De Duitse Hilfskreuzer, waren in feite vrachtschepen die waren omgebouwd of ontworpen om met wapens en geschut, vijandelijke vrachtschepen tegen te houden, te enteren, op te brengen of tot zinken te brengen. Door hun uiterlijk als handelsschip konden ze een vijandelijk schip tot op korte afstand naderen om vervolgens hun ware aard te onthullen en de aanval te openen.
Deze moderne vorm van piraterij was al lang voor de Tweede Wereldoorlog in gebruik en was zelfs volgens het oorlogsrecht toegestaan. Voorwaarde was onder andere wel dat de schepen als "hulpkruiser" geregistreerd moesten staan in het handelsschepen register.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog had Duitsland 11 Hilfkreuzer in de vaart, Atlantis, Coronel, Hansa, Komet, Kormoran, Michel, Orion, Pinguin, Stier, Thor en Widder. Vanaf het begin van de oorlog waren negen van deze schepen uitgerust met een watervliegtuig (Arado Ar 196A-1 of Heinkel He 114B). De bevoorrading geschiedde door bevoorradingsschepen of in havens van bevriende naties. Om en nabij de 4600 marinemannen hebben gedurende de oorlog dienst gedaan op de schepen. Hun bijdrage aan de oorlogsinspanningen zijn niet geheel duidelijk. Wat wel duidelijk is, is dat nagenoeg alle schepen de hun opgelegde doelstellingen volledig hebben bereikt en in veel gevallen de verwachtingen hebben overtroffen.
Om de inspanningen van de Hilfskreuzer te kunnen belonen, werd op 24 april 1941 onder bevel van Großadmiral H.C. Raeder, het Kriegsabzeichen für Hilfskreuzer ingesteld. De onderscheiding kon worden verleend aan bemanningen van de Hilfkreuzer, ook postuum. De onderscheiding werd verleend na het afsluiten van een succesvolle vaart over lange afstanden.
Het ontwerp werd gemaakt door de Graficus Wilhelm Ernst Peekhaus en werd door diverse fabrieken gefabriceerd. Bekend zijn exemplaren van Schwerin/Berlin, Friedrich Orth/Wien (f.o.), Rudolf Souval/Wien (R.S.), V. Wilhelm en Godet & Co./Berlin. Vele exemplaren zijn echter bekend zonder kenmerk van de fabrikant, zodat aangenomen kan worden dat veel meer fabrieken de onderscheiding hebben geproduceerd.
Als materiaal werd Messing en Zink gebruikt. Er zijn echter exemplaren bekend die gefabriceerd zijn met zilver door een Japanse firma. De hoogte van de onderscheiding varieert tussen 56,6 en de 58 mm en de breedte tussen de 44 en 45 mm. Het gewicht varieert tussen de 27 en 37 gram. De Zeldzame Japanse variant is uiteraard veel zwaarder (48,7 gram).
De speld werd met messing of IJzeren houders bevestigd.
Er zijn ook varianten gefabriceerd uit stof in de vorm van stoffen emblemen.
De oorkonde kan in diverse vormen voorkomen maar heeft altijd dezelfde indeling. Bovenaan bevind zich de tekst "BEZITZZEUGNIS", met daaronder de tekst "Im Namen des Oberbefehlshaber der Krigsmarine", gevolgd door "verleihe ich dem". Hieronder werd de rang en naam getypt. Afgesloten werd met de tekst "das Kriegsabzeichen für Hilfskreuzer". De oorkonde eindigde met een ondertekening met plaats, datum en handtekening van degene die de verlening deed. Het formaat kon variëren van DIN A5 tot ronde 210 x 148 mm
De onderscheiding diende, net als het U-boot Kriegsabzeichen, te worden gedragen op de linker zijde op de borst. Voor op niet militaire kleding werd ook een onderscheiding uitgegeven in de vorm van een kleine speld. Deze miniaturen komen voor in maten variërend van 9 mm tot 16 mm.
Naam | Geboortedatum | Overlijdensdatum | Onderscheidingen | |
---|---|---|---|---|
Kasch, Lorenz (U-540) | 20-08-1914 | 17-10-1943 | meer | |
Krebel, Hans-Joachim | ||||
Krüder, Ernst-Felix | 06-12-1897 | 08-05-1941 | meer | |
Kähler, Otto (Kriegsmarine) | 03-03-1894 | 02-11-1967 | meer | |
König, Reinhard ('U-123') | 30-03-1909 | 28-03-1998 | meer |