De Mogami was de naamgever van de Mogami-klasse kruisers. Het schip werd in 1934 en 1938 aanzienlijk verbouwd. Tijdens de Slag om Midway raakte het schip dusdanig zwaar beschadigd dat besloten werd de Mogami te verbouwen tot vliegdekmoederschip/kruiser, waarbij de capaciteit aan vliegtuigen werd vergroot van drie naar elf. Tijdens de Slag in de Straat van Surigao, werd de Mogami op 25 oktober 1944 tot zinken gebracht.
Gebouwd door: |
Kiel gelegd: |
Te
waterlating: |
In dienst: |
Einde: |
Kure Kaigun Kosho, (Kure Marine Arsenaal) Kure |
27 oktober 1931 | 14 maart 1934 |
28 juli 1935 |
25 oktober 1944 (gezonken) |
Bouwnummer : ? |
||||
Indeling: |
Datum in: |
Datum uit: |
||
28 juli 1935 |
25 oktober 1944 |
Zware-kruiser Mogami
- Japanse Keizerlijke Marine |
Als naamgever van de klasse, werd de Mogami het eerst gebouwd en kwam op 28 juli 1935 in dienst.[1] De Mogami werd met de Mikuma ingedeeld bij het 7e Kruiser Divisie.
In 1934 werd besloten veel Japanse schepen te verbouwen om zo de stabiliteit te vergroten. Ook de Mogami moest worden aangepast. De opbouw werd gereduceerd, de plaats van de brug verlaagd en de hangars kwamen te vervallen. Wat betreft de bewapening werden de torpedobuizen verder naar achter verplaatst. Toen de verbouwing nagenoeg klaar was, werd wederom besloten tot een nieuwe verbouwing, waarbij ditmaal ook de romp zelf moest worden aangepast.
Januari 1938 was het schip weer klaar om in 1939 echter alweer te worden gemoderniseerd. Hierbij werd vooral de bewapening aangepast. De drieloops 155 mm koepels werden vervangen door dubbelloops 200 mm koepels. De katapulten werden vervangen door modellen met een zwaardere capaciteit en het schip kreeg modernere torpedolanceerbuizen.[2]
Mogami was betrokken bij de Japanse overname van havenfaciliteiten in Frans-Indochina vanaf juli 1941 en de invasie van Malakka en Singapore in december van dat jaar. Vervolgens werd het schip met haar divisie ingezet bij de invasie van Nederlands-Indië. Na de desastreus verlopen slag bij Midway, waar de Japanse vliegdekvloot voor een groot deel tot zinken werd gebracht, trachtte admiraal Yamamoto op 5 juni om Midway door een marine bombardement alsnog op de knieën te krijgen. De Mikuma en de Mogami waren hierbij betrokken. Een melding van de aanwezigheid van een Amerikaanse onderzeeboot dwong het smaldeel tot plotselinge koerswijzigingen. Hierbij kwamen de Mogami en Mikuma met elkaar in aanvaring en raakten beide zwaar beschadigd.[3]
De beide schepen werden op 5 en 6 juni aangevallen door vliegtuigen van de USS Enterprise (CV-6) en de USS Hornet (CV-8). De Mogami werd zo zwaar beschadigd, dat zij bijna zonk. Het schip werd hierna bijna volledig herbouwd tot vliegtuigmoederschip/kruiser tussen september 1942 en april 1943. De achterste hoofdbewapening werd verwijderd en het schip kreeg op haar achterdek een groot vliegdek, waar maar liefst 11 drijvervliegtuigen van het type Aichi E16A 1 "Paul" een plaats zouden krijgen. Het luchtdoelgeschut werd vervangen door tien drieloops 25 mm kanonnen en er werd luchtradar geplaatst.
In 1944 kreeg het schip eerst nogmaals acht enkelloops 25 mm kanonnen en later in het jaar wederom, waardoor de Mogami uiteindelijk een luchtafweer had van 14 drieloops en 18 enkelloops 25 mm kanonnen. Of de kruiser ook daadwerkelijk met de genoemde toestellen is uitgerust is niet bekend. Mogelijk zijn tijdelijk oudere typen op het schip gestationeerd geweest.
De Mogami is in haar carrière bij de volgende slagen betrokken geweest:
1 maart 1942 | Slag in de Straat van Sunda |
31 maart 1942 | Aanvallen in de Indische Oceaan |
4 juni 1942 | Slag om Midway |
19-20 juni 1944 | Slag in de Filippijnse zee |
Tijdens de Slag in de Straat van Surigao op 25 oktober 1944, werd de Mogami aangevallen door een aantal Amerikaanse schepen. Beschadigd kwam het schip tijdens het manoeuvreren in aanvaring met de Nachi. Uiteindelijk werd de Mogami door de torpedobootjager Akebono met een torpedo tot zinken gebracht.[4]
Naam: | Mogami |
|
Callsign/Registratie: |
geen |
|
Bouwer: |
Kure Kaigun Kosho, Kure (Kure Marine Arsenaal) |
|
Bouwnummer: |
? |
|
Type/Klasse: |
Zware-kruiser / Mogami-klasse |
|
Waterverplaatsing: |
8.500 t (aanvankelijk) 13.670 t (uiteindelijk) |
|
Lengte: |
197 meter (aanvankelijk) 198 meter (uiteindelijk) |
|
Breedte: |
18 meter (aanvankelijk) 20,20 meter (uiteindelijk) |
|
Diepgang: |
5,50 meter (aanvankelijk) 5,85 meter (aanvankelijk) |
|
Aandrijving |
4 geschakelde stoomturbines 10 Kampon boilers 4 schachten 152,000 shp (113,000 kW) |
|
Snelheid: |
37 knopen (69 km/u, aanvankelijk) 35,5 knopen (65,7 km/u, uiteindelijk) |
|
Bereik: |
15.000 km (bij 14 knopen) |
|
Bepantsering: |
romp: 10 - 12,5 cm dek: 3,5 - 6 cm geschutskoepels: 2.5 cm |
|
Bewapening: |
bouw:[5] 15x 15.5 cm/60 3e jaar Type geschut (3x2) 8x 12.7 cm/40 Type 89 geschut (4x2) 4x 40 mm luchtafweer 12x 610 mm Type 93 torpedolanceerbuizen (4x3) uiteindelijk[6] 6x 20 cm/50 3e jaar Type geschut (3x2) 8x 12.7 cm/40 Type 89 geschut (4×2) 30 × Type 96 25 mm AT/AA afweergeschut 12x Type 93 torpedolanceerbuizen (4x3) 3x Aichi E13A watervliegtuigen (aanvankelijk) 11x Aichi E13A watervliegtuigen (uiteindelijk) |
|
Bemanning |
850 |
Tomoshige Samejima |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
28 juli 1935 |
15 november 1934 |
Seiichi Ito |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
15 november 1935 |
15 april 1936 |
Tetsuri Kobayashi |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
15 april 1936 |
1 december 1936 |
Seigo Takatsuka |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
1 december 1936 |
20 april 1938 |
Keizo Chiba |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
20 april 1938 |
15 november 1939 |
Shunji Izaki |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
15 november 1939 |
8 januari 1941 |
Takeo Aruga |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
8 januari 1941 |
10 september 1941 |
Akira Sone |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
10 september 1941 |
10 november 1942 |
Seigo Sasaki |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
10 november 1942 |
14 april 1943 |
Ichiro Aitoku |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
14 april 1943 |
10 april 1944 |
Ryo Toma |
Kaigun-daisa (Kapitein ter Zee) |
10 april 1944 |
25 oktober 1944 |