Titel: | Images of War Special The Panzer IV: Hitler's Rock |
Schrijver: | Anthony Tucker-Jones |
Uitgever: | Pen & Sword Military |
Uitgebracht: | 2017 |
Pagina's: | 123 |
ISBN: | 1473856752 |
Omschrijving: |
In 2017 kwam een boek uit van de Images of War reeks getiteld 'The Panzer IV: Hitler's Rock'. Het boek omschrijft de belangrijkste tank van Hitler-Duitsland uit de Tweede Wereldoorlog: de Panzerkampfwagen (tank) IV. De Britten noemden het voertuig 'Mark IV', afgekort tot 'Mk IV'. De tank was ontwikkeld om te dienen naast het derde type tank, de Panzerkampfwagen III. De Panzerkampfwagen III (Panzer III) was ontworpen om vijandelijke tanks te vernietigen, de Panzer IV om vuursteun te verlenen en infanterie en andere licht gepantserde doelen aan te vallen. Om dat doel te bereiken werd de Panzer IV bewapend met een kort 75mm kanon (75mm KwK 37 L/24, 'KwK': 'Kampfwagenkanone'). Dat wapen kon pantsergranaten, brisant en holle lading munitie afvuren. Pantsergranaten om vijandelijke tanks te vernietigen, brisant om infanterie en licht gepantserde doelen aan te vallen en holle lading om het pantser van de sterkste vijandelijke tanks te doorboren. Bij de ontwikkeling van het tankwapen in Hitler-Duitsland werd in de jaren dertig (1932-1934) eerst de Panzerkampfwagen I (PzKpfw I) ontworpen. Die tank was zeer licht bepantserd en bewapend. Vervolgens werd een tweede type tank, de Panzerkampfwagen II, ontworpen en geproduceerd. De Panzerkampfwagen II (Panzer II) werd net als het eerste model (Panzer I) ingezet in 1939 in Polen, in 1940 in Frankijk, in 1940 in Nederland en vanaf 1941 in de Sovjet-Unie. Tijdens de 'sikkelslag' in 1940 door de Belgische Ardennen werden de Panzer I en II ook ingezet. Al in en na 1936, tijdens de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939), werd duidelijk dat de bepantsering en bewapening van beide tanks te zwak waren (onduidelijk is of de Panzer II werd ingezet tijdens de Spaanse Burgeroorlog). De Panzerkampfwagen III moest die problemen oplossen door een dikker pantser (30 tot 50mm) en betere bewapening (37 of 50mm kanon). Zoals gezegd werd naast de ontwikkeling van de Panzer III een nieuwe tank ontworpen: de Panzer IV (PzKpfw IV). Het boek van Tucker-Jones bespreekt de chronologische ontwikkeling van de PzKpfw IV waarbij alle modellen (A-C, D-F, F2, G-H en J) besproken worden. De eerste modellen (A tot en met F1) hadden een kort 75mm kanon, latere modellen (vanaf de F2 versie), een langer 75mm wapen. Dat eerste type kanon was de 75mm KwK 37 L/24, de latere kanonnen waren de 75mm KwK 40 L/43 en 75mm KwK 40 L/48. Dat langere 75mm wapen was ontwikkeld omdat tijdens de invasie van de Sovjet-Unie na 22 juni 1941 (Operatie Barbarossa) duidelijk werd dat de PzKpfw IV met het korte 75mm L/24 kanon vrijwel niets tegen de uitstekende, middelzware T-34 tank en zware KV-1 tank van de Sovjet-Unie kon beginnen. Het penetratievermogen van de Duitse pantsergranaten was tot op lange afstand te gering om het T-34 en KV-pantser te doorboren. Alleen holle lading munitie was in staat het T-34 en KV pantser te doorboren. Toch was holle lading munitie niet altijd succesvol. Daarom besloot de Duitse legertop over te gaan op de ontwikkeling van een nieuw 75mm kanon voor de Panzer IV (75mm KwK 40 L/43 en later 75mm KwK 40 L/48). De eerste nieuwe Panzer IV tank met dat nieuwe kanon was de Panzerkampfwagen IV Ausf. F2 (versie F2). Die tank werd in Noord-Afrika en in de Sovjet-Unie ingezet (1942). Duidelijk werd dat de standaard pantsergranaat van de Panzer IV Ausf. F2 in staat was de T-34 en KV uit te schakelen. De laatste door Hitler-Duitsland ontwikkelde Panzer IV was de Panzer IV Ausf. J. Die versie had een handmatig aangedreven koepel wat de draaisnelheid van de koepel drastisch reduceerde. Vaak waren 'Schürzen' (zijplaten van dun staal of van gaas) en 'Zimmerit' (antimagnetische pasta of verf) aangebracht op de tank tegen holle lading munitie ('Hohlladung') en antitankgeweren. Het nut van beide 'upgrades' viel te betwijfelen: de zijplaten waren nuttig tegen antitankwapens en holle lading maar konden snel eraf vallen, de Zimmerit scheen brandbaar te zijn (het had wel een positief effect wat betreft camouflage). De antimagnetische werking is echter nooit aangetoond. Tucker-Jones maakt duidelijk dat de bepantsering van de Panzer IV aanvankelijk niet erg dik was (15 tot 30mm staal). Alleen de latere modellen (G, H en J) hadden een frontale bepantsering van 50 tot 80mm staal (voorkant koepel en voorkant romp). De zijkanten van de Panzer IV waren relatief dun gepantserd (20 tot 30mm staal). Met behulp van vele zwart-wit afbeeldingen worden de verschillende productiemodellen besproken. Vanaf pagina 62 worden kleurenfoto's getoond van Panzer IV tanks. Naast de vele productieversies van de Panzer IV bespreekt de auteur voertuigen die gebaseerd zijn op de romp van de Panzer IV. Daaronder vallen commandovoertuigen (Befehlswagen IV), observatietanks, bruggenleggers (Brückenleger IV), munitiedragers, tankjagers (Jagdpanzer IV, Nashorn) en gemechaniseerde artillerie (Hummel). Om vliegtuigen te vernietigen werden tevens 'FlaK' ('Flugabwehr') voertuigen ontwikkeld. Möbelwagen, Wirbelwind en Ostwind zijn enkele voertuigen die speciaal bedoeld waren om laagvliegende vliegtuigen uit de lucht te schieten. Vooral de Wirbelwind en Ostwind spreken tot de verbeelding met hun opvallende koepel en bewapening (de Wirbelwind had vier 20mm kanonnen). De Panzerkampfwagen IV was de meest geproduceerde tank van Hitler-Duitsland. In totaal werden 8500 tot 9000 Panzerkampfwagen IV tanks gebouwd van alle productieversies (A-J). Vergeleken met de iconische Panzerkampfwagen VI Tiger I-tank (PzKpfw VI Tiger productieaantal van 1347 tot 1354 stuks), en de Panzerkampfwagen V Panther-tank (PzKpfw V Panther productieaantal plusminus 6000 stuks), diende de Panzer IV vanaf de jaren dertig tot en met 1945. In feite was de Panzer IV Hitlers 'werkpaard', net zoals de middelzware T-34 tank en de M4 Sherman-tank (M4 Sherman) de standaardtanks van de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten waren. Groot verschil is echter dat van T-34 en M4 Sherman ongeveer 80.000 tot 100.000 stuks gebouwd werden (de aantallen zijn nog laag gehouden, van de M4 Sherman werden alleen al 49.234 tot 50.000 stuks geproduceerd). Vergeleken met T-34 en M4 Sherman was de Panzerkampfwagen IV ongeveer even zwaar gepantserd (20 tot 80mm staal). Het voordeel van de T-34 was echter dat het voertuig schuin pantser had dat aan de voorkant 45 tot 53mm dik was in een hoek (equivalent aan 60 tot 80mm verticaal staal). Ondanks dat feit waren de latere Panzerkampfwagen IV versies met 75mm KwK 40 L/43 en L/48 kanonnen (F2, G, H en J) in staat de T-34 tank (T-34-76 en T-34-85) tot op relatief lange afstand (een of twee kilometer), uit te schakelen. Echter, voor tank duels tot op lange afstanden werden vaak Panther en Tiger-tanks ingezet vanwege hun superieure kanonnen. Hitlers 'steen', zo omschrijft Tucker-Jones de Panzer IV. Een terechte omschrijving omdat de tank de 'hoeksteen' was van het Duitse tankwapen tussen 1939 en 1945. Gelet op de informatieve teksten en de mooie afbeeldingen is 'The Panzer IV: Hitler's Rock' een aanrader voor militair historici, amateurhistorici of mensen die algemene interesse hebben in de wapentechniek van de Tweede Wereldoorlog. Voor diegene die op zoek is naar gedetailleerde technische overzichten of meer diepgaande teksten en informatie is het boek minder geschikt. Toch is de publicatie een zeer goede aanvulling op de collectie oorlogsboeken. |
Zeer goed |