Over het Ardennenoffensief is zeer veel literatuur verschenen. Ook enkele filmmakers gebruikten dit gevecht als dankbaar onderwerp in hun films. Een ander medium om mensen te informeren over het Ardennenoffensief is het stripverhaal. Pierre Lapage en Willy Vassaux stelden twee stripboeken over deze strijd samen. De stripboeken werden uitgebracht in meerdere talen door de Belgische uitgeverij Helyodé in Brussel in samenwerking met het Bastogne Historical Centre en het Victory Memorial Centre. De strips werden onder andere verkocht in oorlogsmusea in de Belgische Ardennen. Uitgeverij Helyodé is inmiddels opgeheven en de stripboeken zijn alleen nog maar tweedehands verkrijgbaar. Veel mensen die in het verleden een bezoek brachten aan bijvoorbeeld het bekende oorlogsmuseum in La Gleize zullen de stripboeken in hun bezit hebben.

Hitler doet op 16 december 1944 een laatste poging om een serieus offensief te starten tegen de geallieerde opmars in Europa. Het Duitse leger verzamelt een enorme troepenmacht in de Belgische Ardennen en voert een aanval uit op het geallieerde front in de hoop door te kunnen stoten naar de haven van Antwerpen. De geallieerden zijn verrast door de aanval van de Duitsers en de kracht van hun legermacht. Er breekt een zware strijd uit die wordt bemoeilijkt door de hevige winterse weersomstandigheden. Het Ardennenoffensief duurt tot eind januari 1945. In de Amerikaanse geschiedenisboeken staat het offensief bekend als “The Battle of the Bulge”.

Beide stripboeken vertellen aan de hand van illustraties en korte bijschriften over de strijd die gevoerd werd in de Ardennen. Het eerste stripboek begint met de geallieerde invasie op 6 juni 1944 en met de ideeën van Hitler om de succesvolle geallieerde opmars te stoppen. Hitlers ideeën resulteren in operatie “Wacht am Rein”: de geallieerden moeten voor de Rijn gestopt worden. Hitler besluit een massaal offensief te beginnen in de Ardennen. Het eerste stripboek stopt halverwege de geschiedenis van het Ardennenoffensief op het moment dat de Amerikanen zich terugtrekken in Bastogne en hier door de Duitsers ingesloten worden. Het tweede stripboek gaat verder met de zware slag om Bastogne en vervolgens komen de gevechten in onder andere Houffalize, Saint Vith, Stoumont en La Gleize aan bod. Uiteindelijk komt de strijd in de Ardennen ten einde: een belangrijke strijd is door de geallieerde gewonnen en de opmars richting het hart van Duitsland kan beginnen.

Het verhaal wordt verduidelijkt met vele kaartjes die de troepenverplaatsingen, gevechtslocaties en frontbewegingen weergeven. De binnenkaft van het eerste deel bevat een foto van het Bastogne Historical Centre en die van het tweede deel bevat een duidelijk totaaloverzicht van het front op 25 december met daarbij afgebeeld de diverse “patches” van de geallieerde legerdivisies.

Een stripboek zou een goed medium kunnen zijn om een bepaalde historische gebeurtenis uit te leggen. Een voorwaarde is echter wel dat deze gebeurtenis niet te complex is. Het Ardennenoffensief is echter een vrij complex historisch en militair onderwerp en de stripboeken slagen er moeizaam in om het Ardennenoffensief duidelijker te maken. De grote hoeveelheid aan historische personen, locaties en gebeurtenissen is eigenlijk niet in een bescheiden stripboek te verwerken. Desondanks zal iemand die wat beter ingelezen is in dit onderwerp het verhaal goed begrijpen en veel plezier kunnen beleven aan beide stripboeken.

De illustraties in het boek zijn erg realistisch en geven de juiste sfeer aan het verhaal door veel te werken met grijstinten en sombere kleuren. Het besneeuwde landschap en de typische kleine dorpjes zijn mooi getekend en de legervoertuigen en soldatenuniformen zijn waarheidsgetrouw weergegeven. Ook de belangrijke historische personen zijn duidelijk te herkennen. De tekeningen geven wel een beeld van het strijdgeweld, maar in het verhaal wordt geen bloed vergoten. De stripboeken zijn tenslotte ook bedoeld voor kinderen. Toch wordt de gruwelijkheid van de oorlog in het verhaal wel duidelijk gemaakt: je ziet bijvoorbeeld dat de Duitsers burgers executeren en je ziet soldaten sneuvelen. Het verhaal is ook geen verheerlijking van de Amerikaanse bevrijders, want in het tweede stripboek zie je hoe ook zij Duitse soldaten die zich wilden overgeven vermoorden.

Helaas zijn beide stripboeken niet enorm nuttig als informatiebron voor kinderen of volwassenen die weinig feitelijke kennis hebben van het Ardennenoffensief. Voor hen zijn deze stripboeken met zijn mooie illustraties meer een leuk bezit en een mooi aandenken aan een museumbezoek in de Ardennen. Voor iedereen die beter ingelezen is in het Ardennenoffensief zijn de stripverhalen een stuk beter te begrijpen en leuk om door te lezen. Voor verzamelaars zijn de beide boeken ook interessant: de strips zijn tenslotte niet meer in de boekhandel te verkrijgen. De mooie uitgaven zijn absoluut een leuk collectors item. Concluderend zijn de stripboeken dus absoluut een interessant bezit voor iedereen; of je iets opsteekt van de inhoud, hangt voornamelijk af van je kennis en interesse.