Ontsnappen uit een gevangenenkamp is een thema dat in TV-series en oorlogsfilms vaak terug te vinden is. Neem een film als 'Escape to Victory' en je ziet een vermakelijke, meeslepende film die echter geheel fictief is. (Pele in een oorlogsfilm?). Voor 'The Great Escape' werd wel degelijk onderzoek gedaan naar echte ontsnappingen en ontsnappingspogingen uit geallieerde gevangenkampen. Een film dus, net zoals 'Escape from Sobibor' op ware feiten gebaseerd maar in dit specifieke geval aangevuld met een flinke dosis humor en actie.

In een Duits gevangenenkamp worden geallieerd luchtmachtoffcieren van verschillende nationaliteiten opgevangen. Amerikaanse, Britse en Canadese krijgsgevangenen besluiten hun losse pogingen tot ontsnappen te staken en gezamenlijk aan een groot ontsnappingplan voor allen te werken. Men gaat tunnels graven. Onder leiding van Roger 'Big X' Bartlett (Richard Attenborough) wordt er door 600 man gedurende een jaar aan de tunnels gewerkt. De mannen krijgen taken toegewezen op basis van hun specialiteiten. Bob 'Stroper' Hendley (James Garner) steelt benodigde voorwerpen. Eric 'Verstopper' Ashley-Pitt (David McCallum) zorgt voor de verspreiding van het graafafval. De werkzaamheden van Danny 'De Tunnelkoning' Willinski en Colin 'De Vervalser' Blythe (Donald Pleasence) hoef ik niet toe te lichten. Honderden kilo's zand moeten gedumpt worden en hout is nodig voor het stutten van de lange, gevaarlijke ontsnappingsgangen. Tegenslagen en problemen die op ingenieuze wijze worden opgelost.

Op 24 maart 1944 ontsnappen 76 gevangen geallieerden uit Stalag Luft III. Nadat de tunnel door de Duitsers is ontdekt, wordt er een massale zoektocht gestart. Uiteindelijk worden 50 van de 76 ontsnapte gevangenen door de Gestapo opgespoord en vermoord, waaronder Majoor Roger J. Bushell, de echte "Big X. Sommigen worden in de bossen bij het kamp reeds gepakt, sommigen honderden kilometers ver van het kamp verwijderd. Slechts drie bereiken neutrale of geallieerde bodem, waaronder de Nederlander Bram van der Stok, die later hierover een boek schreef met de titel: "Oorlogsvlieger van Oranje". Het kamp Stalag Luft werd uiteindelijk in mei 1945 door de Russen bevrijd.

Donald Pleasence, die de vervalser speelt, was gedurende de Tweede Wereldoorlog een wireless operator voor de RAF, toen zijn Lancaster boven vijandelijk gebied werd neergehaald. Als enige van de grote namen in de cast had hij in werkelijkheid ook tijd in een POW-kamp doorgebracht. De echte tunnelkoning, Walt Floody, werd aangetrokken als technisch adviseur voor deze film.

Ook hier weer een gemengd gezelschap van oorlogsfilm-veteranen als Garner, Coburn en Bronson. Snelheidsduivel Steve McQueen kon zich als Virgil 'Cooler King' Hilts uitleven op de scènes met de Triumph 600 motor, al werd de prikkeldraad-scène waarschijnlijk gedaan door zijn vriend, de stuntman Bud Elkins. Deze scène was echter compleet verzonnen en de vraag is of dit thuishoort in een verhaal dat claimt op waargebeurde feiten te zijn gebaseerd.

De film werd o.a. voor de Oscar genomineerd. Het op waarheid gebaseerde verhaal, de muziek, de acteurs, de humor en de spanning maken van deze film een topper.