Titel: | Fallen Giants: The Combat Debut of the T-35A Tank |
Schrijver: | Francis Pulham |
Uitgever: | Fonthill Media |
Uitgebracht: | 2017 |
Pagina's: | 144 |
ISBN: | 1781556261 |
Omschrijving: |
Het boek 'Fallen Giants: The Combat Debut of the T-35A Tank' beschrijft de ontwikkeling en de inzet van de Sovjet zware T-35 tank die na 22 juni 1941 tegen de Wehrmacht werd ingezet. Het boek geeft een overzicht van alle bekende T-35 voertuigen (met chassisnummers) die aan het Oostfront werden ingezet. Met behulp van zwart-wit foto's wordt een beeld geschetst van het tragische lot van het merendeel van deze voertuigen. De gigantische, plusminus vijfenveertig ton wegende en tien meter (9.72) lange T-35 werd ontworpen om vijandelijke linies aan te vallen en te doorbreken met behulp van verschillende koepels die met 45mm (secundaire koepels) en 76mm kanonnen (primaire koepel) waren uitgerust. De kanonnen dienden om bunkers, versterkte posities en vijandelijke pantservoertuigen uit te schakelen. De machinegeweren waren bedoeld om vijandelijke infanterie uit te schakelen. Op papier leek de tank een succesvol ontwerp. In de praktijk was de tank grotendeels een mislukking. Sovjetpropaganda maakte gebruik van de indrukwekkende afmetingen van de tank en verheerlijkte de 'kracht' van het voertuig. Tijdens de aanval van Hitler-Duitsland op de Sovjet-Unie op 22 juni 1941 (operatie Barbarossa) werden duizenden tanks en andere pantservoertuigen aan beide kanten ingezet. De T-35 diende in het Rode Leger en werd als een traag 'landschip' ingezet bij tegenaanvallen om de Duitse opmars te vertragen of tegen te houden. Omdat de tank erg groot was werd het voertuig vaak snel opgemerkt door Duitse verkenningsvliegtuigen, duikbommenwerpers (Junkers Ju 87 Stuka), infanterie en andere voertuigen zoals tanks. De met 45mm en 76mm kanonnen bewapende T-35A was te groot, te traag en tevens te zwak gepantserd (20-30mm) om een echte bedreiging te vormen voor Duitse troepen. De bepantsering bood geen enkele bescherming tegen Duitse antitankkanonnen zoals de 3.7 cm Pak 35/36 of tankwapens zoals de 3,7 cm KwK 36 of de 5 cm KwK 38. De grootste bedreiging voor de T-35 waren echter vliegtuigbommen die enorme schade konden toebrengen aan het voertuig. Die schade is op veel foto's in het boek te zien. Vaak zien we complete koepels van onderstellen afgescheurd of T-35 tanks die gereduceerd zijn tot rokende wrakstukken. Er zijn zelfs foto's in het boek te zien waarop T-35 voertuigen niet meer te herkennen zijn als tanks. Door in te gaan op de verschillende chassisnummers van de tanks wordt een duidelijk beeld geschetst van de tragische historie van de voertuigen. Feit is dat veel T-35 tanks niet of nauwelijks uit de voeten konden om te ontsnappen dan wel om Duitse troepen aan te vallen. Het grote silhouet, de mechanische problemen met de motor, de transmissie (overbelast) en de rupsbanden, de slechte training van de tankbemanningen, de logistieke problemen (vervoer en aanvoer van onderdelen en munitie) en de Duitse superioriteit wat betreft tactieken, richtoptieken van tanks en communicatie (onder andere het gebruik van radio's) waren de belangrijkste factoren die ervoor zorgden dat de T-35 grotendeels mislukte om te dienen als effectief aanvals- of verdedigingsvoertuig. De tanks waren te groot en te 'lomp' om de snelle aanvallen van goed gecoördineerde Duitse troepen af te slaan. Wat betreft de technische prestaties was de bepantsering van de T-35 niet in staat om de Duitse tankgranaten van de middelzware Panzerkampfwagen III en IV tegen te houden (tot op grote afstand niet en van korte afstand al helemaal niet). Verschillende foto's laten zien hoe eenvoudig de zijkanten en de koepels van de T-35 doorboord werden door granaten of andere antitankwapens. Het moge duidelijk zijn dat de T-35 in de praktijk niet zo krachtig was als de Sovjetpropaganda op posters en tijdens militaire parades verkondigde. Het boek laat zien hoe Duitse soldaten de T-35 als een fotogeniek object beschouwden. Uitgeschakelde T-35 tanks werden gretig door Duitse Wehrmachtsoldaten gefotografeerd. Vaak poseerden Duitse soldaten voor, naast en op de tanks. De imposante en opvallende verschijning van de tank droeg bij aan die aantrekkingskracht. Duidelijk wordt dat de T-35 regelmatig ondersteund werd door andere, kleinere Sovjettanks bij aanvallen tegen Duitse eenheden. Voorbeelden zijn de lichte T-26 tank en de grotere middelzware T-28 tank. Soms waren aanvallen tegen Duitse eenheden en tanks succesvol. Af en toe werden Duitse tanks uitgeschakeld door T-35 tanks. Dat waren vaak echter uitzonderingen. Afgezien van de technische mankementen van de T-35 tank waren er tal van andere problemen. Zo lezen we dat het Rode Leger in juni 1941 erg verzwakt was door de zuiveringen (Grote Zuivering) die Stalin had uitgevoerd. Een groot deel van de meest bekwame Sovjetmilitairen was dood en het professionele niveau van het leger was over het algemeen laag te noemen (politieke commissarissen voerden vaak de regie). De over het algemeen slechte training van Sovjet-tankbemanningen droeg bij aan de enorme verliezen die de Sovjet-Unie in juni 1941 en later leed. De tactische inzet van tanks was over het algemeen slecht te noemen. Het ontbrak vaak aan slimme tactiek en goed leiderschap. De T-35 had te lijden van die problemen. Zo werden de tanks vaak niet voldoende ondersteund wat resulteerde in de vernietiging van de voertuigen. Het Duitse leger was in juni 1941 veel beter georganiseerd, werd door ervaren militairen geleid, het materiaal werd beter en slimmer ingezet, de coördinatie tussen gewapende eenheden en afdelingen was beter en er was tevens sprake van een goede samenwerking met de luchtmacht (Luftwaffe). De gecoördineerde inzet van infanterie, pantservoertuigen, artillerie en vliegtuigen bleek dodelijk. Alleen lettend op het pantser en de bewapening kunnen we vaststellen dat de T-35 grotendeels een fiasco was. Het pantser was maximaal 20 tot 30mm dik en de kanonnen konden vaak niet driehonderdzestig graden draaien door de manier waarop ze gemonteerd waren. Het idee dat veel kanonnen 'beter' zijn ging in de praktijk niet op. Verschillende kanonnen zorgden alleen maar voor problemen wat betreft het richten en het coördineren van de koepels. Het is logisch dat andere zware Sovjettanks zoals de KV-1 slechts één koepel hadden (Stalin had er persoonlijk voor gezorgd dat de KV-1 slechts een koepel kreeg door een koepel bij het model van een prototype af te breken!). Al met al geeft het boek over de T-35A een duidelijk beeld van de ontwikkeling en de inzet van het voertuig waarbij de lezer medelijden krijgt met de bemanningen van de tank. Zo'n groot, lomp en traag voertuig bedienen, dat nagenoeg geen bepantsering had of in ieder geval zwakke bepantsering, getuigt van veel moed. Dat de Sovjet-Unie in juni 1941 in een staat van paniek verkeerde is duidelijk. Daarom werden alle beschikbare middelen ingezet, ook de T-35 tank. Nagenoeg alle T-35 tanks werden vernietigd, zij het door vijandelijke acties of door transmissieproblemen (overbelast). Het idee van de inzet van 'landschepen', in de vorm van de T-35, was niet succesvol te noemen. Het zou verstandiger zijn geweest om andere tanks te maken in plaats van de zware T-35 waarvoor een grote hoeveelheid grondstoffen en mechanische onderdelen nodig was (voor de bewapening hoefde je het bijvoorbeeld niet te doen: de zware KV-1 tank had ook een 76mm kanon als hoofdbewapening). Minpunten van het boek zijn het ontbreken van technische specificaties of overzichten en eventuele kleurenfoto's. Het boek is grotendeels een foto-overzicht van het voertuig. Het is vooral bedoeld voor mensen met enige achtergrondkennis wat betreft tanks of met de nodige interesse. Voor wie die kennis of interesse heeft is het boek een aanrader! |
Goed |