Titel: | De nazi-jager - Het leven van Simon Wiesenthal (1908-2005) |
Schrijver: | Tom Segev |
Uitgever: | Balans |
Uitgebracht: | september 2010 |
Pagina's: | 448 |
ISBN: | 9789460032134 |
Omschrijving: |
Terwijl Simon Wiesenthal (1908-2005) door de één geroemd wordt vanwege zijn inzet om nazi-oorlogsmisdadigers voor het gerecht te krijgen, wordt hij door de ander beschouwd als een fantast en leugenaar. Vaak is hem verweten dat hij zijn kampverleden aandikte; zo beweerde hij Auschwitz overleefd te hebben, terwijl historisch onderzoek uitwijst dat hij daar tijdens de oorlog nooit geweest is. Ook wordt beweerd dat hij zijn rol bij het opsporen van oud-nazi’s zou hebben overdreven; hij liet de opsporing van Adolf Eichmann graag aan zich toeschrijven, terwijl zijn bijdrage daaraan beperkt was. En dan zijn er nog de conflicten die Wiesenthals naoorlogse carričre domineerden, zoals de ruzie die hij had met de Oostenrijkse bondskanselier Bruno Kreisky. Wiesenthal verweet hem dat hij ministers met een naziverleden toeliet in zijn kabinet en de regeringsleider sloeg keihard terug door te beweren dat Wiesenthal gecollaboreerd had met de nazi’s. Voor diegenen die Wiesenthal beschouwen als een held, iemand die zijn leven wijdde aan het bestrijden van het kwaad, is het moeilijk de leugens en schandalen een plek te geven in het positieve beeld dat ze hebben van de nazi-jager. Meer duidelijkheid vinden ze in de biografie die vijf jaar na Wiesenthals dood gepubliceerd is. De schrijver is de Israëlische historicus en journalist Tom Segev. Eerder schreef hij in “The Seventh Million” (2000) over de invloed van de Holocaust op de identiteit, ideologie en politiek van Israël. In “Soldiers of Evil” (1988) beschreef hij de levens van de commandanten van de concentratiekampen van nazi-Duitsland. Ook schreef hij meerdere boeken over de geschiedenis van Israël en het Arabisch-Israëlisch conflict, waarbij hij het niet nalaat om zich kritisch uit te laten over het handelen van de Israëlische staat. Door zijn deskundigheid betreffende de Holocaust en zijn reputatie als objectieve en kritische historicus is Segev een geloofwaardige biograaf van de controversiële Wiesenthal. Hij kreeg van Wiesenthals dochter toegang tot de persoonlijke archieven van haar vader en raadpleegde daarnaast ook meerdere andere organisaties, waaronder het Duitse Centrale Bureau voor Onderzoek naar Nazimisdaden in Ludwigsburg en het Israëlische Hooggerechtshof van Justitie in Jeruzalem. Ook sprak hij met meerdere mensen die met Wiesenthal te maken hebben gehad, zoals Eli Rosenbaum, de directeur van het Office of Special Investigations van het Amerikaanse ministerie van Justitie. Segev wist op deze manier veel nooit eerder gepubliceerde gegevens te achterhalen. De schrijver behandelt zowel de positieve als de negatieve aspecten van Wiesenthals carričre en leven. Veel aandacht geeft hij aan Wiesenthals conflicten, zoals de ruzie met Kreisky en de kwestie rond de Oostenrijkse bondspresident Kurt Waldheim. Wiesenthal had een goede relatie met de rechts-conservatieve Waldheim, wiens politieke ideologie hij deelde. Daarentegen moest hij weinig hebben van de sociaaldemocraat Kreisky, ook al waren ze allebei van Joodse afkomst. Toen Kreisky in 1970 een kabinet vormde met daarin enkele ministers met een naziverleden protesteerde Wiesenthal fel, maar dat liet hij na toen in 1986 bleek dat Waldheim gelogen had over zijn oorlogsverleden. De presidentskandidaat had, daarin gesteund door Wiesenthal, altijd ontkend iets te maken gehad te hebben met het nazisme, maar in werkelijkheid was hij lid geweest van de SA en had hij verzwegen dat hij tijdens de oorlog gediend had in een eenheid van de Wehrmacht die betrokken was geweest bij oorlogsmisdaden. De ruzie met Kreisky plaatste Wiesenthal in Oostenrijk in een kwaad licht en de Waldheim-affaire zette zijn internationale reputatie op het spel. En zo telde Wiesenthals carričre nog meer conflicten, zelfs met het naar hemzelf vernoemde centrum, waarvan hij de directeur, Marvin Hier, onder meer verweet te vaak eigenmachtig op te treden. Ook de aantoonbare onjuistheden en leugens die Wiesenthal verkondigde in zijn boeken worden door Segev nader belicht, evenals hoe hij zijn rol bij de jacht op nazi’s uitvergrootte. Hij zoekt er geen kwade bedoelingen achter, maar komt met heel aannemelijke verklaringen. Door zijn ervaringen met Holocaustoverlevenden weet de schrijver dat velen van hen lijden aan een schuldgevoel, omdat zij zelf wel overleefden en anderen niet. Dat gold volgens hem ook voor Wiesenthal en dat is de reden waarom hij zijn oorlogservaringen uitvergroot heeft; door zijn lijden te vergroten, rechtvaardigde hij zijn overleven. Daarnaast was Wiesenthal geen zorgvuldige historicus, maar een creatieve man met literaire ambities. Om zijn verhalen op literair niveau te brengen stond hij het zichzelf toe minder zuiver om te gaan met de feiten en zelfs dingen te verzinnen. Zo beschreef hij in zijn boek “De zonnebloem” (1969) een onwaarschijnlijke ontmoeting die hij in de oorlog gehad zou hebben met een stervende SS’er die hem op zijn sterfbed vroeg om vergiffenis, wat Wiesenthal hem niet wilde geven, omdat hij zich niet gemachtigd voelde om te spreken namens de Joodse bevolking. Dat hij eveneens bij de opsporing van voormalige nazi’s nogal eens een loopje met de feiten nam, was niet enkel om zijn grote ego te strelen, maar zeker ook om in de aandacht te blijven en zo zijn werk te kunnen doen. Immers had hij zelf geen enkele opsporingsbevoegdheid en was hij volledig afhankelijk van overheden die het vaak nalieten om nazi-oorlogsmisdadigers te vervolgen en daartoe enkel door de publieke opinie aangespoord konden worden. Hoeveel oorlogsmisdadigers mede dankzij Wiesenthal berecht konden worden, is een vraag die ook Segev niet concreet beantwoorden kan. Soms kwam Simon Wiesenthal met de doorslaggevende tip, andere keren bleef zijn aandeel beperkt tot het onder de publieke aandacht brengen van een bepaalde zaak. Zowel zijn successen, zoals zijn aandeel bij de opsporing van Sobibor-commandant Franz Stangl, als zijn mislukkingen, zoals zijn falen om Auschwitz-arts Josef Mengele voor het gerecht te krijgen, worden door Segev behandeld. Maar Wiesenthal was meer dan een “nazi-jager”, zo maakt hij duidelijk. Hij was een aanspreekpunt voor overlevenden van de Holocaust en nabestaanden van de slachtoffers. Brieven die aan hem gestuurd werden liet hij zelden onbeantwoord, met uitzondering van de duizenden anonieme haatbrieven, die hij echter wel consequent bewaarde in mappen met daarop de letter “M” van “mesjogge”. Ook was Wiesenthal een moreel baken voor de naoorlogse generatie: hij zette zich met succes in om de verjaring van nazimisdaden in Duitsland en Oostenrijk op te heffen, maar liet zich in zijn vastberadenheid om nazimisdadigers veroordeeld te krijgen altijd leiden door zijn liberale, humanistische opvattingen en niet door de wens om keiharde vergelding. “Geen wraak maar gerechtigheid”, was zeker geen loze strofe, maar werkelijk zijn overtuiging. Ook zijn inspanningen om het leed van andere slachtoffers van de nazi’s, zoals de zigeuners, erkend te krijgen, verdient veel lof, aangezien dit hem op veel kritiek kwam te staan van Joodse organisaties en personen, zoals Elie Wiesel, die het leed dat geschiedde in de vernietigingskampen exclusief opeisten voor het Joodse volk. Segev laat het na om een uitgesproken oordeel over Simon Wiesenthal te vellen, zodat de lezer zelf de vrijheid heeft om zijn mening over hem te vormen. In plaats van pasklare antwoorden te bieden, reikt hij betrouwbare en genuanceerde informatie aan die de lezer helpt bij het vormen van een oordeel. Zo laat hij iets in stand van de mysterieuze werkzaamheden en het ongrijpbare karakter van zijn hoofdpersoon, dat hem ook al tijdens zijn leven gekenmerkt heeft. Met het genuanceerde beeld dat hij schetst doet Segev zowel recht aan de persoon Wiesenthal als aan de historische feiten. De vele controverses en schandalen die Wiesenthals levensloop vullen, maken zijn levensverhaal aansprekend. Mede door de vlotte schrijfwijze en de aardige anekdotes – zoals de foute (antisemitische) grappen die Wiesenthal maakte – is het boek een aanrader voor iedereen die belangstelling heeft voor het onderwerp. Segev vertelt het verhaal van Wiesenthal, dat bij velen in hoofdlijnen toch wel bekend is, mede aan de hand van tot dusver onbekende informatie en komt zo tot nieuwe inzichten. Op een eigentijdse, intelligente wijze heeft hij een biografie geschreven over een bijzondere man die, of we nu overwegend positief of negatief over hem denken, zijn plek in de geschiedenisboeken verdiend heeft. |
Beoordeling: | Uitstekend |