Tijdens de Spaanse Burgeroorlog werkten de Duitse troepen een nieuwe strategie uit, waarbij een zeer nauwe samenwerking werd toegepast tussen de troepen op de grond en ondersteunende vliegtuigen. Eén van de belangrijkste, nieuwe wapens die daarbij werden ingezet, waren de Junkers Ju 87A en Ju 87B duikbommenwerpers. Hoewel hun aantallen te klein waren om werkelijk invloed op de strijd te kunnen hebben, was de inzet voor de Duitsers cruciaal voor het ontwikkelen van tactieken die later in de Blitzkrieg in Polen en het Westen werden ingezet. De "Stuka" (afkorting van SturzKampfflugzeug) werd gedurende de gehele Tweede Wereldoorlog in nagenoeg alle oorlogsgebieden ingezet. Zelfs toen het toestel als duikbommenwerper eigenlijk al verouderd was, wist men het handig om te dopen tot tankvernietiger.
De Junkers Ju 87 "Stuka" is het rechtstreekse resultaat van de gevolgen van het verdrag van Versailles op het strategisch denken van het Duitse opperbevel. Door het verbod op de ontwikkeling en opbouw van een militair apparaat waren de Duitsers genoodzaakt om zich te richten op het verfijnen en uitdenken van militaire tactieken. De belangrijkste daarvan zou de Blitzkrieg worden, een snelle offensieve wijze van oorlogvoering, die een nauwe samenwerking vergde van alle legeronderdelen. Een logisch gevolg hiervan was de verfijning van het duikbommenwerper-principe.
Direct na de machtsovername door Adolf Hitler in 1933 werd een geheim bewapeningsprogramma opgezet, waarvan de aanzet al in de jaren twintig was gemaakt. De eerste operationele duikbommenwerpers binnen dat programma werden de Heinkel He 50 dubbeldekker en daarna zijn opvolger, de Henschel Hs 123. Deze toestellen werden echter altijd gezien als tijdelijk en in 1936 werd besloten om een volwaardige opvolger te kiezen. Bij Junkers begon men aan de ontwikkeling van een nieuwe duikbommenwerper, gebaseerd op het geteste concept van de Junkers K 47.[1]
De K 47 was al in 1928 ontworpen als jachtvliegtuig en werd verkocht aan China en de Sovjetunie. Het werd bij de Luftwaffe een testvliegtuig voor het duikbommenwerper-concept. De testen werden in nauwe samenwerking met Junkers tussen 1931 en 1934 uitgevoerd en de resultaten werden bij de verdere ontwikkeling gebruikt. Vanuit dit concept ontwikkelde Junkers de Ju 87. Junkers ging daarmee de competitie aan en zou moeten wedijveren met toestellen als de Arado Ar 81, de Blohm & Voss Ha 137 en de Heinkel He 118 om de standaard Duitse duikbommenwerper te mogen leveren. Het uiteindelijke prototype, de Junkers Ju 87 V1, Werknummer 4921, kreeg haar luchtdoop op 17 september 1935. Het was een vreselijk gedrocht geworden. De karakteristieken bleken echter uitstekend te zijn. Het toestel vloog uitstekend, vooral bij de operationele snelheden. Het prototype had een zogenaamde omgedraaide meeuwenvleugel gekregen. Het had een vast landingsgestel, twee kielvlakken en werd aangedreven door een 640 pk Rolls Royce Kestrel V motor. Het toestel ontving de civiele registratie D-UBYR.[2][3][4]
Junkers Ju 87A
prototypen |
V1 tot en met V5 |
5 |
Junkers Ju 87A-0 |
pre-productieserie
met Jumo 210C motor |
10 |
Junkers Ju 87A-1 |
productieserie met Jumo 210D
motor |
? van 262 |
Junkers Ju 87A-2 |
productieserie met Jumo 210E
motor |
? van 262 |
Junkers Ju 87B en R prototypen |
V6 tot en met V9, V15 en V16
(V17 en V18?) |
6 |
Junkers Ju 87B-0 |
pre-productieserie |
6 |
Junkers Ju 87B-1 |
productieserie met Jumo 211D
motor |
697 |
Junkers Ju 87B-2 |
productieserie met verbeteringen |
225 |
Junkers Ju 87R-1 |
gewijzigde variant B-1 met
groter bereik |
105 |
Junkers Ju 87R-2 |
gewijzigde variant B-2 met
groter bereik |
472 |
Junkers Ju 87R-3 |
experimentele sleper voor
zweefvliegtuigen |
0 |
Junkers Ju 87R-4 |
R-2 variant met Jumo 211J motor |
144 |
Junkers Ju 87C prototypen |
V10 en V11 model voor
vliegdekschepen |
2 |
Junkers Ju 87C-0 |
V11 als operationeel testtoestel |
1 |
Junkers Ju 87C-1 |
productieversie |
0 |
Junkers Ju 87D prototypen |
V21 tot en met V25 en V30 |
6 |
De Junkers Ju 87 V
26-28, Ju 87 V 31 en V 42-47 waren prototypen voor divrse niet nader
aangeduide varianten |
||
Junkers Ju 87D-1 |
productieversie met Jumo 211J |
592 |
Junkers Ju 87D-2 |
variant voor het slepen van
zweeflviegtuigen |
0 |
Junkers Ju 87D-3 |
verbeterde variant van de D-1 |
1559 |
Junkers Ju 87D-4 |
geplande torpedobommenwerper
variant |
0 |
Junkers Ju 87D-5 |
D-3 met langere vleugels |
1488 |
Junkers Ju 87D-6 |
trainingsvariant |
? |
Junkers Ju 87D-7 |
grondaanvalsvariant op basis van
de D-1 |
? |
Junkers Ju 87D-8 |
grondaanvalsvariant op basis van
de D-3 |
? |
Junkers Ju 87G-1 |
tankjager met 2x 37 mm kanonnen
op basis D-1 |
? |
Junkers Ju 87G-2 |
tankjager met 2x 37 mm kanonnen
op basis D-3 |
208 |
Junkers Ju 87H |
geplande trainingsvariant met
dubbele bediening |
? |
Junkers Ju 87T |
Variant van Ju 87D voor
vliegdekschepen |
? |
Nadat de Junkers Ju 87 V1 bij een proefvlucht was neergestort, werd het te zwak geachte staartdeel volledig herzien en werden de twee roervlakken vervangen door één enkel, groter exemplaar. Bij de eerste twee prototypen, Ju 87 V1 en Ju87 V2, bleek men nogal wat problemen te ondervinden aan de duikremmen, een cruciaal onderdeel voor een duikbommenwerper. De Junkers Ju 87 V-2 had al een ander staartvlak en vloog in maart 1936 met de registratie D-UHUH. Bij het derde prototype, de Ju 87 V3, waren de kinderziekten echter verholpen en had men een duikbommenwerper die in staat was om een duik van 90 graden in te gaan en een kracht van 6G kon doorstaan bij het optrekken uit de duikvlucht. De Ju 87 V2 en V3 kregen echter wel al een Junkers Jumo 210Ca motor met een vermogen van 640 pk en een driebladige propeller in plaats van de tweebladige bij het eerste prototype.[5][6][7][8]
Het was het derde prototype dat als D-UKYQ door het Reichsluftfahrtministerium werd uitgetest en haar opponenten ruimschoots overtrof. De Luftwaffe zelf mocht het vierde prototype uittesten, de Junkers Ju 87 V-4 D-UBIP, die de voorloper van de eerste serie modellen zou worden. Aangedreven door een Jumo 210-motor werd een serie van 10 Junkers Ju 87A-0 toestellen besteld. Het eerste exemplaar vloog in november 1926 en werd in het voorjaar van 1937 in dienst van de Luftwaffe genomen. Deze eerste toestellen kwamen in dienst bij Sturzkampfgeschwader I./162 "Immelmann".[9][10]
De Junkers Ju 87A kreeg een bewapening van een vaste voorwaarts vurende 7,9 mm MG 17-mitrailleur in de vleugel en een beweegbare 7,9 mm MG 15-mitrailleur in de achterste cockpit. De standaard bommenlast was één 250kg bom onder de romp. Wanneer de boordschutter niet mee vloog, kon een maximale bommenlast van 500 kg worden meegenomen. Onder iedere vleugel was overigens de mogelijkheid gecreëerd om twee 50 kg (SC50) bommen mee te voeren. Zo kon naast de 250 kg bom onder de romp een totaal van 200 kg extra worden meegenomen onder de vleugels.
Na de Ju 87A-0 voorserie modellen volgde de Junkers Ju 87A-1 die werd aangedreven door een verbeterde 635 pk Jumo 210Ca motor. De Ju 87A-1 toestellen werden aanvankelijk bewapend met één 7,92 mm MG 17 machinegeweer in de stuurboordvleugel en een 7,92 mm MG 15 in de achterste cockpit. Later werd een tweede voorwaarts vurende MG 17 toegevoegd en werd de mitrailleur in de achterste cockpit vervangen door een dubbelloops 7,92 mm MG 18z mitrailleur. Met de nog verder verbeterde 680 pk zware Jumo 210Da motor werden de Junkers Ju 87A-2 serie toestellen gebouwd. In totaal werden tot eind 1938, 262 Junkers Ju 87A exemplaren gebouwd. Van deze toestellen werden 192 exemplaren gebouwd door Junkers in Dessau. De rest werd gebouwd bij Weserflugzeugbau nabij Bremen en op vliegveld Berlijn Tempelhof.[11]
De Junkers Ju 87A heeft nagenoeg geen dienst meer gedaan tijdens de Tweede Wereldoorlog. Vier exemplaren werden in het voorjaar van 1937 wel naar Spanje gestuurd om daar deel te nemen aan de operaties van het Duitse Condor Legion in de Spaanse Burgeroorlog. In de nadagen van het gebruik van de Junkers Ju 87A is een aantal toestellen ontdaan van zijn bewapening en ingezet als verbindingsvliegtuig en voor medische doeleinden, zoals transport van artsen.[12]
Type: | Junkers Ju 87A-1 |
Taak: |
Duitkbommenwerper |
Bemanning: |
2 |
Spanwijdte: |
13,80 meter |
Vleugeloppervlakte: |
31,90 m2 |
Lengte: |
10,80 meter |
Hoogte: |
3,90 meter |
Gewicht: |
Leeggewicht: 2.320 kg Max. gewicht: 3.407 kg |
Motor: |
1x Junkers Jumo 210Ca motor 640 pk (? kW) |
Snelheid: |
Max. snelheid: 295 km/u Kruissnelheid: ? km/u |
Bereik: |
998 km |
Plafond: |
7.000 meter |
Bewapening: |
1x 7,9 mm MG 17 (vleugel) 1x 7,9 mm MG 15 (achter in de cockpit) 500kg (normaal 250 kg) |
Productie: |
262 (A-1 + A-2) |
De prestaties van de Ju 87 verbeterden aanzienlijk door de nieuwe 1000 pk Jumo 211 A motoren. Uitgerust hiermee werd de Ju 87B de standaard duikbommenwerper van de Luftwaffe in de beginjaren van de Tweede Wereldoorlog. De 900 pk Jumo 211A-1 motor was eerst uitgetest op de Junkers Ju 87 V-6 (constr. 0870027), een omgebouwde Ju 87A-1 die voor het eerst vloog op 14 juni 1937. Bij een tweede proefmodel, Ju 87 V-7 (constr. 0870028), werd de aerodynamische vorm van romp en wielkappen verbeterd en werd het toestel het prototype voor de B-serie. De V-7 voerde de eerste vlucht uit op 23 augustus 1937.[13]
Het uiterlijk van de Junkers Ju 87 veranderde enigszins door de nieuwe motor. Er was een aanzienlijk grotere radiator nodig voor de koeling. Tevens werd de grote afdekking van de wielstellen vervangen door een kleinere en werd het landingsgestel danig versterkt. Het verticale staartdeel werd vergroot. Voorts werd de cockpitkap veranderd. De weg klappende daken van de Junkers Ju 87A werden vervangen door schuivende daken en de vorm werd licht gewijzigd. Er was tevens een andere boordradio geïnstalleerd, de FuG VIIa, waardoor de voor de Ju 87A karakteristieke, dubbele antennes, waren vervangen door een enkele grotere antenne.[14]
Een kleine voorserie van 10 Ju 87B-0 toestellen werd gebouwd voor de nodige testvluchten. Het prototype voor de B-0 serie was de Junkers Ju 87 V-5 (constr. 4925), die op 14 augustus 1936 de eerste vlucht uitvoerde. De Ju 87B-0 had nog de 1000pk Jumo 211A motor. Deze motor werd aanvankelijk ook bij de vervolgseries toegepast. Rond augustus 1939, waren meer dan 460 Ju-87B-1 toestellen geleverd. Hiermee waren negen Stuka Gruppe geformeerd als onderdeel van de Sturzkampfgeschwader 1, Sturzkampfgeschwader 2, Sturzkampfgeschwader 51, Sturzkampfgeschwader 76 en Sturzkampfgeschwader 77. Binnen de trainingseenheid Lehrgeschwader IV./1 werd een speciaal eskader geformeerd om te testen of de Junkers Ju 87 ook voor maritieme doeleinden geschikt was. Voor de B-1 werden vier subseries geproduceerd waarbij de U1 als standaard versie gold. De U2 ontving een andere radio installatie terwijl de U3 een zwaardere bepantsering ontving. De U4 ten slotte was een U3 met ski's als onderstel. Naast deze basis versies werden er ook tropenvarianten geproduceerd. Deze werden aangeduid als B1 Trop.[15]
De B-serie kenden nog zeker vier prototypen. De Junkers Ju 87 V-8 (constr 4926) vloog voor het eerst op 11 november 1937, de Junkers Ju 87 V-9 (constr. 4927, D-IELZ) vloog voor het eerst op 16 februari 1938. Later zouden nog de Junkers Ju 87 V-15 (constr 0870321) en de Junkers Ju 87 V-16 (constr. 0870279, GT+AX). In december 1939 werden alle op dat moment in dienst zijnde Ju 87B-1 en B-2 toestellen voorzien van een 1200 pk zware Junkers Jumo 211Da motor. Deze toestellen werden vervolgens allen aangeduid als Junkers Ju 87B-2. Ook de B-2 kende dezelfde subseries als de B-1.[16]
Type: | Junkers Ju 87B-1 |
Taak: |
Duitkbommenwerper |
Bemanning: |
2 |
Spanwijdte: |
13,80 meter |
Vleugeloppervlakte: |
31,90 m2 |
Lengte: |
11,10 meter |
Hoogte: |
4,01 meter |
Gewicht: |
Leeggewicht: 2.768 kg Max. gewicht: 4.345 kg |
Motor: |
1x Junkers Jumo 211Da motor 1.200 pk (? kW) |
Snelheid: |
Max. snelheid: 383 km/u Kruissnelheid: ? km/u |
Bereik: |
596 km |
Plafond: |
8.100 meter |
Bewapening: |
2x 7,9 mm MG 17 (vleugel) 1x 7,9 mm MG 15 (achter in de cockpit) 1.000kg |
Productie: |
697 |
Ontwikkeld uit de Junkers Ju 87B, maar met bepaalde karakteristieken van de Ju 87C werd een lange afstandsversie gebouwd in 1940 als de Ju 87R. R stond voor Reichweite. Deze toestellen waren vooral bedoeld voor patrouilles boven zeegebieden. Naast een vergrote en verbeterde interne brandstoftank was ook de mogelijkheid geschapen om onder de vleugels twee 300 liter afwerpbare tanks te plaatsen.
De ontwikkeling van de Ju 87R was een rechtstreeks gevolg van de ervaringen die waren opgedaan met de Ju-87B-serie. Het bereik van de toestellen bleek vaak onvoldoende om lang genoeg boven het slagveld te kunnen opereren, vooral in die operatiegebieden waar nog van onvoldoende vooruitgeschoven vliegvelden gebruik kon worden gemaakt.
Voor de bouw van de Ju 87R toestellen werd gebruik gemaakt van uit de dienst teruggetrokken Ju 87B toestellen die werden verbouwd. Er ontstonden vier typen, de Junkers Ju 78R-1 met grotere brandstoftanks, de Junkers Ju 87R-2 met een groter bereik dan de R-1, de Junkers Ju 87R-3 als sleepvliegtuig voor kleine zweefvliegtuigen en de Junkers Ju 87R-4 met een Junkers Jumo 211J motor. Er werden zeker 721 Junkers Ju 87R toestellen geproduceerd.[17]
In 1938 werd de romp van Duitslands enige vliegdekschip, de Graf Zeppelin, te water gelaten. Alhoewel het schip nooit is afgebouwd, zouden speciale Junkers Ju 87 toestellen aan boord worden geplaatst. Van de geplande 40 vliegtuigen zou een eskader met 28 zogenaamde Junkers Ju 87C toestellen aan boord komen. De Ju 87C was een speciale ontwikkeling van de Ju 87B, met inklapbare vleugels, kortere spanwijdte, landingshaak en aanhechtingspunten voor katapultlancering.[18]
Het speciale eskader dat vanaf de Graf Zeppelin moest opereren, werd in december 1938 geformeerd en kreeg onmiddellijk een aantal Ju 87 toestellen voor training. Het zou echter nog geruime tijd duren voor ze de Junkers Ju 87C kregen. Voor de C-serie werden twee prototypen geconstrueerd. De Junkers Ju 87 V-10 (constr 4928, D-IHFH) had vaste vleugels en vloog voor het eerst op 27 maart 1938. Als TK+HD wed het toestel het eerste exemplaar voor de Junkers Ju 87C-1. De eerste eenheid die ze tot haar beschikking kreeg was het 4./Trägergruppe 186.
De variant met opklapbare vleugels kreeg als prototype de Junkers Ju 87 V-11 (constr. 4929, TV+OV. Dit enige exemplaar zou het prototype moeten worden voor de Junkers Ju 87C-0 serie. Het ombouwprogramma werd echter stilgelegd door de vertragingen bij de afbouw van het vliegdekschip. De enige operationele eenheid werd 1940 omgevormd tot Stuarzkampfgruppe186 en in juli toegevoegd aan de III. Staffel / Sturzkampfgruppe 1.[19]
Alhoewel de motor een Jumo 211 bleef, werd de motorinstallatie volledig herzien. Met een nieuwe versie ontstond zo de Junkers Ju 87D. Een nieuwe propeller en kleinere radiator werden aangebracht. Door deze aanpassingen werd tegelijk een geheel nieuwe en gestroomlijndere vorm voor de neus ontwikkeld, waardoor het "lelijke eendje" er toch nog iets moderner uit kwam te zien. De verbeterde 1400 pk zware Jumo 211J-1 motor gaf het toestel de mogelijkheid een zwaardere bewapening mee te nemen en zo ontstond de Junkers Ju 87D-1. De bewapening achterin de cockpit werd verbeterd door het aanbrengen van twee MG 18-machinegeweren. De vorm van de cockpit werd iets gestroomlijnder.[20]
Totaal werden er voor de D-serie zes prototypen geproduceerd. Met de prototypen werden alle verschillende varianten getest. De Junker Ju 87 V-21 (constr. 0870536) met registratie D-INRF was het basis prototype voor de D-serie zelf. Het toestel vloog voor de eerste keer in februari 1941. Op 1 maart 1941 koos een tweede prototype, de Junkers Ju 87 V-22 (constr. 0870540) met militaire registratie SF+TY voor het eerst het luchtruim. In april 1941 volgde het derde prototype de Junker Ju 87 V-23 (constr. 0870542) met registratie PB+UB, in mei 1941 gevolgd door een vierde prototype de Junkers Ju 87 V-24 (constr. 0870544) met registratie BK+EE. Een tropische variant werd beproefd met het vijfde prototype, de Junkers Ju 87 V-25 (constr. 0870538) met registratie BK+EF.[21]
De versterking van de defensieve bewapening was ook de voornaamste reden om het nieuwe type te ontwikkelen. Al tijdens de invasie van Polen ontstond de nodige kritiek op de bewapening van de rugschutter. Een aantal Ju 87D-1 toestellen werd omgebouwd om als sleepvliegtuig dienst te kunnen doen. Hiertoe werd de constructie verstevigd en een sleepinstallatie bevestigd. Zo ontstond de Junkers Ju 87D-2.[22]
Door de sterkere motor en overige verbeteringen kon een bommenlast van maar liefst 1800 kg worden meegenomen. Vanaf 1941 zou deze Junkers Ju 87D het standaardwapen van de duikbommenwerpereskaders in Noord-Afrika en de Sovjetunie worden. Ervaringen in de Sovjetunie waar het toestel veel werd ingezet als grondondersteuningsjager, groeide de vraag naar betere bescherming. De Ju 87D-3 kreeg dan ook een zwaardere bepantsering, met name aan de onderzijde.[23]
Er werden nog verschillende andere versies gebouwd. De Junkers Ju 87D-4 en de latere versies hadden een zwaardere vleugelbewapening van twee 20 mm MG 151/20-kanonnen. De Junkers Ju 87D-5 kreeg een grotere spanwijdte en meer puntige vleugeltippen. Het prototype hiervan was de Junkers Ju 87 V-30 (constr. 2296), welke op 20 juni 1943 het luchtruim koos. De Ju 87D-5 was ontwikkeld uit de ervaringen opgedaan aan het Oostfront en er was een poging om een sterkere grondaanvaller te verkrijgen. De Junkers Ju 87D-7 was speciaal ontworpen voor nachtvluchten en was uitgerust met radar en een 1500 pk zware Jumo 211P motor. Hiervan afgeleid, echter zonder nachtuitrusting, ontstond de Junkers Ju 87D-8. De Junkers Ju 87D-4 was tevens de eerste poging om van de Junkers Ju 87 een torpedobommenwerper te maken. De proefnemingen waren maar een matig succes. Desalniettemin besloot men tot de ontwikkeling van een speciale Ju 87 versie als torpedobommenwerper voor aan boord van de Graf Zeppelin. Voor het toestel zou de typeaanduiding Junkers Ju 87E gereserveerd zijn geweest. Het plan was om in totaal 115 toestellen te bouwen voor dienst aan boord van de Graf Zeppelin en tot hulpvliegdekschip om te bouwen vrachtschepen. Het is echter nooit verder gekomen dan enkele proefexemplaren.[24]
Type: | Junkers Ju 87D-1 |
Taak: |
Duitkbommenwerper |
Bemanning: |
2 |
Spanwijdte: |
13,80 meter |
Vleugeloppervlakte: |
31,90 m2 |
Lengte: |
11,49 meter |
Hoogte: |
3,90 meter |
Gewicht: |
Leeggewicht: 3.908 kg Max. gewicht: 4.614 kg |
Motor: |
1x Jumo 211J-1 motor 1.400 pk (? kW) |
Snelheid: |
Max. snelheid: 411 km/u Kruissnelheid: ? km/u |
Bereik: |
1.165 km |
Plafond: |
7.286 meter |
Bewapening: |
2x 7,9 mm MG 17 (vleugel) 2x 7,9 mm MG 81Z (achter in de cockpit) 1.800 kg onder romp, 2x 500 kg onder vleugels |
Productie: |
592 |
In 1941 werd de Junkers Ju 87 V-19 (constr. 4930, VN+EN) geconstrueerd als prototype voor de geplande Junkers Ju 87E torpedobommenwerper.[25]
De Junkers Ju 87F zou een variant worden, aangedreven door een 1.750 pk Junkers Jumo 213 motor en grotere wielen. Dit type zou op drassiger landingsbanen moeten kunnen landen en weer op kunnen stijgen. Tot productie kwam het echter niet.[26]
De laatste productieversie van de Junkers Ju 87 werd de Junkers Ju 87G. Tegen die tijd was de rol van dit toestel in de strijd al overgenomen door vliegtuigen zoals de Focke Wulf Fw 190F. Toen duidelijk werd dat de dagen als duikbommenwerper voor de Ju 87 waren geteld, ontdekte men dat het toestel uitstekend geschikt kon aangepast worden voor een rol als tankvernietiger, oftewel grondondersteuningsjager. Onder de vleugels werden twee 37 mm Rheinmetall-Borsig BK3,7 anti-tankkanonnen geplaatst.[27]
Toen in maart 1943 de eerste proeven achter de rug waren, bleek het een succeswapen. Alhoewel de standaardbewapening uit de vleugels moest worden verwijderd en het toestel niet meer als duikbommenwerper kon functioneren, konden er nog wel bommen worden meegenomen voor een rol als jachtbommenwerper. Met name in de strijd aan het Oostfront hebben deze toestellen het nodige succes gehad. Afhankelijk van hun spanwijdte werden twee versies geproduceerd, de Junkers Ju 87G-1 met korte en de Junkers Ju 87G-2 met langere vleugels.[28]
Type: | Junkers Ju 87G-1 |
Taak: |
Tankvernietiger |
Bemanning: |
2 |
Spanwijdte: |
15,00 meter |
Vleugeloppervlakte: |
33,67 m2 |
Lengte: |
11,49 meter |
Hoogte: |
3,90 meter |
Gewicht: |
Leeggewicht: 4.409 kg Max. gewicht: 6.614 kg |
Motor: |
1x Junkers Jumo 211J-1 motor 1.400 pk (? kW) |
Snelheid: |
Max. snelheid: 314 km/u Kruissnelheid: ? km/u |
Bereik: |
1.000 km |
Plafond: |
7.500 meter |
Bewapening: |
2x 37 mm BK 3,7cm anti
tankgeschut (onder de vleugels) 2x 7,9 mm MG 81Z (achter in de cockpit) |
Productie: |
? |
Voor trainingsdoeleinden werden diverse Junkers Ju 87D toestellen verbouwd tot 2 persoons trainingstoestellen met dubbele bediening. Veelal werd hierbij alle bewapening verwijderd. Deze toestellen werden aangeduid als Junkers Ju 87H.[29]
Zoals eerder aangegeven, werden drie Ju 87A-1 toestellen naar het Condor Legion in Spanje gestuurd. Ze arriveerden daar eind 1936. Vanaf 1938 werden in grotere aantallen Junkers Ju 87B-1 toestellen naar het front in Spanje gestuurd. Alhoewel de aantallen nooit groot genoeg zijn geweest om werkelijk van invloed te kunnen zijn op het verloop van de strijd, is het sturen van deze toestellen van groot belang geweest voor zowel de Luftwaffe als voor de Wehrmacht. De wijze van inzet is namelijk cruciaal geweest voor de ontwikkeling van het later toegepaste Blitzkrieg-concept.[30][31]
De eerste grootscheepse inzet van de Junkers Ju 87 had plaats tijdens de invasie van Polen. De Duitsers pasten hier het concept van de Blitzkrieg ten volle toe. Overal waar de Wehrmacht te maken kreeg met lastige verzetshaarden van het Poolse leger, werden de Stuka's ingezet. De Stuka's werden met de voorttrekkende troepen meegezonden, waardoor ze vaak de eerste toestellen waren die gebruik maakten van veroverde vijandelijke vliegbases.
Doordat de strijd op het land in Scandinavië relatief weinig inzet vergde van de Stuka's, werden de Ju 87's hier voornamelijk ingezet in de strijd tegen schepen. Deze inzet had de geallieerden echter kunnen waarschuwen voor wat nog moest komen. De inzet van de Stuka's was zeer effectief gebleken en als de geallieerden dit goed hadden geëvalueerd, dan wist men wat er komen kon bij een mogelijke Duitse aanval op het Westen. Toen de aanval op 10 mei 1940 kwam, werden de Junkers Ju 87's volop ingezet en zaaiden ze dood en verderf, maar vooral ook angst onder de verdedigers. Vooral de nog op tactieken uit de Eerste Wereldoorlog gebaseerde Franse verdediging werd volkomen verrast door de aanvallen van de Stuka's. De Duitse aanvallen werden overal voorafgegaan door een aanval van deze duikbommenwerpers. De vernietigende kracht van het wapen op zich werd nog eens versterkt door het geluid van de erop aangebrachte sirenes die bij een duikvlucht begonnen te loeien. Bij de evacuatie van Duinkerken bleek echter voor het eerst de zwakte van de Junkers Ju 87. Wanneer de geallieerden voldoende jachtvliegtuigen in de lucht konden krijgen, bleken de langzame toestellen een redelijk eenvoudige prooi. Dit gegeven zou ten volle worden uitgebuit bij de volgende fase in de strijd.
Aanvankelijk werden de Junkers ingezet voor aanvallen op de Britse radarstations. Na enig succes in de beginperiode wisten de Britse Hurricane en Spitfire-piloten echter al snel de zwakke punten te vinden. Aanvallen door Stuka's konden daarna eigenlijk alleen nog onder grote bescherming van Luftwaffe-jagers plaatsvinden. Wel succesvol bleven de Stuka's tegen doelen op zee. Door de korte vliegafstanden wisten de Stuka's lange tijd het scheepvaartverkeer in het Nauw van Calais danig te hinderen.
Met het Afrika Korps gingen ook de nodige Junkers Ju 87 toestellen mee. Een goede ondersteuning hebben de toestellen eigenlijk nooit kunnen geven, aangezien de Luftwaffe-eenheden in het gebied niet alleen Noord-Afrika moesten bestrijken, maar het gehele Middellandse Zeegebied. De Luftwaffe Stuka's zijn echter wel geruime tijd actief geweest tegen het Britse scheepvaartverkeer in het gebied. Met name onder de vele konvooien naar Kreta hebben de Stuka's danig huisgehouden. Hun grootste prijs was het voor ruim een jaar lang uitschakelen van het Britse vliegdekschip HMS Illustrious (87). Ook de Italiaanse luchtmacht kreeg de beschikking over de Junkers Ju 87. Allereerst werden zoals vermeld de Stuka Geschwadern I en II naar Noord-Afrika gezonden om de Italianen te ondersteunen. In 1941 kreeg de Italiaanse luchtmacht de beschikking over eigen Stuka's. 46B-1's, 50B-2en en 59R-2en werden als eerste overgedragen. In 1943 volgden nog eens 64 nieuwe Junkers Ju 87D toestellen. De Italianen gaven het toestel de bijnaam "Picchiatelli", de krankzinnige.
Uiteraard werd de Stuka ook aan het Oostfront ingezet. De grootsheid van het gebied verhinderde hier echter het geconcentreerd inzetten van het luchtwapen. Toch was het hier dat de Junkers Ju 87 haar grootste successen behaalde in een andere rol dan waar het oorspronkelijk was bedoeld, namelijk als tankvernietiger. Vooral de Ju 87G met twee 37 mm kanonnen zaaide dood en verderf onder de Sovjettanks. De Junkers Ju 87D-2 en D-3 hadden als horizontale bommenwerper op lage hoogte veel successen. Met name tijdens de tankslag bij Kursk lieten deze toestellen van zich spreken. Het was ook in dit strijdgebied dat een Stuka-piloot tot grootse prestaties zou komen. Hans Ulrich Rudel zou in totaal 2530 gevechtsvluchten uitvoeren, waarbij hij een slagschip (de Marat), 519 tanks en meer dan 200 andere voertuigen op zijn naam kreeg. Hierdoor zou hij Duitslands meest gedecoreerde piloot worden.
Naast de traditionele taken als duikbommenwerper en later als tankvernietiger dwongen de omstandigheden aan het Oostfront het Duitse opperbevel ertoe om het toestel ook voor andere zaken in te zetten. Een poging hiertoe was het aanbrengen van een experimentele personeelscabine op de vleugels van een Ju 87D-3 om zo een transporttoestel te verkrijgen. Later werden Junkers Ju 87 toestellen ingezet als sleepvliegtuig voor de DFS 230 zweefvliegtuigen. Ondanks de successen van de Stuka als tankvernietiger werd vanaf 1943 duidelijk dat het vliegtuig zijn beste tijd had gehad. Meer en meer zou het op alle fronten, met name aan het Oostfront, worden vervangen door de Fw 190 jachtbommenwerper, een ander legendarisch vliegtuig.