Titel: | Hitlers jongste hoop - Nazipropaganda voor de jeugd |
Schrijver: | Groeneveld, G. |
Uitgever: | Vantilt |
Uitgebracht: | 2019 |
Pagina's: | 318 |
ISBN: | 9789460044199 |
Omschrijving: | Met propaganda legden de nazi’s het fundament voor hun politieke beleid en oorlogsplannen. Vanuit zijn ministerie van propaganda stuurde Joseph Goebbels alle media aan met als belangrijkste doel: alle gezichten dezelfde kant op krijgen onder het onbetwistbare leiderschap van Adolf Hitler. Daarbij ging speciale aandacht uit naar de jeugd, die nog kneedbaar was en de kweekvijver vormde voor de toekomst van het Derde Rijk. Jongens werden klaargestoomd als hardwerkende arbeiders en soldaten in dienst van de Führer. Meisjes als de huisvrouwen die later hun kroost volgens nationaalsocialistische normen moesten opvoeden. In "Hitlers jongste hoop" toont Gerard Groeneveld (1956) in woord en beeld met welke gedrukte publicaties de jeugd voor het nationaalsocialisme gewonnen werd. De auteur is een kenner van de Duitse invasie en bezetting van Nederland en publiceerde hierover verschillende boeken, waaronder "Kriegsberichter, Nederlandse SS-oorlogsverslaggevers 1941-1945" (2004), "Rotterdam Frontstad 10-14 mei 1940" (2016) en "Nach Holland, de meidagen van 1940 door Duitse ogen" (2018). In zijn nieuwste boek gaat zijn aandacht in de eerste plaats uit naar de propaganda voor de Duitse jeugd. In zeven hoofdstukken bespreekt hij verschillende propaganda-uitingen, beginnend met schoolboeken en prentenboeken en eindigend met tijdschriften. Daarna volgt een hoofdstuk over de weerklank van de nazipropaganda in dagboeken van Duitse jongeren. Een negende hoofdstuk gaat specifiek over de publicaties waarmee de NSB en het Duitse bezettingsbestuur de Nederlandse jeugd wilde aanspreken. Afgesloten wordt met een epiloog. Aan de hand van vele voorbeelden toont Groeneveld aan dat de Führercultus en het militarisme belangrijke onderwerpen waren in de propaganda voor de jeugd. In veel Duitse schoolboeken voor de jongste leerlingen, Fibeln genoemd, oftewel ABC-boekjes, werd Hitler behalve als betrouwbaar staatsman neergezet als sympathieke kindervriend, een aardige oom waarbij je met je problemen terecht kon. "Mijn Führer", zo begint een rijmpje uit het boek "Hand in Hand fürs Vaterland". "Ik ken u goed en ik houd van u, zoals ik van vader en moeder houd. Ik wil u altijd gehoorzamen, zoals vader en moeder." Zo werden kinderen vertrouwd gemaakt met Hitler, zoals ze in andere publicaties warm werden gemaakt voor het leger. Prenten- en verhalenboeken en verhalen over kinderen die soldaatje spelen of binnen de Hitlerjugend meedoen aan militair georiënteerde trainingen verschenen aan de lopende band. Sommige publicaties lieten weinig te raden over, zoals het prentenboek "Deutschland siegt!" uit 1941 dat de overwinningen van het Duitse leger toonde. Ook fictie werd uitgegeven om jongensharten sneller te doen kloppen voor het Duitse leger. Voorzien van sensationele kleurencovers en met titels als "Fallschirmjäger über Holland" en "Bomben auf Coventry" lagen boekjes uit de serie "Kriegsbücherei der deutschen Jugend" voor 20 Pfennig in de boekhandel of kiosk. Meisjes werden soms ook aangesproken met avontuurlijke verhalen, zoals "Die Jüngmädel vom Pötterhok" (1940) over meisjes die helpen met het graven van loopgraven om burgers tijdens bombardementen te beschermen. Zeker in publicaties voor de jeugd van voor de oorlog was de rol van de vrouw echter hoofdzakelijk traditioneel. Meisjes werden vaak handwerkend of knutselend afgebeeld en terwijl ze hun moeder in het huishouden hielpen. Jongens werden vaak getekend in het uniform van het Deutsches Jungvolk, de nazi-jeugdafdeling voor jongens van 10 tot 14 jaar. "Kleine meisjes mogen huilen – Jongen, Hans, doe dat niet!" zo luidde de slotzin van een rijmpje over een jongetje dat door een leeftijdsgenootje geslagen werd. Groeneveld behandelt ook enkele antisemitische publicaties voor de jeugd. Daaronder een rekenboek waarin kinderen zich bewust werden gemaakt van de nationaalsocialistische rassenleer. "Vergelijk het aandeel van Joden in de verschillende beroepen met het aandeel van de totale bevolking", zo werd hen gevraagd. "Leid uit de getallen de overtuiging af, dat wij een gerechtvaardigde strijd tegen de Joden voeren." Eén van de meest rabiate antisemitische kinderboeken was het door nazi-uitgever Julius Streicher uitgegeven prentenboek "Der Giftpilz", waarin de Joden werden vergeleken met giftige paddenstoelen. "De Joden zijn slechte mensen", zo vertelt een moeder haar zoon in deze publicatie. "Zij zijn als de giftige paddenstoelen. En zoals het soms moeilijk is de giftige paddenstoelen van de goede te onderscheiden, zo is het vaak zeer moeilijk de Joden als boeven en misdadigers te herkennen." In het hoofdstuk over de nazipropaganda voor de Nederlandse jeugd behandelt de schrijver onder andere het antisemitische boek "Vanden vos Reynaerde", geschreven door NSB-vormingsleider Robert van Genechten en uitgegeven door uitgeverij De Amsterdamse Keurkamer. In dit verhaal wordt het leven in de dierenwereld verstoord door Jodocus, het neushoorndier. De buitenstaander verkrijgt steeds meer macht en laat zijn verwanten overkomen, terwijl het steeds verder bergafwaarts gaat met het rijk. De vos Reynart voorkomt met een list uiteindelijk dat Jodocus en de zijnen verdere schade kunnen toebrengen – een niet erg subtiele verwijzing naar de destructieve invloed die de Joden op de samenleving zouden hebben en waar de nazi’s een einde aan beloofden te maken. Verschillende in Nederland uitgebrachte nazipublicaties voor de jeugd waren vertalingen uit het Duits, zoals "Moeder, vertel eens wat van Adolf Hitler!" en "Mijn Weg naar Scapa Flow", de autobiografie van de succesvolle Duitse U-bootkapitein Günther Prien.Het boek van Gerard Groeneveld is rijkelijk geïllustreerd, veelal met afbeeldingen van door de schrijver zelf verzameld materiaal. Het zijn vaak boekomslagen, maar bijvoorbeeld van de "Bilderbogen vom Kriege" (platen met daarop prenten in verhaalvorm over de oorlog) zijn ook enkele versies compleet opgenomen. Sommige afbeeldingen uit de verschillende media zijn knullig of afstotelijk (zoals de prenten uit "Der Giftpilz"), maar van andere is het niet moeilijk voor te stellen dat de jeugd erdoor aangesproken werd (zoals de tekeningen uit de "Bilderbogen"). Hoewel de teksten van Groeneveld soms wat opsommerig zijn opgesteld, is er gelukkig veel afwisseling in onderwerpen. De vele illustraties zorgen ervoor dat een soort van museum in boekvorm is. Wat de tegenwoordig nog altijd veel gehoorde en onterecht gebruikte term indoctrinatie werkelijk inhoudt, wordt in "Hitlers jongste hoop" nadrukkelijk weergegeven. Het mooi vormgegeven en uitstekend onderbouwde naslagwerk is een aanwinst op de wetenschappelijk literatuur over de (uit)werking van propaganda. |
Beoordeling: | Zeer goed |