseerde voertuigen. De verschillende technische specificaties van tankkanonnen komt ook aan bod. Het indrukwekkende silhouet van een 203mm B-4 houwitser (Model 1931) is op de eerste pagina van het hoofdstuk over artillerie, raketten en mortieren te zien. De 203mm M1931 (B-4) houwitser was een van de zwaarste Sovjethouwitsers en werd uitgerust met rupsbanden. De bijnaam van het geschut was 'Stalins sloophamer'. Het model werd onder andere gebruikt om forten en huizen te vernietigen. De Sovjets hadden ook een krachtig, 3,650 kilogram wegend antitankgeschut: de 100mm BS-3 (100mm Model 1944 BS-3). Het wapen schoot granaten met snelheden van 900m/s af en varianten werden later gebruikt in tankjagers. De kleinere 76mm ZiS-3 (76-mm-Divisionskanone M1942 (SiS-3) was bij Duitse soldaten gevreesd omdat het kanon een kenmerkend geluid maakte. Men hoorde eerst het geluid van de inslag en daarna pas de explosie van het vurende kanon. Daarom werd het kanon door Duitse troepen 'Ratsch-Bumm' genoemd (de inslag 'Ratsch' en daarna de knal van het kanon 'Bumm'). De gegevens in het boek geven aan dat de mondingssnelheid van de granaten 680m/s bedroeg en dat het bereik 13,29 kilometer was. De mondingssnelheid van de granaten uit het geschut was ook vrij hoog. Wat betreft andere wapens hadden de Sovjets de beschikking over 152mm houwitsers (onder andere het 152mm Model 1938 (M-10), het 152mm Model 1943 (D-1) en het bekende 152mm Model 1937 (ML-20). Ook was er 122mm M1931 (A-19) en 122mm Model 1931/37 (A-19M) geschut. Vaak werden er tankkanonnen gebaseerd op geschut zoals de 122mm D-25(T) die gebaseerd was op de 122mm A-19 en de 85mm D-5T die (deels) gebaseerd was op een bestaand 85mm luchtdoelgeschut (het 85 mm M1939 (52-K) luchtverdedigingskanon. Vaak werden wel verschillende modificaties aangebracht zoals het aanbrengen van een mondingsrem en verbeterde technieken (halfautomatisch sluitstuk). Een mondingsrem was overigens niet bij alle Sovjettanks aanwezig. Wat betreft infanteriewapens geeft hoofdstuk drie geringe informatie. Het eerste, inleidende gedeelte is informatief, maar de informatie over de wapens zelf is over het algemeen zeer kort. Zo is er weinig informatie te vinden over de Tokarev TT-33 (TT33 Tokarev) of de PPD-40. Zelfs de bekende Mosin Nagant geweren worden kort behandeld. De informatie over antitankmijnen is interessant en het feit dat er honden werden ingezet om Duitse tanks en andere voertuigen te vernietigen is vrij bekend. Minder bekend is het feit dat de hondentrainers zelf vaak walgden van het idee om honden te gebruiken als mobiele explosieven. De hondentrainers of soldaten die weigerden om honden in te zetten werden soms naar strafbataljons gestuurd (strafbataljons dienden vaak onder de meest gevaarlijke omstandigheden, soms in de voorste linies en werden af en toe gebruikt om mijnenvelden te laten detoneren). Het idee om honden als explosieven in te zetten werd na 1942 achterwege gelaten omdat de honden soms op Sovjettanks afrenden of in loopgraven sprongen en slachtoffers onder eigen troepen maakten. Het hoofdstuk over vliegtuigen en schepen is net als de andere hoofdstukken informatief, maar over het algemeen beknopt. Dat de Sovjets ook wapens van Groot-Brittannië en de VS gebruikten is algemeen bekend (Leen-en Pachtwet). De meeste tanks van die landen waren overigens niet van zeer grote waarde, afgezien van de M4 Sherman-tank en varianten. Vooral de middelzware M3 Lee werd gehaat (de tank werd 'graf voor zes of zeven broeders' genoemd). De M3 Lee was een hoog voertuig en kon relatief eenvoudig door antitankvuur geraakt worden. Een groot nadeel was het feit dat de hoofdbewapening (75mm) niet in een volledig draaibare koepel was gemonteerd waardoor het bereik zeer beperkt was. Russian Weapons of World War II geeft een informatief, maar beknopt overzicht van alle Sovjetwapens die tussen 1930 en 1945 ingezet werden. Dat de publicatie niet erg uitgebreid kan zijn heeft vooral te maken met het feit dat het gericht is op een breed publiek. Het boek is toch de moeite waard om te kopen en te lezen omdat er informatie in staat die elders soms ontbreekt. Ook zijn de verschillende kleurentekeningen c.q. platen interessant om te zien. Afgezien van enkele technische fouten is de gepresenteerde informatie over het algemeen correct en is het boek een aanvulling op ieders bibliotheek! |
Beoordeling: | Goed |