De pantserschepen van de Eidsvold-klasse, de Norge en de Eidsvold werden in 1899 in Engeland gebouwd en door de Noorse marine ingezet als kustverdediging schepen. Zowel tijdens de Eerste als Tweede Wereldoorlog waren de twee schepen de grootste in dienst van de Noorse marine. Voorafgaand aan de Tweede Wereldoorlog werd het luchtafweer van de schepen nog uitgebreid. Op 9 april 1940 werden beide schepen, door acties van de Duitse Kriegsmarine, tot zinken gebracht.
KS Norge (1900) |
1899:
kiellegging 31 maart 1900: tewaterlating 7 februari 1901: aflevering 9 april 1940: getorpedeerd (Z 11 Bernd von Arnim) |
KS Eidsvold (1900) |
1899:
kiellegging 14 juni 1900: tewaterlating 29 maart 1901: aflevering 9 april 1940: getorpedeerd (Z21 Wilhelm Heidkamp) |
De Eidsvold-klasse pantserschepen, in Noorwegen gebruikt als kustverdediging schepen, werden gebouwd in Engeland bij Armstrong in Elswick. De kiel voor beide schepen werd in 1899 gelegd en ze werden in 1900 te water gelaten en in 1901 afgeleverd. Met een waterverplaatsing van 3.645 ton standaard en 4.166 ton maximaal, hadden de schepen een lengte van bijna 95 meter, breedte van iets meer dan 15 meter en een diepgang van rui 5 meter. De twee stoommachines en 6 boilers leverden een vermogen van 4.500 pk, waarmee een snelheid van 16,5 knopen (30, 56 km/u) bereikt kon worden. Met een bunkercapaciteit van 550 ton kolen kon een afstand van bijna 10.000 km worden afgelegd bij een kruissnelheid van 10 knopen (18,52 km/u).[1]
De 266 bemanningsleden hadden de beschikking over een pantsergordel van 127 tot 152 mm dikte, een dek bepantsering van 37 tot 51 mm en een koepel bepantsering van 152 - 203 mm. De brug had een bepantsering van 152 mm. Het hoofdgeschut bestond uit twee stuks 209 mm / 44 kaliber Armstrong C geschut in twee koepels, één op het voordek en één op het achterdek. De secundaire bewapening was opgebouwd uit 6x1 stuks 149 mm / 46 kaliber Armstrong FF geschut, 8x1 stuks 76 mm / 40 kaliber Armstrong N geschut, 6x1 stuks 47 mm / 50 kaliber Hotchkiss luchtafweergeschut en twee stuks 450 mm torpedolanceerbuizen.[2]
De Eidsvold-klasse was een doorontwikkeling van de Tordenskjold-klasse. De belangrijkste verschillen waren het gebruik van Krupp bepantsering in plaats van de Britse Harvey bepantsering, andere type boilers en twee schoorstenen. Tot aan het begin van de Tweede Wereldoorlog bleven beide schepen onveranderd. In 1939 werd het luchtafweer uitgebreid door toevoeging van 2x1 stuks 76 mm / 28 kaliber Bofors M36 luchtafweergeschut, 2x1 stuks 20 mm / 70 kaliber Oerlikon luchtafweergeschut en 2x1 12,7 mm machinegeweren.[3]
Ten tijde van de Duitse inval in Noorwegen tijdens Operatie Weser, bevonden de schepen zich bij Narvik. Beide werden op 9 april 1940 door Duitse torpedobootjagers met torpedo's tot zinken gebracht.[4][5]
Klasse: | Eidsvold-klasse |
Aantal in klasse: |
2 |
Land: |
Noorwegen |
Type: |
Pantserschepen /
Kustverdedigingsschepen |
Waterverplaatsing: |
3.645 ton (minimaal) 4.166 ton (maximaal) |
Lengte: |
94,60 meter |
Breedte: |
15,40 meter |
Diepgang: |
5,40 meter |
Aandrijving: |
2x stoommachine 6x kolengestookte boilersboilers 4.500 shp (3.355 KW) |
Snelheid: |
16,5 knopen (30, 56 km/u) |
Bereik: |
9.665 km bij 10 knopen
(18,52 km/h) |
Bepantsering: |
pantsergordel: 127 - 152 mm dek: 37 - 51 mm koepels 152 - 203 mm brug: 152 mm |
Bewapening: |
2x1 209 mm / 44 kaliber
Armstrong C geschut 6x1 149 mm / 46 kaliber Armstrong FF geschut 8x1 76 mm / 40 kaliber Armstrong N geschut 6x1 47 mm / 50 kaliber Hotchkiss luchtafweergeschut 2x1 450 mm torpedolanceerbuizen |
Bemanning: |
266 |