De mijnenveger USS Tanager werd in juni 1918 in dienst genomen. Het schip deed nog tijdens de Eerste Wereldoorlog dienst vanuit de Azoren. Tijdens het vegen van de mijnen in de Noordzee na de Eerste Wereldoorlog raakte het schip beschadigd door een exploderende mijn. Van 1920 tot 1941 opereerde het schip vanuit Pearl Harbor en bevond zich bij aanvang van de vijandelijkheden in december 1941 in de Filippijnen. Op 4 mei 1942 werd het schip door Japans artillerievuur bij Bataan zodanig beschadigd dat het spoedig daarna in de buurt van Corregidor zonk.
Gebouwd door: |
Kiel gelegd: |
Te
waterlating: |
In dienst: |
Einde: |
Staten Island Shipbuilding Company, New York City, New York |
28 september 1917 |
2 maart 1918 |
28 juni 1918 |
4 mei 1942 (gezonken) |
Bouwnummer : |
||||
Data: |
Naam: |
|||
Indeling: |
28 juni 1918 |
17 juli 1920 |
Mijnenveger USS Tanager (Minesweeper No. 5), US Navy |
|
17 juli 1920 |
4 mei 1942 |
Mijnenveger USS Tanager (AM-5), US Navy |
De kiel voor Minesweeper No. 5[1], zoals USS Tanager aanvankelijk werd aangeduid, werd gelegd op 28 september 1917 aan de Staten Island Shipbuilding Company, New York City[2]. Op 2 maart 1918[[3] werd het schip te water gelaten. De USS Tanager (Minesweeper No. 5), werd op 28 juni 1918 in dienst genomen onder bevel van Lieutenant (jg) Michael Higgins[4].
Na indienststelling werd de USS Tanager gestationeerd in Boston, Massachusetts en vertrok via New London Connecticut op 26 september 1918 naar de Azoren[5]. Na afloop van de Eerste Wereldoorlog nam het schip deel aan de mijnenveeg operatie in het noorden van de Noordzee, waarvoor ze op 7 mei 1919 in Kirkwall, Schotland aankwam. Tijdens het vegen van Group 9, tijdens de derde veegoperatie, raakte USS Tanager beschadigd door het zware weer en moest voor reparaties naar Kirkwall terug[6]. Het schip was op tijd klaar voor de veegoperatie voor Group 10, eind juni 1919. Eén van de mijnen bleef in haar veegapparatuur hangen en explodeerde dicht bij het schip[7]. Onderzoek in Kirkwall bracht aan het licht dat het schip voor reparaties het dok in moest, wat in het Admiralty Dock in Chatham plaatsvond. Nadat reparaties waren uitgevoerd nam het schip nog aan enkele veegacties deel voordat het samen met andere mijnenvegers op 1 oktober 1919 terug keerde naar de Verenigde Staten.
Op 19 november 1919 kwam het schip aan in New York[8] en ging het voor permanente reparaties door naar Charleston, South Carolina. in december 1919 was de USS Tanager weer operationeel en werd het aan de US Pacific Fleet toegewezen. Op 17 juli 1920[9] ontving het schip de aanduiding AM-5[10], nadat besloten was de mijnenvegers de aanduiding AM van Auxiliary Minelayer te geven.
Van 1920 tot 1941 opereerde de USS Tanager vanuit Pearl Harbor, Hawaii. In deze periode nam het schip deel aan diverse activiteiten en oefeningen en de Tanager Expeditie[11] naar Necker en Nihoa Eiland. In de zomer van 1923 nam het deel aan een vogelexpeditie naar Wake[12]. Korte tijd was het schip in 1928 gestationeerd in Samoa.
Begin 1941 werd het schip gerenoveerd waarbij haar vorm enigszins veranderde. De zware voormast en lier werden verwijderd en pantserschermen werden rond haar geschut aangebracht. Op het achterschip werden dieptebommen geplaatst met een lanceerrek. Vervolgens werd de USS Tanager ingedeeld bij Mine Division 9 van de Asiatic Fleet[13]. Deze eenheid opereerde vanuit de Filippijnen en haar thuishaven werd Manila.
Op 10 december 1941 werd de marinebasis Cavite Navy Yard door Japanse vliegtuigen aangevallen. USS Tanager lag toen naast de Machina Wharf. Toen deze werd gebombardeerd lukt het de Tanager de haven te verlaten. Bij de evacuatie van Cavite en Manila, vervoerde de Tanager de staf van Rear Admiral Francis W. Rockwell naar Corregidor en begon het vervolg van haar operaties vanuit de haven van Corregidor[14]. Op 4 mei 1942, werd de USS Tanager geraakt door Japanse artillerie, gestationeerd op Bataan. Als gevolg van dit bombardement zonk het schip nabij Corregidor[15].
De USS Tanager ontving voor haar verdienste een campagnester voor haar inzet rond de Filippijnen en werd op 8 mei 1942 geschrapt uit het Naval Register[16].
Naam: | USS Tanager (AM-5) |
|
Callsign/Registratie: |
/ AM-5 |
|
Bouwer: |
Staten Island Shipbuilding Company, New York |
|
Bouwnummer: |
? |
|
Type/Klasse: |
Mijnenveger /
Lapwing-klasse |
|
Waterverplaatsing: |
1.009 lt (1.025 t) maximaal |
|
Lengte: |
57,25 meter |
|
Breedte: |
10,82 meter |
|
Diepgang: |
3,15 meter |
|
Aandrijving |
1500 pk 1 schacht |
|
Snelheid: |
14 knopen (26 km/u) maximaal |
|
Bereik: |
? km (bij ? knopen) |
|
Bewapening: |
2x1 76 mm geschut |
|
Bemanning |
78 |
Michael Higging |
Lieutenant (jg) (Luitenant ter
zee der 2de klasse) |
28 juni 1918 |
15 juli 1919 |
Roy C. Littlefield |
Machinist (T) |
1918 (tijdelijk) |
? |
Michael Joseph Wilkinson |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
15 juli 1919 |
? |
Stephen Ingham |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
18 maart 1920 |
7 juni 1924 |
Donald Brown McClary |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
7 juni 1924 |
? |
Laurence Bennett |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
12 november 1927 |
24 september 1930 |
Clyde Morrison |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
24 september 1930 |
? |
Thomas Butler Birtley, Jr. |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
30 november 1931 |
? |
William Atherton Kanakanui |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
30 december 1933 |
? |
Paul Cyril Wirtz |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
9 oktober 1936 |
? |
Edward Raymond Joseph Griffin |
Lieutenant (Luitenant ter zee
der 2de klasse der oudste categorie) |
10 februari 1938 |
? |
Egbert Adolph Roth |
Lieutenant Commander (Luitenant
ter zee der 1ste klasse) |
14 juni 1939 |
4 mei 1942 |