Monument met de eerste strofe van het gedicht "De Achttien Dooden" van Jan Campert
De tekst op het monument is aan twee zijden te lezen en is de eerste strofe uit het gedicht "De Achttien Dooden"of ook wel "Het Lied der Achttien Dooden". Een gedicht van de journalist, dichter, schrijver en verzetsman Jan Remco Theodoor Campert. Het gedicht is gebeiteld in een zwerfkei die zich op het kampterrein van Herinneringscentrum Kamp Westerbork bevindt.
De eerste strofe uit het gedicht:
Een cel is maar twee meter lang
en nauw twee meter breed
wel kleiner nog is het stuk grond
dat ik nu nog niet weet
maar waar ik naamloos rusten zal
mijn makkers bovendien
wij waren achttien in getal
geen zal de avond zien
Jan Campert 1941
Het gedicht "De Achttien Dooden" moet in het prille begin van 1943 klaar zijn geweest daar hij op 12 januari 1943 overleed in concentratiekamp Neuengamme. Na de oorlog kwam er in 1947 een Jan Campertprijs als blijvende herinnering aan de strijd van de Nederlandse letterkundigen in de oorlogsjaren.
In 2003 werden er twee monumenten voor Jan Campert onthuld, één in de gemeente Spijkenisse en één op het kampterrein van Herinneringscentrum Kamp Westerbork als eerbetoon aan zijn verzetsactiviteiten en die van zijn kameraden in die jaren.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!