TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

De Britse slagkruiser HMS Lion was de naamgever van de Lion-klasse en werd kort voor de Eerste Wereldoorlog opgeleverd. Het schip overleefde de Eerste Wereldoorlog en werd in 1919 het eerste vlaggenschip van Battlecruiser Squadron. Ten gevolge van het Washington Vlootverdrag werd het schip in 1920 uit de vaart genomen en in 1924 gesloopt.

Definitielijst

Eerste Wereldoorlog
Ook wel Grote Oorlog genoemd, conflict dat ontstond na een groei van het nationalisme, militarisme en neo-kolonialisme in Europa en waarbij twee allianties elkaar bestreden gedurende een vier jaar durende strijd, die zich na een turbulent begin, geheel afspeelde in de loopgraven. De strijdende partijen waren Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland aan de ene kant (de Triple Entente), op den duur versterkt door o.a. Italië en de Verenigde Staten, en Duitsland, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere kant (de Centrale Mogendheden of Centralen). De strijd werd gekenmerkt door enorme aantallen slachtoffers en de inzet van vele nieuwe wapens (vlammenwerpers, vliegtuigen, gifgas, tanks). De oorlog eindigde met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland en zijn bondgenoten in 1918.

Gegevens


HMS Lion Bron: Imperial War Museum SP 1672
Gebouwd door:
Kiel gelegd:
Te waterlating:
Aflevering:
Einde:
HM Dockyard Devonport,
Devonport
29 november 1909
6 augustus 1910
4 juni 1912
31 januari 1924
(gesloopt)
Bouwnummer : ?





Indeling:
Datum in:
Datum uit:
Gegevens:

4 juni 1912 januari 1913
HMS Lion, Vlaggenschip 1st Cruiser Squadron

januari 1913
september 1915
HMS Lion, Vlaggenschip 1st Battlecruiser Squadron

september 1915

HMS Lion (22), Vlaggenschip 1st Battlecruiser Squadron

januari 1918

HMS Lion (79), Vlaggenschip 1st Battlecruiser Squadron

april 1918
april 1919
HMS Lion (67), Vlaggenschip 1st Battlecruiser Squadron
april 1919
30 maart 1922
HMS Lion (67), Vlaggenschip Battlecruiser Squadron, Atlantic Fleet

Geschiedenis

De kiel voor de slagkruiser HMS Lion, naamgever van de Lion-klasse (1910), werd op 29 november 1909 gelegd aan de marine scheepswerf HM Devonport Dockyard te Plymouth. Op 6 augustus 1910 werd het schip te water gelaten en op 31 mei 1912 was het schip klaar voor proefvaarten. Op 4 juni 1912 werd het schip afgeleverd. Na de in dienst stelling van HMS Lion op 4 juni 1912, werd het schip ingedeeld bij het 1st Cruiser Squadron, waarvan het ook het vlaggenschip werd. De eenheid werd in januari 1913 omgevormd tot 1st Battlecruiser Squadron, waarvan HMS Lion het vlaggenschip bleef.[1][2]

HMS Lion had een lengte van ruim 210 meter en met een breedte van 27 meter en had bij een maximale waterverplaatsing van 30.820 lt (31.315 t), een diepgang van 9,88 meter. De twee sets Parsons direct aangedreven stoomturbines, aangedreven door stoom van de 42 Yarrow boilers, leverden 70.000 shp (52.199 kW) vermogen aan de vier schachten, waarmee op papier een snelheid van 28 knopen (52 km/u) kon worden behaald. De voorraad van 3.600 ton kolen en 1.153 ton olie was voldoende om bij een snelheid van 10 knopen (19 km/u) een afstand van 10.390 km af te leggen. De 1.092 bemanningsleden hadden de beschikking over een hoofdbewapening van acht stuks 343 mm BL Mk V geschut in vier tweevoudige koepels die waren aangeduid als koepels A, B, Q en X met A en B koepel op het voorschip, Q midden tussen de achterste schoorstenen en X op het achterschip. De secondaire bewapening bestond uit totaal zestien stuks 102 mm, waarvan de meeste in een kazemat opstelling waren ondergebracht. Onder de waterlijn waren nog twee (aan elke zijde één) 533 mm torpedolanceerbuizen onder de waterlijn aangebracht, waarvoor veertien torpedo's beschikbaar waren.[3][4][5]

Boven de voorste groep kazematopstellingen werden de twee in open opstelling staande 102 mm kanonnen in 1913-1914 voorzien van schermen ter bescherming van de bemanning van het geschut. Het 1st Battlecruiser Squadron, met HMS Lion bezocht de Franse haven Brest in februari 1914 om vervolgens een bezoek de brengen aan Kronstadt in juni. De eerste keer dat HMS Lion in actie kwam was op 28 augustus 1914 tijdens de slag bij Helgoland. Hier trad het schip op als vlaggenschip van de Battlecruiser Force. Tussen oktober 1914 en juli 1915 werd een 57 mm QF Hotchkiss kanon op luchtafweeraffuit geplaatst en in januari 1915 en in juli 1915 een 76 mm QF luchtafweergeschut. Op 24 januari 1915 was HMS Lion betrokken bij de slag bij de Doggersbank. In september 1915 kreeg HMS Lion het kenteken nummer 22 toegewezen. Tussen die tijd en mei 1916 werd een vuurcontrolesysteem gemonteerd, waarmee het afvuren van het hoofdgeschut werd gecentraliseerd. Hiermee werd de nauwkeurigheid sterk verbeterd en werd het afvuren beter gecontroleerd wat de stabiliteit van het schip bij afvuren verbeterde. Dit werd uitgebreid duidelijk tijdens de zeeslag bij Jutland op 31 mei en 1 juni 1916, waar het schip aan deelnam.[6][7][8]

In april 1917 werd aan stuurboord de voorste groep 102 mm geschut verwijderd. Vanaf januari 1918 werd het nummer 79 toegekend, dat in april werd gewijzigd in 67. Begin 1918 werden op de Q en X toren een vliegplatform aangebracht met een Sopwith Pub en een Sopwith 1½ Strutter vliegtuig. Elk platform kreeg een canvas hangar zodat de vliegtuigen beschermd konden worden tegen de elementen. Het laatste optreden van HMS Lion in relatie tot de Eerste Wereldoorlog was het escorteren van de Duitse Hochseeflotte naar Scapa Flow op 21 november 1918. Hierna was het schip met de 1st Battlecruiser Squadron aangewezen ter bewaking van de Duitse schepen.[9][10][11]

In april 1919 volgde een reorganisatie, waarbij alle Battlecruiser Squadrons werden samengevoegd tot één Battlecruiser Squadron. HMS Lion werd hier het vlaggenschip van tot HMS Hood (51) gereed was om deze taak over te nemen. Het Battlecruiser Squadron werd ingedeeld bij de Atlantic Fleet. Op 30 maart 1922 werd HMS Lion toegevoegd aan de Reserve Fleet. Op 1 januari 1924 volgde verkoop voor sloop aan Hughes Bolckow. Vervolgens werd het schip bij Jarrow & Blyth gesloopt.[12]

Definitielijst

Eerste Wereldoorlog
Ook wel Grote Oorlog genoemd, conflict dat ontstond na een groei van het nationalisme, militarisme en neo-kolonialisme in Europa en waarbij twee allianties elkaar bestreden gedurende een vier jaar durende strijd, die zich na een turbulent begin, geheel afspeelde in de loopgraven. De strijdende partijen waren Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland aan de ene kant (de Triple Entente), op den duur versterkt door o.a. Italië en de Verenigde Staten, en Duitsland, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere kant (de Centrale Mogendheden of Centralen). De strijd werd gekenmerkt door enorme aantallen slachtoffers en de inzet van vele nieuwe wapens (vlammenwerpers, vliegtuigen, gifgas, tanks). De oorlog eindigde met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland en zijn bondgenoten in 1918.
kanon
ook bekend als Kanone (Du) en Gun (En). Wordt vaak gebruikt om allerlei geschut aan te duiden. Eigenlijk slaat de term op vlakbaan geschut. Wordt gekenmerkt door een langere loop en grotere dracht.
kazemat
Gesloten bomvrije ruimte, uitgevoerd in steen of beton en ingericht voor het opstellen van geschut en/of andere vuurwapens. Kazematten zijn voorzien van een of meer schietgaten. Ze maken deel uit van een groter werk (rondeel, bastion, fort en dergelijke) of vormen een zelfstandig te verdedigen werk in een linie. In Nederland werd dit woord ook standaard gebruikt voor bunkers
torpedo
Oorlogswapen, met van een explosieve lading voorzien sigaarvormig lichaam met een voortstuwings- en besturingsmechanisme, bestemd om na lancering via het water zijn weg te zoeken naar vijandelijke schepen en deze door een onderwaterexplosie uit te schakelen.

Technische gegevens

Naam: HMS Lion
Bouwer:
HM Dockyard Devonport, Devonport
Bouwnummer:
?
Naamsein:
22, 79, 69
Type/Klasse:
Slagkruiser / Lion-klasse (1910)
Waterverplaatsing:
26.270 lt (26.690 t) standaard
30.820 lt (31.310 t) maximaal
Lengte:
213,40 meter
Breedte:
27 meter
Diepgang:
9,90 meter (bij maximale waterverplaatsing)
Bepantsering:
Romp: 102–229 mm
Schotten: 102 mm
Barbettes: 203–229 mm
Geschutskoepels 229 mm
Dekken: 64 mm
Brug: 254 mm
Aandrijving:
2x set Parsons direct aangedreven stoomturbines
42x Yarrow Boilers
70.000 shp (52.199 kW)
4 schachten
3.556 ton kolen
1.153 ton olie
Snelheid:
28 knopen (52 km/u)
Bereik:
10.390 km bij 10 knopen (19 km/u)
Bewapening bij bouw:
4x2 343 mm geschut
16x1 102 mm geschut
2x1 533 mm torpedolanceerbuizen
Bemanning
1.092

Commanding Officers

Captain Crawford Maclachlan (Kapitein-ter-Zee)
19 september 1911
Captain Arthur Allan Morison Duff (Kapitein-ter-Zee)
november 1911
Captain Alfred Ernle Montacute Chatfield (Kapitein-ter-Zee)
1 maart 1913
Captain Roger Roland Charles Backhouse (Kapitein-ter-Zee)
30 november 1916
Captain Hugh Francis Paget Sinclair (Kapitein-ter-Zee)
22 mei 1918
Captain Arthur John Davies (Kapitein-ter-Zee)
3 juni 1918
Captain Wilfred Tomkinson (Kapitein-ter-Zee)
1 januari 1920
Captain Albert Percy Addison (Kapitein-ter-Zee)
januari 1920
Captain Isham Worsley Gibson (Kapitein-ter-Zee)
31 maart 1920
Commander Arthur Leslie Gresson (Kapitein-luitenant-ter-Zee)
9 juli 1920
Captain Reginald St. Pierre Parry (Kapitein-ter-Zee)
oktober 1921 - juni 1922

Noten

  1. Roberts, 1997, pag. 41
  2. Burt, 1986, pag. 180
  3. Burt, 1986, pag. 172, 176
  4. Roberts, 1997, pag. 43–44, 70-76, 80, 83
  5. Gray, 1984, pag. 29
  6. Burt, 1986, pag. 179
  7. Roberts, 1997, pag. 83, 92-93
  8. Warlow, 2021, pag. 2
  9. Burt, 1986, pag. 179
  10. Roberts, 1997, pag. 92
  11. Warlow, 2021, pag. 5-6
  12. Colledge, 2010, pag. 247

Informatie

Artikel door:
Wilco Vermeer
Geplaatst op:
04-01-2025
Feedback?
Stuur het in!

Gerelateerde boeken

Ships of the Royal Navy
Pendant Numbers of the Royal Navy