TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

    De Destroyer Escort (DE) oftewel Escortejager, was een typische Amerikaanse aanduiding voor een escorteschip met een snelheid van rond de 20 knopen (37 km/u), bedoeld voor het escorteren van koopvaardijschepen in konvooidiensten over de oceanen. Dit type schip kwam bij de US Navy pas in de 20e eeuw in omloop tijdens de Tweede Wereldoorlog.[1] Bij andere marines werd dit type schip aanvankelijk aangeduid als Fregat, soms als Sloop en zelfs als Korvet. De classificatie (DE) zou gebruikt worden bij de US Navy tot ook zij in 1975 de term fregat ging gebruiken.


    USS Rudderow (DE-224), Rudderow-klasse Escortejager Bron: US Navy photo

    Ontwikkeling

    Tijdens de Tweede Wereldoorlog zocht de Amerikaanse U.S. Navy naar een type schip dat zeer wendbaar was, een grote zeewaardigheid had en een snelheid kon ontwikkelen om rond langzaam varende koopvaardij konvooien te patrouilleren. Torpedobootjagers waren gebouwd op grotere snelheden om sneller varende marineschepen te kunnen beschermen en waren niet geschikt voor dit doel. Aanvankelijk had de US Navy totaal geen behoefte aan wat zij een 2e rang torpedobootjager noemden, oftewel een type schip speciaal ingericht voor onderzeebootbestrijding. De U.S. Navy was vooral bang dat het doel waarvoor dit schip diende te specifiek was, waardoor, indien dit doel al bereikt was, de schepen overbodig werden. In zeker zin werd de U.S. Navy gedurende de Tweede Wereldoorlog hierover in het gelijk gesteld.[2] Toch bestelde ook de U.S. Navy een groot aantal Destroyer Escort schepen.[3]

    Er werd besloten een geheel nieuw schip te ontwikkelen dat met een snelheid van rond de 20 knopen, eenvoudig rond de langzaam varende konvooi schepen (10 tot 12 knopen) kon patrouilleren. De schepen moesten over bewapening beschikken om zichzelf en het konvooi te beschermen tegen luchtaanvallen en aanvallen van onderzeeboten. Ze dienden derhalve wendbaar en relatief klein te zijn, maar groot genoeg om voldoende zeewaardigheid te waarborgen.

    Deze specificaties werden uiteindelijk in een aantal klassen met grote aantallen schepen uit ontwikkeld. De schepen bleken echter voor meer doelen bruikbaar zoals kustbescherming tegen onderzeeboot aanvallen en transportschepen voor hoge snelheid ten behoeve van invasies.


    USS Thornhill (DE-195), New York, 10 juli 1944 in aanwezigheid van enkele andere DE's Bron: US National Archives 80-G-235900

    Naast de U.S. Navy werden diverse schepen tijdens en na de Tweede Wereldoorlog middels Lend-lease geleverd of verkocht aan marines van andere landen die ze als fregat of als escortejager kenmerkten.[4] Schepen die in de Verenigde Staten werden gebouwd en bedoeld waren voor Groot-Brittannië ontvingen een B voor de aanduiding en worden daardoor wel aangeduid als BDE. Qua type zijn de schepen vergelijkbaar met de Japanse Kaibokan kustverdedigingsschepen, de Kriegsmarine F-klasse Escorteschepen en de Roemeense Amiral Murgescu-klasse. Na de Tweede Wereldoorlog bleef de U.S. Navy de aanduiding Destroyer Escort (DE) nog gebruiken tot 1975 en gebruikten andere marines dezelfde term voor gelijkwaardige schepen tot vanaf 1975 over het algemeen werd overgestapt op de term Fregat (FF). Aanvankelijk werd nog een klein aantal escortejagers met geleide wapens ontwikkeld (DEG), maar ook die werden al snel omgedoopt tot geleide wapen fregatten (FFG).

    Naast de Verenigde Staten werd de term escortejager (DE) alleen gebruikt voor een klein aantal klassen van de Australische Marine (1 klasse) en de Japanse Marine (2 klassen). Tijdens de Tweede Wereldoorlog kende Japan twee klassen Kaibokan (kust escorteschip) die qua rol en formaat vergelijkbaar waren. Bij andere marines werd voornamelijk de term Fregat gebruikt en in enkele gevallen de term Korvet, hoewel dit vaak kleinere schepen waren. Een paar landen (bijv. Canada) hadden torpedobootjagers die voor een gelijkwaardige waren ontworpen.

    Tegenwoordig lijkt het er op dat de moderne opvolgers van de Escortejagers en de Fregatten bij de US Navy het Littoral Combat Ship (LCS) aan het worden is. Deze schepen zijn internationaal vergelijkbaar met korvetten of zoals bij de Koninklijke Marine de offshore patrol vessel.

    Definitielijst

    Kriegsmarine
    Duitse marine, naast de Heer en de Luftwaffe onderdeel van de Duitse Wehrmacht.
    torpedobootjager
    (Engels=destroyer) Zeer lichtgebouwd, snel en wendbaar oorlogsschip, bestemd om door verrassingsaanvallen grote vijandelijke schepen met de torpedo tot zinken te brengen.

    Evarts-klasse (1942)

    Begin 1941 was in de Verenigde Staten een ontwerp ontstaan voor een kleine torpedobootjager, dat een snelheid tussen de 22 en 24 knopen kon bereiken, een lengte had van 85 meter en bedoeld was voor het begeleiden van konvooien over de Atlantische Oceaan. In mei 1941 werden 50 schepen besteld, maar deze bestelling werd praktisch gelijk ongedaan gemaakt ten gunste van de bouw van meer torpedobootjagers. Dit ontwerp zou echter de basis gaan vormen voor later gebouwde escortejagers. In juni 1941 verzocht de Britse Admiralty om via een Lend-Lease constructie 100 escortejagers te laten bouwen in de Verenigde Staten. De specificaties die de Britten wensten kwamen overeen met het ontwerp uit begin 1941. In augustus 1941 werd door Roosevelt toestemming verleend tot een eerste 50 schepen voor de Britten. Al spoedig daarna besloot, vanwege de Japanse aanval op Pearl Harbor, de US Navy ook deze schepen in dienst te nemen en werd gaandeweg de bestelling groter. Bij de US Navy zouden deze schepen gerangschikt worden als Evarts-klasse escortejagers (DE) terwijl ze bij de Royal Navy als Captain-klasse zouden worden aangeduid.[5]

    De Evarts-klasse was een klasse van het zogenaamde GMT type, oftewel met korte romp en General Motors Tandem diesel aandrijving.[6] Het eerste schip, van dit voor de US Navy nieuwe type escortejager, werd in december 1942 te water gelaten en in januari 1943 werd het eerste schip in dienst genomen. De Evarts-klasse werd in verschillende secties gebouwd bij diverse fabrieken in de Verenigde Staten. Deze secties werden op scheepswerven in elkaar gezet.[7] Er werden 105 schepen besteld in deze klasse, waarvan 65 schepen naar de US Navy gingen en 32 naar de Britse Royal Navy. Acht schepen werden afbesteld.[8]

    Evarts-klasse (1942)



    USS Wyffels (DE-6), april 1943 Bron: U.S. Department of the Navy.


    USS Bayntun (DE-1) / HMS Bayntun (K310)
    Boston Navy Yard

    USS Bazely (DE-2) /  HMS Bazely (K311)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-3) / HMS Berry (K312)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-4) / HMS Blackwood (K313)
    Boston Navy Yard

    USS Evarts (DE-5)
    Boston Navy Yard

    USS Wyffels (DE-6)
    Boston Navy Yard

    USS Griswold (DE-7)
    Boston Navy Yard

    USS Steele (DE-8)
    Boston Navy Yard

    USS Carlson (DE-9)
    Boston Navy Yard

    USS Bebas (DE-10)
    Boston Navy Yard

    USS Crouter (DE-11)
    Boston Navy Yard

    USS Burges (DE-12) / HMS Burges (K347)
    Boston Navy Yard

    USS Brennan (DE-13)
    Mare Island Navy Yard

    USS Doherty (DE-14) / HMS Berry (K312)
    Mare Island Navy Yard

    USS Austin (DE-15)
    Mare Island Navy Yard

    USS Edgar G. Chase (DE-16)
    Mare Island Navy Yard

    USS Edward C. Daly (DE-17)
    Mare Island Navy Yard

    USS Gilmore (DE-18)
    Mare Island Navy Yard

    USS Burden R. Hastings (DE-19)
    Mare Island Navy Yard

    USS LeHardy (DE-20)
    Mare Island Navy Yard

    USS Harold C. Thomas (DE-21)
    Mare Island Navy Yard

    USS Wileman (DE-22)
    Mare Island Navy Yard

    USS Charles R. Greer (DE-23)
    Mare Island Navy Yard

    USS Whitman (DE-24)
    Mare Island Navy Yard

    USS Wintle (DE-25)
    Mare Island Navy Yard

    USS Dempsey (DE-26)
    Mare Island Navy Yard

    USS Duffy (DE-27)
    Mare Island Navy Yard

    USS Emery (DE-28)
    Mare Island Navy Yard

    USS Stadtfeld (DE-29)
    Mare Island Navy Yard

    USS Martin (DE-30)
    Mare Island Navy Yard

    USS Sederstrom (DE-31)
    Mare Island Navy Yard

    USS Fleming (DE-32)
    Mare Island Navy Yard

    USS Tisdale (DE-33)
    Mare Island Navy Yard

    USS Eisele (DE-34)
    Mare Island Navy Yard

    USS Fair (DE-35)
    Mare Island Navy Yard

    USS Manlove (DE-36)
    Mare Island Navy Yard

    USS Greiner (DE-37)
    Puget Sound Navy Yard

    USS Wyman (DE-38)
    Puget Sound Navy Yard

    USS Lovering (DE-39)
    Puget Sound Navy Yard

    USS Sanders (DE-40)
    Puget Sound Navy Yard

    USS Brackett (DE-41)
    Puget Sound Navy Yard

    USS Reynolds (DE-42)
    Puget Sound Navy Yard

    USS Mitchell (DE-43)
    Puget Sound Navy Yard

    USS Donaldson (DE-44)
    Puget Sound Navy Yard

    USS Andres (DE-45)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Cockburn (DE-46) / HMS Drury (K316)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Decker (DE-47)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Dobler (DE-48)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Doneff (DE-49)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Engstrom (DE-50)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Seid (DE-256)
    Boston Navy Yard

    USS Smartt (DE-257)
    Boston Navy Yard

    USS Walter S. Brown (DE-258)
    Boston Navy Yard

    USS William C. Miller (DE-259)
    Boston Navy Yard

    USS Cabana (DE-260)
    Boston Navy Yard

    USS Dionne (DE-261)
    Boston Navy Yard

    USS Canfield (DE-262)
    Boston Navy Yard

    USS Deede (DE-263)
    Boston Navy Yard

    USS Elden (DE-264)
    Boston Navy Yard

    USS Cloues (DE-265)
    Boston Navy Yard

    USS Wintle (DE-266) / HMS Capel (K470)
    Boston Navy Yard

    USS Dempsey (DE-267) / HMS Cooke (K471)
    Boston Navy Yard

    USS Duffy (DE-268) / HMS Dacres (K472)
    Boston Navy Yard

    USS Eisner (DE-269) / HMS Domett (K473)
    Boston Navy Yard

    USS Gillette (DE-270) / HMS Foley (K474)
    Boston Navy Yard

    USS Fleming (DE-271) / HMS Garlies (K475)
    Boston Navy Yard

    USS Lovering (DE-272) / HMS Gould (K476)
    Boston Navy Yard

    USS Sanders (DE-273) / HMS Grindall (K477)
    Boston Navy Yard

    USS O'Toole (DE-274) / HMS Gardiner (K478)
    Boston Navy Yard

    USS Reybold (DE-275) / HMS Goodall (K479)
    Boston Navy Yard

    USS George (DE-276) / HMS Goodson (K480)
    Boston Navy Yard

    USS Herzog (DE-277) / HMS Gore (K481)
    Boston Navy Yard

    USS Tisdale (DE-278) / HMS Keats (K482)
    Boston Navy Yard

    USS Trumpeter (DE-279) / HMS Kempthorne (K483)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-280) / HMS Kingsmill (K484)
    Boston Navy Yard

    USS Lake (DE-301)
    Mare Island Navy Yard

    USS Lyman (DE-302)
    Mare Island Navy Yard

    USS Crowley (DE-303)
    Mare Island Navy Yard

    USS Rall (DE-304)
    Mare Island Navy Yard

    USS Halloran (DE-305)
    Mare Island Navy Yard

    USS Connolly (DE-306)
    Mare Island Navy Yard

    USS Finnegan (DE-307)
    Mare Island Navy Yard

    USS Creamer (DE-308)
    geschrapt

    USS Ely (DE-309)
    geschrapt

    USS Delbert W. Halsey (DE-310)
    geschrapt

    USS Keppler (DE-311)
    geschrapt

    USS Lloyd Thomas (DE-312)
    geschrapt

    USS William C. Lawe(DE-313)
    geschrapt

    USS Willard Keith (DE-314)
    geschrapt

    DE-315
    geschrapt

    geen naam (DE-517) / HMS Louis (K515)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-518) / HMS Lawson (K516)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-519) / HMS Pasley (K564)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-520) / HMS Loring (K565)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-521) / HMS Hoste (K566)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-522) / HMS Moorsom (K567)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-523) / HMS Manners (K568)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-524) / HMS Mounsey (K569)
    Boston Navy Yard

    USS Inglis (DE-525) / HMS Inglis (K570)
    Boston Navy Yard

    geen naam (DE-526) / HMS Inman (K571)
    Boston Navy Yard

    USS O'Toole (DE-527)
    Boston Navy Yard

    USS John J. Powers (DE-528)
    Boston Navy Yard

    USS Mason (DE-529)
    Boston Navy Yard

    USS John M. Bermingham (DE-530)
    Boston Navy Yard

    Definitielijst

    torpedobootjager
    (Engels=destroyer) Zeer lichtgebouwd, snel en wendbaar oorlogsschip, bestemd om door verrassingsaanvallen grote vijandelijke schepen met de torpedo tot zinken te brengen.

    Buckley-klasse (1943)

    Doordat de Verenigde Staten vanaf december 1941 betrokken raakte bij de Tweede Wereldoorlog, kreeg de US Navy meer behoefte aan schepen. Het principe van geen escortejagers ten gunste van torpedobootjagers werd volledig losgelaten. Het nieuwe principe werd dat elk marineschip welkom was. Voor de deelname van de US Navy aan het escorteren van konvooien, werden in januari 1942, 205 escortejagers besteld. Dit aantal werd in de periode daarna al snel verhoogd waardoor uiteindelijk een bestelling van meer dan 1000 escortejagers uitstond. De basis voor al deze schepen zou aanvankelijk de Evarts-klasse zijn. General Motors had echter onvoldoende dieselmotoren voorradig en kon deze onmogelijk in het verzochte tempo produceren. General Electric kon echter wel stoomturbines leveren en twee van deze konden hetzelfde vermogen leveren als de General Motors dieselmotoren. Twee stoomturbines pasten echter niet in de romp van een Evarts-klasse. Hierop werd besloten de romp te vergroten. Op deze wijze ontstond de Buckley-klasse, een zogenaamd Turbine Electric type (TE).[9]

    Van de Buckley-klasse escortejagers werden 154 schepen besteld, waarvan zes schepen als transportschepen (APD) zouden worden afgebouwd (37 overigens zouden later hiertoe worden omgebouwd). Van het totaal werden 46 schepen overgedragen aan de Britse Royal Navy onder Lend-Lease contract. Deze werden net als de Evarts-klasse schepen ondergebracht bij de Britse Captain-klasse fregatten, die op deze manier twee subklassen kreeg.[10]

    Buckley-klasse (1943)



    USS Lee Fox (DE-65) Bron: US Navy photo


    USS Buckley (DE-51)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Bull (DE-52) / HMS Bentinck (K314)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Charles Lawrence (DE-53)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Daniel T. Griffin (DE-54) / Virgilio Uribe (APD-29)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Donaldson (DE-55) / HMS Byard (K315)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Donnell (DE-56) (DE-56)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Fogg (DE-57)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Formoe (DE-58) / HMS Calder (K349)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Foss (DE-59)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Gantner (DE-60)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Gary (DE-61) / HMS Duckworth (K.351)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS George W. Ingram (DE-62)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Ira Jeffery (DE-63)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Lamons (DE-64) / HMS Duff (K352)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Lee Fox (DE-65)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Amesbury (DE-66)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-67) / HMS Essington (K353)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Bates (DE-68)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Blessman (DE-69)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Joseph E. Campbell (DE-70) /  Riquelme (APD-28)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Oswald (DE-71) / HMS Affleck (K462)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Harmon (DE-72) / HMS Aylmer (K463)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-73) / HMS Balfour (K464)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Ebert (DE-74) / HMS Bentley (K465)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Eisele (DE-75) / HMS Bickerton (K466)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Liddle (DE-76) / HMS Bligh (K467)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Straub (DE-77) / HMS Braithwaite (K468)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-78) / HMS Bullen (K469)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-79) / HMS Byron (K508)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-80) / HMS Conn (K509)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-81) / HMS Cotton (K510)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-82) / HMS Cranstoun (K511)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-83) / HMS Cubitt (K512)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-84) / HMS Curzon (K513)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-85) / HMS Dakins (K550)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-86) / HMS Deane (K551)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-87) / HMS Ekins (K552)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-88) / HMS Fitzroy (K553)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-89) / HMS Redmill (K554)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-90) / HMS Retalick (K555)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Russell (DE-91) / HMS Halsted (K556)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-92) / HMS Riou (K557)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-93) / HMS Rutherford (K558)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Reeves (DE-94) / HMS Cosby (K559)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-95) / HMS Rowley (K560)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-96) / HMS Rupert (K561)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-97) / HMS Stockham (K562)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-98) / HMS Seymour (K563)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Reuben James (DE-153)
    Norfolk Navy Yard

    USS Sims (DE-154)
    Norfolk Navy Yard

    USS Hopping  (DE-155)
    Norfolk Navy Yard

    USS Reeves (DE-156)
    Norfolk Navy Yard

    USS Fechteler (DE-157)
    Norfolk Navy Yard

    USS Chase (DE-158)
    Norfolk Navy Yard

    USS Laning (DE-159)
    Norfolk Navy Yard

    USS Loy (DE-160)
    Norfolk Navy Yard

    USS Barber (DE-161)
    Norfolk Navy Yard

    USS Lovelace (DE-198)
    Norfolk Navy Yard

    USS Manning (DE-199)
    Charleston Navy Yard

    USS Neuendorf (DE-200)
    Charleston Navy Yard

    USS James E. Craig (DE-201)
    Charleston Navy Yard

    USS Eichenberger (DE-202)
    Charleston Navy Yard

    USS Thomason (DE-203)
    Charleston Navy Yard

    USS Jordan (DE-204)
    Charleston Navy Yard

    USS Newman (DE-205)
    Charleston Navy Yard

    USS Liddle (DE-206)
    Charleston Navy Yard

    USS Kephart (DE-207)
    Charleston Navy Yard

    USS Cofer (DE-208)
    Charleston Navy Yard

    USS Lloyd (DE-209)
    Charleston Navy Yard

    USS Otter (DE-210)
    Charleston Navy Yard

    USS Hubbard (DE-211)
    Charleston Navy Yard

    USS Hayter (DE-212)
    Charleston Navy Yard

    USS William T. Powell (DE-213)
    Charleston Navy Yard

    USS Scott (DE-214)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Burke (DE-215)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Enright (DE-216) / BAE 25 de Julio (E-12)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Coolbaugh (DE-217)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Darby (DE-218)
    Philadelphia Navy Yard

    USS J. Douglas Blackwood (DE-219)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Francis M. Robinson (DE-220)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Solar (DE-221)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Fowler (DE-222)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Spangenberg (DE-223)
    Philadelphia Navy Yard

    geen naam (DE-563) / HMS Spragge (K572)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-564) / HMS Stayner (K573)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-565) / HMS Thornborough (K574)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-566) / HMS Trollope (K575)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-567) / HMS Tyler (K576)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-568) / HMS Torrington (K577)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-569) / HMS Narborough (K578)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-570) / HMS Waldegrave (K579)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    geen naam (DE-571) / HMS Whitaker (K580)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Holmes (DE-572) / HMS Holmes (K581)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Hargood (DE-573) / HMS Hargood (K582)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Hotham (DE-574) / HMS Hotham (K583)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Ahrens (DE-575)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Barr (DE-576)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Alexander J. Luke (DE-577)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Robert I. Paine (DE-578)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Foreman (DE-633)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Whitehurst (DE-634)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS England (DE-635)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Witter (DE-636)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Bowers (DE-637)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Willmarth (DE-638)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Gendreau (DE-639)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Fieberling (DE-640)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS William C. Cole (DE-641)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Paul G. Baker (DE-642)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Damon M. Cummings (DE-643)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Vammen (DE-644)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, San Francisco

    USS Jenks (DE-665)
    Dravo Corporation, Pittsburgh, Pennsylvania

    USS Durik (DE-666)
    Dravo Corporation, Pittsburgh, Pennsylvania

    USS Wiseman (DE-667)
    Dravo Corporation, Pittsburgh, Pennsylvania

    USS Weber (DE-675)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Schmitt (DE-676) / ROCS Lung Shan (DE-44)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Frament (DE-677)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Harmon (DE-678)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Greenwood (DE-679)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Loeser (DE-680)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Gillette (DE-681)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Underhill (DE-682)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Henry R. Kenyon (DE-683)
    Bethlehem Shipbuilding Corporation, Massachusetts

    USS Bull (DE-693) / ROCS Lu Shan (DE-36)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Bunch (DE-694)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Rich (DE-695)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Spangler (DE-696)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS George (DE-697)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Raby (DE-698)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Marsh (DE-699)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Currier (DE-700)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Osmus (DE-701)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Earl V. Johnson (DE-702)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Holton (DE-703)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Cronin (DE-704)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Frybarger (DE-705)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Tatum (DE-789)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Borum (DE-790)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Maloy (DE-791)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Haines (DE-792)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Runels (DE-793)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Hollis (DE-794)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Gunason (DE-795)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Major (DE-796)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Weeden (DE-797)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Varian (DE-798)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Scroggins (DE-799)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Jack W. Wilke (DE-800)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    Cannon-klasse (1943)

    Met de Cannon-klasse greep de US Navy weer terug op diesel motoren, echter werd de romp van de Buckley-klasse gehandhaafd. De toegepaste General Motors 16-278A diesel motor maakte dat deze klasse ook wel werd aangeduid als Diesel Electric Tandem (DET) type escortejagers.[11]

    Van deze klasse werden door de US Navy 116 schepen besteld, waarvan zes schepen direct aan de marine van de Vrije Fransen werden geleverd.[12] Door het einde van de Tweede Wereldoorlog werden 44 schepen afbesteld. Een groot aantal van de schepen uit de Cannon-klasse werden doorverkocht aan marines van andere landen. Nederland bijvoorbeeld kocht zes schepen die werden gerangschikt als Van Amstel-klasse fregatten.

    Cannon-klasse (1943)



    USS Christopher (DE-100), 1944 Bron: US Navy photo


    USS Cannon (DE-99) / NAe Baependi
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Christopher (DE-100) / NAe Benevente (D-20)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Alger (DE-101) / NAe Babitonga
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Thomas (DE-102) / ROCS Tai Ho (DE-23)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Bostwick (DE-103) / ROCN Taicang (DE-25)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Breeman (DE-104) / ROCS Taihu (DE-24)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Burrows (DE-105) /  Hr. Ms. Van Amstel (F806)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Corbesier (DE-106) / Sénégalais (T22 / F02)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Cronin (DE-107) / Algérien
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Crosley (DE-108) / Tunisien (T23)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Marocain (DE-109) / Marocain (F705)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Hova (DE-110) / Hova (F704)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Somali (DE-111) / Somali (T53 / T23)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Carter (DE-112) / ROCS Taizhao (DE-26)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    USS Clarence L. Evans (DE-113) / Berbère (F723)
    Dravo Corporation, Wilmington, Delaware

    DE-114 t/m DE-128
    geschrapt

    USS Levy (DE-162)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS McConnell (DE-163)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Osterhaus (DE-164)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Parks (DE-165)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Baron (DE-166) / ROU Uruguay
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS  Acree (DE-167)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Amick (DE-168) / JDS Asahi (DE-262)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Atherton (DE-169) / JDS Hatsuhi / BRP Rajah Humabon
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Booth (DE-170) / BRP Datu Kalantiaw (PS-76)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Carroll (DE-171)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Cooner (DE-172)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Eldridge (DE-173) / Leon
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Marts (DE-174) / Bocaina (D-22)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Pennewill (DE-175) / Bertioga (D-21)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Micka (DE-176)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Reybold (DE-177) / Bracui
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Herzog (DE-178) / Beberibe (D-19)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS McAnn (DE-179) / Comandante Bauru (D-18, U-28, Be-4)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Trumpeter (DE-180)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Straub (DE-181)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Gustafson (DE-182) / Hr. Ms. Van Ewijk (F808)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Samuel S. Miles (DE-183) / Arabe (F717)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Wesson (DE-184) / Andromeda (F592)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Riddle (DE-185) / Kabyle (F718)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Swearer (DE-186) / Bambara (F719)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Stern (DE-187) / Hr. Ms. Van Zijll (F811)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS O'Neill (DE-188) / Hr. Ms. Dubois (F809)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Bronstein (DE-189) / ROU Artigas (DE-2)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Baker (DE-190) / Malgache (F724)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Coffman (DE-191)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Eisner (DE-192) / Hr. Ms. De Zeeuw (F810)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Garfield Thomas (DE-193) / Panthir (D67)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Wingfield (DE-194) / Sakalave (F720)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Thornhill (DE-195) / Aldebaran (F590)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Rinehart (DE-196) / Hr. Ms. De Bitter (F807)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Roche  (DE-197)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Port Newark, New Jersey

    USS Bangust (DE-739) / BAP Castilla (F-61)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Waterman (DE-740) / BAP Aguirre (D-2)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Weaver (DE-741) / BAP Rodriguez (DE-163)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Hilbert (DE-742)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Lamons (DE-743)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Kyne (DE-744)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Snyder (DE-745)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Hemminger (DE-746) / HTMS Pin Klao (DE-413)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Bright (DE-747) / Touareg (F721)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Tills (DE-748)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS Roberts (DE-749)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    USS McClelland (DE-750)
    Western Pipe and Steel Company, San Pedro, California

    Curtis W. Howard (DE-752)
    geschrapt

    USS John J. Van Buren (DE-753)
    geschrapt

    USS Willard Keith (DE-754)
    geschrapt

    USS Paul G. Baker (DE-755)
    geschrapt

    Damon Cummings (DE-756)
    geschrapt

    DE-757 t/m DE-762
    geschrapt

    USS Cates (DE-763) / Soudanais (F722)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Gandy (DE-764) / Altair (F591)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Earl K. Olsen (DE-765)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Slater (DE-766) / Aetos (D01)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Oswald (DE-767)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Ebert (DE-768) / Ierax (D31)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Neal A. Scott (DE-769)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Muir (DE-770) / ROKS Kyongki (F-71)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Sutton (DE-771) / ROKS Kang Won (F-72)
    Tampa Shipbuilding Company, Tampa, Florida

    USS Milton Lewis (DE-772)
    geschrapt

    USS George M. Campbell (DE-773)
    geschrapt

    USS Russell M. Cox(DE-774)
    geschrapt

    DE-775 t/m DE-788
    geschrapt

    Edsall-klasse (1943)

    De Edsall-klasse schepen waren nagenoeg gelijk aan de Cannon-klasse. In plaats van de General Motors diesel motoren, werd bij deze klasse gebruik gemaakt van de 1.500 pk Fairbanks-Morse geschakelde diesel motoren. Hierdoor werden deze schepen ook wel aangeduid als Fairbanks-Morse Reduction gear (FMR) type escortejagers.[13]

    Alle 85 gebouwde schepen in deze klasse werden geleverd aan de US Navy. Een dertigtal van deze schepen werd ingezet in de Pacific, de overigen in de Atlantic.[14] Na de Tweede Wereldoorlog werden 12 schepen overgedragen aan de US Coast Guard en werden vier schepen verkocht aan het buitenland.[15] Vier schepen gingen tijdens de Tweede Wereldoorlog verloren.

    Edsall-klasse (1943)



    USS Jacob Jones (DE-130) Bron: US Navy photo


    USS Edsall (DE-129)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Jacob Jones (DE-130)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Hammann (DE-131)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Robert E. Peary (DE-132)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Pillsbury (DE-133)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Pope (DE-134)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Flaherty (DE-135)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Frederick C. Davis (DE-136)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Herbert C. Jones (DE-137)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Douglas L. Howard (DE-138)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Farquhar (DE-139)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS J.R.Y. Blakely (DE-140)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Hill (DE-141)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Fessenden (DE-142)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Fiske (DE-143)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Frost (DE-144)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Huse (DE-145)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Inch (DE-146)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Blair (DE-147)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Brough (DE-148)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Chatelain (DE-149)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Neunzer (DE-150)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Poole (DE-151)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Peterson (DE-152)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Stewart (DE-238)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Sturtevant (DE-239)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Moore (DE-240)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Keith (DE-241)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Tomich (DE-242)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS J. Richard Ward (DE-243)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Otterstetter (DE-244)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Sloat (DE-245)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Snowden (DE-246)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Stanton (DE-247)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Swasey (DE-248)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Marchand (DE-249)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Hurst (DE-250) / ARM Commodore Manuel Azueta (A06)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Camp (DE-251) / RVNS Tran Hung Dao (HQ-1) / BRP Rajah Lakandula (PF-4)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Howard D. Crow (DE-252)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Pettit (DE-253)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Ricketts (DE-254)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Sellstrom (DE-255)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Harveson (DE-316)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Joyce (DE-317)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Kirkpatrick (DE-318)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Leopold (DE-319)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Menges (DE-320)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Mosley (DE-321)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Newell (DE-322)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Pride (DE-323)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Falgout  (DE-324)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Lowe (DE-325)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Thomas J. Gary (DE-326) / President Bourgiba
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Brister (DE-327)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Finch (DE-328)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Kretchmer (DE-329)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS O'Reilly (DE-330)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Koiner (DE-331)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Price (DE-332)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Strickland (DE-333)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Forster (DE-334) / RVNS Trần Khánh Dư (HQ-04) / VPNS Dai Ky (HQ-03)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Daniel (DE-335)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Roy O. Hale (DE-336)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Dale W. Peterson (DE-337)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Martin H. Ray (DE-338)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Ramsden (DE-382)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Mills (DE-383)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Rhodes (DE-384)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Richey (DE-385)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Savage (DE-386)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Vance (DE-387)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Lansing (DE-388)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Durant (DE-389)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Calcaterra (DE-390)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Chambers (DE-391)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Merrill (DE-392)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Haverfield (DE-393)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Swenning (DE-394)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Willis (DE-395)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Janssen (DE-396)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Wilhoite (DE-397)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Cockrill (DE-398)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Stockdale (DE-399)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Hissem (DE-400)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Holder (DE-401)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    Rudderow-klasse (1943)

    Tot 1943 werd als hoofdbewapening voor de escortejagers gebruik gemaakt van de volop verkrijgbare 7,63 cm / 50 kaliber geschut. Dit was aanvankelijk niet de wens van de US Navy. Zij had liever escortejagers bewapend met 12,7 cm / 38 kaliber geschut. Tekorten van het 12,7 cm geschut dwong echter gebruik te maken van het lichtere geschut. Tegen 1943 was er echter voldoende voorraad van de 12,7 cm. Toepassing van dit geschut resulteerde in de Rudderow-klasse welke in feite een Buckley-klasse was, bewapend met twee stuks 12,7 cm / 38 kaliber geschut. Een andere verbetering die werd toegepast was een gesloten brugopbouw. Omdat voorgaande escortejagers waren gebouwd op wensen van de Britse Royal Navy, werd een open brug toegepast zoals daar gebruikelijk was. De US Navy had echter voorkeur voor een gesloten brug. Vanaf de Rudderow-klasse werd dit dan ook toegepast. Op basis van de aandrijving en het gebruikte geschut werd de Rudderow-klasse ook wel aangeduid als Turbine-Electric "V" inch gun (TEV) type escortejager.[16]

    Er werden 252 schepen van de Rudderow-klasse besteld, waarvan er 'slechts' 22 werden afgeleverd als escortejager. Van de overige schepen werden 50 schepen uiteindelijk afgebouwd als Crosley-klasse transportschepen (APD). Eén schip werd afgebouwd als escortejager, maar direct daarna verbouwd tot Crosley-klasse. Een totaal van 180 schepen werd afbesteld. Alle schepen overleefden de Tweede Wereldoorlog. Twee schepen werden verkocht aan een ander land. De overigens werden eind jaren 1960, begin jaren 1970 gesloopt of gebruikt als doelschip.

    Rudderow-klasse (1943)



    USS Riley (DE-579) Bron: US Navy photo


    USS Rudderow (DE-224)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Day (DE-225)
    Philadelphia Navy Yard

    USS Chaffee (DE-230)
    Charleston Navy Yard

    USS Hodges (DE-231)
    Charleston Navy Yard

    USS Vogelsang (DE-284)
    geschrapt

    USS Weeks (DE-285)
    geschrapt

    USS Sutton (DE-286)
    geschrapt

    USS William M. Wood (DE-287)
    geschrapt

    USS William R. Rush (DE-288)
    geschrapt

    DE-289
    geschrapt

    USS Williams (DE-290)
    geschrapt

    DE-291 t/m DE-300
    geschrapt

    USS Riley (DE-579) / ROCS Tai Yuan (DE-27)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS Leslie L.B. Knox (DE-580)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS McNulty (DE-581)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS Metivier (DE-582)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS George A. Johnson (DE-583)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS Charles J. Kimmel (DE-584)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS Daniel A. Joy (DE-585)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS Lough (DE-586)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS Thomas F. Nickel (DE-587)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS Peiffer (DE-588)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    USS Tinsman (DE-589)
    Bethlehem-Hingham Shipyard

    DE-607 t/m DE-632
    geschrapt

    DE-645 t/m DE-664
    geschrapt

    USS DeLong (DE-684)
    Bethlehem Steel Corporation, Fore River Shipyard

    USS Coates (DE-685)
    Bethlehem Steel Corporation, Fore River Shipyard

    USS Eugene E. Elmore (DE-686)
    Bethlehem Steel Corporation, Fore River Shipyard

    USS Holt (DE-706) / ROKS Chung Nam (DE-73)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Jobb (DE-707)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    USS Parle (DE-708)
    Defoe Shipbuilding Company, Bay City, Michigan

    DE-724 t/m DE-738
    geschrapt

    DE-905 t/m DE-1005
    geschrapt

    Definitielijst

    kaliber
    De inwendige diameter van de loop van een stuk geschut, gemeten bij de monding. De lengte van de loop wordt vaak aangegeven in het aantal kalibers. Zo is bv de loop van het kanon 15/24 24 ×15 cm lang.

    John C. Butler-klasse (1944)

    De John C. Butler-klasse was de laatste tijdens de Tweede Wereldoorlog gebouwde klasse escortejagers. Bij deze klasse werd het nieuwe 12,7 cm / 38 kaliber geschut gecombineerd met Westinghouse geschakelde turbines, wat deze klasse tot een Westinghouse Geared Turbine (WGT) type maakten, zoals de klasse ook wel werd aangeduid. Door deze 12.000 shp turbines kreeg het schip een snelheid van 24 knopen (ca 45 km/u) waarmee het bijna kleine torpedobootjagers werden. Met deze klasse werd de productie van escortejagers tijdens de Tweede Wereldoorlog afgesloten. Pas in de begin jaren 1950 zou de US Navy nieuwe escortejagers laten bouwen.[17]

    Er werden 293 schepen in deze klasse besteld. Tot het einde van de Tweede Wereldoorlog werden 87 schepen op stapel gezet en 206 schepen afbesteld. Vier schepen werden niet meer afgebouwd. Drie schepen gingen tijdens de Tweede Wereldoorlog verloren. Twee schepen werden na de Tweede Wereldoorlog overgedragen aan Portugal. De schepen werden eind jaren 1960, begin jaren 1970 gesloopt of als doelschip gebruikt.

    John C. Butler-klasse (1944)



    USS O'Flaherty (DE 340) Bron: US Navy photo


    USS John C. Butler (DE-339)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS O'Flaherty (DE-340)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Raymond (DE-341)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Richard W. Suesens (DE-342)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Abercrombie (DE-343)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Oberrender (DE-344)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Robert Brazier (DE-345)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Edwin A. Howard (DE-346)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Jesse Rutherford (DE-347)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Key (DE-348)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Gentry (DE-349)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Traw (DE-350)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Maurice J. Manuel (DE-351)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Naifeh (DE-352)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Doyle C. Barnes (DE-353)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Kenneth M. Willett (DE-354)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Jaccard (DE-355)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Lloyd E. Acree (DE-356)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS George E. Davis (DE-357)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Mack (DE-358)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Woodson (DE-359)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Johnnie Hutchins (DE-360)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Walton (DE-361)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Rolf (DE-362)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Pratt (DE-363)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Rombach (DE-364)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS McGinty (DE-365)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Alvin C. Cockrell (DE-366)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS French (DE-367)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Cecil J. Doyle (DE-368)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Thaddeus Parker (DE-369)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS John L. Williamson (DE-370)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Presley (DE-371)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS Williams (DE-372)
    Consolidated Steel Corporation, Orange, Texas

    USS William C. Lawe (DE-373)
    geschrapt

    USS Lloyd Thomas (DE-374)
    geschrapt

    USS Keppler (DE-375)
    geschrapt

    USS Henry W. Tucker (DE-377)
    geschrapt

    USS Francovich (DE-379)
    geschrapt

    DE-380, DE-381
    geschrapt

    USS Richard S. Bull (DE-402)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Richard M. Rowell (DE-403)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Eversole (DE-404)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Dennis (DE-405)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Edmonds (DE-406)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Shelton (DE-407)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Straus (DE-408)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS La Prade (DE-409)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Jack Miller (DE-410)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Stafford (DE-411)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Walter C. Wann (DE-412)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Samuel B. Roberts (DE-413)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS LeRay Wilson (DE-414)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Lawrence C. Taylor (DE-415)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Melvin R. Nawman (DE-416)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Oliver Mitchell (DE-417)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Tabberer (DE-418)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Robert F. Keller (DE-419)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Leland E. Thomas (DE-420)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Chester T. O'Brien (DE-421)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Douglas A. Munro (DE-422)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Dufilho (DE-423)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    USS Haas (DE-424)
    Brown Shipbuilding, Houston, Texas

    DE-425 t/m DE-437
    geschrapt

    USS Corbesier (DE-438)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Conklin (DE-439)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS McCoy Reynolds (DE-440) / Corte Real
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS William Seiverling (DE-441)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Ulvert M. Moore (DE-442)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Kendall C. Campbell (DE-443)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Goss (DE-444)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Grady (DE-445)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Charles E. Brannon (DE-446)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Albert T. Harris (DE-447)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Cross (DE-448)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Hanna (DE-449)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Joseph E. Connolly (DE-450)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Woodrow R. Thompson (DE-451)
    geschrapt

    USS Steinaker (DE-452)
    geschrapt

    DE-453 t/m DE-507
    geschrapt

    USS Gilligan (DE-508)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Formoe (DE-509)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    USS Heyliger (DE-510)
    Federal Shipbuilding and Drydock Company, Newark, New Jersey

    DE-511 t/m DE-515
    geschrapt

    USS Edward H. Allen (DE-531)
    Boston Naval Shipyard

    USS Tweedy (DE-532)
    Boston Naval Shipyard

    USS Howard F. Clark (DE-533)
    Boston Naval Shipyard

    USS Silverstein (DE-534)
    Boston Naval Shipyard

    USS Lewis (DE-535)
    Boston Naval Shipyard

    USS Bivin (DE-536)
    Boston Naval Shipyard

    USS Rizzi (DE-537)
    Boston Naval Shipyard

    USS Osberg (DE-538)
    Boston Naval Shipyard

    USS Wagner (DE-539)
    Boston Naval Shipyard

    USS Vandivier (DE-540)
    Boston Naval Shipyard

    USS Sheehan (DE-541)
    geschrapt

    USS Oswald E. Powers (DE-542)
    geschrapt

    USS Groves (DE-543)
    geschrapt

    USS Alfred Wolf (DE-544)
    geschrapt

    USS Harold J. Ellison (DE-545)
    geschrapt

    USS Myles C. Fox (DE-546)
    geschrapt

    USS Charles R. Ware (DE-547)
    geschrapt

    USS Carpellotti (DE-548)
    geschrapt

    USS Eugene A. Greene (DE-549)
    geschrapt

    USS Gyatt (DE-550)
    geschrapt

    USS Benner (DE-551)
    geschrapt

    USS Kenneth D. Bailey(DE-552)
    geschrapt

    USS Dennis J. Buckley (DE-553)
    geschrapt

    USS Everett F. Larson (DE-554)
    geschrapt

    USS Rogers Blood (DE-555)
    geschrapt

    USS William R. Rush (DE-556)
    geschrapt

    USS William M. Wood (DE-557)
    geschrapt

    DE-558 t/m DE-562
    geschrapt

    DE-801 t/m DE-904
    geschrapt

    Definitielijst

    kaliber
    De inwendige diameter van de loop van een stuk geschut, gemeten bij de monding. De lengte van de loop wordt vaak aangegeven in het aantal kalibers. Zo is bv de loop van het kanon 15/24 24 ×15 cm lang.

    Na de Tweede Wereldoorlog

    Ondanks dat wereldwijd vooral het Fregat als standaard escorte type werd aangemerkt, bleef de U.S. Navy tot in de jaren 1970 escortejagers van het type Destroyer Escort (DE) produceren. In 1975 werd overgestapt naar de standaard aanduiding Fregat en kregen alle schepen die nog in dienst waren de typeaanduiding FF, in plaats van DE.

    In 1946 had de US Navy nog 287 escortejagers van verschillende klassen in dienst. Veel hiervan werden verkocht of in de "mottenballen" geplaatst en tegen 1950 waren nog 10 schepen in dienst en 17 in reserve. Bij het uitbreken van de Korea oorlog werden de meeste schepen van de mottenballenvloot weer gereactiveerd. In de jaren 1950 werd ook weer in kleine hoeveelheden begonnen met het produceren van nieuwe escortejagers. De oudere schepen gingen na de Korea oorlog weer in de mottenballen of werden afgeschreven.[18]

    Dealey-klasse (1952)

    Pas in de jaren 1950 zou de US Navy opnieuw escortejagers laten bouwen. Opvallend was hierbij dat het ontwerp voor de eerste nieuwe klasse, de Dealy-klasse of ook wel DE-1006-klasse niet voortbouwde op ervaringen opgedaan met escortejagers tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar met voortborduurde op een ontwikkeling te vervanging van PC-461-klasse onderzeebootjagers (PC) voorgenomen eind jaren 1940. Voor de veranderde eisen vond men de oudere ontwerpen van de onderzeebootjagers te klein voor toekomstige operaties. Uit deze discussie ontstond een combinatie van het formaat zoals dat van escortejagers bekend was, met de bewapening van een onderzeebootjager uit de Tweede Wereldoorlog. Opvallend was dat hierbij weer werd teruggegrepen op een hoofdbewapening van 76 mm. Een belangrijke eis was dat in geval van oorlogsdreiging deze schepen snel en goedkoop moesten kunnen worden gebouwd.[19]

    Het ontwerp dat hieruit ontstond was de Dealey-klasse door stoomturbines aangedreven escortejager, bewapend met twee stuks dubbelloops 76mm / 50 kaliber geschut, twee Squid anti-onderzeeboot mortieren of RUR-4 Weapon Alpha raket lanceer installatie, anti-onderzeeboot torpedo's en dieptebommenwerpers. Vanwege de oplopende kosten van de schepen werden door de US Navy uiteindelijk slechts 13 schepen aangeschaft.[20]

    Dealey-klasse (1952)



    USS Hartley (DE-1029) Bron: US Navy photo


    USS Dealey (DE-1006) / ROU 18 De Julio
    Bath Iron Works

    DE-1007 t/m 1013
    Gebouwd als Franse Le Normand-klasse Fregat

    USS Cromwell (DE-1014)
    Bath Iron Works

    USS Hammerberg (DE-1015)
    Bath Iron Works

    DE-1016 t/m DE-1019
    Gebouwd als Franse Le Corse-klasse Fregat

    DE-1020
    Gebouwd als Italiaanse Canopo-klasse Fregat

    USS Courtney (DE-1021)
    Defoe Shipbuilding

    USS Lester (DE-1022)
    Defoe Shipbuilding

    USS Evans (DE-1023)
    Puget Sound Bridge and Dredging

    USS Bridget (DE-1024)
    Puget Sound Bridge and Dredging

    USS Bauer (DE-1025)
    Bethlehem Steel, Alameda Shipyard

    USS Hooper (DE-1026)
    Bethlehem Steel, Alameda Shipyard

    USS John Willis (DE-1027)
    New York Shipbuilding   

    USS Van Voorhis (DE-1028)
    New York Shipbuilding   

    USS Hartley (DE-1029)
    New York Shipbuilding   

    USS Joseph K. Taussig (DE-1030)
    New York Shipbuilding   

    DE-1031
    Gebouwd als Italiaanse Canopo-klasse Fregat

    DE-1032
    Gebouwd als Portugese Pêro Escobar

    Definitielijst

    kaliber
    De inwendige diameter van de loop van een stuk geschut, gemeten bij de monding. De lengte van de loop wordt vaak aangegeven in het aantal kalibers. Zo is bv de loop van het kanon 15/24 24 ×15 cm lang.
    raket
    Een door naar achter gerichte reeks ontploffingen voortbewogen projectiel.
    torpedo
    Oorlogswapen, met van een explosieve lading voorzien sigaarvormig lichaam met een voortstuwings- en besturingsmechanisme, bestemd om na lancering via het water zijn weg te zoeken naar vijandelijke schepen en deze door een onderwaterexplosie uit te schakelen.

    Claud Jones-klasse (1956)

    Vanwege de oplopende kosten van de Dealey-klasse, werd besloten een iets kleinere, goedkopere variant te ontwerpen, aangedreven door dieselmotoren. Dit werd de Claud Jones-klasse. De schepen waren hierdoor lichter bewapend en langzamer dan haar voorgangers. Slechts vier schepen werden geproduceerd en al snel besloot de US Navy dat ze ongeschikt waren voor het doel waarvoor ze waren gebouwd. In de beginjaren 1970 werden deze schepen verkocht aan Indonesië, die ze tot 2003-2005 in gebruik had.[21]

    Claud Jones-klasse (1956)



    USS John R. Perry (DE-1034) Bron: US Navy photo


    USS Claud Jones (DE-1033) / Mongisidi (343)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    USS John R. Perry (DE-1034) / Samadikun (341)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    USS Charles Berry (DE-1035) / Martadinata (342)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    USS McMorris (DE-1036) / Ngurah Rai (D-3/344)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    Bronstein-klasse (1956)

    Begin jaren 1960 werd besloten het concept voor escortejagers bij de US Navy geheel te herzien. Dit resulteerde in twee experimentele schepen, in de zogenaamde Bronstein-klasse. De gehele romp, de aandrijving en de bewapening werden opnieuw ontworpen rond het concept van een escortejager die gelijkwaardig zou zijn aan de internationale ontwikkelingen rond het fregat. Onderzeebootbestrijding werd hierbij het uitgangsprincipe en de schepen werden volledig ingericht om te opereren met het nieuwe Gyrodyne QH-50 DASH helikopter-drone systeem. De twee experimentele schepen werden in 1975 geclassificeerd als fregat en in de jaren 1990 verkocht aan Mexico.

    Bronstein-klasse (1956)



    USS McCloy (DE-1038) Bron: US Navy photo


    USS Bronstein (DE-1037)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    USS McCloy (DE-1038)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    Garcia-klasse (1962)

    Met de ervaringen opgedaan bij de twee schepen van de Bronstein-klasse werd de Garcia-klasse ontworpen. De door stoomturbines aangedreven schepen waren zeer wendbaar en snel. Voor de toepassing van de gewenste anti-onderzeeboot wapens, bleek de Bronstein-klasse eigenlijk te klein. De Garcia-klasse werd dan ook groter. Voor wat betreft het geschut werd weer overgestapt van het 7,6 cm geschut naar het grotere 12,7 cm geschut, een ontwikkeling die ook tijdens de Tweede Wereldoorlog had plaatsgevonden.

    De 11, later tot Fregat geclassificeerde schepen, deden bij de US Navy dienst tot begin jaren 1990. Hierna werden een aantal schepen gesloopt en de rest verkocht aan Brazilië.

    Garcia-klasse (1962)



    USS Davidson (DE-1045) Bron: US Navy photo


    geen naam (DE-1039)
    Gebouwd als Portugese Admiral Pereira da Silva-klasse

    USS Garcia (DE-1040) / Siaf (F264)
    Bethlehem Steel, San Francisco

    USS Bradley (DE-1041) / Pernambuco (D30)
    Bethlehem Steel, San Francisco

    geen naam  (DE-1042)
    Gebouwd als Portugese Admiral Pereira da Silva-klasse

    USS Edward McDonnell (DE-1043)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    USS Brumby (DE-1044)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    USS Davidson (DE-1045) / Paraiba (D28)
    Avondale Shipyard, Louisiana

    geen naam  (DE-1046)
    Gebouwd als Portugese Admiral Pereira da Silva-klasse

    USS Voge (DE-1047)
    Defoe Shipbuilding Company, Michigan

    USS Sample (DE-1048) / Parana (D29)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company, Seattle

    USS Koelsch (DE-1049) / Siqqat (F267)
    Defoe Shipbuilding Company, Michigan

    USS Albert David (DE-1050) / Para (D27)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company, Seattle

    USS O'Callahan (DE-1051) / Aslat (F265)
    Defoe Shipbuilding Company, Michigan

    USS Glover (DE-1098)
    Bath Iron Works

    Brooke-klasse (1962)

    De Brooke-klasse was van hetzelfde ontwerp als de voorgaande Garcia-klasse. De bewapening bestond echter uit geleide wapens waarmee een nieuwe type schip, de DEG (Destroyer Escort Guided) werd gecreëerd. In 1975 werd de typeaanduiding van deze schepen FFG.[22]

    Er weden zes schepen in de Brooke-klasse gebouwd. Eind jaren 1980, begin jaren 1990 werden twee schepen als doelschip gebruikt en vier verkocht aan Pakistan.[23]

    Brooke-klasse (1962)



    USS Ramsey (DEG-2) Bron: US Navy photo


    USS Brooke (DEG-1)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company, Seattle

    USS Ramsey (DEG-2)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company, Seattle

    USS Schofield (DEG-3)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company, Seattle

    USS Talbot  (DEG-4)
    Bath Iron Works

    USS Richard L. Page (DEG-5)
    Bath Iron Works

    USS Julius A. Furer (DEG-6)
    Bath Iron Works

    Knox-klasse (1965)

    De Knox-klasse escortejagers was de laatste klasse schepen van de U.S. Navy welke nog als DE- werd aangeduid. Ook deze schepen kregen in 1975 de aanduiding FF. Het was een ontwerp waarbij de ervaringen van het 12,7 cm geschut van de Garcia-klasse werd gecombineerd met het Tartar Geleide wapensysteem van de Brooke-klasse. Hierdoor ontstond een klasse die gelijk de meest geproduceerde naoorlogse escortejager van de US Navy werd. De schepen bevatte alle op dat moment in gebruik zijnde onderzeebootbestrijdingswapens. Vanwege de typewijziging in 1975 van escortejager tot fregat, werd dit tevens de laatste voor de US Navy gebouwde klasse escortejagers.[24]

    Er werden in de Knox-klasse totaal 46 schepen geproduceerd van de 55 bestelde schepen. Ze deden bij de US Navy dienst tot halverwege de jaren 1990. Een aantal schepen werden verkocht aan Griekenland, Turkije, Mexico, Taiwan, Thailand en Egypte.

    Knox-klasse (1965)



    USS Trippe (DE-1075) Bron: US Navy photo


    USS Knox (DE-1052)
    Todd, Seattle

    USS Roark (DE-1053)
    Todd, Seattle

    USS Gray (DE-1054)
    Todd, Seattle

    USS Hepburn  (DE-1055)
    Todd, San Pedro

    USS Connole (DE-1056)
    Avondale Shipyard

    USS Rathburne (DE-1057)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company

    USS Meyerkord (DE-1058)
    Todd, San Pedro

    USS W. S. Sims (DE-1059)
    Avondale Shipyard

    USS Lang (DE-1060)
    Todd, San Pedro

    USS Patterson (DE-1061)
    Avondale Shipyard

    USS Whipple (DE-1062)
    Todd, Seattle

    USS Reasoner (DE-1063) / Kocatepe
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company

    USS Lockwood (DE-1064)
    Todd, Seattle

    USS Stein (DE-1065) / Ignacio Allende (E50/F211)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company

    USS Marvin Shields (DE-1066) / Mariano Abasolo (F212)
    Todd, Seattle

    USS Francis Hammond (DE-1067)
    Todd, San Pedro

    USS Vreeland (DE-1068) / Macedonia (F458)
    Avondale Shipyard

    USS Bagley (DE-1069)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company

    USS Downes (DE-1070)
    Todd, Seattle

    USS Badger (DE-1071)
    Todd, San Pedro

    USS Blakely (DE-1072)
    Avondale Shipyard

    USS Robert E. Peary (DE-1073) / Chi Yang (FF-932)
    Lockheed Shipbuilding and Construction Company

    USS Harold E. Holt (DE-1074)
    Todd, San Pedro

    USS Trippe (DE-1075) / Thraki (F457)
    Avondale Shipyard

    USS Fanning (DE-1076) / Adatepe (F251)
    Todd, San Pedro

    USS Ouellet (DE-1077) / Phuttaloetla Naphalai (F-462)
    Avondale Shipyard

    USS Joseph Hewes (DE-1078)
    Avondale Shipyard

    USS Bowen (DE-1079) / Akdeniz (F257)
    Avondale Shipyard

    USS Paul (DE-1080)
    Avondale Shipyard

    USS Aylwin (DE-1081)
    Avondale Shipyard

    USS Elmer Montgomery (DE-1082)
    Avondale Shipyard

    USS Cook (DE-1083)
    Avondale Shipyard

    USS McCandless (DE-1084) / Trakya (F254)
    Avondale Shipyard

    USS Donald B. Beary (DE-1085) / Karadeniz (F255)
    Avondale Shipyard

    USS Brewton (DE-1086)
    Avondale Shipyard

    USS Kirk (DE-1087) / Fen Yang (FF-934)
    Avondale Shipyard

    USS Barbey (DE-1088)
    Avondale Shipyard

    USS Jesse L. Brown (DE-1089) / Damiyat (F961)
    Avondale Shipyard

    USS Ainsworth (DE-1090) / Ege (F256)
    Avondale Shipyard

    USS Miller (DE-1091)
    Avondale Shipyard

    USS Thomas C. Hart (DE-1092) / Zafer (F253)
    Avondale Shipyard

    USS Capodanno (DE-1093) / Muavenet (F250)
    Avondale Shipyard

    USS Pharris (DE-1094)
    Avondale Shipyard

    USS Truett (DE-1095)
    Avondale Shipyard

    USS Valdez (DE-1096) / Yi Yang (F-939)
    Avondale Shipyard

    USS Moinester (DE-1097) / Rasheed (F966)
    Avondale Shipyard

    DE-1098 t/m DE-1100
    geschrapt

    DE-1101
    experimenteel schip geschrapt

    DE-1102 t/m DE-1107
    geschrapt

    Noten

    1. Jane's, 1989
    2. Lardas, 2020, pag. 5
    3. Chesneau, 1980, pag. 148-149
    4. Franklin, 1999, pag. 7
    5. Lardas, 2020, pag. 7-8
    6. Lardas, 2020, pag. 42
    7. Friedman, 2004, hoofdstuk 7
    8. Lardas, 2020, pag. 42
    9. Lardas 2020, pag. 9-10
    10. Collingwood, 1999
    11. Lardas, 2020, pag. 10
    12. Jordan, 2015, pag. 265
    13. Lardas, 2020, pag. 10 en 45
    14. Young, 2016, pag. 253
    15. Stille, 2021, pag. 17
    16. Lardas, 2020, pag. 10-11
    17. Lardas, 2020, pag. 11
    18. Stille, 2021, pag. 17
    19. Friedman 1982, pp. 270-273
    20. Friedman 1982, pp. 275
    21. Gardiner, 1996, pag. 596
    22. Moore, 1991, pag. 185
    23. Moore, 1991, pag. 185
    24. Friedman, 1982, pag. 358-360