Omschrijving: |
"Maria van Oekraïne" is het derde boek van de Vlaamse schrijfster Mieke Vandromme. Het boek is gebaseerd op het waargebeurde verhaal over Maria. Maria woonde voor de Tweede Wereldoorlog in Oekraïne, een deelrepubliek van de Sovjet-Unie. Het verhaal begint in 1932, wanneer Maria zeven jaar oud is. Honger was er in die tijd altijd. De moeder van Maria sprak de zin: "Wie het voedsel heeft, bezit de macht" minstens één keer per dag uit. Dit had te maken met de hongersnood op dat moment, maar het zal ook een zin zijn die Maria in de oorlog bijblijft. De Oekraïense bevolking werd in de jaren ’30 onder het bewind van Stalin enorm onderdrukt. Maria’s vader werd in die tijd omgebracht door de aanhangers van Stalin omdat hij weigerde mee te werken. In 1938 stierf ook haar moeder en kwam Maria terecht bij familie.
Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, werden de Duitsers eerst als bevrijders van het Stalin-regime gezien, maar dat veranderde snel. De inwoners van Oekraïne werden door de Duitsers beschouwd als "Untermenschen" en gebruikt als slaven. In 1942 werd Maria gedeporteerd en als slaaf te werk gesteld in de Zeiss-fabriek in de Duitse plaats Jena om lenzen voor bijvoorbeeld verrekijkers te maken. Het leven verschilde niet veel van wat er zich in concentratiekampen afspeelde: mishandelingen, weinig voedsel, ziekte, ongedierte en onhygiënische omstandigheden. Soms mocht Maria op zondag een paar uurtjes het kamp verlaten. Zo ontmoette ze de Belgische Aloïs, een brandweerman, die evenals zijn tweelingbroer Alfons in Jena bij de brandweer werkte. Alois en Maria werden verliefd en Maria raakte zwanger. Aan het eind van de oorlog werd Jena gebombardeerd door de geallieerden. Tijdens dat bombardement werd ook de zoon van Maria en Aloïs geboren.
De vier verschillende delen van het boek starten steeds met een stukje over personen die overduidelijk iets heftigs meemaken. Uiteindelijk blijkt het te gaan over de Belgische tweelingbroers Aloïs en Alfons, over wat zij meemaakten tijdens het bombardement op Jena. Pas tegen het eind van het boek wordt duidelijk hoe het de broers is vergaan en of ze beiden nog in leven zijn. Dat laatste maakt het boek spannend. Zal Maria de vader van haar kind nog levend terugzien?
Maria laat zien hoe veerkrachtig een mens kan zijn en dat er altijd weer ergens een lichtpuntje is, hoe klein ook. De schrijfster van het boek, Mieke Vandromme, vertelt niet alleen het verhaal over Maria. Ze vertelt ook het verhaal over de bevolking van Oekraïne en hoe deze al in extreme armoede leefde voordat de Tweede Wereldoorlog begon en daarna door de Duitsers verder uitgebuit werd. De Oekraïners die als slaaf te werk gesteld werden konden na de oorlog eigenlijk niet terug naar Oekraïne omdat Stalin ze als landverraders zag. Dit omdat ze gewerkt hadden voor de Duitsers, ondanks dat dit gedwongen was. Kortom, het boek biedt meer dan alleen het verhaal over Maria, al maakt dat verhaal alleen al een enorme indruk.
|