TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

    Al vanaf de Eerste Wereldoorlog was het Duitse leger haar infanterieeenheden aan het opbouwen met als basis de vuurkracht van het machinegeweer. Hiertoe werden vele typen uitgetest en in gebruikt genomen totdat de firma Rheinmetall in het begin van de jaren 30 een wapen ontwikkelde dat zeer veelzijdig kon worden ingezet, de MG 34. Het wapen zou, tot haar vervanging door de MG 42, het standaard lichte machinegeweer van de Duitse infanterie zijn.

    Het was een uitstekend wapen dat naar keuze kon worden ingezet als aanvals-, verdedigings- en luchtafweerwapen en dat zelfs tot standaardwapen van de eerste Duitse pantserwagens en tanks werd gekozen. Het had echter ook wat nadelen. Eigenlijk was het, door zijn uitstekende ontwerp, een precisiewapen. Hierdoor was het minder geschikt voor infanterie-inzet dan eigenlijk bedoeld. Daarnaast was de MG 34 gevoelig voor vuil en stof, waardoor het met name aan het oostfront en in de woestijn van Noord-Afrika minder geschikt was. Toch werd het, met name door de hoge vuursnelheid een geducht en gevreesd wapen, dat bij diverse landen nog tot in de jaren 70 van de twintigste eeuw is gebruikt.


    Maschinengewehr 34 op tweepoot standaard Bron: Public Domain (onbekend)

    Definitielijst

    Eerste Wereldoorlog
    Ook wel Grote Oorlog genoemd, conflict dat ontstond na een groei van het nationalisme, militarisme en neo-kolonialisme in Europa en waarbij twee allianties elkaar bestreden gedurende een vier jaar durende strijd, die zich na een turbulent begin, geheel afspeelde in de loopgraven. De strijdende partijen waren Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland aan de ene kant (de Triple Entente), op den duur versterkt door o.a. Italië en de Verenigde Staten, en Duitsland, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere kant (de Centrale Mogendheden of Centralen). De strijd werd gekenmerkt door enorme aantallen slachtoffers en de inzet van vele nieuwe wapens (vlammenwerpers, vliegtuigen, gifgas, tanks). De oorlog eindigde met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland en zijn bondgenoten in 1918.
    infanterie
    Het voetvolk van een leger (infanterist).

    Geschiedenis

    Alhoewel het Verdrag van Versailles de Duitsers verbood om nieuwe wapens te ontwikkelen, werd in het geheim op buitenlandse locaties toch doorgewerkt aan de ontwikkeling van een Duits licht machinegeweer als infanteriewapen. Met name Zwitserse vestigingen van voormalige Duitse bedrijven bekwaamden zich hierin. De hier opgedane kennis bracht de firma's Rheinmetall en Mauser ertoe om vanaf 1929 de ontwikkeling gezamenlijk in Duitsland verder te voeren. Al in 1931 kon men een eerste model tentoonstellen. Toch moest men nog de nodige modificaties aanbrengen en kon er uiteindelijk in 1933 een wapen worden getoond dat de goedkeuring van het leger kon verkrijgen.

    Het grootste verschil tussen deze nieuwe Mauser MG 34 en haar voorgangers was de toepassing van een luchtgekoelde loop. De tot dan toe gebruikte machinegeweren in het Duitse leger waren voornamelijk van een watergekoeld type, waarbij een brede, waterhoudende mantel zich om de loop bevond. De MG 34 daarentegen werd luchtgekoeld en kreeg daartoe een doorboorde mantel rond de loop. Alhoewel Rheinmetall de ontwerper was, is het vooral Mauser geweest die de eerste productie ter hand nam. Daarnaast werden de wapens geproduceerd bij Wagenwerke Brünn. Totaal werden er ruim 390.000 stuks van dit wapen geproduceerd tot aan het einde van de Tweede Wereldoorlog.

    De eerste exemplaren van de MG 34 werden uitgerust met een munitietrommel, echter al na een jaar kon het laadsysteem worden uitgewisseld voor het laden middels een patroonband. Zo kon de MG 34 naar wens worden gebruikt met een 50-schots patroonband of een 75-schots trommel. Later werd dit middels een duo-trommel verhoogd naar 150. Wanneer het wapen gebruikt werd op een tweepoot- of driepootstandaard, kon naar wens een patroonband met 300 patronen worden gebruikt. Bij gebruik in pantserwagens werd meestal een patroonband in zak of kist gebruikt met 100 of 150 patronen. De trommels werden veelal gebruikt wanneer het wapen door de infanterie als aanvalswapen werd meegevoerd. Zodra men de MG 34 als verdedigings- of ondersteuningswapen in een vaste positie gebruikte, werd veelal de patroonband gebruikt.


    MG 34 team met wapen op driepoot standaard Bron: Bundesarchiv Bild 183-800456

    De eerste typen MG 34 kon een vuursnelheid van 800 á 900 schoten per minuut probleemloos halen. Bij deze hoge vuursnelheid zou de loop onherroepelijk vervangen moeten worden voordat deze te heet was om nog na afkoelen te kunnen gebruiken. Veelal werd dan ook een vuursnelheid van 600 schoten per minuut aangewend. Een heet geworden loop kon redelijk eenvoudig achterwaarts worden afgenomen en vervangen door een nieuwe. Eenvoudig kon men de hete loop laten afkoelen in water of bijvoorbeeld sneeuw om later weer te gebruiken.


    MG 34 voor gebruik in tanks en pantserwagens Bron: Wilco Vermeer collection

    Het ontwerp was ook zo gemaakt dat het vrij makkelijk in een voertuig geplaatst kon worden. Tevens werden er diverse monden voor het machinegeweer gemaakt om het goed te kunnen gebruiken als anti-luchtdoel geschut. Wanneer het gebruikt werd voor indirect vuur had het wapen een bereik van 3500 meter. Ongeveer 3000 meter was het maximale bereik voor direct vuur, maar 2500 meter was optimaal. Met het doel de vuursnelheid van het wapen te verhogen, werd het wapen verscheidene malen als test aangepast. Zo kon de MG 34S een vuursnelheid van 1700 schoten per minuut en de MG 34/41 zo'n 1200 halen. Alleen van de MG 34/41 zijn 1707 productiemodellen gebouwd bij Mauser. De hogere vuursnelheid had echter een negatieve invloed op de kwaliteit en levensduur van het wapen.


    MG 34 tweeling als luchtafweer wapen Bron: Bundesarchiv, Bild 101I-028-1632-13

    Speciaal voor het gebruik als luchtafweerwapen werd een aantal modificaties van de MG 34 geproduceerd. Deze staan bekend als Modell 131 en Modell 81. Voor gebruik in vliegtuigen werden de MG 151 en MG 151/20 ontwikkeld uit de MG 34.

    De MG 34 werd zoals al aangegeven, het standaard infanteriemachinegeweer bij het begin van de Tweede Wereldoorlog. Een sectie, belast met de bediening van een MG 34, bestond meestal uit drie personen. De schutter was belast met het vuren van het wapen, het werkend houden van het wapen en de algemene onderhoud. De tweede man droeg een reserveloop en munitievoorraad en was verantwoordelijk voor de toevoer van de munitie tijdens het gevecht. De derde persoon diende ervoor te zorgen dat voldoende munitie aanwezig was en zorgde voor de bescherming van de geschutspositie. Meestal werden vier secties samengevoegd tot een peloton (Gruppe), waaraan nog diverse andere onderdelen, zoals een mortierteam, konden zijn toegevoegd.

    Definitielijst

    infanterie
    Het voetvolk van een leger (infanterist).
    sectie
    Een sectie is van oudsher een van de kleinste eenheden in het leger. In de Franse tijd vormden twee secties samen een peloton. In de periode voor de Tweede Wereldoorlog was binnen het Nederlandse leger een sectie het equivalent van wat men naoorlogs peloton is gaan noemen.

    Technische gegevens

     Naam: Maschinengewehr 34
     Ontwerper:
    Heinrich Vollmer, Rheinmetal
     Bouwer:
    Rheinmetall-Borsig AG Soemmerda,
    Mauserwerke AG,
    Steyr-Daimler-Puch AG,
    Waffenwerke Brünn
     Type:
    Middelzware machinegeweer
     Totale lengte:
    1219 mm
     Totaalgewicht:
    12,1 kg
    32 kg (met driepoot)
     Looplengte:
    627 mm
     Kaliber:
    7,92 x 57 mm
     Vuursnelheid:
    800 - 900 schoten per minuut
    600 -1000 schoten per minuut (oudere versies)
    MG 34"S": 1.700 schoten per minuut
    MG 34/41: 1.200 schoten per minuut
     Mondingssnelheid:
    765 meter per seconde
     Vuurwijze:
    Enkelschots/Automatisch
     Vuurbereik:
    1200 m (middelzware Machinegeweer)
    3500 m (lluchtafweer)
    600 m effectief
     In gebruik:
    1936 - 1945 (Wehrmacht)
    1936 - heden (ander landen)
     Aantal:
    577.120 (ten minste)

    Definitielijst

    Kaliber
    De inwendige diameter van de loop van een stuk geschut, gemeten bij de monding. De lengte van de loop wordt vaak aangegeven in het aantal kalibers. Zo is bv de loop van het kanon 15/24 24 ×15 cm lang.

    Informatie

    Artikel door:
    Wilco Vermeer
    Geplaatst op:
    19-03-2003
    Laatst gewijzigd:
    20-02-2022
    Feedback?
    Stuur het in!

    Gerelateerde bezienswaardigheden

    Gerelateerde boeken

    German Infantryman (1) 1933–40