Waar tijdens de Eerste Wereldoorlog de Kavallerie bij de diverse Duitse legers nog een aanzienlijke rol speelde, werd deze gedurende het interbellum steeds verder teruggedrongen. Kende de Reichsheer tussen de twee Wereldoorlogen nog drie Kavallerie-Divisionen, bij aanvang van de Tweede Wereldoorlog telde de Wehrmacht er nog maar twee. Tegenwoordig kent Duitsland geen Kavallerie eenheden meer.
Al sinds mensenheugenis vormde de Kavallerie een onderdeel van de oorlogvoering. Tijdens de ontwikkeling van het militaire apparaat ontstonden twee vormen, lichte Kavallerie en zware Kavallerie. Licht Kavallerie was synoniem voor kleine, licht bewapende en snelle eenheden die zich met grote snelheid over het slagveld konden verplaatsen, terwijl het kenmerk van zware Kavallerie bestond uit zware bewapening en bescherming die werden ingezet als ondersteuning voor de infanterie. Zware Kavallerie werd dan ook veelal ingezet als breekijzer om vijandelijk linies te doorbreken. Bij moderne oorlogvoering werd door de invoering van bepantsering en zwaardere wapens, de rol van de lichte Kavallerie toebedeeld aan de moderne Kavallerie terwijl de rol van de zware Kavallerie overging naar pantser eenheden.[1]
In oudere tijden kenden men in Duitsland verschillende varianten die onder de term Kavallerie vielen. In Pruissen werd gesproken over Jäger zu Pferde, terwijl men in Beieren, Saksen en Oostenrijk sprak over Chevaulegers. Na de Duitse eenwording in het Duitse Keizerrijk vanaf 1871 werd het Deutsches Heer dusdanig georganiseerd dat in vredestijd dit leger opgedeeld was in 25 korpsen die elk bestonden uit twee divisies. Elke divisie had standaard in haar midden een cavalerie brigade bestaande uit twee regimenten. Deze brigades droegen hetzelfde nummer als dat van de divisie. Zo had de 1. Division in haar midden de 1. Kavallerie-Brigade enzovoorts. Toen in augustus 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak, werden de cavalerie onderdelen teruggetrokken uit de vooroorlogse organisatie om nieuwe cavalerie divisies te formeren. Tegelijkertijd werden de divisies omgevormd tot infanterie divisies. De 66 regimenten, verdeeld over 33 brigades werden opnieuw ingericht. Hier werden elf cavalerie divisies uit gegenereerd. De overgebleven 22 cavalerie brigades werden opgesplitst en de regimenten werden toebedeeld aan infanterie divisies als divisie cavalerie. Naast de 1. Kavallerie-Division, werden 2. Kavallerie-Division tot en met de 9. Kavallerie-Division, de Garde-Kavallerie-Division en de Bayerische Kavallerie-Division geformeerd. Door de ontwikkelingen van wapens zoals de mitrailleur, raakte hun rol al snel beperkt tot pure infanterie ondersteuning en een vorm van transport. De weinige daadwerkelijke charges met Kavallerie eenheden vonden dan ook plaats ter ondersteuning van de infanterie of in enkele gevallen in directe strijd tegen vijandelijke Kavallerie.[2][3]
Tijdens het Interbellum mocht Duitsland binnen de nieuw gevormde Reichsheer een aanzienlijke hoeveelheid Kavallerie in ere houden. Hiermee werden drie divisies geformeerd. Bij de nieuwe Wehrmacht werd dit gereduceerd tot twee. Doordat bij veel landen de ontwikkeling van de pantsereenheden achter was gebleven, konden deze Kavallerie eenheden nog een rol van betekenis spelen. Hoewel de rol van Kavallerie als zodanig op het slagveld nagenoeg was uitgespeeld, bleef de rol van het paard tijdens de gehele Tweede Wereldoorlog nog van belang, maar dan vooral als vorm van transport.
In moderner tijden werd de Kavallerie volledig gemotoriseerd en kreeg het vooral een verkennende rol. Het paard werd hierbij veelal niet afgeschaft maar kreeg vooral een ceremoniële rol. Onderstaand is een overzicht van de diverse Heer Kavallerie-Divisionen te vinden.
geen insigne
bekend |
Garde-Kavallerie-Division Alternatieve namen: geen Basiseenheid: Garde-Kavallerie-Brigade (Pruissen) Ontstaan: augustus 1914 Einde: maart 1918 Opvolger: Garde-Kavallerie-Schützen-Division Bevelhebbers: Generalleutnant Adolf von Storch (19 juni 1914) Generalmajor Günther von Etzel (24 september 1914) Generalleutnant Adolf von Storch (1 december 1914) Generalmajor Heinrich von Hofmann (22 ebruari 1918) Basissamenstelling: 1. Garde-Kavallerie-Brigade 2. Garde-Kavallerie-Brigade 3. Garde-Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung/1. Garde-Feldartillerie-Regiment Garde-MG-Abteilung Garde-Pionier-Abteilung |
geen insigne
bekend |
Bayerische-Kavallerie-Division Alternatieve namen: Geen Basiseenheid: Königlich Bayerische Kavallerie-Division Ontstaan: augustus 1914 Einde: 1919 Opvolger: 5. Kavallerie-Brigade Bevelhebbers: Generalleutnant Otto von Stetten (4 augustus 1914) Generalleutnant Karl von Wenninger (5 november 1914) Generalleutnant Philipp von Hellingrath (6 maart 1915) Generalleutnant Moritz von und zu Egloffstein (14 december 1916) Basissamenstelling: 1. Kavallerie-Brigade 4. Kavallerie-Brigade 5. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung/5. Feldartillerie-Regiment „König Alfons XIII. von Spanien" 1. MG-Abteilung Pionier-Abteilung |
1. Kavallerie-Division Alternatieve namen: Springende Reiter Basiseenheid: 1. Kavallerie-Brigade (1e keer) 1., 2., 3., 4., 5. en 6. (Preussisches) Reiter-Regiment (2e keer) 1. Kavallerie-Brigade (3e keer) Ontstaan: augustus 1914 (1e keer) 1 januari 1921 (2e keer) oktober 1939 (3e keer) Einde: januari 1919 (1e keer) april 1936 (2e keer) november 1941 (3e keer) Opvolger: ? (1e keer) Kavallerie-Kommando Insterburg (2e keer) 24. Panzer-Division (3e keer) Bevelhebbers: Generalleutnant Hermann Brecht (2 augustus 1914) Generalleutnant Hans von Heuduck (3 september 1916) Generalmajor Anton von der Schulenburg (27 januari 1918) General der Kavallerie Rudolf von Horn (1 januari 1921) Generalleutnant Otto Freiherr von Tettau (1 april 1921) General der Kavallerie Walther von Jagow (1 april 1923) Generalleutnant Ulrich von Henning auf Schönhoff (1 februari 1927) Generalleutnant Georg Brandt (1 februari 1929) Generalleutnant Fedor von Bock (1 december 1929) Generalleutnant Werner Freiherr von Fritsch (1 oktober 1931) Generalleutnant Ludwig Beck (1 oktober 1932) Generalmajor Maximilian Reichsfreiherr von Weichs (1934) Oberst/Generalmajor Kurt Feldt (25 oktober 1939) Basissamenstelling: 1914-1918: 1. Kavallerie-Brigade 2. Kavallerie-Brigade 41. Kavallerie-Brigade 18. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung, Feldartillerie-Regiment „Prinz August von Preußen" (1. Litthauisches) Nr. 1 Reitende Abteilung, 1. Westpreußisches Feldartillerie-Regiment Nr. 35 Kavallerie-Pionier-Abteilung Nr. 1 1921-1934: 1. (Preußisches) Reiter-Regiment 2. (Preußisches) Reiter-Regiment 3. (Preußisches) Reiter-Regiment 4. (Preußisches) Reiter-Regiment 5. (Preußisches) Reiter-Regiment 6. (Preußisches) Reiter-Regiment 1934-1936: 1. Kavallerie-Brigade 2. Kavellerie-Brigade 1939-1941: Reiter-Brigade 1 Reiter-Brigade 2 Reitendes-Artillerie-Regiment 202 (tot 10 januari 1940) Reitendes-Artillerie-Regiment 1 (vanaf 10 januari 1940) Radfahr-Abteilung 1 Panzerabwehr-Abteilung 40 Panzerjäger-Abteilung 40 Pionier-Bataillon 40 Nachrichten-Abteilung 86 Divisions-Nachschubführer 40 Sanitätsdienste 40 Veterinär-Kompanie 40 Verpflegungsamt 40 Bäckerei-Kompanie 40 Schlächterei-Zug 40 Feldpostamt 40 |
|
geen insigne bekend | 2. Kavallerie-Division Alternatieve namen: ? Basiseenheid: ? (1e keer) ? 92e keer) Ontstaan: augustus 1914 (1e keer) 1 januari 1921 (2e keer) Einde: ? (1e keer) april 1936 (2e keer) Opvolger: ? (1e keer) ? (2e keer) Bevelhebbers: Generalleutnant Friedrich von Krane (2 augustus 1914) Generalmajor Georg Thumb von Neuburg (15 september 1914) Generalmajor Günther von Etzel (31 augustus 1916) Generalmajor Karl Leopold von der Goltz (11 mei 1917) Generalleutnant Otto von Preinitzer (1 mei 1920) Generalleutnant Ernst Hasse (1 april 1922) Generalmajor Hugo von Kayser (1 januari 1925) Generalleutnant Richard von Graberg (1 oktober 1926) Generalleutnant Gerd von Rundstedt (1 oktober 1928) Generalmajor Ewald von Kleist (1 februari 1932) Generalmajor Günther von Pogrell (1 oktober 1933) Basissamenstelling: 1914-1918: 5. Kavallerie-Brigade 8. Kavallerie-Brigade Leib-Husaren-Brigade Reitende Abteilung/1. Westpreußisches Feldartillerie-Regiment Nr. 35 MG-Abteilung Nr. 4 Pionier-Abteilung 1918-1919: 22. Kavallerie-Brigade 25. Kavallerie-Brigade 7. Königlich Bayerische Kavallerie-Brigade Kavallerie-Nachrichten-Abteilung Nr. 2 Kavallerie-Nachrichten-Abteilung Nr. 7 1920 - 1935: 7. (Preußisches) Reiter-Regiment 8. (Preußisches) Reiter-Regiment 9. (Preußisches) Reiter-Regiment 10. (Preußisches) Reiter-Regiment 11. (Preußisches) Reiter-Regiment 12. (Sächsisches) Reiter-Regiment |
geen insigne
bekend |
3. Kavallerie-Division Alternatieve namen: Geen Basiseenheid: ? (1e keer) ?: 2e keer) 3. Kavallerie-Brigade (3e keer) Ontstaan: augustus 1914 (1e keer) 1 januari 1921 (2e keer) februari 1945 (3e keer) Einde: 2 november 1916 (1e keer) 1 oktober 1934 (2e keer) mei 1945 (3e keer) Opvolger: Korps Schmettow (1e keer) 1. Panzer-Division (2e keer) geen (3e keer) Bevelhebbers: Generalmajor Kurt von Unger (2 augustus 1914 Generalmajor Günther von Etzel (31 mei 1915) Generalleutnant Eberhard von Schmettow (31 augustus 1916) Generalmajor Georg Thumb von Neuburg (1 september 1916) Generalleutnant Johannes Koch (1 januari 1921 Generalleutnant Eginhard Eschborn (16 juni 1921) General der Kavallerie Paul Hasse (1 oktober 1923 Generalleutnant Hans von Viereck (1 maart 1926) Generalleutnant Kurt Freiherr von Gienanth (1 maart 1929) Generalmajor Wilhelm Knochenhauer (1 november 1931) Generalmajor Peter von der Groeben (februari 1945) Basissamenstelling: 1914-1916: 16. Kavallerie-Brigade 22. Kavallerie-Brigade 25. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung/1. Kurhessisches Feldartillerie-Regiment Nr. 11 MG-Abteilung Nr. 2 Pionier-Abteilung 1921-1934: 13. (Preussisches) Reiter-Regiment 14. Reiter-Regiment 15. (Preussisches) Reiter-Regiment 16. Reiter-Regiment 18. Reiter-Regiment 1945: Reiter-Regiment 31 Reiter-Regiment 32 Artillerie-Regiment 869 Panzer-Aufklärungs-Abteilung 69 Kosaken-Abteilung 69 Nachrichten-Abteilung 238 Divisionseinheiten 69 |
geen insigne
bekend |
4. Kavallerie-Division Alternatieve namen: geen Voorloper: ? (1e keer) 4. Kavallerie-Brigade (2e keer) Ontstaan: augustus 1914 (1e keer) februari 1945 (2e keer) Einde: oktober 1916 (1e keer) mei 1945 (2e keer) Opvolger: 4. Kavallerie-Schützen-Division (1e keer) geen (2e keer) Bevelhebbers: Generalleutnant Otto von Garnier (2 augustus 1914) Generalmajor Heinrich von Hofmann (23 november 1914) Generalmajor Georg Thumb von Neuburg (31 augustus 1916) Generalmajor Rudolf Holste (februari 1945) Generalleutnant Helmuth von Grolman (24 maart 1945) Basissamenstelling: 1914-1916: 3. Kavallerie-Brigade 17. Kavallerie-Brigade 18. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung/Feldartillerie-Regiment „General-Feldzeugmeister" (1. Brandenburgisches) Nr. 3 Garde-MG-Abteilung Nr. 2 Pionier-Abteilung 1945: Reiter-Regiment 5 Reiter-Regiment 41 Artillerie-Regiment 870 Panzeraufklärungs-Abteilung 70 Nachrichten-Abteilung 387 Divisionseinheiten 70 |
geen insigne
bekend |
5. Kavallerie-Division Alternatieve namen: Geen Voorloper: ? Ontstaan: augustus 1914 Einde: 27 februari 1918 Opvolger: geen Bevelhebbers: Generalmajor Karl von Ilsemann (2 oktober 1914) Generalmajor Fritz von Unger (27 oktober 1914 Generalleutnant Ernst von Heydebreck (26 december 1914) Generalmajor Eberhard von Hofacker (14 december 1915) Generalmajor Rudolf Rusche (13 augustus 1916) Generalleutnant Fritz von Unger (19 september 1916) Generalleutnant Adalbert von Wurmb (31 januari 1917) Basissamenstelling: 9. Kavallerie-Brigade 11. Kavallerie-Brigade 12. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung/Feldartillerie-Regiment „von Podbielski" (1. Niederschlesisches) Nr. 5 MG-Abteilung Nr. 1 Pionier-Abteilung |
geen insigne
bekend |
6. Kavallerie-Division Alternatieve namen: geen Basiseenheid: ? Ontstaan: augustus 1914 Einde: 30 april 1918 Opvolger: 6. Kavallerie-Schützen-Division Bevelhebbers: Generalleutnant Egon Graf von Schmettow (2 augustus 1914) Generalleutnant Hermann Heidborn (30 augustus 1915) Generalmajor Georg Saenger (8 juli 1916) Basissamenstelling: 28. Kavallerie-Brigade 33. Kavallerie-Brigade 45. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung/Feldartillerie-Regiment „von Holtzendorff" (1. Rheinisches) Nr. 8 MG-Abteilung Nr. 6 Pionier-Abteilung |
geen insigne
bekend |
7. Kavallerie-Division Alternatieve namen: Geen Basiseenheid: ? Ontstaan: augustus 1914 Einde: mei 1918 Opvolger: 7. Kavallerie-Schützen-Division Bevelhebbers: Generalleutnant Ernst von Heydebreck (2 augustus 1914 Generalmajor Fritz von Unger (26 december 1914) Generalmajor Udo von Selchow (19 september 1916) Generalmajor Albert von Mutius (11 oktober 1916) Generalmajor Arthur von Lupin (15 april 1917) Generalleutnant Hermann Heidborn (19 mei 1917) Generalmajor Dietrich von Bodelschwingh (22 juli 1917 Basissamenstelling: 1914-1916: 26. Kavallerie-Brigade 30. Kavallerie-Brigade 42. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung des 1. Ober-Elsässisches Feldartillerie-Regiments Nr. 15 MG-Abteilung Nr. 3 Kavallerie-Pionier-Abteilung Nr. 7 1. Bayerisches Jäger-Bataillon 1916-1918: 26. Kavallerie-Brigade 30. Kavallerie-Brigade 41. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung/1. Garde-Feldartillerie-Regiment Kavallerie-Nachrichten-Abteilung Nr. 3 Kavallerie-Pionier-Abteilung Nr. 7 |
geen insigne
bekend |
8. Kavallerie-Division Alternatieve namen: geen Basiseenheid: ? Ontstaan: augustus 1914 Einde: 9 april 1918 Opvolger: ? Bevelhebbers: Generalleutnant Günther von der Schulenburg-Hehlen (2 augustus 1914) Generalleutnant Robert von Kap-Herr (31 oktober 1914) Generalmajor Eberhard von Schmettow (12 juni 1915) Generalmajor Otto von der Decken (1 augustus 1916) Generalmajor Viktor von Rosenberg-Lipinski (september 1917) Basissamenstelling: 23. Kavallerie-Brigade 38. Kavallerie-Brigade 40. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung 1. Königlich Sächsisches Feldartillerie-Regiment Nr. 12 MG-Abteilung Nr. 8 Pionier-Abteilung |
geen insigne
bekend |
9. Kavallerie-Division Alternatieve namen: Geen Basiseenheid: ? Ontstaan: augustus 1914 Einde: 3 maart 1918 Opvolger: ? Bevelhebbers: Generalmajor Karl-Ulrich von Bülow (1 augustus 1914) Generalmajor Eberhard von Schmettow (7 augustus 1914 Generalmajor Albert von Mutius (9 september 1916) Generalmajor Udo von Selchow (11 oktober 1916) Basissamenstelling: 13. Kavallerie-Brigade 14. Kavallerie-Brigade 18. Kavallerie-Brigade Reitende Abteilung des Feldartillerie-Regiments „von Scharnhorst" (1. Hannoversches) Nr. 10 MG-Abteilung Nr. 7 Pionier-Abteilung |