TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

De grafdelvers

Titel:De grafdelvers - De laatste winter van de Weimarrepubliek
Schrijver:Barth, R. & Friederichs, H.
Uitgever:Hollands Diep
Uitgebracht:2018
Pagina's:432
ISBN:9789048846726
Omschrijving:

30 januari 1933 was een zwarte dag in de Duitse geschiedenis. Op deze datum werd Adolf Hitler door rijkspresident Paul von Hindenburg benoemd tot rijkskanselier. Het kabinet-Hitler was een feit. Tienduizenden nationaalsocialisten marcheerden die avond met fakkels door Berlijn – volgens nazipropagandist Joseph Goebbels waren het er zelfs een half miljoen. Hoe feestelijk de stemming ook was, die winterdag werd de democratie begraven. Het vernietigende resultaat ruim 12 jaar later is alom bekend.

Het zijn Hitlers machtsjaren waar in de geschiedschrijving de meeste aandacht naar uit gaat. De wijze waarop hij aan de macht kwam is weliswaar bekend, maar wordt meestal vluchtig behandeld, als een proloog op het grote verhaal. De Duitse journalisten Rüdiger Barth (1972) en Hauke Friederichs (1980) pakken dat in ‘De grafdelvers’ anders aan, want ze concentreren zich hierin volledig op de laatste winter van de Weimarrepubliek. Beginnend op 17 november, de laatste dag van het kabinet-Papen, en eindigend op 30 januari 1933. Gedurende het grootste deel van de tussenliggende tijd voerde generaal Kurt von Schleicher de leiding over de Duitse regering. Zijn kabinet, dat niet kon rekenen op een parlementaire meerderheid, werd zowel vanuit linkse als rechtse hoek aangevallen. Communisten en nationaalsocialisten vochten met elkaar op straat, terwijl achter de rug van de kanselier om door conservatieve politici een complot werd gesmeed dat Hitler aan de macht bracht.

Het boek is geen wetenschappelijke beschouwing, maar leest als een soort krant. Dag na dag wordt een beeld gegeven van wat zich op het politieke toneel afspeelt, maar ook van het dagelijkse leven in de Duitse hoofdstad. De uitdrukking ‘dansen op een vulkaan’ is veelgehoord als het gaat om de laatste weken van de Weimarrepubliek en speelt ook hier een rol. De auteurs beschrijven de kerstdrukte in het bekende ‘Warenhuis van het Westen’ (KaDeWe) aan de Kurfüstendamm, waar kinderschaatsen voor 3,50, een elektrisch broodrooster voor 9,75 en een reisklokje voor 12,50 rijksmark werden aangeboden. Osram prees in een krantenadvertentie voorafgaand aan Kerstmis ‘elektrische kerstboomkaarsjes’ aan die ‘net zo sfeervol’ zouden zijn als echte kaarsjes. Op 23 december vond de première plaats van het theaterstuk ‘Katherina I’, met afsluitend een dinertje met kreeft voor de verzamelde elite. Ook rond de jaarwisseling leek alles nog koek en ei. In het afgelopen jaar ‘is geen een van de verwachte politieke rampen uitgekomen’, aldus de auteurs. ‘Adolf Hitler heeft niet de macht overgenomen, het communisme is niet zo sterk gegroeid als verwacht werd. De Weimarrepubliek leeft nog.’

Er is echter ook een ander Berlijn, dat Barth en Friederichs beschrijven met behulp van de ervaringen van de Amerikaanse vakbondsman Abraham Plotkin die in 1932 en 1933 in Berlijn woonde. Op 10 december bezocht hij de beruchte arbeiderswijk Wedding, waar op 1 mei 1929 politiemensen het vuur hadden geopend op protesterende arbeiders, waarbij vijftien doden vielen. Leden van de nationaalsocialistische Sturmabteilung (SA) en communistische Rotfrontkämpfer woonden hier niet zelden naast elkaar. Vanwege de slechte leefomstandigheden en hoge werkloosheid was de wijk in 1932 nog altijd een broeinest van revolutionaire krachten. In een door Plotkin bezocht huis woonden tachtig mensen, waarvan er slechts vijf werk hadden. Het was er donker en vochtig. Een bewoonster vertelde de Amerikaan dat ze de ratten in de woning – die volgens Plotkin ‘naar warme pis’ rook – nauwelijks nog kon verdragen. ‘Ze vreten het kleine beetje eten op dat we nog hebben.’ Koolsoep, dat was wat het gezin bijna elke dag at.

Ontevreden Duitsers zochten hun heil bij politieke partijen aan extreemrechtse en -linkse zijde. Als het aan Schleicher lag kwamen radicalen echter niet aan de macht, zo leggen de schrijvers uit. Tientallen medewerkers van de Berlijnse politieke politie monitorden de communistische partij (KPD) en de NSDAP van Hitler. Om laatstgenoemde uit te schakelen zocht de rijkskanselier toenadering tot Gregor Strasser, een politicus binnen de linkerflank van de nazipartij wiens relatie met Hitler bekoeld was. Met de meer gematigde Strasser aan het roer van de NSDAP dacht Schleicher tot politieke samenwerking te kunnen komen. Binnen conservatieve kringen werd daar door sommigen anders over gedacht. Franz von Papen, wiens regering aan de kant was gezet voor die van Schleicher, zag het wel zitten om een kabinet te vormen met Hitler als rijkskanselier en zo een meerderheid in de Rijksdag achter zich te krijgen. Daarvoor moest hij echter eerst zijn conservatieve collega’s zien te overtuigen, maar vooral de bejaarde rijkspresident die geen hoge pet op had van de Oostenrijkse korporaal, zoals de veldmaarschalk uit de Eerste Wereldoorlog Hitler zag.

Het schrijversduo legt duidelijk uit waarom conservatieve politici en zelfs Hindenburg ten slotte akkoord gingen met het kabinet-Hitler. ‘Over twee maanden hebben we Hitler zo in de hoek gedrukt dat hij zal piepen’, zo citeren ze Papen die ervan overtuigd was dat hij als vicekanselier Hitlers machtszucht wel kon bedwingen. Ze citeren echter ook een buitenlandse verslaggever die zich het volgende afvroeg: ‘Hebben president Hindenburg en zijn "kameraad" de heer Von Papen Hitler in een kooi opgesloten voordat ze hem de nek omdraaien, of zitten zij in een kooi?’ Wij kennen het antwoord: met de ondertekening van de machtigingswet later dat jaar gaf de rijkspresident Hitler dictatoriale macht. Papen werd in 1934 door Hitler afgezet als vicekanselier en kreeg onbeduidende functies toebedeeld, eerst afgezant in Oostenrijk en later ambassadeur in Turkije. Hindenburg overleed op 2 augustus 1934, waarna Hitler ook de functie van rijkspresident op zich nam. De dictator, in 1931 door een Amerikaanse journaliste nog weggezet als ‘het prototype van de kleine man’, zat stevig in het zadel.

Hoewel het in het begin wat wennen is aan de opzet van dit boek, waarin losse fragmenten elkaar steeds opvolgen, wordt de samenhang tussen alle onderdelen algauw duidelijk. Er ontstaat een levendige beschrijving van de weken voorafgaand aan die noodlottige dertigste januari. Door deze periode niet vanuit hun eigen standpunt te bekijken, maar vanuit dat van verschillende waarnemers en betrokkenen en door krantenberichten uit die tijd te gebruiken, creëren de auteurs een veelzijdig beeld van een belangrijke maar meestal vluchtig behandelde periode uit de Duitse geschiedenis. De afloop mag dan al wel bekend zijn, ‘De grafdelvers’ is een boeiend en spannend geschreven boek met een beklemmende waarschuwing over de kwetsbaarheid van de democratie. Hitler kwam niet op eigen kracht aan de macht, maar werd aan de macht geholpen door conservatieve politici die daarmee het doodsvonnis van de Duitse democratische rechtstaat tekenden.

Beoordeling: Zeer goed

Informatie

Artikel door:
Kevin Prenger
Geplaatst op:
11-08-2020
Feedback?
Stuur het in!

Afbeeldingen