Gebouwd
door: |
Kiel
gelegd: |
Te
waterlating: |
Aflevering: |
Einde: |
N.V. Scheepswerf
‘De Maas’, Slikkerveer |
20 september 1930 |
10 juli 1931 |
2 februari 1932 |
12 januari 1942 (gezonken) |
Bouwnummer : ? |
||||
Indeling: |
Datum
in: |
Datum
uit: |
Gegevens: |
|
2 februari 1932 |
12 januari 1942 |
Hr. Ms. Prins van
Oranje, Koninklijke Marine |
De kiel voor de mijnenlegger Hr. Ms. Prins van Oranje, het eerste schip uit de Prins van Oranje-klasse (1931), werd op 20 september 1932 gelegd aan de N.V. Scheepswerf ‘De Maas’ te Slikkerveer. Op 10 juli 1931 werd het schip te water gelaten en op 2 februari 1932 afgeleverd aan de Koninklijke Marine.[1]
Het schip had een lengte van 70 meter met een breedte van 11 meter. De diepgang bedroeg 3,52 meter. Met een waterverplaatsing van 1.291 ton konden de twee 1.750 ihp sterke motoren een snelheid van 15 knopen (27,80 km/u). De 121 koppige bemanning had de beschikking over 2x1 75 mm geschut, 2x1 40 mm Vickers Nr. 1 luchtafweergeschut en 2x1 12,7 mm machinegeweren voor de eigen verdediging en kon een totaal van 150 mijnen meevoeren tijdens mijnenlegoperaties.[2]
De Hr. Ms. Prins van Oranje was op 9 maart 1932 vertrokken vanuit Nederland naar Nederlands-Indië. Tijdens deze eerste vaart stond het schip onder bevel van de latere admiraal Karel Doorman.[3]
Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in de Pacific bevond de Prins van Oranje zich in Nederlands-Indië en was ingedeeld als patrouilleschip en mijnenlegger met als thuisbasis het eiland Tarakan. In december 1941 en januari 1942 kreeg het schip dan ook opdracht mijnen rond het eiland Tarakan te leggen. In december verliet het schip tijdelijk de basis op Tarakan naar Tawao in Brits Borneo. Hier nam het schip deel aan de gevangenneming van lokale Japanse vissers en nam het de vissersboot Borneo Maru in beslag, evenals drie andere schepen en bracht het zeven kleinere schepen tot zinken. De Borneo Maru zou later door de Nederlanders in gebruik worden genomen als patrouillevaartuig Hr. Ms. Van Masdijn (1941). Op 12 december 1941 keerde het schip weer terug naar Tarakan. Op 11 januari 1942 viel Japan het eiland Tarakan zelf aan en kreeg de Hr. Ms. Prins van Oranje opdracht uit te wijken naar Soerabaja. Tijdens deze poging werd het schip echter op 11 januari om 21.57 uur ontdekt door de Japanse torpedobootjager Yamakaze (Dai-72) en Patrouillevaartuig Nr. 38 (1940), die het schip op enige afstand schaduwden. Rond 23.22 uur ontstond een vuurgevecht tussen de drie schepen en kort na middernacht op 12 januari, zonk de Prins van Oranje even ten zuiden van het eiland Bunyu in de Celebeszee. Hierbij kwamen 102 van de 118 opvarenden om het leven.[4][5]
Naam: | Hr. Ms. Prins van Oranje (1931) |
Callsign/Registratie: |
? / ? |
Bouwer: |
N.V. Scheepswerf ‘De
Maas’, Slikkerveer |
Bouwnummer: |
? |
Type/Klasse: |
Mijnenlegger / Prins van Oranje-klasse (1931) |
Waterverplaatsing: |
1.290 ton |
Lengte: |
70 meter |
Breedte: |
10,97 meter |
Diepgang: |
3,52 meter |
Aandrijving: |
2x triple expansion motoren 2 schachten 1.750 ihp (1.300 kw) |
Snelheid: |
15 knopen (27,80 km/u) |
Bereik: |
? km bij ? knopen (? km/u) |
Bewapening: |
2x1 75 mm geschut 2x1 40 mm Vickers Nr. 1 luchtafweergeschut 2x1 12,7 mm machinegeweren 150 mijnen |
Bemanning |
121 |
Luitenant-ter-Zee 1e Klasse
Karel Willem Frederik Marie Doorman |
1932 - 1932 |
Luitenant-ter-Zee 1e Klasse
F.S.W. de Ronde |
1933 |
Luitenant-ter-Zee 1e Klasse
Anthonie Catharinus van Versendaal |
5 april 1940 - 12 januari 1942 |