TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

    De Teikoku Nihon Kaigun (TNK - Keizelijke Japanse Marine onderzeeboot) I-153 was een onderzeeboot uit de Kaidai Type KDIIIa klasse onderzeeboten. Aanvankelijk kenden de Japanse onderzeeboten een aanduiding zonder 1 ervoor en werd deze onderzeeboot in dienst genomen als I-53. Het schip overleefde de Tweede Wereldoorlog.

    Gegevens


    Tewaterlating van de I-53 (1925) Bron: Wilco Vermeer collection
    Werf:
    Kiellegging:
    Tewaterlating:
    Aflevering:
    Einde:
    Kure Kaigun,
    Kosho
    1 april 1924
    5 augustus 1925
    30 maart 1927
    8 mei 1946 (afgezonken)
    of 1948 (gesloopt)
    Bouwnummer:






    Datum in:
    Datum uit:
    Gegevens:

    1 april 1924

    Dai-rokujuyon-go sensuikan (Onderzeeboot No. 64)

    1 november 1924

    I-go Dai-gojusan-go sensuikan (I-53)

    30 maart 1927
    mei 1927
    Kure chinjufu (Kure Marinedistrikt)

    5 mei 1927
    september 1927
    17 Sensuikantai (17e Onderzeebootdivisie)

    5 september 1927
    26 maart 1943
    18 Sensuikantai (18e Onderzeebootdivisie)

    20 mei 1942

    I-go Dai-Hyaku-gojusan sensuikan (I-153)

    26 maart 1943
    1 december 1943
    vlaggenschip 18 Sensuikantai

    10 januari 1944
    31 januari 1944
    Kure onderzeebootschool

    31 januari 1944
    15 augustus 1945
    Hirao afdeling, Otake onderzeebootschool


    30 november 1945
    geschrapt van marinelijst


    8 mei 1946
    afgezonken (diverse bronnen gesloopt in 1948)

    Geschiedenis

    Op 1 april 1924 werd op de marinewerf in Kure, de kiel voor Onderzeeboot Nr. 64 gelegd. Op 1 november 1924 kreeg deze onderzeeboot haar aanduiding I-53. Nadat het schip op 5 augustus 1925 te water werd gelaten, werd op 20 augustus Sho-sa (Luitenant ter Zee 1e Klasse) Takasu Sanjiro, benoemd tot Uitrustingsofficier. Hij zag er op toe dat het schip werd afgebouwd en op 30 maart 1927 onder zijn bevel in dienst werd genomen. I-53. Het schip werd hierbij ingedeeld bij de Kure Kaigun Kosho (Kure Marine District). Vanaf 5 september 1927 maakte I-53 deel uit van de 18 Sensuikantai (Japanse 18e Onderzeebootdivisie).[1][2]

    De jaren hierna ontving de onderzeeboot verschillende bevelhebbers en werd op 15 november 1935 onder bevel gesteld van Sho-sa (Luitenant ter Zee 1e Klasse) Shimizu Taro. Onder zijn bevel kwam op 27 februari 1936 bij oefeningen in de buurt van Honshu, in aanvaring met I-56 (1928). Beide onderzeeboten raakten licht beschadigd. De jaren hierop volgend wisselde het schip wederom regelmatig van bevelhebber.

    Nadat op 15 november 1939 de 18 Sensuikantai (Japanse 18e Onderzeebootdivisie onder bevel van Dai-sa (Kapitein ter Zee) Moritsugu Kijima) werd ingedeeld bij het Japanse 4e Onderzeeboot Eskader onder bevel van Sho-so (Schout-bij-Nacht) nam op 31 januari 1941 Sho-sa (Luitenant ter Zee 1e Klasse) Nakamura Shozo het bevel over.


    I-53 (1925) in volle vaart Bron: Wilco Vermeer collection

    De I-53 nam vervolgens deel aan de Tweede Wereldoorlog en bracht de volgende schepen tot zinken:

    m.s. Moesi (1930)
    27 februari 194 nabij Java
    (8'S / 114"E)
    onbekend
    27 februari 1942
    onbekend en onzeker
    ss City of Manchester
    28 februari 1942
    55 km ten Westen van Djokjakarta
    (8.16'S / 108.59E)

    Op 1 december 1941 vertrok de gehele divisie vanuit Samah op Hainan en nam het vanaf 7 december 1941 deel aan Operatie E, de invasie van Malakka. I-53 nam hierbij een positie in ten Noorden van het eiland Anambas. Op 20 december 1941 liep het schip binnen in de Baai van Camranh, Indochina om na bevoorrading op 29 december te vertrekken voor nieuwe operaties. Door zwaar weer werd het schip echter beschadigd en moest het terugkeren voor reparaties naar Camranh. Op 6 januari 1942 kon I-53 weer vertrekken en ging het op patrouille ten Noordwesten van Java. Tussen 24 januari 1942 en 7 februari 1942 lag I-53 weer bij Camranh voor bevoorrading. Ten tijde van de invasie van Nederlands-Indië, passeerde het schip op 20 februari 1942 de Straat van Lombok en voer het de Indische Oceaan op.[3]

    Op 27 februari 1942 bracht de I-53 bij Java de Nederlandse vrachtvaarder m.s. Moesi (1930) tot zinken. Dit schip voer op dat moment als Benzinetransportschip 2 in dienst van de Koninklijke Marine. Dezelfde dag werd mogelijk nog een onbekend schip tot zinken gebracht. Hierover is echter nog geen zekerheid. De volgende dag, 28 februari 1942 werd het Britse vrachtschip s.s. City of Manchester (1935) bij Java tot zinken gebracht. Op 8 maart 1942 legde het schip aan in de Staringbaai bij Celebes. Hier werd op 10 maart 1942 het Japanse 4e Onderzeeboot Eskader opgeheven en kwam de 18 Sensuikantai onder bevel van hetKure Kaigun Kosho. De schepen vertrokken uit de Staringbaai op 16 maart 1942 en kwamen op 25 maart in Kure aan. Vanaf dat moment werd I-53 (Ia) als opleidingsschip ingezet.[4]

    Op 6 mei 1942 raakte I-53 beschadigd na een aanvaring met de Onderzeeboottender Chogei (1924) in de Iyo Nada Zee. Tijdens reparaties werd op 20 mei 1942 het schip omgenummerd naar I-153.

    Het bevel over I-153 ging op 24 mei 1942 over naar Sho-sa (Luitenant ter Zee 1e Klasse) Izutsu Monshiro. De gehele 18 Sensuikantai kwam op 7 augustus 1942 te Truk onder bevel van het Japanse 4e Onderzeeboot Eskader en op 15 december 1942 werd het bevel over het schip overgenomen door Sho-sa (Luitenant ter Zee 1e Klasse) Shimizu Tsuruzo.

    Vanaf 5 januari 1943 nam I-153 deel aan experimenten met camouflage patronen, de zogenaamde Gaigen Toshoku Jikken, bij de Japanse Marine Onderzeebootschool. De jaren daarna wisselde I-153 twee maal van bevel tot het op 10 januari 1944 te Kure onder bevel van Chu-sa (Kapitein-Luitenant ter Zee) Hori Takeo bij de onderzeebootschool werd aangemeerd. Op 31 januari 1944 werd I-153 zonder bemanning als reserve schip opgelegd. Hori Takeo kreeg hierbij, naast het bevel over de bemanningsloze I-153, het bevel over I-157. Het schip werd op 30 juli 1945 beschadigd bij een Amerikaanse luchtaanval door vliegtuigen van Task-Force 38. Op 20 november 1945, werd de ondertussen tot Dai-sa (Kapitein-ter-Zee) gepromoveerde Hori Takeo ontheven van het bevel en werd I-153 uitgeschreven uit het Japanse Marine register. In mei 1946 werd de I-153 in de Zee van Iyo Nada tot zinken gebracht. Volgens andere bronnen zou het schip in 1948 zijn gesloopt.[5]

    Definitielijst

    divisie
    Bestond meestal uit tussen de een en vier Regimenten en maakte meestal deel uit van een Korps. In theorie bestond een Divisie uit 10.000 - 20.000 man.
    invasie
    Gewapende inval.

    Technische gegevens

     Naam: Dai-rokujuyon-go sensuikan (Onderzeeboot No. 64)
    I-53 / I-153
     Callsign/Registratie:
    ?
     Bouwer:
    Kure Marine Arsenaal, Kure
     Bouwnummer:
    ?
     Type/Klasse:
    Onderzeeboot / Kaidai, Type KDIIIa
     Waterverplaatsing:
    1.829 t (1.800 lt) boven water
    2.337 t (2.300 lt) onder water
     Lengte:
    100,58 meter
     Breedte:
    7,98 meter
     Diepgang:
    4,83 meter
     Aandrijving:
    2x  Schulzer Mk III dieselmotoren
    6,800 pk (5,071 kW)
    2x electromotoren
    1.800 shp (1.342 kW)
    2 schachten
     Snelheid:
    20 knopen (37 km/u) boven water
    8 knopen (15 km/u) onder water
     Bereik:
    19.000 km bij 10 knopen (19 km/u) boven water
    170 km bij 3 knopen (5,6 km/u) onder water
     Bewapening:
    8x 533 mm torpedolanceerbuizen (6 boeg, 2 hek)
    16x torpedo's
    1x 120mm L/40 geschut
    1x 7,7 mm machinegeweer
     Bemanning
    63

    Definitielijst

    torpedo
    Oorlogswapen, met van een explosieve lading voorzien sigaarvormig lichaam met een voortstuwings- en besturingsmechanisme, bestemd om na lancering via het water zijn weg te zoeken naar vijandelijke schepen en deze door een onderwaterexplosie uit te schakelen.

    Bevelhebbers

    Sho-sa Sanjiro Takasu (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    20 augustus 1926
    Sho-sa Tsutomu Sato (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    1 december 1927
    Sho-sa Rokuzo Hirano (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    10 december 1928
    Sho-sa Noboru Ishizaki (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    1 december 1931
    Sho-sa Yoshiro Kato (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    15 november 1932
    Sho-sa Katsuji Minamizato (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    15 november 1934
    Sho-sa Katsuji Nanri (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    15 december 1934
    Sho-saTaro Shimizu (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    15 november 1935
    Sho-sa Sadaichi Mizohata (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    1 december 1936
    Shogo Narahare (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    1 november 1937
    Sho-sa Takao Sano (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    1 december 1937
    Sho-sa Otoji Uno (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    19 maart 1938
    Sho-sa Eitaro Ankyu (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    30 juli 1938
    Sho-sa Tatsushi Irie (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    20 november 1939
    Sho-sa Shozo Nakamura (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    31 januari 1941
    Sho-sa Monshiro Izutsu (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    24 mei 1942
    Sho-sa Tsuruzo Shimizu (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    15 december 1942
    Tahi-i Mutsuo Wada (Luitenant ter Zee 2e Klasse)
    25 mei 1943
    Sho-sa Masayuki Imoto (Luitenant ter Zee 1e Klasse)
    25 juni 1943
    Chu-sa Takeo Hori (Kapitein-Luitenant ter Zee)
    10 januari 1944 - 15 augustus 1945

    Noten

    1. Gogin, 2021, pag. 108
    2. Carpenter, 1986, pag. 93
    3. Bertke, 2013, pag. 68-87, 209-213, 327-347
    4. Bertke, 2013, pag. 328-329, 476-497
    5. Gogin, 2021, pag. 108

    Informatie

    Artikel door:
    Wilco Vermeer
    Geplaatst op:
    21-04-2022
    Laatst gewijzigd:
    01-11-2022
    Feedback?
    Stuur het in!

    Gerelateerde boeken

    Submarines of World War Two
    World War II Sea War, Vol 5
    Fighting Ships of World War Two volume 3