Bevorderingen:
1 april 1935: Offiziersanwärter;
20 april 1937: Leutnant;
juli 1939: Oberleutnant;
16 mei 1940: Hauptmann;
24 augustus 1942: Major;
?: Oberst (Bundeswehr).
Loopbaan:
1 april 1935: Pionier-Battailon 16, Höxter;
1 augustus 1938: Fallschirm-Infanterie-Bataillon (Major Richard Heidrich);
1 januari 1939: II. Kompanie, Fallschirmjäger-Regiment 1;
juli 1939: Chef, Pionierzug, Fallschirm-Sturm-Abteilung "Koch";
mei 1940: Kommandant Sturmgruppe "Granit";
?: Führer, 9. Kompanie, Luftlande-Sturm-Regiment;
10 mei 1942: Führer, Fallschirm-Korps-Pionier-Battalion;
14 juni 1944: Kommandant, I. Bataillon, Fallschirm-Pionier-Regiment 21;
16 december 1944: Kommandant Fallschirm-Jäger-Regiment 18, 6. Fallschrimjäger-Division;
?: Stab, Pionierschule (Bundeswehr);
1974: Pensioen.
Op 10 mei 1940 deed Witzig als commandant van Sturmgruppe "Granit" (Aanvalsgroep) mee aan de bestorming van Fort Eben-Emäel in België. Sturmgruppe "Granit" moest met zweefvliegtuigen boven op het fort landen. Het zweefvliegtuig met de Trupp 11, waarin ook Rudolf Witzig zat had echter problemen met zijn sleepkabel en moest terugkeren naar Duitsland. Witzig sloot zich drie uur later aan bij zijn manschappen nadat hij voor nieuw transport had gezorgd. Iedere soldaat die betrokken was geweest bij de aanval ontving ook een bevordering naar een rang hoger waardoor Witzig op 16 mei 1940 de rang van Hauptmann kreeg.
Tijdens Operatie Mercurius, de verovering van het eiland Kreta leidde Witzig de 9. Kompanie/ III./Luftlande-Sturm-Regiment en landde hij in het gebied van Maleme. Hij raakte bij de gevechten gewond en werd overgebracht naar het Luftwaffe ziekenhuis in Athene en daarna nog naar diverse andere ziekenhuizen.
Vanaf november 1942 diende Witzig met zijn bataljon in Tunesië waar het was gedetacheerd bij het Luftwaffe-Regiment Barenthin onder Oberst Von Manteuffel, General Von Broich en General Bülowius. Witzig’s bataljon hielp in de defensieve lijn in de noordelijke sector van Tunesië waar de succesvolle verdedigende acties nauw in verband worden gebracht met zijn naam. Uiteindelijk werden de overlevenden van Witzig’s bataljon uit Afrika teruggetrokken voordat de algehele overgave kwam in mei 1943.
Als Kommandant van het I./Fallschirm-Pionier-Regiment 21 kwam hij vervolgens in juli 1944 in actie in Litouwen. In open terrein namen de individuele compagnieën hun posities in rond de weg van Dunaburg naar Kovno en wachtten op de Russische vorderingen. Op 26 juli vielen de Russen aan met een regiment sterke pantserstrijdkrachten. Het waren de zwaarste gevechten die het Battalion zou leveren en de verliezen waren hoog. Ze brachten echter ook de vijand zware verliezen toe en vernietigden maar liefst 27 vijandelijke tanks. Uiteindelijk werden ze gedwongen hun posities op te geven en zich terug te trekken naar Oost-Pruisen. In oktober 1944 verliet het Battalion het Oostfront en werd naar Bützow in Mecklenburg gestuurd om te hergroeperen.
Als Kommandeur van het Fallschirmjäger-Regiment 18, vocht Witzig tussen februari en maart 1945 verbeten tegen sterkere Britse en Canadese strijdkrachten in het Reichswald en trok zich in maart terug om de Rijn te verdedigen. Door de Geallieerde pantservoertuigen werd het zelfs dieper terug gedrongen in Duitsland. Uiteindelijk gaven Witzig en de andere overlevenden zich op 8 mei 1945 over aan de Geallieerden.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!