Tijdens de Duitse aanval op Frankrijk vanaf mei en juni 1940 werden verschillende kanonnen, tanks en infanteriewapens buitgemaakt. Feit is dat het Franse leger in 1940 sterke middelzware en zware tanks in dienst had die over het algemeen goed tot zeer goed waren gepantserd. De Duitsers waren verrast en soms ook geschokt toen zij voor het eerst Franse zware tanks zoals de Char B1 en Char B1 bis (de zogenaamde "Char de Bataille") tegenkwamen. Het was nagenoeg onmogelijk om met de bestaande Duitse tanks zoals de Panzerkampfwagen I (Panzer I/PzKpfw I), Panzerkampfwagen II (Panzer II/PzKpfw II), Panzerkampfwagen III (Panzer III) en Panzerkampfwagen IV (Panzer IV/PzKpfw IV) die zware Franse tanks met pantsermunitie uit te schakelen. Het frontale Franse B1 en B1 bis pantser bedroeg 40 tot 60mm staal en was vrijwel ondoordringbaar voor Duitse pantsergranaten. Om de sterkste Franse tanks uit te schakelen werd gebruik gemaakt van superieure tactieken (afsnijden en omsingelen), 10.5 cm artillerie of zwaarder, 8,8 cm luchtafweergeschut (8.8 cm Flak 18/36/37) of duikbommenwerpers (Junkers Ju 87). Veel Char B1 tanks raakten door hun brandstof en munitie heen en werden verlaten door Franse tankbemanningen. Omdat een klein aantal Char B1 onderstellen door Duitse troepen veroverd werd, was het mogelijk die onderstellen te bewapenen met Duitse 10.5 cm houwitsers. Die '10.5 cm leFH18/3 (Sf) auf Geschützwagen B-2(f)' was een improvisatie om een tankonderstel te combineren met grote vuurkracht. De afkorting '10.5 cm leFH18' verwijst naar '10.5 cm leichte Feldhaubitze 18'.
De verovering van vijandelijke tanks was heel normaal tijdens de Tweede Wereldoorlog. De Duitsers hadden een hele serie 'Beutepanzer' die ingezet werden aan het front of bij secundaire taken. In maart 1941 werden een aantal Char B1 onderstellen omgebouwd tot vlammenwerpertanks waarbij het mogelijk geacht werd artillerietanks te ontwikkelen (die vlammenwerpertanks waren overigens niet erg succesvol). In totaal werden zestien 10.5 cm leFH18/3 (Sf) auf Geschützwagen B-2(f) in maart 1941 besteld. Door de grote moeite om geschikte en onbeschadigde Char B1 onderstellen te vinden duurde het tot 1942 voordat die onderstellen geleverd werden. De modificatie geschiedde door de installatie van de Duitse 10.5 cm leFH18 te monteren in de romp van de Char B1. De voertuigen werden gebruikt in de Panzerartillerie afdelingen in Frankrijk in 1942. De tank (veroverde Char B1 bis) stond bekend onder de naam 'Panzerkampfwagen B-2 740(f)'.
Het voertuig werd ontworpen door Rheinmetall-Borsig waarbij gebruik werd gemaakt van 20mm (gepantserde opbouw die de plaats innam van de koepel) tot 60mm (romp) dikke staalplaten. De bovenkant van die opbouw was open. Vier tot vijf bemanningsleden waren nodig om de tank te bedienen: commandant, bestuurder en drie schutters. Een 7.92mm MG 34 machinegeweer was beschikbaar om de bemanning tegen een infanterieaanval te beschermen. Ook waren schietgaten voor de 9mm MP 40 aangebracht. Duitse radio's werden geïnstalleerd (FuG Spr f).
De eerste vijf 10.5 cm leFH18/3 (Sf) auf Geschützwagen B-2(f) werden geproduceerd in januari 1942. De rest volgde in februari (5) en maart (6). De voertuigen werden ingezet bij het Artillerie-Regiment 93, 1.Abteilung van de 26. Panzer-Division, gelegerd in Frankrijk. Duidelijk werd dat het voertuig regelmatig mechanische problemen had. Het regiment was tevens uitgerust met 'Wespe' gemechaniseerde artillerie.
Zoals eerder vermeldt was het voertuig uitgerust met een 10.5 cm houwitser. De 10.5 cm leFH18 was een standaardhouwitser in het Duitse leger en was in staat een 14.81 kilogram wegende brisantgranaat of een 14.25 wegende pantsergranaat (470m/s) af te vuren. Het maximale bereik bedroeg 10.675 meter. Het wapen was niet zo geschikt tegen vijandelijke tanks of als antitankwapen omdat slechts 52 mm staal tot op een afstand van vijfhonderd meter kon worden doorboord. In juni 1940 werd ook nog holle lading munitie voor de 10.5 cm houwitser ontwikkeld waarbij van een versnelde productie sprake was in 1941 en 1942 (waarschijnlijk door de introductie van de geduchte Sovjet T-34 en KV-1 tanks aan het Oostfront). Verschillende soorten van die munitie werden ontwikkeld. De 10.5 cm leFH18 had in de 10.5 cm leFH18/3 (Sf) auf Geschützwagen B-2(f) een elevatie van vier graden omlaag en twintig graden omhoog en kon vijftien graden naar links en rechts richten. Het richtvizier was het type Rblf36.
De 105x155R 14 kilogram wegende Pzgr (Panzergranate) van de 10.5 cm leFH18 legde een snelheid af van 470m/s en doorboorde 63 mm staal tot op een afstand van honderd meter, 59 mm tot op een afstand van vijfhonderd meter, 54 mm tot op een afstand van een kilometer, 50 mm tot op een afstand van anderhalve kilometer en 46 mm tot op een afstand van twee kilometer (bij een hoek van dertig graden). De 495m/s (494.9) holle lading munitie (Gr39 H1/A, Gr39 H1/B en Gr39 H1/C) was in staat 80 tot 100 mm staal te doorboren tot op een afstand van honderd meter of verder (hoek van dertig graden). Bij een hoek van negentig graden was de Gr39 H1/A in staat 92 mm staal te doorboren. De Gr39 H1/B doorboorde bij die hoek 104 mm staal en de Gr39 H1/C 115 mm.
De 10.5 cm leFH18/3 (Sf) auf Geschützwagen B-2(f) was een poging 10.5 cm artillerievuur te combineren op een gepantserd tankonderstel. Wat betreft operationele gegevens is niets bekend, afgezien van het feit dat het voertuig regelmatig te kampen had met mechanische problemen. Het hoge silhouet (ongeveer drie meter) van het voertuig maakte camouflage moeilijker dan bij kleinere voertuigen. Afgezien van dat feit was de 10.5 cm leFH18/3 (Sf) auf Geschützwagen B-2(f) in feite een improvisatie waarbij alle middelen werden aangegrepen om extra vuurkracht te generen. Lettende op de productieaantallen (16 stuks) zien we dat het voertuig niet in groten getale werd gefabriceerd.
Model: | 10.5 cm leFH18/3 (Sf) auf Geschützwagen B-2(f) |
Gewicht: | Plusminus 32.5 ton |
Bemanning: | 4 tot 5 man |
Motor: | Renault 6 cilinder 300 pk |
Snelheid: | 28 km/u maximaal op de weg |
Bereik: | 150 km |
Afmetingen: | Lengte: 7.5 meter, hoogte: 3.05 meter, breedte: 2.52 meter |
Bewapening: | 1 x 105mm (10.5 cm) leFH18/3 |
Munitie: | 105mm (10.5 cm) leFH18/3 (42 granaten) |
Bepantsering: | Voorkant - 60mm (opbouw: 20mm), zijkant - 60mm (opbouw: 20mm), achterkant - 55mm (opbouw: 20mm) |