Zelfs ruim zestig jaar na de ineenstorting van het Derde Rijk roept de naam van de stad Dachau nog steeds de herinnering op aan het beruchte concentratiekamp (Konzentrationslager (KZ) Dachau) dat hier gedurende de periode 1933-1945 gevestigd was. Gevangenen van meer dan dertig verschillende nationaliteiten werden ondergebracht in dit kamp. Velen stierven door de slechte leefomstandigheden. Ook een groot aantal Nederlanders zat gevangen in het kamp omdat ze verzet gepleegd hadden tegen de Duitse bezetter.
In september 1948 werd het concentratiekamp overgedragen aan de Beierse autoriteiten. Vervolgens werd het kamp nog geruime tijd gebruikten als vluchtelingenkamp. De SS-kazerne bleef tot 1972 in gebruik bij het Amerikaanse leger en werd daarna door de Beierse autoriteiten in gebruik genomen als politieonderkomen. In 1960 werd in het crematoriumgebouw een provisorisch museum opgericht en vijf jaar later werd het concentratiekamp benoemd tot Gedenkstätte, oftewel herinneringscentrum. Tegelijkertijd werd er een nieuw museum geopend.
Tegenwoordig is het concentratiekamp nog steeds geopend voor bezoekers. Een groot deel van het kamp, waaronder het Jourhaus, de wachttorens en het crematorium, is nog steeds in haar oorspronkelijke staat te aanschouwen. De oude barakken zijn verdwenen, maar twee zijn er nagebouwd om een indruk te geven van hoe het geweest is. In het oude hoofdgebouw is een museum ingericht met een permanente tentoonstelling en een filmzaal.
Voor het Wirtschaftsgebaüde, op de voormalige appèlplaats, is het Internationale Dachau Monument, ontworpen door de Joegoslavische kunstenaar Glid Nandor, te vinden.
Voor de actuele bezoekersinformatie, kunt u terecht op de website van het museum.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!