De Takao was een Japanse Zware-kruiser welke in dienst was genomen in 1932. Het schip was de naamgever van een klasse van vier schepen, de Takao-klasse. Het schip werd ingedeeld bij het Sentai 4 (4e Kruiser Eskader) en werd voorafgaand aan de Tweede Wereldoorlog ingezet langs de Chinese kust. Tijdens de Tweede Wereldoorlog nam het schip deel aan veel operaties in de Zuidelijke Pacific. Als enige van haar klasse overleefde de Takao de Tweede Wereldoorlog en werd op 27 oktober 1946 als doelschip tot zinken gebracht.
Gebouwd
door: |
Kiel
gelegd: |
Te
waterlating: |
Aflevering: |
Einde: |
Yokosuka kaigun
kosho, (Yokosuka Marine Arsenaal), Yokosuka |
28 april 1927 |
12 mei 1930 |
31 mei 1932 |
27 oktober 1946 (gezonken) |
Bouwnummer : ? |
||||
Indeling: |
Datum
in: |
Datum
uit: |
Gegevens: |
|
31 mei 1932 |
november 1944 |
Sentai 4 (4e Kruiser
Eskader) |
||
15 november 1944 |
september 1945 |
Sentai 5 (5e Kruiser
Eskader) |
||
21 september 1945 |
buitgemaakt Royal
Navy (Singapore) |
|||
29 oktober 1946 |
tot zinken gebracht
door HMS Newfoundland (59) |
|||
3 mei 1947 |
geschrapt uit marine
register |
De kiel voor het eerste schip uit de Takao-klasse Zware-kruisers, de Takao werd op 28 april 1927 gelegd aan de werf van Yokosuka kaigun kosho (Yokosuka Marine Arsenaal). Op 12 mei 1930 werd het schip te water gelaten en op 31 mei 1932 afgeleverd. De naam Takao was afgeleid van de Berg Takao, gelegen vlak bij Kyoto.[1]
De Takao had met 203,80 meter lengte een standaard waterverplaatsing van 9.850 ton op papier maar in werkelijkheid 11.350 ton standaard en 14.260 ton maximaal. Aangedreven door de 12 Kampon boilers en vier sets geschakelde turbines, konden de vier schachten een snelheid genereren van 35,5 knopen (65,7 km/h). De pantsergordel had een dikte van 127 mm met een gepantserd dek van 35 mm. Met een kruissnelheid van 14 knopen (26 km/u), kon een afstand van 15.740 km worden afgelegd. De bewapening bij bouw bestond uit vijf geschutstorens met elk twee 203 mm / 50 kaliber Type 3 No.2 geschut als hoofdbewapening. De secundaire bewapening was opgebouwd uit vier enkele stuks 120 mm 45 kaliber type 10 geschut, twee enkele 40 mm / 62 kaliber HI Type 91 luchtafweer, twee 7,7 mm machinegeweren en vier tweevoudige 610 mm torpedolanceerbuizen. De Takao droeg drie watervliegtuigen bij zich. Na afbouw waren dit twee Nakajima E4N2 en een Kawanishi E7K1 drijvervliegtuigen.[2]
Na de aflevering werd het schip, samen met de zusterschepen, ingedeeld bij het Yokosuka chinjufu (Yokosuka Marine Distrikt) waar de schepen het Sentai 4 (4e Kruiser Eskader) dat na operationeel worden werd ingedeeld bij de Dai-ni Kantai (2e Vloot). Tijdens diverse proefvaarten bleken de schepen, zoals vele Japanse schepen die in die tijd waren ontworpen) topzwaar en diende te worden aangepast. Tussen 15 november en 1 december 1936 werd de Takao in de lengte versterkt en tussen mei 1938 en augustus 1939 werd het schip nogmaals uit de vaart genomen, ditmaal voor een algehele modernisering. De brugconstructie werd aanzienlijk verkleind en de hoofdmast werd naar achter verplaatst. Alle dubbele torpedolanceerinstallaties werden vervangen door viervoudige torpedolanceerinstallaties. De opslagruimte voor reserve torpedo's kreeg een 25 mm bepantsering. Het 120 mm geschut zou worden vervangen door vier stuks dubbele 127 mm / 40 kaliber geschut. Vanwege tekorten aan dit geschut ging deze uitwisseling niet door. De twee stuks 40 mm luchtafweergeschut en de twee 7,7 mm machinegeweren verwijderd en vervangen door vier stuks dubbele 25 mm / 60 kaliber Type 96 luchtafweergeschut en twee dubbele 13,2 mm machinegeweren. Tevens ontving de Takao vier dieptebommenwerpers met 12 dieptebommen. De katapulten werden vervangen door sterkere, moderner typen. Ook de aandrijving werd vernieuwd en gemoderniseerd. Hierdoor kon de brandstofvoorraad worden verkleind terwijl het bereik gelijk bleef. Om de stabiliteit te verbeteren werden nieuwe uitstulpingen onder de waterlijn aangebracht die tevens de bescherming tegen torpedo aanvallen verbeterden. Hiermee nam de breedte van de romp op die plaats toe van 10 meter tot 20,7 meter. Door de vergroting van de waterverplaatsing die dit alles tot gevolg had, nam de maximale snelheid af tot 34,2 knopen (63,3 km/h).[3][4]
Gedurende de jaren 1940 en 1941 patrouilleerde de Takao samen met zusterschip Atago (1930) in de Chinese kustwateren. In september 1941 werden twee dubbele 13,2 mm machinegeweren verwijderd en vervangen door twee stuks dubbele 25 mm / 60 kaliber Type 96 luchtafweergeschut. In de openingsfase van de Tweede Wereldoorlog in de Pacific werd de Takao samen met de Sentai 4 (4e Kruiser Eskader) ingezet om vuursteun te leveren bij de Japanse landingen in de Golf van Lingayen op Luzon.[5][6]
In februari 1942 was het schip operationeel bij Palau en werd het ingezet om scheepvaart van en naar Nederlands-Indië te onderscheppen. Bij deze actie werden op 1 maart 1942 het Nederlandse vrachtschepen m.s. Tomohon (1929) en m.s. Toradja (1930) van de KPM en de Britse mijnenveger HMS Scott Harley tot zinken gebracht en werd het Nederlandse vrachtschip s.s. Bintoehan (1922) in beslag genomen. Vliegtuigen van de Takao bombardeerden de Nederlandse vrachtvaarder s.s. Enggano (1920) die daarna brandend werd verlaten door haar bemanning. Het schip werd later door andere Japanse schepen tot zinken gebracht. Op 2 maart brachten de Takao en zusterschip Atago de Amerikaanse torpedobootjager USS Pillsbury (DD-227) tot zinken. Op 4 maart viel het smaldeel waar de Takao deel van uitmaakte een konvooi aan nabij Tjilatjap. Hierbij werd eerst de escorte HMAS Yarra (U77) tot zinken gebracht en vervolgens de tanker RFA Francol, het depotschip HMS Anking en de mijnenveger HMS MMS 51 (J551). De vrachtschepen s.s. Duymaer van Twist (1926) en s.s. Tjisaroea (1926) werden in beslag genomen. Na deze operatie vertrokken de Takao, Atago (1930) en Maya (1930) voor bevoorrading en onderhoud naar Yokosuka. Bij dit onderhoud tussen maart en mei 1942 werden alsnog de vier stuks 120 mm geschut vervangen door vier stuks dubbele 127 mm / 40 kaliber Type 89 geschut. Tussen juli en augustus werden aanvullend twee stuks drievoudige 25 mm / 60 kaliber Type 96 luchtafweer bijgeplaatst en ontving het schip een 1-shiki 2-go radar.[7]
Na reparaties kon het schip in mei 1942 weer operationeel worden ingezet. Op 2 mei werd de Takao op pad gestuurd voor een reddingsoperatie van het vliegtuigmoederschip Mizuho. Dit schip was op 1 mei nabij Omeazaki getorpedeerd door de Amerikaanse onderzeeboot USS Drum (SS-228). Bij de operatie werden 471 opvarenden gered. In juni werden de Takao en zusterschip Maya (1930) ingezet ter ondersteuning van de invasie van de Aleoeten. Hierbij werden op 3 juni 1942 twee drijvervliegtuigen van de Takao neergeschoten door Curtiss P-40 jagers van Umnak. Op 5 juni werd de vloot aangevallen door Boeing B-17 bommenwerpers en de Takao lukte het hier één van neer te schieten. Na de operatie keerde de Takao op 24 juni terug naar Ominato. In augustus werd de Takao er op uitgezonden om deel te nemen aan Operatie Ka, de versterking van de Japanse aanwezigheid op Guadalcanal. Samen met de Atago en Maya vertrok de Takao op 11 augustus uit Hashirajima naar Truk. Op 24 augustus waren de schepen nog te ver weg om deel te kunnen nemen aan de slag bij de Oostelijke Salomonseilanden. Op 26 oktober waren de schepen wel betrokken bij de slag bij de Santa Cruzeilanden. Hierna namen de schepen deel aan de slag bij Guadalcanal op 15 november. De schade opgelopen bij de strijd moest worden gerepareerd en eind november liep de Takao binnen in Kure. Eind december kon het schip terugkeren naar de basis op Truk.[8]
Begin 1943 nam de Takao deel aan de evacuatie van de Japanse troepen uit Guadalcanal en opereerde vervolgens vanuit Truk in het ventrale deel van de Pacific. In juli was het schip enige tijd terug in Yokosuka voor onderhoud om op 23 augustus weer in Truk terug te keren. Hierna werd de tocht voortgezet naar Rabaul om voorraden en militairen af te leveren. De periode die volgde patrouilleerde de Takao vanuit Truk. Op 5 november 1943 werd de Takao bij Rabaul beschadigd door Amerikaanse bommenwerpers Hierna ging het schip in reparatie.[9]
Tussen november 1943 en januari 1944 werden aanvullend op de Takao acht stuks enkele 25 mm / 60 kaliber Type 96 luchtafweer aan de afweerbatterij toegevoegd. Tevens werd er een 2-shiki 2-go radar geplaatst en werd de capaciteit dieptebommen vergroot. Op 18 januari 1944 was het schip weer operationeel. Vanaf 1 maart 1944 kreeg de Takao als thuisbasis Palau omdat het werd ingedeeld bij de Dai-Ichi Kido Kantai (1e Mobiele Vloot). Vanaf 1 april was het schip gestationeerd op Davao. In juni vertrok de Takao naar Kure voor onderhoud. Tussen juni en juli 1944 werd het luchtafweer nog eens sterk uitgebreid met vier stuks drievoudige en 22 stuks enkelvoudige 25 mm / 60 kaliber Type 96 luchtafweergeschut en werd een 3-shiki 1-go radar geplaatst.[10][11]
De volgende thuisbasis werd de haven van Singapore van waaruit de Takao werd ingezet tegen de Amerikaanse invasie van de Filippijnen vanaf oktober 1944. Bij deze inzet werd de het schip op 23 oktober 1944 door twee torpedo's van de Amerikaanse onderzeeboot USS Darter (SS-227) geraakt. Langzaam water makend, wist het schip Singapore te bereiken op 12 november waar het zou moeten worden gerepareerd. Het schip werd in Singapore echter alleen nog maar gebruikt als luchtafweerbatterij, tegen de luchtaanvallen op de haven. In deze rol werd de Takao op 31 juli 1945, liggend aan de kade aangevallen door de Britse mini onderzeeboot XE3 waarbij het schip ernstig beschadigd raakte. Hoewel het schip bleef drijven, was het zodanig beschadigd dat alleen reparatie in een droogdok in Japan het schip nog zou kunnen redden. Gezien de gebeurtenissen op het oorlogsfront was verslepen van het schip uitgesloten. Op 21 september 1945 viel het schip in handen van Britse troepen toen deze Singapore binnen trokken. Na de bevrijding heeft het nog korte tijd dienst gedaan als onderkomen voor daklozen, waarna het op 27 oktober 1946 in de Straat van Malakka tot zinken werd gebracht door HMS Newfoundland (59). Op 3 mei 1947 werd het geschrapt uit het marine register.[12]
Naam: | Takao (1930) |
Callsign/Registratie: |
? |
Bouwer: |
Yokosuka kaigun kosho, (Yokosuka Marine Arsenaal), Yokosuka |
Bouwnummer: |
? |
Type/Klasse: |
Zware-kruiser / Takao-klasse |
Waterverplaatsing: |
ontwerp: 9.850 t (9.690 lt) standaard 15.490 t (15.250 lt) maximaal |
Lengte: |
203,76 meter |
Breedte: |
19,00 meter |
Diepgang: |
6,11 meter |
Aandrijving: |
4 geschakelde turbines 12 Kampon boilers 132.000 shp (98.000 kW) 4 schachten |
Snelheid: |
35,5 knopen (65,7 km/u) |
Bereik: |
15.740 km bij 14 knopen (26 km/h) |
Bewapening: |
5x2 203 mm / 50 kaliber Type 3
No.2 geschut 4x1 120 mm Type 10 geschut 2x1 40 mm luchtafweergeschut 2x1 7,7, mm Type 92 machinegeweren 4x2 610 mm torpedolanceerbuizen 24 Type 90 torpedo's 2x Nakajima E4N2, 1x Kawanishi E7K1 |
Bemanning |
773 |
Kaigun Daisa Takashi Ando
(Kapitein-ter-Zee) |
15 mei 1930 |
Kaigun Daisa Yorio Sawamoto
(Kapitein-ter-Zee) |
1 november 1932 |
Kaigun Daisa Chuichi Nagumo
(Kapitein-ter-Zee) |
15 november 1933 |
Kaigun Daisa Eiji Goto
(Kapitein-ter-Zee) |
15 november 1934 |
Kaigun Daisa Kenzaburi Hara (Kapitein-ter-Zee) | 15 november 1935 |
Kaigun Daisa Takeo Takagi
(Kapitein-ter-Zee) |
1 december 1936 |
Kaigun Daisa Tadashige Daigo
(Kapitein-ter-Zee) |
1 december 1937 |
Kaigun Daisa Mitsuharu Matsuyama
(Kapitein-ter-Zee) |
3 juni 1938 |
Kaigun Daisa Kengo Kobayashi
(Kapitein-ter-Zee) |
15 november 1939 |
Kaigun Daisa Jihei Yamaguchi
(Kapitein-ter-Zee) |
1 november 1940 |
Kaigun Daisa Bunji Asakura (Kapitein-ter-Zee) | 15 augustus 1941 |
Kaigun Daisa Toshihira Inoguchi (Kapitein-ter-Zee) | 23 februari 1943 |
Kaigun Daisa Shigechika Hayashi
(Kapitein-ter-Zee) |
28 oktober 1943 |
Kaigun Daisa Sutejiro Onoda
(Kapitein-ter-Zee) |
29 augustus 1944 |
Kaigun Daisa Takeo Ishisika
(Kapitein-ter-Zee) |
22 maart 1945 - 21 september 1945 |