De in 1935 in dienst gesteld onderzeeboot U 12, deed dienst bij de Unterseeboots-Flottille Weddingen en de Unterseeboots-Flottille Lohs. He schip ondernam na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog twee operationele patrouilles. Vanaf 5 oktober 1939 werd niets meer van het schip vernomen.
Gebouwd
door: |
Kiel
gelegd: |
Te
waterlating: |
Aflevering: |
Einde: |
Germaniawerft, Kiel |
20 mei 1935 |
11 september 1935 |
30 september 1935 |
8 oktober 1939 (gezonken) |
Bouwnummer : 546 |
||||
Indeling: |
Datum
in: |
Datum
uit: |
Gegevens: |
|
30 september 1935 |
augustus 1939 |
U 12,
Unterseeboots-Flottille Weddingen |
||
1 september 1939 |
8 oktober 1939 |
U 12,
Unterseeboots-Flottille Lohs |
De kiel van de op 20 juli 1943 bestelde Type IIb U-boot U 12, werd op 20 mei 1935 als bouwnummer 546 gelegd aan de Germaniawerft te Kiel. Op 11 september 1935 werd het schip te water gelaten en op 30 september afgeleverd en in dienst gesteld onder bevel van toen nog Oberleutnant zur See Werner von Schmidt. Het schip diende aanvankelijk bij de Unterseeboots-Flottille Weddingen maar werd bij aanvang van de Tweede Wereldoorlog overgeplaatst naar de Unterseeboots-Flottille Lohs.
Als typische Type IIb U-boot had de U 12 een lengte van bijna 43 meter met een waterverplaatsing van 279 ton boven en 328 ton onder water. De twee MWM RS 127 S diesel motoren konden een snelheid van 12 knopen (22 km/u) opleveren. Onder water konden de twee Siemens-Schuckert PG VV 322/36 electromotoren een snelheid van 7 knopen (13 km/u) leveren. De operationele duikdiepte van het schip lag tussen de 80 en 150 meter. De bewapening bestond uit drie 533 mm torpedolanceerbuizen en het schip droeg meestal vijf torpedo's of 12 mijnen met zich mee. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd het schip nog uitgerust met een 20 mm luchtafweergeschut.[1]
Op 25 augustus 1939 vertrok de U 12 uit Wilhelmshaven voor een oorlogspatrouille ter ondersteuning van de Duitse inval in Polen. Hiertoe opereerde het schip in de Noordzee ter controle van de zeevaart naar de Oostzee. Er werden geen vijandelijke schepen beschadigd of tot zinken gebracht. Op 9 september 1939 werd Wilhelmshaven weer binnen gevaren.
Op 23 september 1939 vertrok het schip voor een tweede patrouille waarvan het niet meer terugkeerde. Op 8 oktober 1939 verdween het schip toen het zich in het Kanaal bevond nabij Dover. Naar alle waarschijnlijkheid werd het schip tot zinken gebracht door een Britse zeemijn waarbij al haar opvarenden om het leven kwamen. Alleen het lichaam van de Kommandant Kapitänleutnant Dietrich von der Ropp, spoelde op 29 oktober 1939 aan op de kust nabij Duinkerken. Tot op heden werd het schip nog niet teruggevonden, hoewel men verwacht dat het gezonken is nabij de coördinaten 51°10′N 01°30′E. Desondanks werd het wrak door Duitse en Britse overheden als bijzonder zeemansgraf aangewezen.
Naam: | U 12 |
Callsign/Registratie: |
M 17 865 |
Bouwer: |
Germaniawerft, Kiel |
Bouwnummer: |
546 |
Type/Klasse: |
Onderzeeër / Type IIb U-boot |
Waterverplaatsing: |
279 t (275 lt) boven water 328 t (323 lt) onder water 414 t (407 lt) totaal |
Lengte: |
42,79 meter |
Breedte: |
4,08 meter |
Diepgang: |
3,90 meter |
Aandrijving: |
2x MWM Diesel motoren 700 Pk
(690 shp; 510 kW) 2x SSW Electromotoren 402 Pk (397 shp; 296 kW) 2 schachten |
Snelheid: |
13 knopen (24,08 km/u) boven
water 7 knopen (13 km/u) onder water |
Bereik: |
5.700 km bij 8 knopen (15 km/u)
boven water 65 - 80 km bij 4 knopen (7,4 km/u) onder water |
Bewapening: |
3x 533 mm torpedolanceerbuizen
(boeg) 5 torpedo's of 1 torpedo en 9 TMB mijnen 1x 20 mm C/30 luchtafweergeschut |
Bemanning |
25 |
Kapitänleutnant
Werner von Schmidt (Luitenant-ter-Zee 2e Klasse
Oudste Categorie) |
30 september 1935 |
Kapitänleutnant Hans Pauckstadt (Luitenant-ter-Zee 2e Klasse Oudste Categorie) | 1 december 1936 |
Kapitänleutnant Dietrich von der Ropp (Luitenant-ter-Zee 2e Klasse Oudste Categorie) | 1 oktober 1937 - 8 oktober 1939 |