De 82nd Airborne Division werd in 1917 als 82nd Division ingesteld en nam als zodanig in Frankrijk deel aan de Eerste Wereldoorlog. Bij aanvang van de Tweede Wereldoorlog werd de eenheid gereorganiseerd als 82nd Infantry Division en vervolgens omgevormd tot de 82nd Airborne Division. De divisie kwam op 10 mei 1943 aan in Casablanca ter voorbereiding van de invasie van Sicilië en Italië. Na deze operaties nam de divisie deel aan de landingen in Normandië in juni 1944 en aan operatie Market Garden in september 1944. De 82nd Airborne Division eindigde in december 1945 haar inzet in Europa als onderdeel van de geallieerde bezettingsmacht van Berlijn. Na de Tweede Wereldoorlog werd de divisie ingezet in Europa, de Dominicaanse Republiek, Vietnam, Grenada, Panama, Perzische Golf, Bosnië, Kosovo, Afghanistan en Irak
De 82nd Division werd op 5 augustus 1917 ingesteld als onderdeel van de US National Army. De formele opstelling vond vanaf 25 augustus 1917 plaats op Camp Gordon in Georgia[1]. Aangezien de leden van de divisie werden binnengehaald vanuit alle op dat moment 48 staten van de Verenigde Staten[2], koos Major General Eben Swift, de toenmalige bevelhebber, de bijnaam "All American" voor zijn divisie.
De basis voor de divisie bestond uit de 163rd Infantry Brigade met daarbinnen het 325th Infantry Regiment en het 326th Infantry Regiment, en d 164th Infantry Brigade met daarbinnen het 327th Infantry Regiment en het 328th Infantry Reigment[3]. Ter ondersteuning van de infanteristen was de 157th Field Artillery Brigade toegevoegd. Deze brigade bestond uit het 319th Field Artillery Regiment, het 320th Field Artillery Regiment, het 321st Field Artillery Regiment en de 307th Trench Mortar Battery[4].
Na de initiële opstelling, werd de 82nd Division naar Europa gezonden om deel uit te maken van de American Expeditionary Force (AEF).
Op 15 augustus 1942 werd de 82nd Infantry Division omgevormd tot 82nd Airborne Division, de eerste luchtlandingsdivisie waarover de Amerikanen de beschikking kregen. In april 1943 werd zij naar Noord-Afrika gezonden onder bevel van Major General Matthew Ridgway ter voorbereiding op de invasie van Italië. De divisie stond in Noord-Afrika onder bevel van General Mark Clark’s Fifth U.S. Army. Na aankomst op 10 mei 1943 in Casablanca werd de divisie per trein vervoerd naar Oujda in het noordoosten van Marokko. In Noord-Afrika werd voornamelijk getraind voor de aankomende inzet in Italië. Voor de inzet op Sicilië werd het Regimental Combat Team ingezet dat zou opereren onder bevel van de 1st Infantry Division. De uitvallocatie voor de landing op Sicilië, operatie Husky genoemd, werd Kairouan in Tunesië. De eenheden van het Regimental Combat Team zouden een parachute landing uitvoeren op het vliegveld Ponte Olivio, bij Gela in het zuiden van Sicilië.
Op 9 juli 1943 landde een deel van de 82nd Airborne Division als para-eenheid op Sicilië en een ander deel met landingsvaartuigen vanuit zee. De landing verliep niet als gepland. De parachutisten kwamen veel te verspreid van elkaar terecht en de meesten te ver van de geplande dropzones. Desondanks wisten ze zich succesvol een weg te banen naar de hen opgedragen aanvalslocaties en veroverden ze het vliegveld in samenwerking met vanuit zee gelande Rangers en Sherman-tanks. Na operatie Husky keerde de 82nd Airborne Division terug naar Noord-Afrika om zich voor te bereiden op de invasie van het vaste land van Italië.
Op 13 september 1943 nam de divisie deel aan operatie Avalanche door te landen bij Salerno in het zuiden van het Italiaanse vasteland. De divisie zou eigenlijk een luchtlanding uitvoeren bij Avellino, maar was daar tijdens het opstijgen van teruggeroepen omdat de landingen vanuit zee bij Salerno niet best verliepen. De eerste nacht werden 600 parachutisten precies op de aangewezen locatie gedropt en de dag erna nog eens 1900.
In juni 1944 nam de 82nd Airborne Division deel aan operatie Overlord, de invasie in Normandië. De divisie voerde hier operatie Boston uit waarbij ze met parachutes landden bij Sainte-Mère-Église, Amfreville en Picauville en Operation Detroit met zweefvliegtuigen bij Sainte-Mère-Église en Les Forges. Het was voor het eerst dat divisie ook zweefvliegtuigen gebruikte. De landingen in Normandië werden chaotisch uitgevoerd. Veel parachutisten kwamen te ver van elkaar verspreid en te ver van de dropzones af terecht. Toch wist men de meeste van de geplande doelen te bereiken en veroveren.
In september 1944 werd de luchtlandingsdivisie weer ingezet, dit keer bij operatie Market Garden. Ten tijde van Market Garden was het bevel over de divisie overgegaan naar Brigadier General James Gavin. De 82nd Airborne Division landde bij Groesbeek en rond Nijmegen met de opdracht de bruggen over de Maas, het Maas-Waalkanaal en de Waal te veroveren. Hoewel nagenoeg alle opdrachten uiteindelijk werden uitgevoerd, moest de divisie zware strijd leveren met de in de omgeving gelegen Duitse eenheden. Eén van de belangrijkste te veroveren objecten, de verkeersbrug de Waalbrug bij Nijmegen, kon pas na vier dagen, met hulp van de Britse Guards Armoured Division worden veroverd. De 82nd Airborne Division bleef in de buurt van Nijmegen tot ze op 13 november 1944 door Canadese troepen werd afgelost.
In december 1944 en januari 1945 was de eenheid betrokken bij de Slag om de Ardennen. Na de Duitse capitulatie was de divisie onderdeel van de bezettingsmacht van Berlijn. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden 1619 manschappen van de 82nd Airborne Division gedood en raakten er 6560 gewond, waarvan er 332 overleden aan hun verwondingen.
Voor haar aandeel aan de Tweede Wereldoorlog werd de 82nd Airborne Division onderscheiden met zes campagnevanen (vergelijkbaar met de campagnesterren voor individuele militairen) voor: "Sicily", "Naples-Foggia", "Normandy" (met bronzen pijlpunt voor operatie Detroit), "Rhineland" (met bronzen pijlpunt voor operatie Market-Garden), "Ardennes-Alsace" en "Central Europe". Daarnaast ontving de divisie drie Distinguished Unit Citations (later Presidential Unit Citations genaamd, voor Chiunzi Pass/Naples/Foggia, Sainte-Mère-Eglise en Market Garden), twee keer het Franse Croix de Guerre (voor Sainte-Mère-Eglise en Cotentin), de Fourragere (erekoord) bij het Franse Croix de Guerre, de Fourragere bij het Belgische Oorlogskruis, twee maal een vermelding in de Belgische Dagorders ("Ardennes" en "België/Duitsland") en de Militaire Willemsorde 4e Klasse met Oranje erekoord (voor Market Garden).
Vele militairen van de 82nd Airborne Division ontvingen voor acties tijdens de Tweede Wereldoorlog persoonlijke onderscheidingen waaronder drie keer de Medal of Honor (Private First Class Charles DeGlopper, Private John Towle en First Sergeant Leonard Funk), 78 Distinguished Service Crosses, 1 Distinguished Service Medal, 32 Legions of Merit, 894 Silver Stars en 2478 Bronze Stars.
Na de Tweede Wereldoorlog werd de 82nd Airborne Division ingezet tijdens nagenoeg alle militaire conflicten waar de Verenigde Staten bij betrokken was. Het zou echter tot 1989 duren alvorens zij voor het eerst weer een luchtlandingsoperatie zou uitvoeren, namelijk tijdens operatie Just Cause, de Amerikaanse Invasie van Panama. Sinds 1990 werd de divisie ingezet in de Perzische Golf en bij diverse humanitaire operaties. Daarnaast fungeert de eenheid als "Presidential bodyguard division".
82nd
Airborne Division |
|
Commanding Officers: |
Omar N. Bradley (23 maart 1942 – 25 juni 1942) Matthew B. Ridgway (26 juni 1942 – 27 augustus 1944) James Gavin (28 augustus 1944 – 26 maart 1948) |
Camp
Claiborne, 15 augustus 1942: |
|
Commanding General: |
Major General Omar N. Bradley |
Chief of Staff: |
George VanPope |
Noord-Afrika,
april 1943: |
|
Commanding General: |
Major General Matthew B. Ridgway |
Regimental Combat Team: |
504th Parachute Infantry
Regiment 505th Parachute Infantry Regiment 325th Glider Infantry Regiment |
Sicilië, operatie Husky, 9 juli 1943: | |
Commanding General: |
Major General Matthew B. Ridgway |
Samenstelling: |
504th Parachute Infantry
Regiment 505th Parachute Infantry Regiment 307th Airborne Engineer Battalion 376th Parachute Field Artillery Battalion 456th Parachute Field Artillery Battalion 319th Glider Field Artillery Battalion 320th Glider Field Artillery Battalion 307th Airborne Engineer Battalion 80th Airborne Antiaircraft Battalion |
Salerno, Italië, 13 september 1943: | |
Commanding General: |
Major General Matthew B. Ridgway |
29 september 1943: | |
Commanding General: |
Major General Matthew B. Ridgway |
Samenstelling: |
Headquarters and HQ Company 325th Glider Infantry Regiment 504th Parachute Infantry Regiment 505th Parachute Infantry Regiment 307th Airborne Engineer Battalion 82nd Airborne Division Artillery - Headquarters and Headquarters Battery - 319th Glider Field Artillery Battalion (75mm Pack Howitzer) - 320th Glider Field Artillery Battalion (75mm Pack Howitzer) 80th Airborne Antiaircraft Battalion 307th Airborne Medical Battalion 782nd Airborne Ordnance Maintenance Company 407th Airborne Quartermaster Company 82nd Airborne Signal Company Military Police Platoon Toegewezen eenheden: - 1st Ranger Battalion - 3rd Ranger Battalion - 4th Ranger Battalion - 1st Battalion, 143rd Infantry Regiment - Detachment, 813th Tank Destroyer Battalion - A Battery, 133rd Field Artillery Battalion (105mm Howitzer) - A Battery, 155th Field Artillery Battalion (155mm Howitzer) - C Battery, 155th Field Artillery Battalion (155mm Howitzer) - F Company, 540th Engineer Shore Regiment - C Company, 83rd Chemical Battalion (Motorized) - Company, 83rd Chemical Battalion (Motorized) - 405th Medical Collecting Company - 2nd Platoon, 602nd Medical Clearing Company - 1st Platoon, 90th Quartermaster Company (Railhead) - H Company, 36th Engineer Combat Regiment - Detachment, 63rd Signal Battalion - C Detachment, 72nd Signal Company (Special) - Detachment, 180th Signal Repair Company - Detachment, 286th Signal Company |
Hieronder vind u de
samenstelling van de 82nd Airborne Division ten tijde van Operatie
Neptune, Normandië juni 1944: |
|
Commanding
General: |
Matthew B. Ridgway (26 juni 1942 – 27 augustus 1944) |
Assistant
Commanding: |
Brigadier General James
Gavin Brigadier General George P. Howell |
Chief
of Staff: |
Colonel P. Eaton (WIA 6 juni 1944) Colonel Edson D. Raff (8 juni 1944 – 15 juni 1944) Colonel Robert H. Wienecke (15 juni 1944 – 11 juli 1944) |
G-1
(Personnel): |
Lieutenant Colonel Frederick M.
Schellhammer |
G-2
(Intelligence): |
Lieutenant Colonel George W. Jack |
G-3
(Operations): |
Lieutenant Colonel Robert H.
Wienecke (tot 15 juni 1944) Lieutenant Colonel Walter F. Winton (15 juni 1944 - 19 June 1944) Lieutenant Colonel Henry E. Adams (vanaf 19 juni 1944) |
G-4
(Supply): |
Lieutenant Colonel Bennie A. Zinn (WIA 7 juni 1944) Lieutenant Colonel Frank W. Moorman (vanaf 7 juni 1944) |
Inspector
General: |
Lieutenant Colonel Charles M.
Barrett |
Signal
Officer: |
Lieutenant Colonel Frank W.
Moorman Captain Robert E. Furman (vanaf 7 juni 1944) |
Adjutant
General: |
Lieutenant Colonel Raymond M.
Britton |
Judge Advocate: |
Lieutenant Colonel Casimir D.
Moss |
Finance
Officer: |
Lieutenant Colonel Willaim E.
Johnson |
Chaplain: |
Lieutenant Colonel George L.
Riddle |
Surgeon: |
Lieutenant Colonel Wolcott L.
Etienne (WIA 6 juni 1944) Major William C. Lindstrom (vanaf 6 juni 1944) |
Ordnance Officer: |
Lieutenant Colonel Joshua A.
Finkle (WIA 7 juni 1944) Captain William B. McGuire (vanaf 7 juni 1944) |
Quartermaster
Officer: |
Lieutenant Colonel John N.
Rohrman |
HQ
Commandant: |
Major Don C. Faith |
Provost Marshall: |
Major Frederick G. McCollum |
Military
Government Officer: |
Captain Peter Shouvaloff |
Special
Service Officer: |
Captain Rudrick R. Otto |
Pathfinders
Group: |
Major Neal L. Roberts |
Headquarters
Company: |
Captain George J. Clausen |
Eenheden: |
505th Parachute Infantry
Regiment 507th Parachute Infantry Reigment 508th Parachute Infantry Regiment 325th Glider Infantry Regiment HQ, 82nd Airborne Division Artillery 319th Glider Field Artillery Battalion 320th Glider Field Artillery Battalion 376th Parachute Field Artillery Battalion 456th Parachute Field Artillery Battalion 80th Airborne Anti-Aircraft Artillery Battalion 82nd Airborne Signal Company 782nd Airborne Ordnance Maintenance Company 307th Airborne Engineer Battalion 307th Airborne Medical Company 82nd Airborne Military Police 407th Airborne Quartermaster Company 82nd Airborne Reco Platoon 82nd Airborne Parachute Maintenance Company |
Hieronder vind u de
indeling van de 82nd Airborne Division ten tijde van Operatie Market
Garden, September 1944: |
|
Commanding
General: |
Brigadier General James Gavin |
Chief
of Staff: |
Colonel Robert H. Wienecke |
Eenheden: |
504th Parachute Infantry
Regiment 505th Parachute Infantry Regiment 508th Parachute Infantry Regiment 325th Glider Infantry Regiment HQ, 82nd Airborne Division Artillery 319th Glider Field Artillery Battalion 320th Glider Field Artillery Battalion 376th Parachute Field Artillery Battalion 456th Parachute Field Artillery Battalion 80th Airborne Anti-Aircraft Artillery Battalion 307th Airborne Engineer Battalion 307th Airborne Medical Company Divisional Signals Company Quartermaster Company Ordnance Company |
Een Order of Battle van de 82nd Airborne Division tijdens het Ardennenoffensief ontbreekt nog. Kunt u ons hiermee helpen of heeft u aanvullende gegevens voor de incomplete slagordes op de vorige pagina’s neem dan contact met ons op via het contactformulier.