Titel: | The 23rd Waffen-SS Volunteer Panzergrenadier Division Nederland - An Illustrated History |
Schrijver: | Afiero, M. |
Uitgever: | Schiffer Publishing Ltd. |
Uitgebracht: | 2016 |
Pagina's: | 144 |
Taal: | Engels |
ISBN: | 9780764350733 |
Omschrijving: | Het boek 'The 23rd Waffen SS Volunteer Panzer Grenadier Division Nederland' van auteur en publicist Massimiliano Afiero (1964-heden) beschrijft de oprichting en de inzet van de Nederlandse 23ste Waffen-SS Panzergrenadier-divisie. De publicatie is over het algemeen objectief geschreven, slechts af en toe komen enigszins verheerlijkende zinnen en opmerkingen voor. De 23ste Panzergrenadier-divisie opereerde vooral aan het Oostfront nabij Leningrad, Narva, in Finland (Tannenberglinie), Koerland en later in Pommeren. In alle slagen zouden de Nederlandse Waffen-SS'ers heldhaftig hebben gevochten tegen een Sovjetovermacht. Het boek beschrijft niet alleen de oprichting en de inzet van de eenheid, maar geeft ook interessante informatie over de leden, de uniformen en de insignes. De divisie gaf zich aan het einde van de oorlog over aan de Amerikanen. Ze bestond in 1943 (toen de eenheid bekend stond onder de naam 4. SS-Freiwilligen-Panzergrenadier-Brigade 'Nederland') uit de volgende onderdelen: SS-Freiwilligen-Panzergrenadier-Regiment 48, SS-Freiwilligen-Panzergrenadier-Regiment 49, SS-Artillerie-Regiment 23, SS-Nachrichten-Abteilung 23, SS-Panzerjäger-Abteilung 23, SS-Pionier-Bataillon 23, SS-Flak-Abteilung 23, SS-Feldersatz-Bataillon 23 en SS-Nachschubtruppen 23. De divisie bestond in februari 1945, toen de eenheid als '23. SS Freiwilligen-Panzergrenadier-Division Nederland (niederlandische Nr. 1)' bekend stond uit de volgende onderdelen: SS-Freiwilligen-Panzergrenadier-Regiment 49 'De Ruiter', SS-Panzergrenadier-Regiment 'Klotz', SS-Freiwilligen-Artillerie-Regiment 23, SS-Pionier-Bataillon 23, SS-Panzerjäger-Abteilung 23, SS-Nachrichten-Abteilung 23, SS-Wirtschafts-Bataillon 23, SS-Sanitäts-Kompanie 23, SS-Werkstatt-Kompanie 23 en SS-Feldpostamt 23. De aankoopprijs van ongeveer veertig euro is niet te hoog gelet op de kwaliteit en de inhoud van het boek. De publicatie heeft een harde kaft, is ingebonden en voorzien van talloze unieke foto's. Het is opgedeeld in elf hoofdstukken waaronder hoofdstuk 1: The Dutch volunteers in the Waffen-SS, hoofdstuk 2: The Dutch Legion, hoofdstuk 3: Formation on the SS Nederland Brigade, hoofdstuk 4: The Oranienbaum Front en hoofdstuk 5: The Bridgehead at Narva. De laatste hoofdstukken gaan in op extra informatie zoals oorlogsdagboekfragmenten, veldpostnummers, rangen, ontvangers van het Ridderkruis, insignes, propagandaposters en nog veel meer. Wat meteen opvalt zijn de vele interessante zwart-wit foto's die in het boek aan bod komen (zoals een propagandafoto van het Westland Regiment). De onderlinge rivaliteit tussen de Nederlandse NSB en de Duitse Waffen-SS komt ook kort aan bod. Zo wilde Anton Mussert (1894-1946) de NSB als zelfstandig opererend instrument gebruiken dat als basis zou dienen voor een nieuw Nederlands leger. Het gekibbel tussen Mussert en het Duitse opperbevel (inclusief Heinrich Himmler) over of Nederland zelfstandig zou kunnen blijven of moest worden opgenomen in het 'Groot Duitse Rijk' weerhield sommige Nederlanders er niet van om toch te kiezen voor de Duitse Waffen-SS en aan hun kant tegen het bolsjewisme en de Sovjet-Unie te vechten. Dat wordt in het boek ook duidelijk: het bolsjewisme was de grootste motivatie om te kiezen voor een 'verenigd sterk Europa' en samen met andere nationaliteiten, vooral Fransen, Belgen, Noren en Denen, daartegen te vechten in de Waffen-SS. Er werden verschillende reorganisaties en nieuwe namen voor het Nederlandse Waffen-SS legioen bedacht. Bij de oprichting van de SS-Freiwilligen Legion Niederlande (later SS-Freiwilligen-Verband Niederlande, SS-Freiwilligen-Legion Nederland, 4. SS-Freiwilligen-Panzergrenadier-Brigade 'Nederland' en 23. SS Freiwilligen-Panzergrenadier-Division Nederland) werden aanvankelijk drie bataljons opgericht bestaande uit het eerste (I.Bataillon), het tweede (II.Bataillon) en het derde bataljon (III. Bataillon). Verschillende commandanten voerden daar de leiding over (met name Sturmbahnführers en Hauptsturmführers). In 1942 werden de Nederlanders naar Selo Gora aan de rivier Volchov in Noordwest-Rusland verplaatst. Daar aangekomen werden zij gestationeerd in loopgraven die in de sneeuw te Selo Gora gegraven werden. De frontlinies van het Duitse 90ste Infanterieregiment werden toentertijd overgenomen. Op 10 februari 1942 werden de Nederlandse Waffen-SS'ers voor het eerst door Sovjetartillerie aangevallen. De eerste Sovjetaanvalsgolf bestond uit Siberische troepen waarbij de voorste Nederlandse en Duitse posities overrompeld werden. Tegenaanvallen konden voorkomen dat de Sovjets compleet doorbraken. Beide kanten verloren soldaten. Het boek gaat in op al die feiten en toont Nederlandse Waffen-SS'ers nabij Leningrad in 1942. De bekende Nederlandse Waffen-SS'er Gerardus Mooyman (1923-1987) werd diverse malen onderscheiden (onder andere met het Ridderkruis van het IJzeren Kruis). Hij was de eerste Nederlander die de genoemde medaille ontving. In totaal schakelde hij 23 Sovjettanks uit (hij was lid van de tankjagers, de Panzerjäger). Die antitanktroepen waren vaak met 3,7 cm Pak 35/36 (PaK 36) of de grotere 7,5 cm Pak 97/38 voorzien. De 3,7 cm PaK 36 was vaak alleen op korte afstand tegen Sovjettanks effectief. Verschillende interessante foto's passeren de revue: we zien soldaten in loopgraven, in trucks en auto's, achter antitankgeschut, in de sneeuw en Mooyman zelf met medaille en met Mussert. Feit is dat de Nederlandse Waffen-SS soldaten in de Freiwilligen Division vaak samen met Denen, Noren en Esten vochten. Ook waren Vlaamse soldaten (in de divisie Langemarck) later vertegenwoordigd. Die andere nationaliteiten behoorden vaak echter tot andere eenheden of divisies maar vochten zij aan zij. Alhoewel de Nederlandse Waffen-SS'ers geregeld grote verliezen aan de Sovjets toebrachten werden zij zelf ook met verliezen geconfronteerd. Verschillende commandanten en officieren kwamen om en werden telkens weer vervangen door andere leidinggevende militairen. Ook talloze frontsoldaten kwamen om door vijandelijk vuur, artilleriegranaten en tankaanvallen. De bekende Nederlandse Waffen-SS'er Kasper Sporck (1922-1945), soms ook Caspar Sporck genoemd, wordt in het boek ook kort besproken. Hij was SS-Rottenführer en had een halfrupsvoertuig met een 7,5 cm KwK 37 L/24 kanon waarmee hij verschillende Sovjettanks vernietigde. Sporck ontving beide versies van het IJzeren Kruis en werd later bevorderd tot SS-Unterscharführer. Vanaf 28 januari 1944 moesten de Nederlandse Waffen-SS'ers en Duitse soldaten steeds meer terrein aan het Rode Leger prijsgegeven en begonnen grote terugtrekkingen. Het front verschoof steeds meer richting Duitsland, steeds meer naar het westen toe. Dat had vooral te maken met de Sovjetovermacht die vooral uit infanterie bestond, maar ook door de felle artilleriebeschietingen, de vaak gerichte aanvallen met infanterie en tanks en het feit dat de Nederlanders en Duitsers vaak te weinig wapens en munitie hadden om de grote aantallen Sovjetsoldaten en legermateriaal op de lange termijn tegen te houden. Vijandelijke luchtaanvallen kwamen soms ook voor. Op 23 maart 1944 verklaarde Adolf Hitler dat Festung Narva (de vestiging Narva) stand moest houden. De Waffen-SS eenheden van Nordland en Nederland betaalden een hoge prijs om de stad te verdedigen, vanaf december 1943 waren ongeveer 7,500 soldaten omgekomen of gewond geraakt. De SS Nederland Brigade kreeg slechts 1,336 man versterking: te weinig om stand te houden op de lange termijn. Feit is dat de Nederlandse en Duitse eenheden, maar ook de andere nationaliteiten, de Sovjets soms zeer grote verliezen toebrachten. Soms werden er bij één gevecht tientallen Sovjettanks en infanteriesoldaten met behulp van antitankgeschut en machinegeweren gedood. De Sovjets konden die verliezen meestal wel compenseren door nieuwe soldaten snel te trainen en/of direct in te zetten. De Nederlandse Waffen-SS eenheden, maar ook de Duitse troepen, konden dat vanaf 1944 vaak niet meer. De buffer aan mensen en materieel begon steeds kleiner te worden. Het boek gaat in op al die feiten en toont de verschrikkingen die de Nederlandse Waffen-SS'ers, maar ook de 'gewone' Wehrmacht-soldaten, aan het Oostfront doorgemaakt hebben. Afgezien van de tegen Joden gekeerde nationaalsocialistische ideologie was het een feit dat veel Nederlanders vaak helemaal niet wisten wat hen te wachten stond. De oorlogshel was voor veel vrijwilligers een ontnuchterende realiteit die ze slechts met veel geluk konden overleven. Het boek gaat in op oorlogshandelingen en gebeurtenissen waarin de 23. SS Freiwilligen-Panzergrenadier-Division Nederland betrokken was. Opvallend is dat geen enkel woord valt over oorlogsmisdaden tegen burgers of partizanen. Er wordt overigens wel genoemd dat optreden tegen partizanen wel voorkwam, maar hoe en wat, daar wordt niet op ingegaan. In oorlogen gebeuren verschrikkelijke dingen, maar de Waffen-SS stond erom bekend om soms op een beestachtige, inhumane wijze aan het Oost- en Westfront te handelen. Sommige Waffen-SS-eenheden hebben relatief weinig, of misschien zelf geen misdaden tegen de menselijkheid gepleegd. Of de Nederlandse Waffen-SS'ers uit de beschreven divisie zich hieraan schuldig maakten wordt na het lezen van het boek eigenlijk niet duidelijk. Overigens, medelijden met de vijand was vaak niet aanwezig. Ook niet bij de Sovjetsoldaten die vanaf juni 1941 veel leed en ellende hadden meegemaakt en vaak geen enkele Duitse of Nederlandse soldaat spaarden. Vergeleken met het Westfront waren de omstandigheden aan het Oostfront veel harder: aan het Westfront hadden de Duitse soldaten meestal nog een kans op overgave en het overleven daarvan. Aan het Oostfront rolde de 'Sovjetstorm' over de Europese soldaten heen. Meestal zonder mededogen en heel soms met gevangenschap in een krijgsgevangenkamp tot gevolg. Die werkkampen betekenden vaak de dood of jarenlange gevangenschap met een kleine overlevingskans. Toch is de auteur van deze recensie van mening dat de minder goede kanten van de Nederlandse Waffen-SS-eenheden, in dit geval van de 23. SS Freiwilligen-Panzergrenadier-Division Nederland, ook aan bod moeten komen. Door oorlogsmisdaden achterwege te laten of gewoon niet te noemen, lijkt het alsof de Nederlandse Waffen-SS'ers 'gewone soldaten' waren die vanuit hun overtuiging de wapenen opnamen tegen het bolsjewisme. In hoeverre werd er door hen opgetreden tegen burgers en Joden? Die vraag beantwoordt het boek niet. Het boek presenteert af en toe een ietwat gekleurd, met andere woorden, een positief beeld wat betreft de 23. SS Freiwilligen-Panzergrenadier-Division Nederland. Het is zeker mogelijk dat de divisie zich naar verhouding minder misdadig gedroeg, maar het is niet uit te sluiten. Het is een feit dat de divisie hard optrad tegen partizanen. Partizanen werden vaak zonder pardon neergeschoten of opgeknoopt (het is zeer waarschijnlijk dat de Nederlandse Waffen-SS'ers daar ook bij betrokken waren). De commandant van de eenheid, Jürgen Wagner (1901-1947), zou volgens sommige bronnen niet alleen partizanen, maar in 1941 ook burgers hebben laten doodschieten (Wagner werd na de oorlog in 1947 ter dood veroordeeld en geëxecuteerd). Door het negatieve aspect weg te laten wordt een min of meer heroïsch beeld geschapen van de Waffen-SS die zich heldhaftig verdedigde tegen de Sovjetoorlogsmachine. Het argument dat veel Sovjetsoldaten geen 'erbarmen' hadden is geen vrijbrief voor eigen oorlogsmisdaden. Afgezien van die aspecten is de inhoud van het boek interessant en weet de publicatie de lezer met behulp van fotomateriaal te boeien. Het boek is zeker de moeite waard om te lezen, al is het maar om te weten dat Nederlanders in een eigen divisie binnen de Waffen-SS dienden en tegen Sovjetsoldaten vochten. Het gepresenteerde feitenmateriaal is ook goed onderbouwd en de aanhangsels bieden veel informatie: vooral de propagandaposters zijn interessant om te zien. |
Beoordeling: | Goed |