44e Regiment Infanterie

Samenstelling

Locatie

Kaart

1939/1940

Op 28 augustus 1939 werd het 44 R.I. bij mobilisatie 1939 opgericht De mannen van het 44e onder commando van res. lkol. G.D.E.J. Hotz leverden strijd op 11,12 en 13 mei 1940 en trokken in de namiddag/ avond van 13 mei 1940 terug.

Op 28 augustus 1939 werden de oudere lichtingen van 20 R.I. (het stamregiment) tussen 1924 en 1939 opgeroepen in Harderwijk om het oorlogsregiment van 44 R.I. te vormen. Zij vertrokken naar de Betuwe. Het 44e Regiment Infanterie werd gelegerd langs het zuidelijk deel van de Betuwestelling. Het 44e was onderdeel van het Veldleger en behoorde tot de Brigade A; het verdedigingsvak lag bij Ochten, IJzendoorn, en grensde aan het noorden aan de spoorlijn Tiel-Arnhem/Nijmegen en aan het zuiden aan de Waal. In het noordelijke nevenvak lag 46 R.I.

Als eerste moest de liniedijk in goede verdedigingsstaat worden gebracht. In het vak lag ook de inundatiesluis in de Linge, deze werd gecamoufleerd met een rieten dak. Het voorterrein zou grotendeels worden geïnundeerd waardoor vooral een acces over de Waalbandijk en de uiterwaarden overbleef om te verdedigen.

I-44 R.I.

Het eerste bataljon lag in de Betuwestelling in het vak grofweg tussen de Linge en de spoorbaan Kesteren - Arnhem/Nijmegen. Zij werden ingekwartierd in boerderijen in de omgeving. In het vak lag ook het 4e peloton van de 6e Compagnie Luchtdoelmitrailleurs (4-6 C.Lu.Mitr.) De eerste compagnie lag noordelijk, de tweede zuidelijk, de derde compagnie lag in de voorposten. De bemanning van de Mitrailleurcompagnie bezetten de kazematten met zware mitrailleurs. Ten oosten lag een inundatiekom.

II-44 R.I.

Het tweede bataljon lag in het zuidelijkste deel van de Betuwestelling en de voorposten daarvan grofweg tussen Ochten en Dodewaard. Zij werden ingekwartierd in boerderijen in het gebied, Het bataljon beschermde de acces over de Waalbandijk en de uiterwaarden ter hoogte van De Tempel. De commandopost lag bij een boerderij langs de Waalbandijk nabij nummer 19.

III-44 R.I.

Het derde bataljon lag als reserve achter de eerste twee bataljons die in de hoofdweerstandsstrook met een oriëntatie naar het zuiden om zo nodig front Zuid te kunnen maken. Het bataljon had summiere voorbereidingen getroffen om langs de Waalbandijk front Zuid te maken.

De manschappen werden ingekwartierd in boerderijen rondom IJzendoorn. De commandopost lag bij boerderij Peters aan de westrand van IJzendoorn.

10 mei 1940

Op 10 mei 1940 werkte 44 R.I. mee aan de evacuatie van de burgerbevolking uit het gebied rondom Ochten. In de lucht passeerde een Duitse luchtvloot van oost naar west. Enkele malen vlogen Duitse jachtvliegtuigen laag over de stellingen. Vanuit het voorterrein trokken gedurende de dag en avond de troepen van de oostelijker gelegen Groep-Betuwe terug achter de linie.

III-44 R.I.

In de loop van de dag hielpen de mannen van het bataljon bij de evacuatie van de bewoners van Dodewaard, Ochten en omstreken.

11 mei 1940

Op 11 mei 1940 zagen de mannen de patrouilles van 6-1 R.H. (cavalerie) passeren die verkenningen naar het terrein voor de linie uitvoerden. Enigen van hen keerden niet terug, bij het mijnenveld bij Lakemond (bij Opheusden) sneuvelden vier man. De voorposten kregen in de namiddag en avond contact met de Duitsers bij Dodewaard (De Tempel). De verkennende Duitse troepen werden teruggeworpen.

I-44 R.I.

In de loop van de 11e mei kwam de achter het bataljon gelegen artillerie van I-22 R.A. in actie ter ondersteuning van de verdediging in de voorposten bij de Grebbeberg en tegen de Duitse verkenning langs de Waalbandijk uit de richting Dodewaard.

II-44 R.I.

In de loop van de middag zag men een Duitse verkenning langs de Waalbandijk uit de richting Dodewaard. Deze werd door artillerievuur teruggedreven.

12 mei 1940

Op 12 mei 1940 kreeg 44 R.I. in de ochtend opnieuw langs de Waalbandijk te maken met verkennende Duitse troepen die in de voorposten dreigden door te dringen en met artillerievuur van III-19 R.A. werd verdreven met achterlating van een 3,7 cm PAK en bijbehorende munitie.

I-44 R.I.

In de namiddag zag men vier Nederlandse en een Frans vliegtuig boven de stellingen.
In de nacht van 12 op 13 mei 1940 dreigde de vijand door de voorposten van het 2e bataljon (II-44 R.I.) te breken.

II-44 R.I.

In de loop van de dag was steeds meer beweging van de vijand voor de voorposten en dan met name langs de Waalbandijk vanuit Dodewaard waarneembaar. In de avond nam de druk op de voorposten toe. In de nacht van 12 op 13 mei 1940 trokken de voorposten in delen door de vijandelijke druk terug langs de Waalbandijk en de zomerkade.

13 mei 1940

In de vroege ochtend van 13 mei 1940 kreeg 44 R.I. een aanval bij de Eldiksehoek, ten oosten van Ochten te verduren. Die aanval werd door het regiment met hulp van artillerie afgeslagen met flinke verliezen aan Duitse zijde als gevolg. Op basis van de ontwikkeling langs de Grebbelinie volgde in de namiddag het terugtochtbevel.

I-44 R.I.

In de loop van de middag van 13 mei 1940 (rond 15.45 uur) kwam het bericht om de zuidelijke grens van het vak te versterken, enkele troepen te sturen naar Ochten ter ondersteuning van het 2e bataljon en de in de hoofdweerstandsstrook doorgedrongen vijand te bestrijden.

Ongeveer 20.30 uur gaf de commandant I-44 R.I. het bericht door om klaar te maken voor de terugtocht, die rond 22.30 uur zou starten. Daarbij moest een scherm achterblijven om de terugtocht te dekken.

II-44 R.I.

In de ochtend van de 13e was de hele voorpostenstrook verlaten en had het tweede bataljon zich op enkele steunpunten bij de Zwarte Ruiter na, teruggetrokken op de Betuwestelling. De vijand werd waargenomen 't Zand; sterkte ongeveer 150 man. De aanval op het bataljon werd in de ochtend afgeslagen met flinke verliezen aan Duitse zijde tot gevolg.

Daarnaast trachtten snelle schepen en Rijnaken over de rivier langs de linie te glippen, zij werden teruggeslagen door het het geschut van de Rijnbatterij No. 1. Een voorgenomen tegenaanval werd rond 13.15 uur afgeblazen. Vanaf ongeveer 17.30 lag het bataljon onder zwaar artillerie- en mitrailleurvuur.

Om ongeveer 20.30 uur ontving de commandant het bericht om klaar te maken voor de terugtocht naar de Hollandse waterlinie, die rond 21.50 uur zou starten. Daarbij moest een scherm van 6 groepen achterblijven om de terugtocht te dekken.

III-44 R.I.

Rond 8.30 uur ontving de commandant het bevel om de stoplijn te bezetten. In de middag kwam het bericht door dat de hoofdweerstandsstrook doorbroken was, dit bleek onjuist. In plaats daarvan moest men front Zuid maken en standhouden. Rond 19.45 uur kreeg men het bericht om de terugtocht naar Everdingen voor te bereiden, met achterlating van een scherm van vier groepen die tot 14 mei 1940 0.30 uur stand moesten houden.

14 mei 1940

In de ochtend van 14 mei 1940 kwam het regiment vrijwel voltallig in Everdingen en omgeving aan waar men in de avond het capitulatiebericht ontving.

Vredesregiment

Het vredesregiment van 44 RI was het 20e Regiment Infanterie en had Harderwijk als garnizoensplaats. Daar kwamen de dienstplichtigen tot 1939 op voor de eerste oefening. De meeste militairen van 44 R.I. kwamen dus veelal uit de omgeving van Harderwijk. In Harderwijk was tot 1939 ook het depot (20e Depotbataljon) gevestigd. Na de mobilisatie verplaatste men het depot naar Laren (NH).

Traditie

De traditie van het 44e is relatief kort. Het regiment werd opgericht op 28 augustus 1939 bij mobilisatie van het Nederlandse Leger en kwam voort uit het 20e Regiment Infanterie. Het eerste bataljon ging na 1940 over in het 26e Bataljon Infanterie, het tweede bataljon ging over in het 27e Bataljon Infanterie en het derde bataljon ging over in het 28e Bataljon Infanterie. De traditie van het 44e werd vanaf 1-7-1950 voortgezet door het Regiment Infanterie "Johan Willem Friso".

Na de capitulatie

Gesneuvelden

Tabel