In het begin van de Tweede Wereldoorlog had het IJzeren Kruis 2e Klasse nog een redelijk hoog aanzien bij. Naarmate de oorlog langer duurde, werd de onderscheiding echter steeds makkelijker toegekend. Toch werd hij altijd met trots gedragen. Het IJzeren Kruis 2e Klasse was de allereerste graad binnen het IJzeren Kruis welke verkregen werd voor een individuele daad van grote moed.
Als officieel criterium werd gehanteerd het uitvoeren van een daad van uitzonderlijke moed in het aangezicht van de vijand of een actie die duidelijk uitstijgt boven de normale taakuitvoering. De ongeveer drie miljoen IJzeren Kruizen 2e Klasse zijn uitgereikt aan Duitse militairen, militairen van bondgenoten van Duitsland en aan geüniformeerd personeel van niet-militaire onderdelen.
Het kruis heeft een diameter van 44 mm en hangt aan een lint in de kleuren zwart, wit en rood. Hierbij bevind zich in het midden een brede rode band, waarvan aan beide zijden een smalle witte band is aangebracht. Aan beide buitenzijden volgt dan een zwarte band die even breed is als de witte. De kwaliteit van de geproduceerde kruizen is gedurende de gehele Tweede Wereldoorlog hoog gebleven. Op de voorzijde van het kruis zijn het hakenkruis en het jaar 1939 aangebracht, op de achterzijde is op de onderste arm het stichtingsjaar 1813 te vinden.
Nagenoeg alle exemplaren werden uit drie onderdelen samengevoegd, een ijzeren kern met aan de voor en achterzijde een zilveren rand. De twee zilveren randen werden aan elkaar gesoldeerd, waarmee de ijzeren kern op zijn plaats werd gehouden. De kern werd gefabriceerd uit ijzer en zwart gemaakt. Door de ijzeren kern is het IJzeren Kruis magnetisch. Er zijn echter ook niet-magnetische exemplaren. Deze waren gemaakt met een messing of koperen kern. Deze versie was populair bij leden van de Kriegsmarine omdat ijzer snel ging verweren door inwerking van het zeewater.
De rand bestond volgens de beschrijving uit zilver, maar werd meestal geproduceerd uit "Duits-zilver", een goedkopere legering van koper, zink en nikkel. Aan de bovenzijde van de rand was het oog gesoldeerd, waaraan de ring werd bevestigd voor plaatsing aan het lint. Deze ring bevat over het algemeen een merkteken.
Het is echter ook heel gebruikelijk dat er ringen zijn gebruikt zonder merkteken zodat afwezigheid van het fabrikantenmerk op de ring, niets zegt over de echtheid van het kruis.
Het IJzeren Kruis 2e Klasse kon op twee manieren worden gekregen. De meest chique wijze was in een lederen doosje. Eenvoudiger was de blauwe papieren envelop met daarop in Gotische letters: "Eisernes Kreuz 2. Klasse". De uitreiking zelf ging vergezeld van een standaard oorkonde. In het "Soldbuch" of de "Wehpass" werd de verkrijging vervolgens bijgeschreven. De oorkonde bevat veelal niet de reden waarom de onderscheiding is verkregen hoewel een enkele keer dit op de achterzijde werd vermeld.
Het IJzeren Kruis 2e Klasse zelf, werd over het algemeen niet gedragen op het uniform. In plaats hiervan droeg men een ribbon op de linkerborst of het lintdoor het 2e knoopsgat zoals men dat in het voormalige Pruisische leger gewend was.
In 1957 werd een versie uitgebracht waarbij het hakenkruis was vervangen door een eikenblad. Op deze wijze kon men puur militaire acties uit Wo2 alsnog eren, zonder het gebruik van verboden nazi-symbolen. De meeste veteranen kozen er echter voor om de onderscheiding slechts als een ribbon op het tenue te dragen. De 1957 versie is over het algemeen van slechtere kwaliteit dan de oorlogsversies.