Aan het eind van mei 1940 verdedigden het 2e Bataljon van het Royal Norfolk Regiment het gehucht Le Paradis en de naastgelegen gehuchten Le-Cornet Malo en Riez-du-Vinage met verve tegen een grote Duitse meerderheid, om de opmars naar Duinkerken tegen te houden.
Op 27 mei raakte hun munitie op en gaven 99 officieren en soldaten zich over aan de 4e Compagnie van het 1e Bataljon van het 2e S.S. Totenkopf Regiment.
Na ontwapenening werden zij neergeschoten met machinegeweren, waarna de overlevenden werden afgemaakt met pistoolschoten of bajonetten. Twee soldaten overleefden de slachting en werden verborgen gehouden door de inwoners van Le Paradis.
Vanwege hun verwoningen gaven zij zich later over aan een eenheid van de Wehrmacht. Eén van hen werd in 1943, na drie jaar ziekenhuis, overgedragen aan de Britten, de ander kwam in 1945 vrij. Zij fungeerden als getuigen in een rechtzaak tegen de bevelvoerende S.S.-officier, die ter dood werd veroordeeld en opgehangen.
De vermoorde soldaten werden op last van de Duitsers door de locale bevolking begraven in een massagraf. In 1942 echter werden de doden opgegraven en krijgen zij een waardiger rustplaats op het Kerkhof van Le Paradis, waar nu de oorlogsbegraafplaats is. Later werden ook andere graven overgebracht naar deze begraafplaats.
Er rusten nu meer dan 150 gevallenen op de Oorlogsbegraafplaats van het Gemenebest Le Paradis. Bijna een derde hiervan kon niet meer geïdentificeerd worden. Ook zijn er twee grafstenen met het opschrift "Buried near this spot".
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!