Titel: | Gemmeker - Commandant van Kamp Westerbork |
Schrijver: | Liempt, A. van |
Uitgever: | Balans |
Uitgebracht: | 2019 |
Pagina's: | 382 |
ISBN: | 9789460039782 |
Omschrijving: | Vier jaar gevangenis en twee jaar werk in de kolenmijnen, dat was de straf waar Albert Gemmeker na de Tweede Wereldoorlog mee wegkwam. Als commandant van doorgangskamp Westerbork had hij 75 treinen naar de vernietigingskampen zien vertrekken, of beter gezegd: 80.000 Joden en zigeuners werden met zijn medewerking vanuit Nederland afgevoerd. De meesten daarvan werden vermoord. Op het perron gaf hij telkens een nonchalante wenk met zijn hand ten teken dat de trein vertrekken kon. De eindbestemming van alle transporten kende hij niet, zo hield hij zijn leven lang vol. Hij had het beste voor met de bewoners van zijn kamp, die hem beschouwden als "de gentleman-commandant". Journalist en programmamaker Ad van Liempt, schrijver van vele boeken over de oorlog en verantwoordelijk voor televisieproducties als "Andere Tijden", "De Oorlog" en "Na de Bevrijding", promoveerde in mei 2019 op zijn studie naar de kampcommandant. In zijn proefschrift, dat is uitgegeven als boek, gaat hij de sporen na van de man die zelf zo weinig mogelijk bewijs heeft willen nalaten van zijn positie tijdens de oorlogsjaren. Twee keer liet hij de totale kampadministratie vernietigen. De eerste keer was in september 1944, de periode rond Dolle Dinsdag, toen het gerucht rondging dat de geallieerden op het punt stonden Nederland te veroveren. De tweede keer was in april 1945, toen de bevrijding van het kamp door de Canadezen niet lang meer op zich zou laten wachten. Elke mogelijke aanwijzing dat Gemmeker geweten heeft van het lot dat de Joden wachtte, ging in vlammen op. Zelfs uit het familiealbum scheurde hij de foto’s waarop hij vermoedelijk gekleed was in het uniform van de SS, hoewel hij er één over het hoofd zag, ontdekte Van Liempt. Het is de enige foto waarop hij te zien is met de pet met de gevreesde doodskop erop. De weinige bronnen – er zijn zelfs geen persoonlijke brieven – maakten het voor de schrijver niet makkelijk om een compleet beeld te geven van de Duitser, die de spil was in de deportatie van de Joden vanuit Nederland. Eerder onderzoek naar Gemekker richtte zich vooral op getuigenissen van kampoverlevenden en op de rechtszaak die in Nederland tegen de voormalige kampcommandant werd gevoerd. Van Liempt ging een stap verder en onderzocht ook de twee pogingen, die in de Bondsrepubliek Duitsland werden gedaan om de man te vervolgen. Daarnaast sprak hij met twee dochters en een kleindochter van de hoofdpersoon van zijn onderzoek, wat een heel ander licht werpt op de reputatie van Gemmeker als "gentleman". Dat Gemmeker geen stereotype kampbeul was, aan dat beeld verandert de schrijver niets. Gevangenen in Westerbork hadden niets te vrezen van de commandant, behalve dan wanneer ze zijn regels niet opvolgden en ze voor straf op transport werden gezet. Daar hoefde je je helemaal niet erg voor te misdragen. Van Liempt noemt verschillende voorbeelden van Gemmekers pietluttige regeltjes en gevallen waarin hij om bijna niets iemand op straftransport zette. Zo mochten Joodse kampfunctionarissen alleen in dringende gevallen van een fiets gebruikmaken en moesten ze de terugweg lopen met de fiets aan de hand om de rubberen banden te sparen. Een belangrijk onderdeel van de door Gemmeker ingevoerde kampdiscipline was, dat hij te allen tijde gegroet moest worden. Een nieuwe gevangene, die het in de eerste week van zijn gevangenschap met zijn handen vol hout naliet om zijn pet af te nemen, werd zonder pardon met zijn vrouw en haar twee zussen op transport gezet. Dat de man Gemmeker niet herkende en dat hij zijn handen vol had, daarvoor had de Duitser geen begrip. Natuurlijk is ook voor Ad van Liempt de belangrijkste vraag of Gemmeker geweten heeft van de uitroeiing van de Joden. Een belangrijke constatering die hij doet is dat twee van zijn voormalige chefs, Wilhelm Harster en Will Zöpf, tijdens hun strafzaken in de jaren 60 wel bekenden dat zij, hoewel niet in details, wisten wat er met de Joden gebeurde. Laatstgenoemde SS’er was met Gemmeker in november 1943 ook aanwezig geweest bij een vergadering waarbij ook Adolf Eichmann, organisator van de Endlösung, present was. Gemmeker ontkende na de oorlog dat hij Eichmann ontmoet heeft, maar dit is niet de enige leugen waarop Van Liempt hem betrapt. Het brengt de schrijver tot de conclusie dat er bij zijn vervolging veel geblunderd is en dat Gemmeker veel geluk heeft gehad. Tegen enkele Nederlandse Jodenjagers werd in dezelfde tijd wel de doodstraf uitgesproken, ook al was ook in hun geval niet bewezen dat zij precies wisten welk lot hun slachtoffers boven het hoofd hing. Ontluisterend is wat Van Liempt vernam van de dochters en kleindochter van Gemmeker, die na de oorlog allemaal op gespannen voet met hem stonden. Toen zijn jongste dochter Erika haar pas geboren baby aan hem kwam laten zien, was hij geschokt en wilde hij niet meer praten omdat het meisje Ruth heette, een Joodse naam. Zijn andere dochter, Rosemarie, had een soortgelijke ervaring, toen haar vader in een woede-uitbarsting haar zoontjes "bastaardkinderen" noemde – de vader is een Griek. Empathie hoefde ze van haar pa niet te verwachten, vertelde ze. Zijn houding in Westerbork verbaasde haar niet: "Dit gevoel – ik ben hier koning, dat had hij nodig, dat was zijn karakter. Hij wilde geprezen worden, Hij had grootheidswaanzin, denk ik, Ten aanzien van zijn meerderen was het andersom, je kunt zeggen: heel gehoorzaam, maar er is een woord dat veel sterker is: hij was horig." Van Gemmekers reputatie als gentleman laat Ad van Liempt weinig heel. Zo onschuldig en correct als hij zichzelf na de oorlog presenteerde, was hij zeker niet. Het is niet zo dat deze conclusie baanbrekend is, want ook in eerdere publicaties werden hier al kanttekeningen bij geplaatst. Dat hij niet geweten heeft van de uitroeiing van de Joden is ook al vaker weersproken. Het verschil met andere publicaties is echter dat Van Liempt werkelijk elke beschikbare bron heeft gebruikt, inclusief dus ook Duitse processtukken en gesprekken met Gemmekers dochters en kleindochter. Dat maakt dit tot de meest ultieme poging om zowel het leven en de carrière alsmede het karakter van Gemmeker te ontrafelen. Het is onwaarschijnlijk dat er ooit nog een betere biografie volgt, want dat er nog meer bronnen worden aangetroffen is niet waarschijnlijk. Met dit knap geschreven boek, dat ook nog eens heel toegankelijk geschreven is, heeft Ad van Liempt zich opnieuw bewezen als één van de beste chroniqueurs van de Tweede Wereldoorlog van deze tijd. |
Beoordeling: | Uitstekend |