Operatie Radetzkey Monument

Op 19 maart 1945 vaardigde Hitler uit wat bekend werd als het "Nero-decreet" - de geplande vernietiging van alle infrastructuur binnen het Duitse Rijk. Operatie Radetzky was de codenaam die werd gegeven aan een defensief plan georganiseerd door een groep Oostenrijkse tegenstanders van het naziregime om de stad Wenen over te geven aan het oprukkende Sovjetleger. Bij het plan waren vier grote spelers betrokken: majoor Carl Szokoll, majoor Karl Biederman, luitenant Rudolph Raschke en tweede luitenant Alfred Huth. Vandaag staat het Operation Radetzky Memorial ter ere van hen.

In Wenen kregen Duitse troepen de opdracht om de vitale infrastructuur van de stad voor transport, informatie, industrie en openbare voorzieningen te vernietigen. Dit omvat bruggen, treinstations, watercentrales, elektrische centrales, gascentrales, belangrijke wegencorridors, openbaarvervoersnetwerken - kortom alles en nog wat de vijand zou kunnen gebruiken om hen te helpen hun doelen te bereiken.

De Weense majoor Carl Szokoll kreeg de opdracht om de plannen voor de zelfvernietiging van Wenen op te stellen. Dit was echter niet de eerste rodeo van Szokoll. In juli 1944 nam Szokoll deel aan het complot van kolonel Claus von Stauffenberg om Hitler in de Wolf's Lair te vermoorden en de macht over te nemen. Tijdens Operatie Valkyrie bracht Stauffenberg een bom tot ontploffing in aanwezigheid van Hitler; Hitler overleefde echter op wonderbaarlijke wijze de ontploffing. Szokoll en andere samenzweerders, die ten onrechte geloofden dat Hitler was vermoord, verzamelden de leidende SS- en nazi-functionarissen in Wenen.

Tijdens het daaropvolgende onderzoek was Szokoll in staat de Gestapo ervan te overtuigen dat hij gewoon bevelen had opgevolgd en werd vrijgelaten. Szokoll werd gepromoveerd tot majoor en kreeg de taak Wenen te verdedigen tegen de oprukkende Sovjets. In het voorjaar van 1945 sloot Szokoll zich aan bij Operatie Radetzky en werd een van de belangrijkste spelers.

Om Operatie Radetzky te laten slagen, moesten Szokoll en andere militaire commandanten in Wenen doen alsof ze voorbereidingen troffen om de stad te vernietigen, terwijl ze in feite plannen maakten om het van vernietiging te redden. Szokoll werkte nauw samen met de Oostenrijkse verzetsgroep, de O5, om succesvol contact te leggen met de Sovjetleiders. Afzonderlijk kwamen de geallieerden overeen Wenen tijdens de omzet niet te bombarderen.

Op de avond van 4 april werd majoor Karl Biedermann verraden en gearresteerd door de Gestapo. De rol van Biedermann in Operatie Radetzky, die nu gedeeltelijk was blootgelegd, was om de bruggen van de stad te beveiligen. De Gestapo deed verwoed onderzoek om de doelen van Operatie Radetzky te bepalen. De operatie ging door zoals gepland.

Op 5 april lieten Sovjetvliegtuigen rode fakkels vallen om hun aankomst boven hun hoofd aan te geven. De verzetsstrijders reageerden met groene fakkels om het begin van operatie Radetzky te markeren. Luitenant Rudolf Raschke en tweede luitenant Alfred Huth werden gearresteerd terwijl ze probeerden de Bisamberg-radiotoren aan de noordelijke rand van Wenen te veroveren.

Szokoll werd gewaarschuwd, ontweek arrestatie en vluchtte naar de commandopost van het 9e Leger van de Sovjet-Unie in Purkersdorf, waar hij de Sovjets informeerde over het mislukken van de operatie.

Op 8 april hingen de nazi's Biedermann, Raschke en Huth aan de lantaarnpalen op het Am Spitzplein in Floridsdorf. Op hun lichamen waren borden bevestigd met de tekst: "Ik heb een pact gesloten met de bolsjewieken."

Naast de geplande overgave voorzagen Szokoll en zijn team de Sovjets van de Duitse strijdplannen voor de verdediging van Wenen, evenals de locaties van munitie en andere belangrijke militaire details. De Sovjets vervolgden deze inlichtingen en verrasten de nazi's door vanuit het westen en noorden op te rukken in plaats van uit het zuiden.

De Slag om Wenen duurde van 6-13 april 1945. De snelle Sovjetopmars verhinderde de nazi's een belegeringssituatie te creëren en redde talloze levens en het linker Wenen grotendeels intact.

Tegenwoordig staat het Operation Radetzky Memorial op het Am Spitz-plein om de moed van majoor Karl Biederman, luitenant Rudolph Raschke en tweede luitenant Alfred Huth te erkennen. Er is ook een plaquette op de hoofdingang van het stadhuis in Am Spitz.