Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden gevangenen in Kamp Amersfoort door de kampbewakers op het binnenterrein gezet. Hier was een smal stuk grond met aan alle kanten prikkeldraad dat berucht werd als strafplaats. De gevangenen moesten daar in weer en wind, uren, soms zelfs dagen, blijven staan. De naam Rozentuin was een spotnaam: de gevangenen stelden zich de punten van het prikkeldraad voor als rozen, een teken van hoop.
Op het buitenterrein van het Nationaal Monument Kamp Amersfoort is deze Rozentuin nagemaakt. Hier ligt ook een hardstenen zerk met daarin uitgehouwen een geknakte roos met prikkeldraad eromheen. Deze beeltenis is gebaseerd op een tekening van oud-gevangene Jacques Kopinsky. De roos fungeert als het logo van Stichting Nationaal Monument Kamp Amersfoort.
Als Joodse jongen van 18 jaar kwam Kopinsky tijdens de Tweede Wereldoorlog terecht in Kamp Amersfoort. Hij overleefde de oorlog maar was net als vele andere gevangenen door zijn verblijf in kamp Amersfoort psychisch geknakt. Na de bevrijding tekende hij de roos en legde hij zijn ervaringen in Kamp Amersfoort tevens vast in andere kunstwerken.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!