De USS LST-158 werd op 10 februari 1943 in dienst gesteld. Het schip werd naar de Middellandse Zee gezonden waar het deelnam aan de campagne in Tunesië en de invasie van Sicilië. Op 11 juli 1943 werd de USS LST-158 door jachtbommenwerpers tot zinken gebracht bij Licata op Sicilië.
Gebouwd door: |
Kiel gelegd: |
Te
waterlating: |
In dienst: |
Einde: |
Missouri Valley Bridge & Iron Co, Evansville, Indiana |
11 juli 1942 |
16 november 1942 |
10 februari 1943 |
11 juli 1943 (gezonken) |
Bouwnummer : 2 |
||||
Data: |
Naam: |
|||
Indeling: |
10 februari 1943 |
11 juli 1943 (28 juli 1943 geschrapt) |
USS LST-158, US Navy |
De kiel voor LST-1-klasse USS LST-158 werd op 11 juli 1942 bij de Missouri Valley Bridge & Iron Co. in Indiana als bouwnummer 2[1] gelegd. Op 16 november 1942 werd het schip te water gelaten en op 10 februari 1943 in dienst gesteld.[2]
Na haar in dienst stelling nam het schip deel aan training manoeuvres in de golf van Mexico[3]. Vervolgens ging het schip in konvooi naar Europa. De LST-158 werd naar de Middellandse Zee gezonden en nam in mei, juni en juli 1943 deel aan de campagne in Tunesië. Vervolgens werd het landingsschip ingezet bij de invasie van Sicilië.
Op 11 juli 1943 bevond de USS LST-158 zich aan het strand bij Licata, Sicilië en stond juist op het punt haar lading te lossen toen het strand en de schepen langs het strand werden aangevallen door Focke Wulf Fw190A jachtbommenwerpers van III. Gruppe, Schnellkampfgeschwader 10[4]. Twee Focke Wulf Fw190A-5 jachtbommenwerpers, van 11. Staffel[5], gevlogen door Oberleutnant Ottmar Simon en Oberfähnrich Horst Kulpa[6] waren om 08.02 uur van Marsa del[7] opgestegen en vlogen naar Licata om de Geallieerde landingsvloot aan te vallen. Beide waren bewapend met een SC 500 Trialen bom. De beide toestellen wisten de Amerikaanse jager bescherming door 31st Fighter Group en 33rd Fighter Group[8] te omzeilen en de vloot aan te vallen, alleen Oberleutnant Simon wist een treffer te plaatsen[9]. Leden van Platoon J van Construction Battalion Detachment (CBD) 1006[10] waren net bezig met het lossen toen een bom het schip trof en benedendeks explodeerde. Doordat het schip nog was volgeladen met voertuigen met brandstoffen en munitie, brak er gelijk ernstige brand uit op en rond het schip. Leden van Platoon J, CCM Albert F. Unkholz, Coxswain Thomas L. Coakley, CM2 Charles W. Woodmancy en Seaman 2/c William K Parrish[11], begonnen direct en zonder enige opdracht met hun DUKW gewonden op te pikken van en rond het schip. zij zouden hier later voor worden onderscheiden met het Legion of Merit[12]. De USS LST-158 brandde enkele dagen en zonk ter plaatse, als gevolg van het bombardement, op 37° 05'N, 13° 55'E[13]. Bij de ramp kwamen drie bemanningsleden, Machinist's Mate First Class Leon Bloxham Dennard, Boatswain's Mate First Class Charles Elbert Jacks en Seaman First Class Anthony Rocco Tete, om het leven[14].
De USS LST-158 werd op 28 juli 1943[15] geschrapt uit het Navy Register. Voor haar deelname aan de Tweede Wereldoorlog ontving het schip het lint voor de European–African–Middle Eastern Campaign met twee campagnesterren[16]. Het wrak werd na de Tweede Wereldoorlog boven de waterlijn gesloopt[17].
Naam: | USS LST-158 |
|
Callsign/Registratie: |
LST-158 |
|
Bouwer: |
Missouri Valley Bridge & Iron Co, Evansville, Indiana |
|
Bouwnummer: |
2 |
|
Type/Klasse: |
Landingsboot / LST-1-klasse |
|
Waterverplaatsing: |
1.780 lt (1.809 t) standaard 3.880 lt (3.942 t) maximaal |
|
Lengte: |
99,90 m |
|
Breedte: |
15 m |
|
Diepgang: |
Leeg: 1,02 meter (voor) 2,29 meter (achter) Beladen: 2,49 meter (voor) 4,29 meter (achter) |
|
Aandrijving: |
2 × General Motors 12-567 diesel motoren 2 schachten |
|
Snelheid: |
12 knopen ( 22 km/u) |
|
Bewapening: |
1x 76 mm geschut 6x 40 mm Bofors geschut 6x 20 mm geschut 2x 12,7 mm machinegeweren 4x 7,62 mm machinegeweren |
|
Bemanning: |
110-125 |