Titel: | French Destroyers |
Ondertitel: | Torpilleurs d`Escadre & Contre-Torpilleurs 1922-1926 |
Schrijver: | John Jordan & Jean Moulin |
Uitgever: | Seaforth Publishing |
Uitgebracht: | 2015 |
Pagina's: | 296 |
Taal: | Engels |
ISBN: | 9781848321984 |
Omschrijving: |
Ondanks dat in de titel van "French Destroyers" het Engelse woord voor torpedobootjager is gebruikt, kent de Franse taal geen speciaal woord voor dit type oorlogsschip. De beide Franse termen die betrekking kunnen hebben op dit specifieke schip zijn torpilleur d`escadre en contre-torpilleur. Dit wordt door auteurs John Jordan en Jean Moulin meteen duidelijk gemaakt in de ondertitel. De letterlijke vertalingen van de beide Franse uitdrukkingen zijn eskadertorpedoboten en antitorpedoboten. De Marine Nationale Française heeft echter nooit het gebruikelijke woord voor torpedobootjager gebruikt omdat de Fransen onderscheid maakten tussen grote en kleine destroyers. In het Frans zou de vertaling voor destroyer, of Zerstörer in het Duits, destructeur zijn, maar de Fransen kozen zoals blijkt voor hun eigen termen. Ditzelfde geldt overigens voor de Nederlandse taal waarin niet gekozen werd voor vernietiger, maar voor torpedobootjager en later onderzeebootjager. De Fransen bouwden tussen de beide wereldoorlogen grote en snelle torpedobootjagers die zij torpilleurs d`escadre noemden. Deze schepen werden in principe niet gebouwd om op torpedoboten of onderzeeboten te jagen, maar om slagschepen en vliegdekschepen te begeleiden in eskaderverband. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zouden de taken van de torpilleurs d`escadre echter wel degelijk het jagen op en het bestrijden van de genoemde vijandelijke schepen omvatten, omdat op deze wijze de kapitale oorlogsschepen het best beschermd konden worden. Deze schepen konden het best vergeleken worden met de Amerikaanse escorte-destroyers. Vanaf de vorige eeuwwisseling werden voor de Franse marine torpedoboten gebouwd naar Brits voorbeeld. Dit waren scheepjes van ongeveer 300 ton bewapend met vier torpedo`s en enkele snelvuurkanonnen. Uit deze schepen ontstonden begin jaren `20 de contre-torpilleurs. Ook deze schepen werden niet ontworpen en gebouwd om op torpedoboten te jagen, maar als snelle verkenningseenheden. In de praktijk werden de contre-torpilleurs echter wel degelijk ingezet om kleine vijandelijke torpedoboten en andere kustvaartuigen te bestrijden. In de loop der jaren werden deze oorlogsschepen steeds groter en sneller en vanaf de jaren `30 bouwden de Fransen alleen nog maar contre-torpilleurs en geen torpilleurs d`escadre meer. De latere contre-torpilleurs kunnen het best vergeleken worden met kleine kruisers of flottielje leiders zoals de Nederlandse kruisers van de Tromp-klasse (Hr. Ms. Tromp en Hr. Ms. Jacob van Heemskerck). De Marine Nationale Française bouwde tijdens het interbellum een uitstekende vloot op. Na de Britse, Amerikaanse en Japanse marines, was de Franse zeemacht de grootste ter wereld. Vooral de Franse torpedobootjagers waren over het algemeen beter dan de Britse en de Amerikaanse, maar overtroffen zeker die van de Italiaanse marine, die eind jaren `30 steeds meer als directe opponent werd gezien. Doordat de Duitsers in 1940 Frankrijk onder de voet liepen en tot een snelle capitulatie dwongen, speelde de Franse vloot echter vrijwel geen rol van betekenis tijdens de Tweede Wereldoorlog. Alleen de schepen die door de Britten tijdens Operatie Catapult, in juli 1940, in beslag werden genomen, streden tijdens de oorlog aan geallieerde zijde. Enkele tientallen torpilleurs d`escadre en contre-torpilleurs overleefden de oorlog en bleven tot 1956 onderdeel uitmaken van de Franse marine. "French Destroyers" is met grote zorg samengesteld door de auteurs John Jordan en Jean Moulin. De Britse auteur John Jordan is een voormalige talenleraar die eind jaren `70 begon met schrijven over de naoorlogse Sovjetmarine. Vervolgens ging hij zich verdiepen in de Franse marine en in de afgelopen twintig jaar publiceerde hij talloze artikelen over dit onderwerp voor het Britse tijdschrift Warship. In 2005 werd hij hoofdredacteur van het blad. Het eerste boek dat hij bij Seaforth Publishing uitgaf, "French Battleships 1922-1956", schreef hij samen met auteur Robert Dumas. Dit boek werd in 2009 uitgegeven en werd in 2013 opgevolgd door "French Cruisers 1922-1956". Dit boek schreef Jordan samen met Jean Moulin. Deze Franse schrijver diende bij de Franse marine voordat hij aan het werk ging in de informatietechniek. Hij ging in 2000 met pensioen en schreef artikelen en boeken over Franse marineschepen. Hij specialiseerde zich in kruisers en torpedobootjagers. Het co-auteurschap met John Jordan resulteerde uiteindelijk in "French Destroyers". "French Destroyers" is hetzelfde opgezet als de beide voorgangers, "French Battleships" en "French Cruisers". Het eerste deel van het boek bestaat uit technische omschrijvingen van de schepen. In chronologische volgorde worden de ontwerpen, ontwikkelingen, bouw en technische gegevens gepresenteerd. Die volgorde wordt bepaald door de tijdsbalk langs welke de schepen geproduceerd werden. Hierdoor is een duidelijke evolutie van de Franse torpedobootjagers waar te nemen. John Jordan was grotendeels verantwoordelijk voor dit gedeelte, bijgestaan door coauteur Jean Moulin. Het tweede deel van het boek beslaat de operationele geschiedenis van de beschreven schepen. Deze historie werd in het Frans, in vier hoofdstukken, geschreven door Jean Moulin, die vervolgens in het Engels werd vertaald door John Jordan. De uitstekende teksten worden ondersteund door honderden zwart-witfoto`s, tabellen, schema`s, kaarten en grafische tekeningen. Deze tekeningen zijn eveneens van de hand van John Jordan en de meeste werden speciaal voor deze uitgave gemaakt. Op de acht middenpagina`s van het boek wordt als bonus een zeventiental afbeeldingen van schilderijen van kunstenaar Jean Bladé getoond. Het totaalplaatje levert een encyclopedisch naslagwerk van grote historische klasse op dat prima leest en er zeer goed uitziet. Samen met de beide voorgangers over de Franse slagschepen en kruisers, vult "French Destroyers" een significant gat in het Engelstalige aanbod over Franse oorlogsschepen. Bovendien zal het boek absoluut niet misstaan op de boekenplanken van verzamelaars, historici, scheepsmodelbouwers en alle andere liefhebbers van maritieme geschiedenis. Dit laatste is precies wat uitgeverij Seaforth Publishing (een imprint van Pen & Sword) met haar publicaties voor ogen heeft. |
Beoordeling: | Topklasse! |