Titel: | Motor Minesweepers |
Ondertitel: | Ameland- en Duiveland klasse, de Mickey`s van de Mijnendienst |
Schrijver: | Bob Roetering |
Uitgever: | Lanasta |
Uitgebracht: | 2017 |
Pagina's: | 192 |
Taal: | Nederlands |
ISBN: | 9789086161546 |
Omschrijving: |
"Motor Minesweepers" is het naslagwerk over de 105-voets motormijnenvegers van de Ameland-klasse en de 126-voets motormijnenvegers van de Duiveland-klasse. Deze schepen werden voor het eerst in de geschiedenis speciaal gebouwd voor de bestrijding van invloedsmijnen. In Groot-Brittannië werden ze geclassificeerd als Motor Minesweeper, MMS. In de (Britse) literatuur komt men verschillende benamingen voor de schepen tegen. De 105-voeter kreeg, afgeleid van de benaming Motor Minesweeper, al snel de bijnaam Mickey Mouse, gelet op de geringe afmetingen en de beide hoofdletters M in de naam. In het spraakgebruik had men het over de Mickey`s. Toen de 126-voeter in dienst kwam werd deze 1,000-class genoemd (omdat hun naamseinen begonnen bij het getal 1.000), Big Mickey, 126 ft`s of Long MMS. Daarmee kreeg de 105-voeter ook nog de naam Short Boat toegevoegd. Ondanks dat de mijnenvegers door de Royal Navy niet als ‘major warships’ werden beschouwd, werden er honderden van deze houten mijnenvegers gebouwd. Voorheen waren mijnenvegers en hulpmijnenvegers (meestal gevorderde visserstrawlers) van staal vervaardigd, maar met de komst van de magnetische invloedsmijn in 1939, ging men over op het bouwen van houten mijnenvegers. De Nederlandse regering in ballingschap kocht vanaf 1942 in totaal 22 MMS`s, de helft 105-voeters en de andere helft 126-voeters. De eerstgenoemden werden de Ameland-klasse motormijnenvegers en de tweede de Duiveland-klasse motormijnenvegers. Vijf daarvan waren vervangende schepen en één werd er alleen gebruikt als boeienlegger. Daarmee bleven er twee maal acht MMS`s over als daadwerkelijke mijnenvegers. De Nederlandse motormijnenvegers hadden een actief aandeel in de bevrijding van Nederland, vooral door de mijnenveegacties op de Schelde, 1944. Zij zorgden er mede voor dat de Nederlandse havens weer toegankelijk werden voor de scheepvaart. Eind 1945 werden de Duiveland-klasse mijnenvegers naar Nederlands Oost-Indië gezonden om ook daar het mijnengevaar te neutraliseren. In de jaren `50 van de vorige eeuw werden de MMS`s buiten dienst gesteld. De Duiveland-klasse was in de tropen volledig op gevaren en de Ameland-klasse motormijnenvegers gingen veelal naar zeekadetkorpsen en zeeverkenners. De MMS`s waren goedkoop gebouwde vaartuigen op basis van het ontwerp van een zeilbarketijn. De 36,4 meter lange 105-voeters hadden een vol beladen tonnage van slechts 295. Ze beschikten over een enkele 8-cilinder Crossley dieselmotor en een enkele schroef. De schepen hadden een bemanning van achttien koppen. De 126-voeters waren 42,6 meter lang en hadden een vol beladen tonnage van 441. Zij beschikten over het algemeen over 6-cilinder Mirrlees dieselmotoren en hadden 22 bemanningsleden aan boord. De grotere MMS`s waren in principe oceaanwaardig, maar lagen als kurken op het water zodat het echte slingerbakken waren. Auteur Bob Roetering geldt als een kenner van de Nederlandse Mijnendienst. Hij meldde zich in september 1960 voor de officiersopleiding bij de Koninklijke Marine. In augustus 1964 werd hij als oudste officier aan boord geplaatst van de mijnenveger Hr. Ms. Naaldwijk. In oktober 1993 verliet hij de Nederlandse zeemacht als Commandant van de Mijnendienst. In de tussenliggende jaren vervulde hij alle mogelijke operationele functies bij de Mijnendienst en bovendien diende hij aan boord van fregatten en jagers. Bob Roetering is niet alleen gespecialiseerd in mijnenbestrijding, maar ook in navigatie-gevechtsinformatie en vliegtuigdirectie. Door de functies die hij vervulde kreeg hij een diep inzicht in het gevaarlijke nationale en internationale spel dat mijnenbestrijding heet. Vanuit deze kennis en vanuit zijn belangstelling voor maritieme geschiedenis is hij bezig de historie van de Nederlandse Mijnendienst in boekvorm vast te leggen. Voordat hij "Motor Minesweepers" schreef, publiceerde hij al boeken over de naoorlogse kustmijnenvegers van de Dokkum- en Wildervank-klasse en de ondiepwatermijnenvegers van de Van Straelen-klasse. "Motor Minesweepers" is mede door de grondige kennis van de auteur een echt naslagwerk geworden over een onderwerp dat nog niet eerder in de Nederlandse taal behandeld werd. Omdat de Motormijnenvegers onlosmakelijk verbonden zijn met de introductie van de magnetische mijn en de ontwikkeling van het magnetische veegtuig, wordt in het boek hier ook ruime aandacht aan besteed. Tevens komen de akoestische mijnen en het akoestische veegtuig aan bod. Hiermee wordt de lezer op de hoogte gebracht van het totaalplaatje van de mijnenbestrijding tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit is een bonus bovenop de uitstekende uitleg over alle ins en outs betreffende de Mickey`s van de Mijnendienst. |
Beoordeling: | Zeer goed! |