Na de struikelstenen ceremonies meldde zich een nazaat van houthandel J. Raaijmakers met een verhaal over een Joodse onderduiker bij huize 'De Raymaert' aan de Mierloseweg. Dit verhaal was nog niet bekend bij Heemkundekring Helmont.
De uit Nijmegen af komstige Julius Leopold Herman (Jules) de Haas is ten tijde van de mobilisatie 1939-1940 ingekwartierd bij de familie Leloup van Heessel, woonachtig in huize ‘De Peppels’ aan de Stiphoutseweg (nu Hortsedijk). Jules behoort tot het 1e Regiment Wielrijders van de Lichte Divisie. In 1941 zijn er voor hem genoeg redenen om onder te duiken en hij besluit een beroep te doen op oude bekenden uit helmond, familie Leloup. Daar is hij welkom totdat het te gevaarlijk wordt. Ook op Stiphoutseweg zitten Joodse onderduikers; de familie Lievenboom.
Villa De Peppels, Stiphoutse weg nu Hortsedijk 15 (foto: particuliere collectie).
Proloog
De voorouders van Jules de Haas zijn in de vorige eeuwen woonachtig in Duitsland en hebben als achternaam ‘Levie’, ontleend aan een van de twaalf stammen van Israël, de Levieten.
De familie vestigt zich rond 1766 in Vriezenveen. Na de invoering van de Burgerlijke Stand in 1811 nemen zij de achternaam ‘de Haas’ aan. Jules’ vader, de zakenman Herman de Haas (geb. 1871), trouwt op 29 maart 1910 in Krefeld met de welgestelde Melanie Leven (geb. 1885). Julius Leopold Herman (Jules) wordt op 4 januari 1911 in Deventer geboren, gevolgd door Leopold Henri (Leo) (1912) en Geziena Henriette (Suzi) (1916).
Op 8 maart 1938 overlijdt Jules vader. Ten tijde van de mobilisatie woont Jules de Haas samen met zijn moeder, broer en zus in de van Oldenbarneveltstraat in Nijmegen. Medio 1942 valt het gezin uiteen. Suzi de Haas trouwt in juli 1942 met winkelier Jaap Zaligman uit Meppel. Moeder Melanie wordt opgenomen in de Joodse inrichting ‘het Apeldoornse Bosch’ en broer Leo heeft een reizend bestaan. Bovendien valt de oproep voor ‘tewerkstelling in Duitsland’ in de bus. Zus Suzi en haar echtgenoot en broer Leo geven gevolg aan de oproep en zij reizen eind september 1942 naar Westerbork. Daar worden zij op 2 oktober 1942 op de trein naar Auschwitz gezet.
Julius Leopold Herman (Jules) de Haas, was bij de familie Leloup van Heessel in Stiphout (foto: particuliere collectie Milly Schiferli). Trouwfoto van Jan Raaijmakers en Juliëtte Leloup in 1941 (foto: Atelier Prinses, particuliere collectie Jules Raaijmakers).
Familie Raaijmakers, Mierlo-Hout
Juliëtte Leloup is in 1941 getrouwd met Jan Raaijmakers en zij wonen sinds hun huwelijk aan de mierloseweg 130a in het gesplitste pand, huize ‘De Raymaert’, schuin tegenover houthandel Raaijmakers. het jonge echtpaar neemt de Joodse onderduiker van de (schoon)ouders over. het huis is groot genoeg en er zijn genoeg ontsnappingsmogelijkheden via de vliering naar de achterliggende de weilanden. Tot grote schrik van Juliëtte zit de Joodse onderduiker soms in de huiskamer en staan de te poetsen schoenen gewoon onder aan de zoldertrap. Bij gevaar kunnen zij rekenen op hulp van oom Harry Leloup uit de Ameidestraat, die bevriend is met een helmondse politieagent. Jules de Haas wordt bij onraad in het donker via de bossen en landweggetjes weggebracht naar Schijndel. extra bonkaarten koopt Jan Raaijmakers op de zwarte markt en extra zuivel wordt bij boeren uit de omgeving gehaald.
Jan Raaijmakers is tijdens zijn militaire diensttijd bij het Korps Motordienst in het bezit is gekomen van een procédé hoe je een auto kunt ombouwen om op houtgas te rijden. houthandel Raaijmakers doet hier tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn voordeel mee. Zij kunnen, ook door het om de tuin leiden van de Duitsers, hun vrachtauto’s blijven rijden, weliswaar op houtgas en op heel slechte banden. De goede autobanden worden onder andere verborgen op de eerste verdieping in het woonhuis ‘De Raymaert’.
In het najaar van 1943 krijgt Juliëtte op de Mierloseweg 130a huiszoeking en vindt de Sicherheitsdienst (SD) een pot met een aantal zilveren guldens in het dressoir. het is verboden om deze in bezit te hebben. Gelukkig is Jules de Haas op tijd weggebracht en is Jan niet thuis. Jan duikt meteen onder, maar wordt verraden. Toch wordt hij na bemiddeling vrijgelaten onder voorwaarde dat hij naar Villa Windekind, het verhoorcentrum van de SD, in Scheveningen komt. Natuurlijk geeft hij geen gevolg aan deze sommatie en blijft buiten bereik van de Duitsers.
Jules de Haas zat ondergedoken in huize de Raymaert aan de Mierloseweg , tegenover houthandel Raaijmakers. Aan het wegdek is goed te zien waar de gemeente Helmond begint en Mierlo ophoudt (foto: Marian Bombeeck).
Familie Jonkers, Eindhoven
Jules de Haas brengt het laatste jaar van zijn onderduikperiode noodgedwongen door op een ander onderduikadres. Via kennissen van Jan Raaijmakers is Jules doorgesluisd naar familie Jonkers-Imandt, die in de Willem de Zwijgerstraat in Eindhoven woont. Jan Jonkers heeft een goede baan bij Philips en hij zit in het verzet. Zijn vrouw Annie Imandt heeft familie in Helmond. Haar zus Louise is getrouwd met slager Willem Theunissen, die zijn winkel aan de Weg op den Heuvel heeft. Jules de Haas maakt op 18 september 1944 in eindhoven de bevrijding mee maar hij vreest het ergste voor zijn naaste familieleden.
Helaas hebben zij de Holocaust niet overleefd. Moeder Melanie de Haas-Leven is op 22 januari 1943 uit de inrichting ‘het Apeldoornse Bosch’ gehaald en zij is omstreeks 25 januari met haar medepatiënten vermoord in Sobibor. Zijn broer Leo en zus Suzi, zijn in 1942 omgebracht in Auschwitz. Zwager Jaap Zaligman houdt het langer uit. hij wordt tewerkgesteld in Sosnowitz, een subkamp van
Auschwitz en sterft omstreeks 1 november 1943.
Epiloog
Op 5 oktober 1944 neemt Jules dienst bij de British Army of the Rhine (BAOR) en wordt als verbindingsofficier gedetacheerd bij de 21e Army Group. In 1948 sluit hij zich aan bij het Nederlandse leger en wordt hij uitgezonden naar Nederlands-Indië. Na zijn militaire loopbaan probeert Jules de Haas de draad weer op te pakken en vestigt zich in Amsterdam.
Ten opzichte van familie Raaijmakers toont hij zijn dankbaarheid door elk jaar op de verjaardag van Jan Raaijmakers een taart te laten bezorgen op het adres mierloseweg 130a. Deze taart wordt echter door een misverstand elk jaar bij de buren afgegeven. Tientallen jaren later komt men hierachter.
In 1949 trouwt Jules met Helène Rijnveld (1914-1968), de weduwe van diamantair Freddy Arnold Lopes Cardozo. Helène Rijnveld heeft samen met haar jonge zoontje Donald (geb. 27 juni 1943) het
concentratiekamp Bergen-Belsen overleefd. In 1950 krijgt de familie de Haas-Rijnveld een dochter, emilie Suze (Milly) de haas. Helène Rijnveld lijdt zwaar onder haar Holocaust verleden. Dit is mede de oorzaak van haar vroegtijdig overlijden in 1968. Jules de Haas hertrouwt in 1973 met de weduwe Gerda (Gertie) Löwenstein-Strelitz (1921-2002) en het gezin verhuist in 1975 naar Zwitserland. In 1982 vestigen zij zich weer in Nederland. Na een lang leven overlijdt Jules de Haas op 17 januari 2009. Welwillende Nederlanders, de families Leloup, Raaijmakers en Jonkers, hebben zich onbaatzuchtig ingezet om dit mogelijk te maken.
Met dank aan: Jules Raaijmakers en Milly Schiferli
Bronnen:
www.joodsmonument.nl;
www.wiewaswie.nl.