De Amerikaanse U.S. Navy stelde in de Eerste Wereldoorlog voor om een klasse slagkruisers te bouwen teneinde in tijd van oorlog een groep schepen te bezitten welke in staat was onder alle weersomstandigheden een vijandelijke vloot te kunnen opsporen en schaduwen. De schepen moesten door hun zware bewapening en snelheid in staat zijn grotere tegenstanders aan te vallen zoals slagschepen. Eind jaren 1930 ontstond het idee om over te gaan tot de constructie van schepen die in staat waren vijandelijke kruisers van elk type aan te vallen. Veel marines noemden deze schepen slagkruisers, maar bij de Amerikanen en Japanners werden dergelijke schepen aangeduid als Grote-kruisers.
Met de bouw van de Invincible-klasse (1907) Slagkruisers door de Royal Navy, aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog, creëerde men een nieuwe klasse oorlogsschepen met de slagkracht van een slagschip, maar de snelheid van een kruiser. Met name vanwege de lichtere bepantsering waren de Amerikanen niet bepaald onder de indruk van dit type schip. Op basis van vlootoefeningen, waarbij duidelijk werd dat de U.S. Navy niet beschikte over schepen die in staat waren om effectief te jagen op en schaduwen van een vijandelijke vlot onder elke weersomstandigheid, groeide de wens om toch een klasse slagkruisers te construeren. Naast hun rol van zoeken en volgen, waren de schepen vanwege hun relatief zware bewapening ook in staat om een vijandelijke vloot effectief aan te vallen en zichzelf weer snel terug te trekken. De bouw van een klasse slagkruisers werd aangevangen, maar vanwege internationale vlootverdragen, werd van de afbouw afgezien.[1][2]
In de jaren 1920 en 1930 experimenteerden, ondanks internationale verdragen, verschillende marines met het ontwerpen van schepen die in staat waren om met name Zware-kruisers aan te vallen en tot zinken te brengen. Dergelijke schepen werden bij sommige marines aangeduid met Slagkruisers, terwijl andere marines, zoals de U.S. Navy, deze Grote-kruisers noemden. De U.S. Navy zag voor dergelijke schepen met name een rol weggelegd als escorteschepen voor vliegdekschepen, wanneer deze in kleinere vlootverbanden aanvallen zouden uitvoeren. Zij zouden dan deze smaldelen tegen aanvallen van Zware-kruisers moeten beschermen. Uiteindelijk zouden deze plannen bij de U.S. Navy resulteren in de bouw van één klasse, waarvan uiteindelijk maar twee schepen werden afgebouwd.[3][4]
De Lexington-klasse Slagkruisers waren de enige slagkruisers die voor de U.S. Navy ooit werden besteld. In 1911 werd besloten zes schepen van dit type in deze klasse te laten ontwerpen en bouwen. Na een aantal ontwerpen werd uiteindelijk een ontwerp gekozen en besteld als onderdeel van de Naval Act van 1916. De bouw van alle zes de schepen werd uiteindelijk aangevangen door kielleggingen in 1920 en 1921. Vanwege Internationale Vlootverdragen en met name het Washington Naval Treaty werd uiteindelijk afgezien van de afbouw van de schepen. Twee schepen die al in een verdere staat van afbouw waren, de USS Lexington (CC-1) en de USS Saratoga (CC-3), werden uiteindelijk afgebouwd als de vliegdekschepen USS Lexington (CV-2) en USS Saratoga (CV-3).[5]
Lexington-klasse (1925) |
||
Uiteindelijk ontwerp USS Lexington-klasse Bron: Library of Congress's Prints and Photographs division npcc.29701 |
||
USS Lexington (CC-1) |
Bethlehem Shipbuilding
Corporation's Fore River Shipyard, Quincy, Massachusetts |
|
USS Constellation (CC-2) |
Newport News Shipbuilding,
Newport News, Virginia |
|
USS Saratoga (CC-3) |
New York Shipbuilding
Corporation, Camden, New Jersey |
|
USS Ranger (CC-4) |
Newport News Shipbuilding,
Newport News, Virginia |
|
USS Constitution (CC-5) |
Philadelphia Naval
Shipyard, Philadelphia, Pennsylvania |
|
USS United States (CC-6) |
Philadelphia Naval
Shipyard, Philadelphia, Pennsylvania |
Begin jaren 1930 was de U.S. Navy op zoek naar een antwoord op de Duitse Deutschland-klasse (1931) vestzak slagschepen, later Zware-kruisers. Dit resulteerde in een ontwerp voor een klasse Grote-kruisers die zich qua formaat en bewapening positioneerden tussen de Slagschepen en de Zware-kruisers in. Bij de U.S. Navy sprak men over Zware-kruiser en werd vermeden de oude term Slagkruiser te gebruiken. De schepen waren bedoeld om op zowel Slagschepen als op Zware-kruisers te jagen, deze te schaduwen en indien nodig de strijd met deze schepen aan te binden. Het waren snelle, relatief zwaar bewapende schepen. Besloten werd zes schepen te bouwen in de zogenaamde Alaska-klasse (1943) waarvan uiteindelijk slechts twee schepen werden afgebouwd. Deze twee schepen werden voornamelijk als schepen voor kustbombardementen ingezet en als escorte schepen voor snelle Escorte vliegdekschepen. Beide schepen werden al in 1947 afgevoerd.[6][7]
Alaska-klasse (1943) |
||
USS Alaska (CB-1) |
New York Shipbuilding
Corporation, Camden, New Jersey |
|
USS Guam (CB-2) |
New York Shipbuilding
Corporation, Camden, New Jersey |
|
USS Hawaii (CB-3) |
New York Shipbuilding
Corporation, Camden, New Jersey |
|
USS Philippines (CB-4) |
afbesteld juni 1943 |
|
USS Puerto Rico (CB-5) |
afbesteld juni 1943 |
|
USS Samoa (CB-6) |
afbesteld juni 1943 |