Het Duitse slagschip Scharnhorst werd in 1939 in dienst gesteld en met zusterschip Gneisenau op pad gestuurd om de Britse koopvaardijroutes aan te vallen. Na inzet bij diverse operaties, waaronder operatie Weser, waarbij veelal samen met de Gneisenau werd geopereerd, werd het schip nadat de Gneisenau in langdurige reparatie ging, gekoppeld aan de Prinz Eugen en later de Tirpitz. Tijdens een operatie in december 1943 werd de Scharnhorst tot zinken gebracht door het Britse slagschip HMS Duke of York tijdens de Slag bij de Noordkaap.
Gebouwd
door: |
Kiel
gelegd: |
Te
waterlating: |
Aflevering: |
Einde: |
Reichsmarinewerft, Wilhelmshaven |
14 februari 1934 15 juni 1935 |
3 oktober 1936 |
7 januari 1939 |
26 december 1943 |
Bouwnummer : ? |
||||
Indeling: |
Datum
in: |
Datum
uit: |
Gegevens: |
|
7 januari 1939 |
Scharnhorst,
Befehlshaber der Panzerschiffe (B.d.P.) |
|||
7 maart 1939 |
26 december 1943 |
Scharnhorst, Oberbefehlshaber der Seestreitkräfte/Flottenkommando |
De Scharnhorst was vernoemd naar de Pruisische generaal Gerhard Johann David von Scharnhorst (1755-1813). De kiel van de Scharnhorst (Panzerschiff D, Ersatz Elsaß) werd op 14 februari 1934 gelegd. Op 5 juli stopte de bouw en werd het gebruikte materieel gesloopt. De bouwplannen werden namelijk wat veranderd. Op 15 juni 1935 werd de kiel opnieuw gelegd. Het schip werd op 7 januari 1939 in dienst gesteld. Van juli tot augustus 1939 lag de Scharnhorst in dok omdat haar boeg werd aangepast. Op 21 november werd ze samen met de Gneisenau (1936) erop uit gestuurd om ten zuiden van IJsland koopvaardijschepen aan te vallen. Twee dagen later brachten ze samen de Britse hulpkruiser HMS Rawalpindi tot zinken. Kort daarna raakte de Gneisenau tijdens een zware storm beschadigd. De beide schepen keerden daarom terug naar Kiel. De twee schepen werden samen met de zware kruiser Admiral Hipper (1937) en drie torpedobootjagers erop uit gestuurd voor operatie ‘Nordmark’ in februari 1940. Ze moeten Britse konvooien tussen Bergen en Groot-Brittannië aanvallen, maar er werden geen schepen waargenomen.
Tijdens operatie ‘Weserübung’, de invasie van Noorwegen, was de Gneisenau het vlaggenschip van Vize Admiral Lütjens. De Gneisenau en de Scharnhorst slaagden erin het Britse slagschip HMS Renown (72) weg te lokken van de kust van Noorwegen waar de transportschepen troepen uitlaadden. Er ontstond een kort gevecht waarbij de Gneisenau werd beschadigd. Tijdens operatie ‘Juno’ voerde de Scharnhorst samen met de Gneisenau, de zware kruiser Admiral Hipper en vier torpedobootjagers operaties uit in de Poolzee. Op 8 juni 1940 raakten de Scharnhorst en de Gneisenau in gevecht met het Britse vliegdekschip HMS Glorious (77) en de torpedobootjagers HMS Ardent (H41) en HMS Acasta (H09). Alle Britse schepen werden tot zinken gebracht. De Scharnhorst werd geraakt door een torpedo van de Acasta. Ze voer daarom naar Kiel om gerepareerd te worden.
Tijdens operatie ‘Berlin’ in januari 1941 braken de Gneisenau en de Scharnhorst uit naar de Atlantische Oceaan. Na 22 schepen tot zinken te hebben gebracht (Scharnhorst acht, Gneisenau dertien en samen één schip) keerden de twee schepen weer terug naar Brest. Daar werd de Scharnhorst zwaar beschadigd door Britse luchtaanvallen. In februari 1942 voerde de Scharnhorst samen met de Gneisenau, de zware kruiser Prinz Eugen (1938), zes torpedobootjagers, veertien torpedoboten en tien motortorpedoboten operatie ‘Cerberus’ uit. Ze moesten vanuit Frankrijk via Het Kanaal naar Duitsland ontsnappen. De operatie werd een succes, hoewel de Scharnhorst door twee mijnen werd geraakt. Op de dertiende kwam de Scharnhorst aan in Wilhelmshaven.
Ze werd gerepareerd in Kiel van februari 1942 tot januari 1943. Kort daarna voeren de Scharnhorst, de Prinz Eugen en drie torpedobootjagers naar Noorwegen tijdens operatie ‘Fronttheater’. Wegens gevaar voor luchtaanvallen keerden ze weer terug naar Gotenhafen. Kort daarna probeerden de Scharnhorst, de Prinz Eugen en twee torpedobootjagers het in operatie ‘Domino’ opnieuw. Omdat het bevoorraden mislukte keerden de schepen weer terug naar Gotenhafen. In maart probeerden de Scharnhorst en drie torpedobootjagers het opnieuw in operatie ‘Paderborn’. Dit keer lukte het wel.
In september 1943 voerden de Scharnhorst, het slagschip Tirpitz en negen torpedobootjagers een aanval uit op een basis op Spitzbergen tijdens operatie ‘Sizilien’.
Op 25 december 1943 voer de Scharnhorst samen met vijf torpedobootjagers onder bevel van Konter Admiral Bey uit. Ze gingen op zoek naar konvooi JW-55 B dat op weg was naar Moermansk. De torpedobootjagers voeren weg van de Scharnhorst om het konvooi te zoeken. De Scharnhorst werd kort daarna waargenomen door Britse kruisers. Deze leidden het slagschip HMS Duke of York (17) naar de Scharnhorst toe. De HMS Duke of York opende het vuur. De Scharnhorst had echter een hogere snelheid en liep uit op het Britse slagschip. De baan van de granaten van de HMS Duke of York werd echter steeds steiler en gevaarlijker. De Scharnhorst werd geraakt en zijn vaart verminderde. De HMS Duke of York, de zware kruiser HMS Norfolk (78), de lichte kruisers HMS Belfast (35) en HMS Jamaica (44) liepen steeds meer in op de Scharnhorst. Uiteindelijk werd de Scharnhorst de volgende morgen tot zinken gebracht door kanonvuur van HMS Duke of York en kanonvuur en torpedo’s van Jamaica. Slechts 36 van de 1.968 bemanningsleden van het Duitse slagschip overleefden het gevecht. De Slag bij de Noordkaap was het laatste gevecht van de oorlog op open zee waar grote oorlogsschepen elkaar met kanonnen beschoten.
Naam: | Scharnhorst |
Bouwer: |
Reichsmarinewerft, Wilhelmshaven |
Bouwnummer: |
? |
Naamsein/Registratie: |
? / ? |
Type/Klasse: |
Slagschepen / Scharnhorst-klasse (1936) |
Waterverplaatsing: |
32.100 lt (32.600 t) standaard 38.100 lt (38.700 t) volledig beladen |
Lengte: |
229,80 meter (234,90 meter na
boegverandering) |
Breedte: |
29,55 meter |
Diepgang: |
8,20 meter - 9,90 meter (bij
volledige belading) |
Aandrijving: |
3 sets Brown, Boveri & Co
geschakelde stoomturbines 12 Wagner Boilers 165.930 pk (122.041 kW) 5.360 ton olie |
Snelheid: |
31 knopen (57 km/u) |
Bereik: |
11.500 km bij 19 knopen (35 km/u) |
Bepantsering: |
Pantsergordel: 300-350 mm Dek: 80-95 mm Geschutstorens: 300-360 mm Commandotoren: 350 mm (maximaal) |
Bewapening (bij bouw): |
3x3 283 mm SK L/51 C/34 geschut 4x2 + 4x1 149 mm SK L/52 C/28 geschut 7x2 105 mm SK L/60 C/33 geschut 8x2 37 mm SK L/80 C/30 luchtafweergeschut 8x1 20 mm SK L/65 C/30 luchtafweergeschut 1-3 Heinkel He 114 watervliegtuigen |
Bemanning |
1.669 - 1.840 |
Kapitän zur See Otto
Ciliax (Kapitein ter Zee) |
7 januari 1939 |
Kapitän zur See Kurt
Caesar Hoffmann (Kapitein ter Zee) |
oktober 1939 |
Kapitän zur See Friedrich Hüffmeier (Kapitein ter Zee) | april 1942 |
Kapitän zur See Fritz Julius Hintze (Kapitein ter Zee) | oktober 1943 - 26 december 1943 |