TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

De Admiral-klasse werd in 1915 voorgesteld als een nieuwe klasse slagschepen, volgend op de Queen Elizabeth-klasse. Het ontwerp werd omgevormd tot een klasse slagkruisers omdat er op dat moment geennoodzaak werd gezien in de bouw van nog meer slagschepen. Gezien de nieuwbouw van Duitse slagkruisers, was er meer behoefte aan een klasse slagkruisers. Besloten werd te komen tot de bouw van vier nieuwe slagkruisers. Door de ontwikkelingen die volgden, de afloop van de Eerste Wereldoorlog en diverse vlootverdragen werd uiteindelijk alleen HMS Hood afgebouwd.


HMS Hood, Newcastle Noord-Ierland, 25 juni 1927 Bron: Imperial War Museum HU 107168

Definitielijst

Eerste Wereldoorlog
Ook wel Grote Oorlog genoemd, conflict dat ontstond na een groei van het nationalisme, militarisme en neo-kolonialisme in Europa en waarbij twee allianties elkaar bestreden gedurende een vier jaar durende strijd, die zich na een turbulent begin, geheel afspeelde in de loopgraven. De strijdende partijen waren Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland aan de ene kant (de Triple Entente), op den duur versterkt door o.a. Italië en de Verenigde Staten, en Duitsland, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere kant (de Centrale Mogendheden of Centralen). De strijd werd gekenmerkt door enorme aantallen slachtoffers en de inzet van vele nieuwe wapens (vlammenwerpers, vliegtuigen, gifgas, tanks). De oorlog eindigde met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland en zijn bondgenoten in 1918.

Schepen in deze klasse

HMS Hood (51)
1 september 1916: kiellegging
22 augustus 1918: tewaterlating
15 mei 1920: aflevering
24 mei 1941: gezonken
HMS Anson
9 november 1916: kiellegging
9 maart 1917: bouw stilgelegd
27 februari 1919: afbesteld
HMS Howe
16 oktober 1916: kiellegging
9 maart 1917: bouw stilgelegd
27 februari 1919: afbesteld
HMS Rodney
9 oktober 1916: kiellegging
9 maart 1917: bouw stilgelegd
27 februari 1919: afbesteld

Geschiedenis

In oktober 1915 werd een notitie door Admiral Sir Frederick Tudor, rondgezonden, waarin hij als Controller of the Navy, verzocht om de ontwikkeling van een reeks ontwerpen voor een experimenteel slagschip, gebaseerd op de Queen Elizabeth-klasse (1913). Tussen november 1915 en januari 1916 werden vijf ontwerpen gepresenteerd. De Commander-in-Chief van de Royal Navy, Admiral Sir John Jellicoe, verwierp echter alle ontwerpen met als argument dat de Royal Navy op dat moment dusdanig superieur was tegenover de Kaiserliche Marine, dat geen nieuwe slagschepen nodig waren. Vanwege de in bouw van slagkruisers van de Duitse Mackensen-klasse (1917), waarvan er in aanvang zeven, uiteindelijk vier in aanbouw waren, werd besloten de geplande bouw van de slagschepen te wijzigen in de bouw van vier slagkruisers in de Admiral-klasse. Hiervoor werden in februari 1916 zes ontwerpen ingediend, waarvan er één werd geselecteerd. In maart volgde op dit ontwerp twee varianten waarvan Design B werd uitgekozen. Op 7 april 1916 gaf de Admiralty groen licht voor de bouw.[1][2]

het ontwerp ging uit van een schip met een waterverplaatsing van standaard 36.300 ton, met een snelheid van 26,5 knopen (49,1km/u) en een lengte van ruim 262 meter. De hoofdbewapening moest bestaan uit acht stuks 380 mm geschut, aangevuld met een secondaire bewapening van zestien stuks 140 mm geschut. Een gemiddelde bepantsering van 80 mm werd aanvankelijk als voldoende geacht. Op 17 april 1916 werden de eerste drie schepen besteld. De gebeurtenissen tijdens de zeeslag bij Jutland op 31 mei en 1 juni 1916, waarbij drie Britse slagkruisers verloren gingen, lieten echter de zwakke plekken van de op dat moment in gebruik zijnde Britse slagkruisers duidelijk zien. Het ontwerp werd aangepast, waarbij de bepantsering werd vergroot en op 4 augustus 1916 werd het verbeterde ontwerp goedgekeurd. De bewapening was gelijk gebleven maar de bepantsering van de pantsergordel, dekken en geschutsopstellingen werd sterk verbeterd. De waterverplaatsing steeg hierdoor wel met 3.100 ton.[3][4][5]

De bouw werd gepland van vier schepen met de namen Hood, Howe, Rodney en Anson. De opdracht voor HMS Hood ging naar John Brown in Clydebank, waar de kiel van het schip op 1 september 1916 werd gelegd. HMS Rodney's kiel werd op 9 oktober 1916 gelegd op de werf van Fairfield in Govan. Op 16 oktober 1916 volgde de kiel van HMS Howe bij Cammell Laird in Birkenhead. De kiel voor het vierde schip, HMS Anson, werd op 4 november 1916 gelegd bij Armstrong Whitworth in Elswick.[6][7]


HMS Hood kort na in dienststelling Bron: Imperial War Museum Q 65664

De schepen zouden uiteindelijk worden gebouwd met een lengte van 262,10 meter en een breedte van 31,70 meter. Met een waterverplaatsing van 46.352 ton volledig beladen, werd een diepgang van 9,60 meter bereikt. Vier sets Brown Curtis geschakelde stoomturbines dreven elk een schacht aan met stoom verkregen van 24 Yarrow boilers. Het totale vermogen van 144.000 shp (107.000 kW) leverde uiteindelijk een maximale snelheid van 31 knopen (57 km/u). De bunkervoorraad van standaard 1.219 ton olie kon worden uitgebreid naar 4.064 ton. Met deze maximale capaciteit kon bij een kruissnelheid van 14 knopen (26 km/u) een afstand van 13.890 km worden afgelegd. De pantsergordel had een bepantsering van 127-305 mm en de dekken van 25-127 mm met schotten van 19-38 mm. De brug werd beschermd door een pantser van 229-279 mm, terwijl de geschutskoepels het deden met 279-381 mm. De barbetten waren tot slot bepantserd met 305 mm. De hoofdbewapening bestond zoals gepland uit acht stuks 380 mm geschut in vier koepels van elk twee stukken. De secondaire bewapening was eveneens als gepland zestien stuks 140 mm geschut. Ook de luchtafweer was volgens planning, evenals de torpedolanceerbuizen.[8][9]

Toen de Eerste Wereldoorlog op een eind liep werd duidelijk dat er vooral behoefte was aan voorraden voor koopvaardijschepen en escorteschepen. Op 9 maart 1917 werd de verdere bouw van de drie laatste schepen hierom opgeschort, maar HMS Hood werd op 22 augustus 1918 te water gelaten. Op 27 februari 1919 werden de drie schepen waarvan de bouw was stilgelegd ook afbesteld. Alleen HMS Hood kwam op 15 mei 1920 gereed. HMS Hood (51) werd het vlaggenschip van het na de Eerste Wereldoorlog gevormde Battlecruiser Squadron (1919) en zou op 24 mei 1941 in een gevecht met het Duitse slagschip Bismarck (1939) ten onder gaan. De naam HMS Anson zou later terugkomen als HMS Anson (79) een slagschip van de King George V-klasse (1939). HMS Howe werd HMS Howe (32) van dezelfde klasse. HMS Rodney zou als naam eerder terugkeren en wel als HMS Rodney (29), een slagschip van de Nelson-klasse (1925). De slagkruiser HMS Hood was het derde schip met deze naam en na het verlies van dit schip droeg geen enkel ander schip bij de Royal Navy deze naam.[10]

Definitielijst

Eerste Wereldoorlog
Ook wel Grote Oorlog genoemd, conflict dat ontstond na een groei van het nationalisme, militarisme en neo-kolonialisme in Europa en waarbij twee allianties elkaar bestreden gedurende een vier jaar durende strijd, die zich na een turbulent begin, geheel afspeelde in de loopgraven. De strijdende partijen waren Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland aan de ene kant (de Triple Entente), op den duur versterkt door o.a. Italië en de Verenigde Staten, en Duitsland, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere kant (de Centrale Mogendheden of Centralen). De strijd werd gekenmerkt door enorme aantallen slachtoffers en de inzet van vele nieuwe wapens (vlammenwerpers, vliegtuigen, gifgas, tanks). De oorlog eindigde met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland en zijn bondgenoten in 1918.
slagschip
Zwaar gepantserd oorlogsschip met geschut van zeer zwaar kaliber.

Technische gegevens

Klasse: Admiral-klasse (1918)
Aantal in klasse:
4 (1 afgebouwd)
Land:
Groot-Brittannië
Type:
Slagkruiser
Waterverplaatsing:
41.200 lt (41.861 t) standaard
45.620 lt (46.352 t) volledig beladen
Lengte:
262,10 meter
Breedte:
31,70 meter
Diepgang:
9,60 meter (volledig beladen)
Aandrijving:
4x2 Brown-Curtis geschakelde stoomturbines
24 Yarrow Boilers
4 schachten
144.000 shp (107.000 kW)
1.200 lt (1.219 t) standaard
4.000 lt (4.064 t) maximaal
Snelheid:
32 knopen (59 km/u)
Bereik:
13.900 km bij 14 knopen (26 km/u)
Bepantsering:
Pantsergordel: 127-305 mm
Dekken: 25-127 mm
Barbetten: 305 mm
Geschutskoepels: 279-381 mm-
Brug: 229-279 mm
Torpedoschoten: 19-38 mm
Bewapening:
Bij bouw:
4x2 380 mm geschut
16x1 140 mm geschut
4x1 102 mm luchtafweergeschut
2x1 533 mm torpedolanceerbuizen onder waterlijn
2x4 533 mm torpedolanceerinstallaties
Bemanning:
820

Noten

  1. Knowles, 2024
  2. Taylor, 2008
  3. Taylor, 2008
  4. Raven, 1976, pag. 60-62
  5. Roberts, 1997, pag. 56–58
  6. Buxton, 2023, pag. 21, 23-28
  7. Roberts, 1997, pag. 56–58
  8. Roberts, 1997, pag. 60, 64-64, 81, 93
  9. Raven, 1976, pag. 67-70
  10. Buxton, 2023, pag. 21, 23-28

Informatie

Artikel door:
Wilco Vermeer
Geplaatst op:
20-01-2025
Feedback?
Stuur het in!

Gerelateerde boeken

The Battlecruiser HMS Hood
The Battleship Builders