TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Jodenjagers bij de Hengelose politie

Titel:Jodenjagers bij de Hengelose politie
Schrijver:Anette Evertzen & Stevine Groenen
Uitgever:Stichting Historisch Archief Hengelo
Uitgebracht:2020
Pagina's:158
Taal:Nederlands
ISBN:9789083012230
Omschrijving:

Direct na de bevrijding kregen vooral de zogenoemde Politieke Opsporingsdiensten de taak om collaborateurs op te sporen, te arresteren en te verhoren. De reguliere politie werd vooral gezien als een foute, besmette organisatie waaraan je deze taak niet kon toevertrouwen. Dat dit beeld niet helemaal klopt, maakte NIOD-onderzoeker en historica Hinke Piersma duidelijk in haar boek "Op eigen gezag - Politieverzet in oorlogstijd". Hierin laat zij zien dat vele politiemannen- en -vrouwen tijdens de bezetting weliswaar voor de politie werkten en dus onder gezag van de Duitsers stonden, maar zich wel hebben ingezet om het verzet en bedreigde personen te helpen. Dat neemt natuurlijk niet weg dat er ook politieagenten actief waren die zich op basis van overtuiging of andere motieven opstelden als handlanger van de bezetter. Ook daar zijn vele voorbeelden van. Zo waren Johannes Frankevoort en Johannes Bronsema in Hengelo actief als Jodenjagers. Hun rol wordt beschreven in "Jodenjagers bij de Hengelose politie".

In het boek van Annette Evertzen en Stevine Groenen staan de twee daders centraal waarbij het niet alleen gaat om hun daden maar ook om hun naoorlogse rechtsgang. Tevens plaatsen zij beide daders in de context van Hengelo en dan vooral van de Hengelose politie tijdens de bezetting. Ook de naoorlogse zuivering van de Hengelose politie komt aan bod. Bovendien geven de schrijfsters de slachtoffers van beide agenten een gezicht. Door deze meerlaagse aanpak gaan Evertzen en Groenen voorbij de grenzen van een eenvoudig daderportret. Daarmee is niet gezegd dat het boek een grondige analyse en een adequate beschrijving biedt. Zo is het hoofdstuk over Hengelo tijdens de Tweede Wereldoorlog nogal fragmentarisch en blijven tal van onderwerpen buiten beschouwing. Met vrij grote sprongen in de tijd concentreren de schrijfsters zich in dit hoofdstuk vooral op de rol van burgemeester Van der Dussen en op gebeurtenissen als de bombardementen in Hengelo (1942), de April-meistakingen van 1943, de verwoesting van de Hengelose binnenstad op 6 en 7 oktober 1944 en de bevrijding op 3 april 1945. Hoe de inwoners van Hengelo de bezetting hebben ervaren wordt niet behandeld en de relatie tussen bevolking en politie wordt evenmin adequaat besproken.

De fragmentarische benadering is ook kenmerkend voor het hoofdstuk over de politie in Hengelo tijdens de oorlogsjaren. Schalkhaar – toch ook voor Hengelo van belang – wordt wel genoemd, maar daar blijft het bij. Pas vele tientallen pagina’s verder gaan de schrijfsters verder in op Schalkhaar. De bewering dat de Landwacht voortkwam uit de Vrijwillige Hulppolitie komt een beetje uit de lucht vallen en is echt te kort door de bocht. Zo’n beperkte omschrijving is niet uitzonderlijk. Zo wordt de zogeheten Sicherheitsdienst - op basis van een verwijzing naar Wikipedia – omschreven als de staatsinlichtingendienst van Nazi-Duitsland, Op zich klopt dat, maar met die omschrijving ga je wel voorbij aan de vele andere taken die de SD uitvoerde. Hetzelfde geldt voor de uitleg van de Bijzondere Rechtspleging. Het is niet echt fout maar wel heel erg summier en onvolledig.

Johannes Frankevoort en Johannes Bronsema waren als fanatieke nationaalsocialistische politieagenten in Hengelo en omgeving verantwoordelijk voor het oppakken en uitleveren van tientallen Joden. Samen vormden de oud-militair Bronsema en de uit Amsterdam afkomstige politieagent Frankevoort de Hengelose variant van het Amsterdamse Bureau Joodse Zaken. Na de oorlog werden zij aangeklaagd voor het oppakken van 24 Joden die geen van allen het vernietigingskamp overleefden. Bronsema, maar vooral Frankevoort, maakte zich ook schuldig aan intimidatie, mishandeling en diefstal. Voor dat laatste feit werd Frankevoort door de Duitsers uit zijn functie gezet en via een omweg naar Neuengamme gedeporteerd. Hij had immers goederen achtergehouden ten nadele van het Duitse Rijk. Bij de scheepsramp van de Cap Arcona op 3 mei 1945 kwam Frankevoort om het leven.( zie:Drijvende concentratiekampen) Dat werd pas jaren later bekend. Na de oorlog werd Frankevoort bij verstek tot twintig jaar veroordeeld. Afgezet tegen de tenlastelegging en in het licht van het feit dat het een verstekzaak was, is twintig jaar een opmerkelijk mild vonnis. Helaas gaan de schrijfsters daar verder niet op in. Een extra paragraaf over het bijzondere karakter van een verstekzaak zou voor de meeste lezers meer dan prettig zijn.

Na de oorlog werd Bronsema gearresteerd en vastgezet in het cellencomplex van Hengelo. Volgens de schrijfsters (pagina 48) werd Bronsema door een tribunaal schuldig bevonden aan de dood van 24 Joden. Dat klopt natuurlijk niet. De strafbare feiten waarvan Bronsema beschuldigd werd, waren immers dermate zwaar dat hij niet door een tribunaal berecht kon worden. Hoe het ook zij, Bronsema werd ter dood veroordeeld maar het doodsvonnis werd omgezet in twintig jaar hechtenis. Dat feit wordt een keer of vijf verteld, maar geen enkele keer staat er expliciet bij of die strafherziening het gevolg was van cassatie, herziening of gratie. Uit de context valt op te maken dat Bronsema wel in cassatie ging. Voor de rechtszaken van zowel Bronsema als Frankevoort geldt dat de schrijfsters zich beperken tot enkele hoofdzaken en de rest in het midden laten. Uiteindelijk werd Bronsema in 1956 vrijgelaten. Waarschijnlijk door gratie, maar ook dat blijft verder onbesproken. Wat hij na zijn vrijlating deed, vermelden Evertzen en Groenen niet. Hij bleef in ieder geval nog lang leven, want hij overleed pas in 2003.

Als schrijven de kunst van weglaten is, dan zijn Evertzen en Groenen juist op dat punt te ver doorgeschoten. "Jodenjagers bij de Hengelose politie" is geen slecht boek, maar vooral door de fragmentarische benadering en de vele onvolledigheden komen de schrijvers ook niet voorbij het niveau van net aan redelijk. Dat is jammer, want het onderwerp is boeiend en vraagt als het ware om een meer grondige aanpak.

Beoordeling: Redelijk

Informatie

Artikel door:
Paul van de Water
Geplaatst op:
17-04-2020
Laatst gewijzigd:
11-05-2020
Feedback?
Stuur het in!

Afbeeldingen