Titel: | Kameraad |
Schrijver: | Paul Dowswell |
Uitgever: | Callenbach |
Uitgebracht: | april 2014 |
Pagina's: | 240 |
ISBN: | 9789026611827 |
Omschrijving: |
Het moet een beangstigende tijd zijn geweest. Voortdurend moest je op je hoede zijn en bijna niemand kon je vertrouwen. Een harde klop op de huisdeur kon het einde betekenen. Iedereen kende wel iemand die midden in de nacht door geheim agenten uit huis was weggehaald om vervolgens na urenlange ondervragingen gedwongen te worden tot een valse bekentenis. Eenmaal bestempeld tot volksvijand werd je afgevoerd naar een werkkamp in het desolate Siberië of op een schimmige binnenplaats geëxecuteerd. Het was de dagelijkse praktijk in Stalinistisch Rusland, de periode waarin het boek "Kameraad" (een vertaling van "Red Shadow") van Paul Dowswell zich afspeelt. De Britse auteur schrijft zowel fictie als non-fictie, waarbij zijn bijzondere belangstelling uitgaat naar geschiedenisonderwerpen. In Nederland had hij succes met zijn jeugdboek "Ausländer" (2010), dat zich afspeelt tijdens de Tweede Wereldoorlog en waarin de Poolse jongen Pjotr, die wordt opgenomen in een Duits gezin, de hoofdpersoon is. Ook zijn nieuwe boek is geschreven voor een jong publiek in de leeftijd van het voortgezet onderwijs, hoewel het door de niet-kinderachtige manier van schrijven ook gelezen kan worden door de volwassen lezer. De hoofdfiguur is de 15-jarige Misha, wiens vader de (fictieve) persoonlijke secretaris van Sovjetleider Joseph V. Stalin is. In een luxe appartement in het Kremlin leeft de jonge Rus een bevoorrecht leven, maar wel zonder zijn moeder die als volksvijand opgepakt is en waarvan het lot onbekend is. De plotselinge verdwijning van zijn moeder en ook van andere trouwe communisten in zijn omgeving brengen de jongen, die een actief lid is van de Komsomol (de jeugdafdeling van de Communistische Partij), aan het twijfelen over de communistische heilstaat waarin hij leeft. Zijn bedenkingen kan hij enkel delen met de twee jaar oudere Valya, op wie hij een oogje heeft. Zij ziet hem echter meer als een broer. Als de oorlog uitbreekt en de Duitsers binnen iets meer dan drie maanden opgerukt zijn tot vlakbij Moskou stijgt de angst in de Russische hoofdstad tot een hoogtepunt. Terwijl Duitse bommen neervallen op het Kremlin blijft de NKVD (de Sovjetveiligheidsdienst) echter onschuldigen arresteren. Wanneer ook de vader van Valya opgepakt wordt, duurt het niet lang voordat veiligheidsagenten ook Misha en zijn vriendin in het vizier krijgen. Paul Dowswell weet op overtuigende wijze de sfeer van vrees en wantrouwen in Rusland onder Stalin te beschrijven. Dat doet hij zonder groot dramavertoon. De dreiging komt niet van sadistische geheim agenten of bloeddorstige ondervragers, maar juist van personen uit de directe omgeving van de hoofdpersoon. Zo wordt hij tijdens een politieke bijeenkomst over klassenvijanden door een schoolgenoot ervan beschuldigd een kerkdienst bijgewoond te hebben, terwijl hij in werkelijkheid enkel zijn bejaarde oma hier opgehaald heeft. Hij dreigt zijn lidmaatschap van de Komsomol te verliezen met als mogelijk gevolg daarna levenslang als volksvijand gebrandmerkt te zijn, zoals velen voor hem overkomen is. Zo moet het ook werkelijk geweest zijn: om het minste of geringste kon je in Stalinistisch Rusland door mensen in je directe omgeving verdacht en aangegeven worden, met vaak enorme persoonlijke gevolgen. De schrijver heeft zich serieus verdiept in deze historische periode en schetst een tot in details nauwkeurig tijdsbeeld. Zo noemt hij de dagen van de week niet bij hun naam, maar bij het nummer zoals ze in de Sovjetperiode bekend stonden (dag 1, dag 2, etc.). Dit was zo omdat de traditionele namen van zaterdag en zondag in het Russisch een religieuze betekenis hebben (sabbat en herrijzenis). Diverse andere aspecten van het Sovjettijdperk worden eveneens historiegetrouw verweven in het verhaal, zoals de verdrijving van de tsaar, de oorlog tussen de Roden en de Witten en de vervolging van de bourgeoisie. Ook het verloop van de Tweede Wereldoorlog wordt door Dowswell realistisch beschreven met als belangrijk moment in het boek de dreigende vlucht van Stalin en zijn regeringsapparaat uit Moskou uit vrees voor het oprukkende Duitse leger. Op laagdrempelige wijze doet de lezer zo kennis op van een voor veel jongeren onbekende periode in de geschiedenis. "We zijn allemaal fluisteraars, nietwaar?" zo tekent de schrijver op uit de mond van zijn hoofdpersonage Misha. "Allemaal bang om te praten. We hebben allemaal geheimen die we voor ons houden, omdat we bang zijn dat er anders elk moment een valluik onder ons kan openklappen waar we in een oogwenk door verslonden worden. Weg. Foetsie. Voorgoed." Deze enkele zinnen vertellen het verhaal van miljoenen mensen die het slachtoffer werden van Sovjetterreur. Het doet denken aan het vuistdikke boek "Fluisteraars" (2007) van de Britse historicus Orlando Figes over het leven onder Stalin. Dat imposante boek is een aanrader, maar voor de jongere lezer is "Kameraad" een gemakkelijker te lezen alternatief. Ondanks dat het fictie is, geeft het boek een geloofwaardig en beklemmend beeld van hoe vreselijk het mis ging met de opbouw van een betere wereld, die de Sovjet-Unie had moeten zijn. |
Beoordeling: | Zeer goed |