HEDEL - De vrijwilligers van Historisch Museum Hedel hebben het afgelopen jaar hard gewerkt aan de voorbereidingen van de expositie ‘Tachtig jaar bevrijding’, die op zaterdag 22 maart open gaat. Het resultaat biedt bezoekers een indrukwekkend overzicht van de gebeurtenissen in de Tweede Wereldoorlog.
HEDEL - Hij ontsnapte uit een kamp van de Arbeidsdienst en sloot zich na de bevrijding van Bergen op Zoom in het najaar van 1944 aan bij de Prinses Irenebrigade. Een paar maanden later, op 22 april 1945, zat hij in het eerste bootje de Maas over om Hedel op de Duitsers te veroveren. Frans van der Meeren, net geen 97, was op deze druilerige woensdag in februari erbij om de naamloze Hedelse brug om te dopen tot de Prinses Irene Brigade-brug.
26 april 1945. Na de dagenlange zware strijd trekken de Britse en Nederlandse troepen de Maas weer over, terug naar het veilige Den Bosch. De militairen zijn onder de indruk van de gevechten. Maar er zijn ook vragen: Waar was dit goed voor? En: Waarom moesten we ons terugtrekken? Bevredigende antwoorden zijn er na 75 jaar nog steeds niet.
Het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) heeft meer dan zeshonderd pasfoto’s ontdekt van Nederlanders die in de periode 1942 1944 naar Engeland zijn gegaan om mee te vechten voor de bevrijding van Nederland. Onder de geportretteerden bevinden zich Engelandvaarders en oorlogsvliegers van de Royal Air Force. Op het merendeel van de foto’s staan echter militairen van de Koninklijke Nederlandse Brigade ‘Prinses Irene’. Met de ontdekking van de honderden portretten krijgen de militairen bijna 75 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog een gezicht.
Hier volgt het verhaal van Hans de Leeuw over zijn ervaringen in dienst van de Prinses Irene Brigade.
Op 14 mei, na de Duitse operatie Fall Gelb, gaf Nederland met uitzondering van Zeeland zich over aan Duitsland. Vanuit Nederland wisten slechts enkele militairen naar Groot-Brittannië te komen. Toen de strijd ook in Zeeland verloren werd, wist een groot aantal militairen zich via België en de Franse havens Brest en Cherbourg naar Groot-Brittannië te begeven. Naast militairen van de landmacht wist ook een deel van het grondpersoneel van de vliegscholen Haamstede en Vlissingen naar Groot-Brittannië te ontkomen.