TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

    De Atlanta-klasse Lichte-kruisers bestond uit acht schepen. Hoewel de klasse aanvankelijk was ontworpen als Scout Cruiser en flottielje leider, bleken de schepen vooral succesvol als luchtafweer kruisers. Vanwege de verdere optimalisatie voor dit laatste doel, worden de vier laatste schepen uit deze klasse ook wel aangeduid als Oakland-klasse.


    USS Juneau (CL-52) met foutieve "US Navy photo" markering (CL-53) op de foto Bron: U.S. Navy Photo

    Schepen in deze klasse

    USS Atlanta (CL-51)
    22 april 1940: kiellegging[1]
    6 september 1941: tewaterlating[2]
    24 december 1941: in dienststelling[3]
    13 november 1942: tot zinken gebracht[4]
    13 januari 1943: uit Naval Register geschrapt[5]
    USS Juneau (CL-52)
    27 mei 1940: kiellegging[6]
    25 oktober 1941: tewaterlating[7]
    14 februari 1942: in dienststelling[8]
    13 november 1942: tot zinken gebracht[9]
    USS San Diego (CL-53)
    27 maart 1940: kiellegging[10]
    26 juli 1941: tewaterlating[11]
    10 januari 1942: in dienststelling[12]
    4 november 1946: uit dienst genomenUSS San Diego (CL-53) / Wikipedia (Eng)
    1 maart 1959: uit Naval Register geschrapt[13]
    3 februari 1960: gesloopt[14]
    USS San Juan (CL-54)
    15 mei 1940: kiellegging[15]
    6 september 1941: tewaterlating[16]
    28 februari 1942: in dienststelling[17]
    9 november 1946: uit dienst genomen
    1 mei 1959: uit Naval Register geschrapt
    31 oktober 1961: gesloopt
    USS Oakland (CL-95)
    15 juli 1941: kiellegging[18]
    23 oktober 1942: tewaterlating[19]
    17 juli 1943: in dienststelling[20]
    1 juli 1949: uit dienst genomen
    1 maart 1959: uit Naval Register geschrapt[21]
    1 december 1959: gesloopt[22]
    USS Reno (CL-96)
    1 augustus 1941: kiellegging[23]
    23 december 1942: tewaterlating[24]
    28 december 1943: in dienststelling[25]
    4 november 1946: uit dienst genomen
    1 maart 1959: uit Naval Register geschrapt[26]
    22 maart 1962: gesloopt
    USS Flint (CL-97)
    23 oktober 1942: kiellegging[27]
    25 januari 1944: tewaterlating[28]
    31 augustus 1944: in dienststelling[29]
    6 mei 1946: uit dienst genomen
    1 juni 1965: uit Naval Register geschrapt
    6 oktober 1966: gesloopt[30]
    USS Tucson (CL-98)
    23 december 1942: kiellegging[31]
    3 september 1944: tewaterlating[32]
    3 februari 1945: in dienststelling[33]
    11 juni 1949: uit dienst genomen
    1 juni 1966: uit Naval Register geschrapt[34]
    24 februari 1971: gesloopt[35]

    Geschiedenis

    De Atlanta-klasse was een klasse van acht Lichte-kruisers waarvan de eerste vier in 1937 waren ontworpen en in 1938[36] besteld als flottielje leiders (ook wel Scout Cruisers genoemd) die vooral tijdens de Tweede Wereldoorlog effectief werden als luchtafweer kruisers[37]. De eerste groep van vier schepen waren al inzetbaar voor deze laatste taak. De tweede groep van vier kruisers, vanaf de USS Oakland (CL-95), kregen een verbeterde en uitgebreider bewapening voor datzelfde doel en werden hierdoor wel aangeduid als de Oakland-klasse. De gehele groep word ook wel aangeduid als Atlanta-Oakland-klasse

    De opdracht tot de bouw van de eerste twee kruisers werd op 27 maart 1934 gegeven[38], waarna de bestelling voor het derde en vierde schip volgde op 17 mei 1938[39]. De laatste vier schepen werden op 19 juli 1940 besteld[40]. Het ontwerp was oorspronkelijk niet bedoeld als luchtafweerkruiser maar als Torpedoboot flottielje leiders (Destroyer Leaders)[41].

    De hoofdbewapening voor deze klasse bestond uit 12 x 127mm/38 kaliber geschut in drie koepels van elk twee stuks op het voorschip en eenzelfde aantal op het achterschip. Bij de eerste vier schepen werd tevens een bewapening van twee dubbelloops 127mm/38 caliber aan elke zijde van de opbouw gemonteerd[42]. De eerste viert schepen hadden tevens een secundaire bewapening van 12 x 28mm/75 kaliber luchtafweer in drie vierloops opstellingen. Dit luchtafweer werd in de loop van 1942 vervangen door 40mm Bofors geschut. Rond dezelfde tijd werd acht stuks snelvuur luchtafweergeschut aan de bewapening toegevoegd welk aantal vanaf 1943 nog verder werd opgevoerd. De tweede groep schepen kreeg alleen de hoofdbewapening van zes dubbelloops koepels, drie voor en drie achter. De zijwaartse koepels werden weggelaten en waren vervangen door luchtafweer. Ditzelfde werd met de eerste groep vanaf 1943 gedaan. Afhankelijk van het gebruik konden de schepen gedurende de Tweede Wereldoorlog van elkaar gaan verschillen in de hoeveelheid luchtafweer dat aanwezig was.


    USS Atlanta (CL-51) met de USS Hornet (CV-8) en USS Vincennes (CA-44) te tijde van de Slag om Midway Bron: US Navy photo

    Een radarinstallatie was bij de bouw niet inbegrepen maar in de loop van 1942 kregen alle schepen een FD (Mk 4) radar. Op de nog in dienst zijnde schepen verving men deze in de loop van 1943 door een FD Mk 12/Mk 22 combinatie radar. Ondanks dat de schepen waren ontworpen als flottieljeleiders voor torpedobootjagers, had men geen onderzeeboot bestrijding apparatuur aan boord. Bij de radar upgrade in 1942 ontvingen de schepen sonar, zes dieptebommenwerpers en twee rekken met dieptebommen op het achterschip. Dit werd later grotendeels weer verwijderd ten behoeve van betere luchtafweer.

    De USS Atlanta (CL-51) en USS Juneau (CL-52) gingen verloren op 13 november 1942 tijdens de Zeeslag bij Guadalcanal[43]. Hieruit bleek vooral dat de schepen weliswaar goede luchtverdedigingskruisers waren, maar minder geschikt waren voor het uitvoeren van zeeslagen. De diverse tekortkomingen die waren gevonden in de schepen werden gedurende de oorlog aangepast in het vervolgontwerp, de Jueau-klasse. De zes overige schepen overleefden de Tweede Wereldoorlog en werden in 1949 geclassificeerd als luchtafweerkruisers met de aanduiding CLAA. Vanaf 1959 werden de schepen langzaam uit gefaseerd en de laatste ging in 1971 naar de sloop.

    Definitielijst

    kaliber
    De inwendige diameter van de loop van een stuk geschut, gemeten bij de monding. De lengte van de loop wordt vaak aangegeven in het aantal kalibers. Zo is bv de loop van het kanon 15/24 24 ×15 cm lang.
    radar
    Engelse afkorting met als betekenis: Radio Detection And Ranging. Systeem voor het met elektromagnetische golven vaststellen van de aanwezigheid, afstand, snelheid en richting van voorwerpen als schepen, vliegtuigen, enz.

    Technische gegevens


     Klasse: Atlanta-klasse

     Aantal in klasse:
    8

     Land:
    Verenigde Staten

     Type:
    Lichte-kruiser / Luchtafweerkruiser

     Waterverplaatsing:
    6.000 lt (standaard)[44]
    7.400 lt (maximaal beladen)

     Lengte:
    165 meter

     Breedte:
    16,10 meter

     Diepgang:
    6,25 meter

     Aandrijving:
    4x 665 psi boilers
    2 geschakelde stoomturbines
    Vermogen: 75.000 pk (56 MW)[45]

     Snelheid:
    32,5 knopen ( 62 km/h)

     Bereik:
    15.700 km (bij 15 knopen)

     Bewapening (standaard):
    Standaard:
    16x 127 mm/38 kaliber geschut (8x2)
    12x - 16x 28 mm/75 kaliber geschut (3-4x4)
    6x 20 mm/70 kaliber luchtafweergeschut
    8x 533 mm torpedolanceerbuizen (2x4)
    Oakland sb-klasse (CL 95-99)
    12x 127 mm/38 kaliber geschut (6x2)
    8x2 40 mm/56 kaliber luchtafweergeschut
    16x 20 mm/70 kaliber luchtafweergeschut
    8x 533 mm torpedolanceerbuizen (2x4)

     Bemanning:
    673 (813: Oakland sub-klasse)

    Noten

    1. Mooney, 1991, pag. 450
    2. Mooney, 1991, pag. 450
    3. Mooney, 1991, pag. 450
    4. Mooney, 1991, pag. 453
    5. Mooney, 1991, pag. 453
    6. USS Juneau (CL-52) / Wikipedia (Eng)
    7. USS Juneau (CL-52) / Wikipedia (Eng)
    8. Scott, 2002, pag. 102
    9. Bauer, 1991, pag. 150
    10. Silverstone, 2012, pag. 40
    11. Silverstone, 2012, pag. 40
    12. Scott, 2002, pag. 102
    13. Bauer, 1991, pag. 150
    14. Bauer, 1991, pag. 150
    15. Silverstone, 2012, pag. 40
    16. Silverstone, 2012, pag. 40
    17. Silverstone, 2012, pag. 40
    18. Silverstone, 2012, pag. 40
    19. Silverstone, 2012, pag. 40
    20. Silverstone, 2012, pag. 40
    21. Bauer, 1991, pag. 150
    22. Bauer, 1991, pag. 150
    23. Silverstone, 2012, pag. 40
    24. Silverstone, 2012, pag. 40
    25. Silverstone, 2012, pag. 40
    26. Bauer, 1991, pag. 150
    27. Silverstone, 2012, pag. 40
    28. Silverstone, 2012, pag. 40
    29. Silverstone, 2012, pag. 40
    30. Bauer, 1991, pag. 150
    31. Silverstone, 2012, pag. 40
    32. Silverstone, 2012, pag. 40
    33. Silverstone, 2012, pag. 40
    34. Bauer, 1991, pag. 150
    35. Bauer, 1991, pag. 150
    36. Silverstone, 2012, pag. 29
    37. Mooney, 1991, pag. 450
    38. Mooney, 1964, pag.215
    39. Mooney, 1964, pag.215
    40. Mooney, 1964, pag.215
    41. Stille, 2016
    42. Fitzsimons, 1971, pag. 188
    43. Warship International, 1982, pag 189
    44. Bauer, 1991, pag. 150
    45. Bauer, 1991, pag. 150

    Definitielijst

    kaliber
    De inwendige diameter van de loop van een stuk geschut, gemeten bij de monding. De lengte van de loop wordt vaak aangegeven in het aantal kalibers. Zo is bv de loop van het kanon 15/24 24 ×15 cm lang.
    kruiser
    Snelvarend oorlogsschip van 8000-15000 ton, geschikt voor diverse taken als verkenning, verkenningsafweer en konvooibescherming.

    Informatie

    Artikel door:
    Wilco Vermeer
    Geplaatst op:
    24-06-2021
    Laatst gewijzigd:
    29-04-2024
    Feedback?
    Stuur het in!

    Gerelateerde boeken