TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Herbert-Baum-Gruppe

    Inleiding

    Op 18 mei 1942 staken twee anti-nazi-communistische groepen de anti-Sovjettentoonstelling, 'Das Sowjetparadies', die in de 'Lustgarten' in Berlijn werd gehouden, in brand. Toch zou Victor Klemperer er niet eerder over in zijn dagboek schrijven dan 8 juni van datzelfde jaar. De Duits-Joodse literator was een hartstochtelijk chroniqueur van zijn tijd (1881-1960), die postuum beroemd is geworden door zijn dagboeken, waarin hij nauwgezet zijn 'Ausgrenzung', zijn uitsluiting uit de Duitse maatschappij, documenteerde. De Duitse pers had het hele incident achtergehouden, doch het nieuws had Klemperer mondeling bereikt.

    Hij schreef het volgende over de 'Joodse brandstichting': 500 mensen zijn gearresteerd. Van hen zijn er 30 vrijgelaten, 220 zijn gedeporteerd naar concentratiekampen, 250 zijn doodgeschoten en de families van alle 470 mensen, die werden vastgehouden, werden 'geëvacueerd'. Vijf dagen later schreef de minister van volksvoorlichting en propaganda Joseph Goebbels in zijn dagboek:

    " We hebben een groep van saboteurs en moordenaars in Berlijn ontmaskerd. Onder hen bevinden zich ook de groepen, die betrokken waren bij de bomaanslag op tentoonstelling Das Sowjetparadies. Het is veelbetekenend dat zich onder de arrestanten vijf Joden bevinden, drie half-Joden en vier Ariërs. Er is zelfs een ingenieur van Siemens onder hen. De bommen werden deels gefabriceerd in het Kaiser-Wilhelm Instituut."
    Dit incident vormde voor Goebbels de directe aanleiding om bij Adolf Hitler de druk op te voeren om alle Joden uit Berlijn weg te voeren. Op dat moment bevonden er zich nog 40.000 Joden in Berlijn. De daders van de brandaanslag waren leden van de 'Herbert-Baum-gruppe'.

    De 'Herbert-Baum-Gruppe'

    De Herbert-Baum-Gruppe droeg de naam van hun leider Herbert Baum. Als zoon van een boekhouder werd Herbert geboren in Poznan op 10 februari 1912. Hij groeide op in Berlijn en werd elektricien. Vanaf 1926 was hij lid van diverse joodse jeugdorganisaties en vanaf 1931 werd hij lid van de communistische jeugdfederatie. Na 1933 maakte hij deel uit van het verzet van de KPD (Duitse communistische partij). Al snel ontstond er een groep jonge communisten, zowel mannen als vrouwen, om hem heen, allemaal van joodse afkomst. Het prille begin van de Baum-gruppe. Samen met zijn vrouw Marianne en het bevriende echtpaar Martin en Sala Kochmann organiseerde Herbert Baum bijeenkomsten, veelal in de buitenwijken van Berlijn, waar gesproken werd over de dreiging van het nazibewind. Maar er werden ook culturele zaken besproken en uiteraard ook Marxistische literatuur doorgenomen. Baum maakte echter ook contact met niet-joodse verzetsgroepen, waaronder de groep van Werner Steinbrink. Niet-joden hadden meer bewegingsvrijheid dan de joden en dat was gunstig voor de activiteiten van de Baum-gruppe. Dit contact met Steinbrink zou van grote waarde blijken te zijn voor de aanslag op de Sovjetexpositie. Steinbrink werkte namelijk op het Kaiser-Wilhelm instituut.

    Ondertussen, in 1935, volgde Baum avondlessen om elektro-ingenieur te worden. Al vrij snel werd hij van de opleiding verbannen, omdat hij Joods was. Vanaf 1941 moest Baum werken op de 'Jodenafdeling' van de Siemens-fabriek in Berlijn. Daar kwam hij in contact met andere dwangarbeiders. Een aantal hielp hij onderduiken in Berlijn om deportatie naar de vernietigingskampen te ontlopen en anderen raakten betrokken bij het verzetswerk, waarmee Baum zich bezig hield.

    De aanslag

    Vanaf begin 1942 hield de Baum-gruppe zich voornamelijk bezig met het schrijven en verspreiden van pamfletten om de anti-oorlogshouding onder de Duitse bevolking te stimuleren. Hun doelgroepen waren in eerste instantie doktoren en soldaten, maar ook huisvrouwen werden niet vergeten. Maar toen vonden zowel Baum als Steinbrink het tijd worden het nazi-regime omver te werpen en ze hadden beiden het idee, dat de bevolking inmiddels ook zo ver was om hieraan mee te doen. Belangrijke aanleiding voor die gedachte was het feit dat de opmars in Rusland ook niet triomfantelijk verliep, waar wel op gehoopt was. Bovendien vonden beide mannen, dat het nodig werd om de wereld te laten zien dat er in nazi-Duitsland weerstand was tegen het regime. Baum en Steinbrink zochten een object om hun verzet te tonen en hun oog viel op de tentoonstelling Das Sowjetparadies, die plaats zou vinden op 18 mei 1942. Het plan voor een anti-sovjet-tentoonstelling was bedacht door Goebbels. Wanneer de erbarmelijke werkomstandigheden, die mensen moesten ervaren in zogenaamde Russische 'werkparadijzen', getoond werden, zou dat het enthousiasme voor de oorlog doen toenemen, zo veronderstelde hij.

    De tentoonstelling was reeds in Wenen, Praag en Parijs geweest en daarna was Berlijn aan de beurt. De tentoonstelling omvatte verschillende grote tenten, die opgebouwd werden in de Lustgarten, een voormalig tuinpark van het Berliner 'Stadtschloss'. Een deel ervan was door de nationaalsocialisten betegeld voor manifestaties. Het besluit om daar een bom af te laten gaan, werd overigens niet unaniem door de groep genomen. Verschillende leden hadden te kennen gegeven bang te zijn voor represailles. Toch gingen de voorbereidingen door. Volgens het originele plan zou de daad plaats moeten vinden op zondag 17 mei, maar de kans op grote toeloop van publiek maakte dat de aanslag een dag uitgesteld werd. Enerzijds liepen de plegers meer risico betrapt te worden, wanneer er veel toeschouwers waren, anderzijds wilde men ook niet dat er slachtoffers vielen. De volgende dag werd hun wens om weinig publiek nog meer gehonoreerd dan verwacht, want het was gaan regenen. Bij voorafgaande inspecties had het model van een Russisch restaurant wel geschikt geleken, maar die betreffende maandag zat de tent op slot en werd er uitgeweken naar het huis van een Russische werkman. De explosieven werden geplaatst (volgens Goebbels waren het vijf bommen geweest) en de mannen vluchtten weg. Het resultaat waar de strijders op gehoopt hadden, viel zwaar tegen. De brandhaarden die ontstonden, waren snel gedoofd, niemand was gedood en slechts elf personen liepen ademhalingsproblemen op vanwege de rook. Nog een tegenvaller: de volgende dag kon de expositie gewoon weer open.

    De gevolgen

    Ondanks het minimale effect van de aanslag konden vergeldingen niet uitblijven en ze kwamen vrij snel op gang en wel in drie vormen: represailles, arrestaties en processen, deportaties. De represailles betroffen de leden van de groep en 500 andere Berlijnse Joden die opgepakt werden en waarvan de helft direct doodgeschoten werd. De rest werd naar Sachsenhausen gestuurd, waar ze enkele maanden later stierven.

    De arrestaties en veroordelingen vonden plaats in drie fasen: De eerste golf van arrestaties van de groepsleden was nauwelijks vier dagen na de aanslag en duurde tot de zomer. Er waren geruchten dat er een verrader in het spel was, een spion van de Gestapo en een lange tijd werd gedacht dat dit Joachim Franke moest zijn. Hij was samen met Steinbrink de leider van de 'Steinbrink-Franke-gruppe'. Een poging om het leven van zijn vrouw te sparen, zou Frankes motief zijn geweest. In de loop van de tijd was er twijfel gerezen, omdat Franke de meeste groepsleden niet kende. De tweede golf was op 4 maart 1943. Voor beide groepen arrestanten werden door de nazi’s zeer korte processen gehouden. De meeste arrestanten uit de tweede groep werden veroordeeld tot de guillotine, enkelen kregen gevangenisstraf, doch uiteindelijk werden zij naar vernietigingskampen gestuurd. De derde en laatste groep werd op 7 september 1943 gevonnist. Het waren drie leden, die te laat gearresteerd waren om in eerdere processen veroordeeld te worden. Hun vonnis luidde ophanging, omdat de guillotine in de Plötzensee-gevangenis beschadigd was bij een luchtaanval.

    Herbert Baum stierf op 11 juni 1942, terwijl hij in bewaring zat in de gevangenis Moabit. De omstandigheden zijn tot op vandaag dubieus, mogelijk door zelfmoord, maar ook martelingen kunnen de oorzaak van zijn dood geweest zijn. Hij ligt begraven op de Joodse begraafplaats Weissensee. Steinbrink werd omgebracht op 18 augustus 1942 in Plötzensee-Berlijn.

    Nawoord

    Was de aanslag deze offers waard geweest? De doelstellingen werden in ieder geval niet gehaald. Het Duitse volk werd zich pas bewust van de nederlaag tijdens de Russische veldtocht na de Slag om Stalingrad in januari 1943. Ook de hoop dat de wereld kennis zou nemen van het verzet in Duitsland werd evenmin bereikt. Wat namelijk door de groepsleden over het hoofd werd gezien, was dat de nazi's de volledige controle hadden over de media. Zij zouden er zorg voor dragen dat geen wanklank zijn weg naar het buitenland kon vinden. Slechts mondeling kon het nieuws doorgegeven worden en dat gebeurde tergend langzaam. De vraag is in hoeverre Baum en zijn groep op het moment van planning op de hoogte waren van de risico’s, die onbekende mensen liepen als gevolg van de represailles. Evenmin is bekend of de Joodse populatie toen al wist dat het vertrek naar de kampen automatisch inhield dat ze nooit meer terug kwamen. In dat geval zou de beslissing veel makkelijker genomen zijn, omdat de dood voor de Joodse leden sowieso onvermijdelijk was. Toch was Herbert Baum niet naïef aan deze actie begonnen. Zo had hij vijf mensen het tentoonstellingsterrein opgestuurd, die nauwelijks een Joods uiterlijk hadden. Maar hij had ook gezorgd voor een groot ontsnappingsplan richting Frankrijk. Tijdens zijn werkzaamheden bij Siemens had hij contact weten te maken met niet-Joodse dwangarbeiders uit Frankrijk en van hen kreeg hij valse identificatiepapieren voor een aantal leden van zijn groep. Maar zijn plan mislukte en de gevolgen zijn bekend.

    Het spreekt voor zich dat wanneer er pogingen ondernomen worden om zich te verzetten tegen een regime, deze gedachtegang op ethische bezwaren stuit. De grens te bepalen wat nog verantwoord is en wat niet meer is zeker geen eenvoudige opgaaf. Nu, meer dan zeventig jaar na de oorlog lijkt het zoveel simpeler om te bepalen wat mensen ten tijde van de onderdrukking hadden moeten doen en is een oordeel als gekkenwerk of heldhaftigheid gauw gemaakt. De actie van de Baum-gruppe is op zichzelf niet zo indrukwekkend geweest. Wat het bijzonder maakte, was het feit dat het hier om een grote actie ging ondernomen door Joden, zij het met communistische sympathieën. Eerlijkheid gebiedt echter te zeggen dat alles ook niet zo heldhaftig was als het nu lijkt. Zo stond de Baum-gruppe ook bekend om een andere, meer naargeestige, activiteit. De groep had dringend geld nodig om de antinazistische activiteiten te financieren. Daartoe vroegen ze een bijdrage in de vorm van huisraad aan de Joden die op het punt stonden om naar de kampen te vertrekken. Die goederen konden dan verkocht worden en het geld kwam ten goede aan het verzet. Een aantal mensen daarentegen koesterde de verwachting om ooit weer huiswaarts te keren, op dat moment niet beseffend wat hen daadwerkelijk in de kampen te wachten stond. Zij weigerden dan ook om hun goederen af te staan. Daarop besloten Baum, Steinbrinck en Birnbaum, een medelid en een niet-Jood, zich de goederen toe te eigenen. Ze deden dit door zich voor te doen als Gestapo-officieren, die een aantal goederen kwamen vorderen, waaronder een draagbare typemachine, een schilderij en enkele oosterse tapijten. Die actie leverde inderdaad een aardige som geld op.

    Herbert Baum was een zeer overtuigende persoonlijkheid, zelfs charismatisch. Zowel Herbert als zijn vrouw bezaten een zekere romantische inslag, wat voor buitenstaanders de aanleiding was om hen te beschuldigen van onverschilligheid. Daartegenover moet gezegd worden dat Baum ook uiterste loyaliteit opriep bij zijn medeleden. Zelfs bij hen, die met Baum van mening verschilden over de aanslag. Het archief met betrekking tot de Baum-gruppe bleef jarenlang gesloten. Alleen wat paste in het beleid van de DDR, namelijk de activiteit van communistische verzetsgroepen, werd bekend gemaakt. Door de beeldhouwer Jürgen Raue werd in 1981 in opdracht van de magistraat van Berlijn (Oost) een gedenksteen ontworpen ter herinnering aan de moedige verzetsactie van 1942. Het monument is geplaatst in de Lustgarten, waar de aanslag destijds is gepleegd.

    Definitielijst

    nazi
    Afkorting voor een nationaal socialist.
    onderduiken
    Het verstoppen voor de vijand.
    propaganda
    Vaak misleidende informatie die gebruikt wordt om aanhangers / steun te winnen. Vaak gebruikt om ideele en politieke doelen te verwezenlijken.

    Afbeeldingen

    Herbert and Marianne Cohn/ Baum voor ze in 1926 of 1927 trouwden. Zij zijn wit omcirkeld en Olga Benario is grijs omcirkeld. Bron: Wikimedia.
    De door de nazis gearrangeerde 'Soviet Paradise' tentoonstelling in 1942 in Berlijn. Bron: Wikimedia.
    Het eregraf voor Herbert Baum op de Joodse begraafplaats in Berlin-Weißensee. Bron: Wikimedia.
    Gedenksteen, Herbert Baum, bij de Lustgarten in Berlijn. Bron: Wikimedia.

    Informatie

    Artikel door:
    Annabel Junge
    Geplaatst op:
    08-12-2018
    Laatst gewijzigd:
    22-04-2023
    Feedback?
    Stuur het in!

    Gerelateerde bezienswaardigheden